Logeren a tweehonderd
gulden per nacht
GEK DOEN OM GROTE PRIJZEN
XetemLóie am &£andL$,Le
DROOMTAAL
ZUSTER
FRANSE PARAGRAAF
De lege bomen
Véél beter!
TWEE BALLERINA'S - TWEE WERELDEN
Stichting Schoolconcert
Franse film over en met
A rthurH onegger
Theo Olof op reis
In het spookhuis
,De mensen zijn grappigroept Peter Martin
maar wie bedoelt hij eigenlijk
Jury voor toekenning
P. G. Hooftprijs
EEN MIDDAG LANG ben
ik in het duurste hotel van de
Rivièra geweest: Hotel du Cap
d' Antibes, op de Zuidkaap
van het gelijknamige tussen
Cannes en Nice gelegen schier
eiland. Voor de luxueuze sui
tes wordt een tweehonderd
gulden per nacht betaald (zon
der ontbijt) en om in wat men
hier een eenvoudige eenper
soonskamer noemt uw hoofd
te mogen neervleien, moet ge
al vlug een vijftig gulden op
tafel leggen.
And-ré Sella, de directeur
eigenaar van dit fameuze
hotel, heeft me een blik ge
gund in zijn gastenboek van
het vorige seizoen. Ik zag de
namen en de foto's van (een
willekeurige greep): de Belgi
sche koninklijke familie, de
vrouw van de Sjah van Perzië,
de zoon van de Mikado, de
Griekse premier Papagos,
Adlai Stevenson, de president
van de Standard Oil (die met
een eigen watervliegtuig in
het zwembad landde) en dan
betreft niet snobistisch van
allure is. Het stijve witte ge
bouw heeft sinds het in 1870
met veel festiviteiten werd
geopend niet veel uiterlijke
wijzigingen ondergaan en de
meubilering van de 85 kamers
(waarlijk niet veel) is kost
baar en getuigt van een goede
hoewel wat conservatieve
smaak.
Sella is trots op zijn onder
neming. Zijn vader was de
stichter er van en hij zelf
werd geboren in de kamer,
welke nu zijn kantoor is. Die
voor een goed deel gerecht
vaardigde trots deed hem zeg
gen: „Ik heb me vaak afge
vraagd waarom mijn hotel op
deze Cap d'Antibes steeds
weer de groten der aarde tot
zich lokt. Nadat ik twee jaar
geleden Amerika heb bezocht,
is het me wat duidelijker ge
worden: ik weet nu, dat er
misschien nergens in de we
reld iets te vinden is al hier.
Een hotel met volmaakte ser
vice en comfort, met een on
bedorven natuurpark, da'c
rustig buitenleven mogelijk
maakt, met een heerlijk zwem
bad in de kristalheldere zee,
met de casino's en het mon
daine leven Juan les Pins,
Nice en Cannes vlak bij de
hand en met daarachter een
berglandschap plus oude stad-
een vrouw, om na zonsonder
gang alleen rond te lopen over
de lichtelijk verwaarloosde
asfaltwegen van Cap d'Anti
bes. Dit vooral met het oog op
rondsluipende Algerijnen, van
wie ge er inderdaad duizenden
met onprettige gezichten door
de Rivièra ziet dwalen. Ken
nelijk niet-werkend en loe
rend op een buitenkansje in
criminele zin.
Maar ook zonder de sombere
postbode zou dit schiereiland
met zijn leegstaande fantasie
loze villa's van de Aga Khan
en andere gefortuneerde we
reldburgers en zijn met hek-
Het zwembad Eden Roc, trefplaats van de exclusieve gasten
van hotel Cap d'Antibes en de gewone man".
ken en hagen begrensde wegen
me teneergedrukt hebben.
DE STAATSHOOFDEN,
olieheersers en filmdiva's kun
nen inderdaad in Sella's hotel
desgewenst een niet-openbaar
natuurleven leiden, maar
wanneer zij toch behoefte heb
ben aan contact met de wat
gewonere toerist is het een
voudig, dat te vinden in het
zwembad van het aangrenzen
de paviljoen Eden-Roe. Er is
daar de zee en ook nog een
speciaal in de rotsen gehou
wen bassin. Alles vrij luxueus,
lang niet ongezellig en toch
wel weer te betalen voor hen,
die in hetzelfde water willen
vertoeven als Rita, Papagos,
Adlai of Mariene.
