De grootste luchthaven van Europa verwacht in 1960 ruim vier millioen passagiers In ons eigen straatje Twee eilanden Twee boeken over twee eilanden „September" door Neud van den Eerenbeemt Bali en Marken TWEE BOEKEN LONDON AIRPORT Boekbespreking Eenvoudig Balinees meisje uit de dessa. Goed gesitueerde Markense in pronkdracht. BIJ DE UITGEVERIJ „De Bezige Bij" in Amsterdam zijn twee nieuwe boeken verschenen („Marken" van dr. J. P. Kos telijk B. de Koek en „Bali in de kente ring" door Jef Last) die zo op het eerste gezicht weinig meer gemeen hebben, dan dat zij beide over een eiland handelen. Toch zijn er tussen Marken en Bali wel meer overeenkomsten. Beide immers ge nieten zij het twijfelachtige voorrecht toe ristenoorden van wereldreputatie te zijn, die ieder jaar door tienduizenden vreem delingen bezocht worden en beide slaan zij daar een flink slaatje uit. Maar de gemiddelde toerist ziet bijvoor beeld van Marken slechts een klein stukje „ballyhoo": een paar opzettelijke pitto reske" winkeltjes met smakeloze, veel te dure souvenirs, wat idem „kijkhuissies" en het veeltalige gesjacher aan het ha ventje. Het echter volksleven met zijn vele typische gebruiken en tradities blijft voor hem een gesloten boek. Dr. Koste lijk en B. de Koek beweren zelfs in hun boek, dat het grootste deel van Marken „nooit door een vreemde voet betreden wordt". Niet anders is het op Bali, waar de vreemdelingen al even geraffineerd door handige zakenlieden a la Sijtje Boes be drogen worden. Toch is het niet waar, zo betoogt Jef Last in zijn hierboven ge noemde boek, dat Bali een soort Indone sisch Marken-voor-dagjesmensen gewor den is: „In werkelijkheid zijn het meestal voorbeelden van dergelijke misverstan- zeer redelijke en fatsoenlijke mensen die den in de verhoudingen tussen blanken en naar ,,'s werelds laatste paradijs" komen, Balinezen en Jef Last laat er geen twijfel met onder hen een groot percentage kun- aan bestaan, dat de schuld daarvoor stenaars en geleerden. De meesten van meestal bij de vreemdelingen ligt. Euro- AMSTERDAM, Juli. Ons straatje in voor de rest zoudt u zich maar node- hen hebben echter geen tijd om dieper in peanen en Amerikanen, die de adel van Amsterdam, dat een gloednieuw straatje is, loos gevleid voelen. Beide sensaties zijn het eiland door te dringen dan de geijkte dit volk niet kennen en zijn bescheiden- heeft een internationaal karakter. Niet dat overbodig. Maar één ding wilde ik u toch toeristencentra met hun schijnvertoningen heid verkeerd begrijpen, kwetsen en ver- er buitenlanders wonen we zijn allemaal doorgeven. We zijn het daar allemaal over en imitatie-volkskunst. Maar wie het nederen de Baliërs bij tal van gelegen- Nederlanders. Maar een belangrijk percen- eens. U zoudt het kunnen beschouwen als waa§t> deze platgetreden paden te ver- heden. „Op een avond dwalen mijn leer- tage van ons is net na een verblijf van en- een resolutie van de gezamenlijke her- laten> die zal in de dorpen in het binnen- lingen (Jef Last is geruime tijd leraar kele of vele jaren in het buitenland in Hol- nieuwde Nederlanders. Eén zinsnede uit die *and„ nog ie*s Yan »de dageraad der we- aan een Balische middelbare school ge land teruggekeerd. Wij zelf komen uit Pa- resolutie zou luiden: dat Nederland reld" kunnen vinden. Hij zal er zich vol- weest) langs het hötelterras. Zij hebben rijs misschien herinnert u zich de stukjes een comfortabel, gemakkelijk land is, waar komen vrij en zonder ooit door bedelaars immers Engels geleerd en hopen in stil- daarvandaan nog. Wij zijn Parijs nog steeds het voortdurend opvalt, dat de mensen het te worden lastig gevallen kunnen bewe- te, dat een der gasten hun iets zal vragen, niet vergeten. De buurman rechts-onder is leuk schijnen te vinden om iets voor je te g?n' Men za* kern geen extra stoel aan- zodat zij hun kennis kunnen luchten.. On net terug na vier jaar te hebben doorge- doen, dat het een welvarend en een voor- bieden wanneer hij bij dans of toneel- der hen is een anak-agoeng een prins, bracht in Togoland (aan de Goudkust in treffelijk georganiseerd land is, maar dat voorstellingen wil kijken, maar evenmin die „rechtstreeks afstamt van de Goden". West Afrika, weet u wel?) Hij is vervuld het een vervelend land is." entree van hem vragen en hem bij geen in zijn witte pakje ziet hij er net uit als van zijn ervaringen daar en hij zegt, dat enkel tempelceremonie de toegang ontzeg- alle andere jongens. Plotseling roept een het er iedere dag warmer was dan in Am- Uia eigenschappen, die wij allemaal ten gen. Van vijandigheid jegens vreemde- der Amerikanen van het terras: „Hè daar, sterdam op zijn allerwarmst. Hij heeft me voordele van Nederland hebben opgesomd, lingen, die hij na het lezen van sommige ja jij, hier heb je een ringit haal 's ook de herinnering weer opgefrist omtrent ?Ta.feri j de conclusie. Dat het leven in artikelen verwacht zou hebben, geen gauw een doosje sigaretten voor me in de de Franse generaal De Lamartin. Vorig jaar l^^derland ons niet genoeg