Hollanders zijn zeldzame
verschijningen in dit duurste
hötel van de Rivièra, dat het
vroeger van de winter moest
hebben, maar dat nu slechts
van Pasen tot eind September
geopend is. Monsieur Sella
kon slechts twee redenen voor
die afwezigheid der Hollan
ders bedenken: „Of de prijzen
zijn een bezwaar voor uw
landgenoten óf ze houden
meer van een wat rumoeriger,
bombastischer omgeving."
nog een reeks filmsterren als
Humphrey Bogart, Merle Obe-
ron, Alan Ladd, Simone Simon
en zo kan ik verder gaan. Als
ik er dan nog aan toe voeg,
dat de hertog van Windsor het
Hotel du Cap d'Antibes in
1937 voor zijn huwelijksreis
koos en dat Eisenhower de
eerste na-oorlogse gast was,
dan voelt u wel zo ongeveer
het niveau van dit etablisse
ment aan.
Het is deftig, het is exclu
sief, maar ik moet monsieur
Sella nageven dat zijn hötel
wat inrichting en entourage
jes waar het leven eeuwen
lang heeft stilgestaan."
Er was geen onwaar woord
in deze lofzang, maar ter wille
van het objectieve beeld voeg
ik er toch aan toe, dat het
schiereiland, op het uiterste
puntje waarvan Sella's hotel
is gebouwd, op mij een trieste,
zelfs wat lugubere indruk
maakte. Misschien werd dit
wel in de hand gewerkt door
de mededeling van een post
bode, dat er enkele dagen voor
mijn visite drie moorden wa
ren gepleegd en dat het niet
raadzaam was, zeker niet voor
DE GRENS tussen de gewone man en
de wetenschap wordt dagelijks vager,
nu populair-wetenschappelijke werkjes
en cursussen het leven verdiepen en
veraangenamen. Het massaprobleem, de
kloof tussen techniek en „moreel be-
heersingsvermogen", heeft veel van zijn
omvang moeten laten onder het scherp
van de populair-wetenschappelijke bijl,
vaardig gehanteerd door vermaarde
horde-specialisten. Vader en moeders,
die eens gebukt gingen onder het falen,
dat elk natuurlijk opvoedtalent schijnt
te moeten aankleven, grijpen nu naar
de boeken. Zij vinden daar welke straf
maat dient toegepast om trauma's, neu
rosen en complexen uit huis te houden.
„Met zijn boekje in de hand, psychia
ters aan de kant", schrijft een vermaard
psychiater op de flap van zijn studie.
Twee oude getrouwen in het vrijge-
zellenleven verdiepten zich in droom-
taal en droomuitlegging. Zij bezochten
een cursus en waagden het niet meer
in hun slaap te spreken. Zij wisten, dat
dan het onderbewustzijn aan de nacht
trad en zelfs kon worden uitgehoord
door een toevallig aanwezige, mits be
kwaam met de voorgeschreven termen
een onderbewust gesprek uit te lokken.
Tot er een door de slaapmand viel en
zich lelijk bloot gaf. Verstokt vrijgezel
of geen verstokt vrijgezel, hij prevelde
een zachte meisjesnaam. De ander
schrok hevig, maar greep bezield de
kans en herhaalde nadrukkelijk de
naam. Het slachtoffer had nu geen rem
men meer, het stortte slapend zijn hart
uit, flink aangemoedigd door de mee
pratende. In fascinerende taal beleed
hij zijn onbehagen in het vrijgezellen
bestaan. Zijn vriend zette hem met
quasi-onderbewuste kreten en een krim
pend hart aan. De afval van het basis
principe van een langdurige vriend
schap voltrok zich bodemloos
Het ontbijt werd een kwelling. Links
zat de vrijgezel, die het eigenlijk niet
wilde zijn, rechts zat de vrijgezel, die
het graag was maar 's nachts zijn vriend
als verstokt vrijgezel had horen afval
len.
De afvallige wist van niets blijkbaar.
Hij was een beetje bedrukt, maar dat
kon ook om het ontbijt zijn. De ander
kon het toch niet voor zich houden. „Ik
ga verhuizen", zei hij, „ik ga het elders
zoeken".
„Ik ga met je mee", zei de afvallige,
„ik laat je niet in de steek".
De knoop moest verder doorgehakt
worden. „Ik ga verhuizen", trachtte de
ander met nadruk te zeggen, maar het
klonk als vanachter een hor, „ik ga
verhuizen omdat je vannacht...."
„Stop", riep de afvallige. „Praat me
niet over vannacht, ik werd wakker
toen jij één of andere meisjesnaam zei.
Toen ben ik volgens de cursus met je
gaan meepraten en wat je daarna alle
maal gezegd hebt.VOLEUR
PARIJS, October .Er was dezer
dagen een vrouw aan de telefoon, die het
gesprek opende met „C'est toi, chéri?" Er
is geen ontkenning mogelijk op deze vraag.
Door „Non" te antwoorden toont men zich
alleen, behalve lieveling, ook grappenma
ker. De abonnée aan het andere eind be
klaagde zich dan ook over zo'n aardigheid
en zei dat zij de stem best herkend had.
Men gaat dan zelf twijfelen: misschien
herinnert men zich zijn eigen levensloop
geheel verkeerd, en staat men inderdaad
op intieme voet met de spreekster; mis
schien is men zelfs makelaar in onroeren
de goederen en vader van zeven sterke
dochters; het is immers zeer goed mogelijk
dat het leven een droom is. Even later zei
de vrouw: Maar doe toch niet zo akelig^
Harry en daarmee werd de tijd van on
zekerheid afgesloten, want zelfs als het
leven een droom bleek te zijn geweest,
had men geen Harry kunnen heten. De
vrouw werd, geenszins overtuigd van haar
vergissing, met een lege hoorn in de hand
achtergelaten. Zij liet duidelijk merken dat
zij zich verlaten achtte. Een bleke koude
dag en in de verte een neveltje om de ka
lende bomen: het was wel het ogenblik om
de eenzaamheid te ondervinden van al de
genen, die verlaten worden, zelfs al zou het
niet door Harry zijn. Van buiten was te
horen dat iemand de grintpaden van zijn
krappe tuintje stond te harken. De slagen
van de klokketorens, die de grijze dag in
deelden, klonken als ijzer op ijzer. De
avond had tenminste zacht kunnen vallen,
maar toen begon het onzeker te regenen.
Toch is het nog maar twee weken gele
den, dat de poes in de tuin van het hötel
bij Avignon in de zon op zijn rug heen en
weer rolde: in een vlek zon tussen de scha
duwen van de platanen. Het rook daar naar
de gesneden meloenen die 's ochtends vroeg
verhandeld werden op de markt achter het
hótel. Men werd er gewekt door een hoorn
geschal en door het gesnor van de oude
vrachtauto'tjes van de boeren in de om
trek. Aan de rand van de tuin zat een bros
se dame met wit haar in golfjes een boek
te lezen. Het vriendelijke mens, dat in de
keuken werkte en vaak gniffelend lachte
met een bewegelijk kunstgebit, kwam
voorzichtig aanlopen met het dochtertje
van de eigenares aan de hand.
In Avignon staat het paleis waar de pau
sen in de veertiende eeuw hebben ge
woond. Een van de gidsen, die met de be
heerste gelaatstrekken en de pet op één
oor, meent dat de veertiende eeuw mis
schien beschaafder was dan de twintigste,
omdat de kanonskogels toen niet zo ver
reikten. Maar in de enorme paleiskapel
zingt hij met mannelijk geluid c-e-g-c en
dat komt dan als een accoord terug. ..Gre
goriaans", zegt hij met een toegeeflijk
handgebaartje. Op de wandschilderingen
van het pauselijke slaapvertrek springen
de lange witte honden nog, de voorpoten
gestrekt voor zich uit. En buiten het raam
ligt het groene landschap even duidelijk
als vroeger in de zon.
Bij Fontaine-de-Vaucluse komt een on
deraardse rivier aan den dag, dik bruisend
over de rotsblokken; dat is in een smalle
beboste vallei, die boven de bron afgeslo
ten is met een hoge steile berg, waar mis
schien ieder ogenblik nog eens een nieuw
blok af kan vallen. Bij schemering is het
er al gauw donker en zwaarmoedig, meer
iets voor Schotland of New Hampshire dan
voor de Provence alleen boven de rand
van de berg ziet men het dunne lichte
blauw van de dag die bijna uit het zicht
is Men moet daar schreeuwen om door
Te Amsterdam is de stichting „Heit
Schoolconcert" in het leven geroepen. Deze
heeft ten doel het geven van paedagogiiscihe
concerten door vooraanstaande Nederland
se kunstenaars voor leerlingen van voort
gezet lager en middelbaar onderwijs. De
concerted worden zoveel mogelijk gegeven
tijdens de schooluren, omdat zij worden
beschouwd als aanvulling van het onder-
wijs.
De afdeling onderwijs van het ministerie
van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen
stelt de daarvoor in aanmerking kamende
scholen zo nodig door een subsidie in staat
van deze concerten te profiteren. Directeur
is de heer Piet Pijnenborg.
Arthur Honegger is niet alleen het on
derwerp, maar tevens de hoofdrolspeler
van de nieuwe Fraos-Zwiltserse film van
Georges Rouquier, die door haar opzet doet
denken aan de „André Gide" van Mare
Allégret.
De film zal verscheidene fragmenten uit
werken van Honegger bevatten en wel uit
„Jeanne d'Arc au Bücher" en „De sympho-
nie voor snaren". De componist heeft goed
gevonden in deze films zijn mémoires te
doen herleven en er ook zijn ideeën over
de muziek in tot uitdrukking te brengen,
benevens alles walt hij aan Frankrijk te
danken heeft.
het lawaai van het water heen hoorbaar te
zijn.
Bij de bron van de krokodil Nemausus
in Nimes is het heel anders: daar is een
stadspark met balustrades langs de kanaal
tjes die het doorkruisen en terzijde de
ruïne van een Romeins brongebouw, ge
vat in een half-cirkelvormige groene heu
vel. Tegen de avond heerst daar een oude
stilte. Er holde alleen een jongetje keurig
aan het handje van zijn commanderende
zusje in een wijde boog over het grint;
toen zij op hun uitgangspunt terug waren,
beval zij hem te blijven zitten en stoof weg
naar een vriendinnetje; hij trommelde te
vreden op zijn magere knieën en holde
vervolgens in een zelfgekozen richting,
met zijn linkerhand precies zo strak naast
zijn dij als toen die nog door zijn zusje
moest worden vastgehouden.
Maar hier in Parijs waaien de bomen
leeg. De vitrines zijn al om vele van de
terrassen heen gezet en de clochards sla
pen weer op de roosters, waar de warme
lucht van de métro door omhoog komt.
Theo Olof zal iin het komende seizoen
wederom een aantal concerten ioa. het bui
tenland geven. In November van diitt jaar
concerteert hij in Zwitserland, ander meer
in Genève, alwaar hij met het kamerorkest
van het Orchestra dé la Suisse Romainde
zal optreden. In December geeft Olof reci
tals in Engeland en im Januari staat een
concertreis naar Ierland op het programma. O
oooooooooooocoooooooooooooooooooooooooocxxyoooooooooooooc
Om te bewijzen, dat de mensen grap
pig zijn, zet de Engelse radio-artist j
Peter Martin iedere week weer een
tiental mensen voor spot. Wie zich voor i
een dergelijke uitzending als proefko-
nijn opgeeft, loopt kans drijfnat thuis
te komen, te kijk te worden gezet op
het drukste punt van Londen ofeen j
lading eierstuif op het hoofd te krijgen.
Dit alles tot meerdere glorie van recla
mezender Radio Luxemburg, welke de
zendtijd verkoopt, van de maatschappij,
die de prijzen ter beschikking stelt en j
van de slagzin „People are Funny"
De mensen zijn grappig, onder welk
motto Peter Martin de gekste opdrach- j
ten verzint.
bboooooooooooooooooooooooooooooooooooooeoooooooocooooooo
OM MR. MARTIN geen onrecht te doen
moet erbij worden gezegd, dat hij dikwijls
originele, werkelijk geestige ideeën heeft,
waarom het slachtoffer even hard kan
lachen als het publiek in de zaal of de luis
teraars in hun huiskamers. Daartoe mag
gerekend worden de opdracht, die me
vrouw Jones de naam was écht op
één van de Woensdagavonden kreeg. In
een kleedkamer achter het toneel moest zij
de naam te weten komen van een papegaai
met de belofte, dat zij een kostbaar juweel
mocht uitzoeken, als zij deze het dier wist
te ontfutselen.
Nauwelijks alleen op het toneel vertelde
Peter Martin de toeschouwers alle op
namen worden in Engeland' gemaakt dat
de papegaai alleen maar fluiten en giebe
len kon en sinds mensenheugenis nooit één
woord had gesproken en dat bovendien in
de kleedkamer een verborgen microfoon
was opgesteld, zodat men de conversatie
tussen mevrouw Jones en de fluitende
papegaai kon volgen.
„Hoe heet je dan? Hoe heet je dan?" hoor
de men mevrouw Jones met haar liefste
stem vragen en dan ineens, met een uit
schieter: „Lach niet zo stom! Hoe heet je,
beest? Hoe héét je?"
Terug op het toneel werd haar de waarheid
verteld. Als troostprijs kreeg zij een waar
devol geschenk, maar geen juweel. Ook dit
is een vaste truc van Peter Martin. Hij
wekt daardoor bij slachtoffers en toeschou
wers een beetje wrevel, want de maat
schappij kan immers best wat meer mis
sen? Maar net als de dame het toneel wil
verlaten, vraagt hij haar of zij alsnog het
juweel wil verdienen. De dame, óp van
spanning en zenuwachtigheid, brabbelt iets
onduidelijks en dan noemt Peter Martin
drie namen, waaruit zij die juiste moet ra
den: Pamela Magdalena Irma of Anastasia
Mirabelle Hortensia of Maisy.
„Maisy" herhaalt mevrouw Jones, die de
andere namen niet eens goed verstaan
heeft en een schreeuwende Peter Martin
overhandigt haar alsnog de waardebon
voor een juweel. De volgende staat alweer
voor de microfoon.
ZO GAAT HET DOOR, week in, week uit.
Een dame en een heer worden bereid ge
vonden op één van de drukste punten van
Londen in een étalage een week lang ab
soluut niets te doen. Van negen tot vijf uur,
met slechts een half uur tussenruimte om
te eten, moeten zij zitten, almaar zitten,
kijkend naar de televisie en luisterend naar
de radio. Hun prijs: een televisie-set en
een veertiendaagse vacantie in een kamp.
Weer een andere dame werd met een krui
wagen vol levensmiddelen de stad inge
stuurd. Tien minuten lang moest zij roe-
pen: „De prijzen moeten omlaag. Een heel
brood voor een dubbeltje, een pond toma
ten voor vijftien cent....!" Als zij voor
een bepaald bedrag had verkocht, zou zij
een radiotoestel krijgen. Martin las de te
leurstelling op haar gezicht: „U rekende
zeker op een televisietoestel? Ja, hoor eens,
de radio's moeten óók weg. Gaat u nu
maar." Nauwelijks was zij verdwenen of
haar echtgenoot kreeg opdracht zich te
vermommen en de verkoop te verhinderen.
Als hij slaagde kreeg het echtpaar toch het
TV-toestel. De man maakte het zijn vrouw
inderdaad zo lastig, dat zij half huilend
kwam vertellen gefaald te hebben. Toen
volgde de verrassende ontknoping.
Peter Martin staat voor niets als het om
dramatische effecten gaat. Aangekondigd
alsof zij de humoristen van hun tijd zijn,
komen enkele mensen droevige verhalen
vertellen over anderen, die zij willen hel
pen. Als de applausmeter aangeeft, dat de
zoon van een oude vrouw „zij ligt al
jaren op bed en verlangt zo naar een tele
visietoestel" de meeste indruk heeft ge
maakt op de weke gemoederen van de toe
schouwers, krii'gt hii een televisie-set. Dit
soort luidruchtige liefdadigheid ligt op
hetzelfde peil als de opdracht voor een
vrouw een ei op het hoofd van haar man
stuk te slaan of voor de dame, die geblind
doekt en gekleed in nachthemd door Lan
den moest lopen om achteraf te vertellen
waar ze wel geweest dacht te zijn.
Van andere aard is „De nacht in het spook
huis". Hiervan had Peter Martin een groot
se show gemaakt. Twee vrijwilligers zou
den een nacht in een spookhuis doorbren
gen, waarbij de verzekering werd gegeven,
dat géén effecten kunstmatig zouden wor
den opgewekt.
Na een week van spanning kwam de ont
knoping. Eén van de heren kwam vertel
len, dat hij om twee uur in de nacht ge
vlucht was. Het bleek nu, dat deze man in
het complot was gehaald en dat hij door
zijn angst de ander had moeten beïnvloe
den. Deze medeplichtige werd achter een
gordijn verborgen gehouden, terwijl de
ander het toneel opkwam.
„Hoe is het nachtje bevallen?" vroeg Peter
Martin op een toon, alsof het om een dagje
naar de speeltuin ging.
„Gaat nogal."
„Geloofde u aan spoken, toen u er heen
ging?"
„Toen niet. Nu weet ik het niet zeker
meer."
„Waar is uw metgezel?"
„O, dieDie is gevlucht en als ik hem
ooit nog eens ontmoet, zou ik hem wel eens
het een en ander willen zeggen."
De medeplichtige werd opgeroepen, er
volgde een verklaring, iedereen lachte eens
flink uit en daarna werden de gebruike
lijke geschenken uitgereikt.
People are Funny.... roept Peter Mar
tin uit volle borst en mi-llioenen roepen
het hem blijkbaar na, te oordelen naar de
populariteit van het programma. Het
schijnt onweerstaanbaar grappig te zijn
thuis bij de eigen haard_ te luisteren, hoe
anderen zich voor spot laten zetten. En dat
doet ons vermoeden, dat Peter Martin het
niet alleen over de slachtoffers op het
toneel heeft, als hij die hese en rauwe kreet
„De mensen zijn grappig" door de micro
foon laat klinken. C. D.
Geachte redactie,
Het zal u ongetwijfeld uit uw adverten
tiekolommen bekend zijn, dat het poets
middel Zus-en-Zo véél meer glans geeft,
en dat Die-en-Die sigaren véél pittiger
van smaak zijn. U weet ongetwijfeld even
eens, dat de Humhum-snijkoek véél meer
honing bevat en dat de Klutsklont-mar-
garine véél beter van smaak is. De Tralala-
zeep schuimt véél meer en de Hoempa
radiotoestellen zijn véél selectiever. Aan
nemende dat u op de hoogte is van deze
feitelijkheden, mag ik u dan vragen: beter
dan wat? Meer dan wélk? Selectiever dan
wie?
Het is mij een raadsel waarom men daar
zo geheimzinnig mee is. Kunt u de zaken
mensen niet aansporen wat minder be
scheiden te zijn en eenvoudig mede te
delen dat hun sigaren beter zijn dan die
van De Bruin en dat hun margarine beter
smaakt dan die van de Geelbrok-fabrie-
ken? Veel beter is niks. Veel beter dan
dat-of-dat is alles. Nu is het net een to
neelspel van drie bedrijven, waarvan men
het derde niet te zien krijgt.
Ik wil alle actes. AKTUS
(Er wordt in „Erbij" helemaal niet gead
verteerd. Red).
De minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen heeft bepaald dat de
Staatsprijs voor Letterkunde (de P. C.
Hooftprijs) voor 1954 zal worden toegekend
aan de auteur van het beste beschouwende
prozawerk (essays, biografieën, critisch
proza, litterair-historische studiën) tussen
1 Juli 1951 en 1 Juli 1954 verschenen. De
jury bestaat uit prof. dr. W. J. M. A. Assel-
bers, ds. W. Barnard, prof. dr. E. J. Dijk-
sterhuis, P. H. Dubois, dr. F. K. H. Koss-
mann, dr. F. Sierksma en A. van der Veen.
Op 15 October kreeg Florence
Nightingale opdracht, met een groep
verpleegsters hulp te gaan brengen in
de hospitalen op de Krim, waar de sol
daten verkommerden en als ratten stier
ven onder de ondenkbaarste omstandig
heden van ondervoeding, vervuiling en
gebrek aan geneesmiddelen. Deze datum,
gisteren 100 jaar geleden, herinnert aan
de pionierster der verpleging, uit wier
initiatief en offer de eindeloze rijen ver
pleegsters en liefdezusters zijn voortge
komen, die thans gereed staan voor de
lijdende mensheid. Het Florence
Nightingale-comité heeft thans een zeer
leesbaar boekje het licht doen zien, ge
schreven door dra. M. G. Schenk en de
heer J. B. Th. Spaan, dat zowel de fi
guur van „de eerste verpleegster" als
de ontwikkeling der verpleging en het
werk der hedendaagse verpleegsters be
handelt. Het is een instructief en
interessant werkje, dat de aandacht ten-
volle waard is. Onder de titel „Zuster!"
wordt boeiend verteld over de historie
der verpleging, die begon met zulk een
markante en indrukwekkende persoon
lijkheid als Florence Nightingale, waar
na ook de ontwikkeling van het charita
tieve vak der verpleegzuster in ons land
wordt belicht. De groei van de opleiding
wordt weergegeven en op onderhouden
de manier wordt de lezer ingewijd in de
mogelijkheden, die er open staan. Het
is verkrijgbaar bij het comité, Groot
Hertoginnelaan 65, Den Haag.
Voor de
microfoon
DE LATENTE concurrentie, welke de
Franse omroep heeft vol te houden met de
particuliere en dus reclamezenders in en
kele miniatuurstaten aan de rand van het
Franse taalgebied Radio Luxemburg,
Radio Monte Carlo en Radio Andorra
zal dit jaar nog en in elk geval in 1955 ge
doubleerd worden door een wedloop in de
sector van de beeldomroep.
Want terwijl de eerste resultaten van de
door het Franse parlement toegestane cre-
dieten voor de uitbreiding en verbetering
van het T.V.-net let
terlijk zichtbaar be
ginnen te worden
de zender van Mar
seille werd kort gele
den in gebruik geno
men, die van Lyon
volgt nog voor het
einde van deze maand, de sterkte van de
bestaande zenders van Parijs en Rijssel
staat op het punt opgevoerd te worden van
10 tot 150 kilowatt, om slechts de belang
rijkste vorderingen te noemen kondi
gen Saarland, Luxemburg en Monte Carlo
met meer of minder zelfvertrouwen de
opening van hun T.V.-zenders per 1 Ja
nuari aan.
Télésaar bestaat trouwens al, zij het
dan als een eenvoudige zender voor Saar
land zelf. Maar daar komt dus een tweede
zender voor het Franse taalgebied bij, zo
als er ook plannen zijn voor de bouw van
een Saarlands langegolfstation voor de ge-
„Ik houd van de dans zoals ik houd van van Serge Lido, dat al op de voorpagina
het leven, zoals ik houd van het verlangen van dit nummer van „Erbij" werd aange-
en van de liefdealdus eindigt Jean kondigd. Het klassieke ballet is iets schaar-
Louis Barrault zijn wat extatisch geschre- ser vertegenwoordigd dan in andere jaren,
ven voorwoord tot het nieuwe foto-album maar daar kan men deze uitmuntende foto
graaf geen verwijt van maken, want hij
heeft zijn keuze van onderwerpen uiter
aard moeten maken uit het in Parijs ver
toonde répertoire, waarvan een belangrijke
plaats door folkloristische elementen van
allerlei aard werd ingenomen. Zo kan men
slechts dankbaar zijn voor zeer karakteris
tieke beeldreportages van het optreden van
het Japanse Theater van Miho Hanayagui
en van de Spaanse groepen van Antonio en
Rosario met hun nieuwe partners, die wij
ook in Nederland hebben gezien.
Het zou te ver voeren hier de hele in
houd op te sommen. Er zijn bijna honderd
foto's en de meeste daarvan vullen een ge
hele pagina. Interessant zijn vooral die,
welke Serge Lido kon maken tijdens een
repetitie van het Russische Ballet in de Pa-
rij se Opera voor de te elfder ure wegens
de val van Dien-Bien-Phoe afgelaste voor
stellingen. Een voorbeeld vindt men hierbij
gereproduceerd: de prima ballerina asso-
luta Galina Oelanova, die twee belangrijke
rollen vervult in de thans in Nederland
circulerende Russische dansfilm, in trai-
ningscostuum in de Parijse coulissen.
Als contrast daarmee: de eerste Engelse
ballerina van internationaal formaat en
tevens de laatste der nog werkende Euro
pese danseressen, die in het tijdperk van
Diaghilew naar Russische traditie getraind
werden Alicia Markova, geboren Alicia
Marks, in een markante pose.
luidsomroep van 400 kilowatt, eveneens
voor commerciële programma's. In het
bestuur van de Saarlandse Televisiemaat
schappij, welke met Frans en Saarlands
kapitaal werkt, vindt men figuren als Hen
ri de France en Louis Merlin, beiden pio
niers op het gebied van de commerciële
radio, zo schreef de Franse televisiecriti
cus Michel Droit onlangs in Le Monde. Die
twee heren kan men ook terugvinden in de
besturen van de ondernemingen welke Ra
dio Monte Carlo T.V.hebben opgericht. De
zilveren koorden tussen Saarland en Mo
naco worden nog duidelijker, wanneer
men bedenkt dat één productiemaatschap
pij, Télé Compagnie, de programma's van
beide stations zal verzorgen.
De grote mededinger in de slag om de
publieke populariteit zal Télé-Lux zijn,
het beeld-ige zusje van Radio-Luxemburg.
Het is nogal pikant, dat dezelfde heer Louis
Merlin, die nu bij de Saarlandse en Moné-
gaskaanse concurrentie zit, tot voor een
jaar president-directeur was van de Pro
grammes de France, de onderneming wel
ke de meeste programma's van Radio-
Luxemburg uitdacht en produceerde.
Télé-Lux praat wat zelfverzekerder over
haar toekomstplannen dan de twee ande
re, wellicht een gevolg van de aanwezig
heid van het grote, reeds veroverde pu
bliek door de geluidsomroep.
Intussen wijdt Michel Droit ook een be
schouwing aan de zakelijke mogelijkheden
dezer maatschappijen, want het is maar de
vraag of er erg veel gegadigden zullen zijn
voor een reclame-medium, dat zijn doel
treffendheid nog moet bewijzen en waar
van zeker is, dat het een maximum aan
kosten zal vergen voor het bestrijken van
een, in vergelijking met dat van de ge-
luidSbmroep, minimaal publiek. Daarbij
komt, dat deze reclamezenders van stonde
af aan veel meer moeten bieden dan de
Franse Televisie, welke reeds een carrière
van vele jaren heeft en waarvan de pro
gramma's, zowel technisch als artistiek,
een hoog peil hebben bereikt.
Het is dan ook niet ondenkbaar, dat de
particuliere T.V.-maatschappijen in dit
stadium een strijd op leven en dood met de
Franse Omroep willen vermijden en daar
om een soort wapenstilstand zullen sluiten,
waarbij ze beginnen een aantal Parijse
programma's (tegen betaling natuurlijk)
te relayeren.
Welke vorm de televisiereclame zal krij
gen, staat ook nog lang niet vast. Nog meer
dan reeds bij de geluidsomroep het geval
is, zal overdaad schaden. De ondernemers
zien dat ook wel in en waarschuwen hun
aanstaande klanten reeds nu voor dat ge
vaar. De radio wordt immers slechts met
het oor beluisterd, de televisie met het
oog waargenomen, hetgeen grotere en
meer ingespannen aandacht vereist. Doch
dit houdt tevens de mogelijkheid in, dat
de reclame T.V. niet even grollerig van
allure behoeft te worden als haar zusters
in de geluidsomroep. J. H. B.