afwisseling, sen- spoor. Maar midden in Den Passar staat toko!" heb ik eens moeten berichten, dat de gene- jjatie, gelegenheid tot juichen en huilen, het Bali-hötel, beroemd in alle wereldde- De anak agoeng is zo verbluft, dat hij raai De Lamartin een bijzonder snelle serie ^ees^eiJ en 'ouwen, uitbundigheid en fasci- len als een luxueuze burcht van Wester- het geld aanneemt en inderdead even la- promoties had doorgemaakt om te worden nerende zaken oplevert. Dat het te goed se zindelijkheid en comfort. Om geheim- ter met de sigaretten terugkomt. Bijna klaargestoomd voor opperbevelhebber van f»aaL te rustig en te georganiseerd. Zegt zinnige redenen is het geplaatst op vrijwel zonder te bedanken neemt de Amerikaan het EDG-hoofdkwartier. Hij was ook een u met- dat het toch g°ed is< zo- Dat is het de eniSe plek waar niets van Bali's na- het pakje aan: „Dat wisselgeld mag je sterk voorstander van die Europese-defen- ook- Maar het 1S hier 20 zelden opwindend, tuurschoon te zien valt en men serveert er houden!" De anak agoeng stopt het geld sie-integratie. Toen de Franse Kamer de A- S. H. Europees eten uit blikjes. In de gasten- in zijn zak, maar een uur later ligt hij EDG had verworpen is de arme generaal s r* i T> kamers hangen foto's of Europese plaatjes, op zijn bed te huilen van vernedering", door een onvriendelijke regering benoemd Vjraiiek in „DOymanS Balinese kunstenaars mogen slechts op 7ttttcv nwrtrw „prhpinon tot commandant van de weinige Franse het terras komen wanneer de gasten hen ,.HOE ZULKE DINGEN te verhelpen Van 23 Juli tot 26 September wordt in de wenken om daar, gehurkt naast de stoe- zijn? Ga naar het binnenland, adviseert expositiezalen van het prentenkabinet van len der blanda's, hun product aan te bie- Last, om daar de Baliër te ontdekken het Museum Boymans te Rotterdam een den. Een van hen toont een beeldje aan zoals hij in werkelijkheid is, een eenvou- tentoonstelling gehouden van grafiek door een transpirerende Amerikaan, die meteen d'S. hartelijk en verdraagzaam mens met Twee huizen verder woont een meneer Martin Schongauer, Israhel van Meckenem begint af te dingen: „Je bent een afzetter. een zeldzame innerlijke beschaving, een van een bank, die net drie jaar in Antwer- en Albrecht Diirer, drie van de belangrijk- Een kameraad van je, daarnet, vroeg maar n°8 vee^ zeldzamer zin voor schoonheid pen heeft gewoond. Zijn grote specialiteit is ste Duitse grafici uit het einde van de vijf- vijfentwintig roepiah voor zijn beeldjes!" en cultuur, een waarachtige levenskun- het imiteren van de Belgische radio-om- tiende en het begin van de zestiende eeuw. De kunstenaar weet bij ervaring, dat het stenaar, die volkomen gelukkig is in zijn roeper, die de marktprijzen van groenten De meer dan honderd te exposeren prenten nutteloos is, die Amerikaan te vertellen eigen kleine samenleving, die alleen door en fruit in het Vlaams voorleest. We kun- zijn afkomstig uit een particuliere verza- wat het verschil is van zijn beeldje waar- domoren voor „primitief" uitgekreten nen hem dat bijna iedere avond voor vrien- meling in ons land. aan hij veertien dagen geduldig heeft zit- wordt. Hij heeft geen behoefte aan Javani- den horen doen. Het is een vast succes- Van Schongauer, een der grootste gra- ten snijden, met het serieproduct, dat zijn sering, Amerikanisering of Europeani- nummer. veurs uit de vijftiende eeuw, zal men niet kameraad daarnet aanbood. Maar hij weet sering van zijn maatschappijtje, maar hij alleen een fraaie keuze uit zijn religieuze ook, dat hij vandaag nog niets verkocht verstart niet in de eeuwenoude adat ten nuis verwijaera ïmKs-boven woont werjc aantreffen, maar ook een aantal or- heeft en het geld moet vinden om straks vormen en staat ook niet afwijzend tegen een scnuimruDber-koninkje, die zojuist het namentsprenten en tevens de bekende wa- met de bus naar zijn dorpje terug te ke- over invloeden van buitenaf, als die vax neeit geleerd in wat hij „de states penschilden in médaillon. Uit het omvang- ren. Hij zegt „Saja toean" en verkoopt het zijn verbeeldingskracht prikkelen: „Dans oem hij bedoelt daar de verenigde Sta- rijke werk van Israhel van Meckenem vindt maar voor een derde van de prijs die het en muziek vernieuwen zich voortdurend, ten mee en als we hem moeten geloven, men bjj de prenten van Bijbelse inhoud de waard is. De Amerikaan beseft niet eens maar ook in de schilder- en beeldhouw- dan zi ten er geen zwarte plekjes op de volledige (en als zodanig zeer zeldzame) welk een geluk hij gehad heeft: hij ziet kunst worden buitenlandse invloeden ver- .■riKaanse ziel. Hu heeft het lanri 1- immers nauwelijks verschil tussen dit werkt en getransformeerd. Bijzonder gees troepen in Togoland. Ik hoor nu, dat de generaal niet geneigd is zichzelf te zegenen over zijn lot. blanke Amerikaanse ziel. Hij heeft het land serie van het leven van Maria. eer.uitzonderingspositie ge- Van Dürer, de grootste kunstenaar van bracht, die moeilijk te verdedigen is tegen- het drietal( zijn alle ber0emde prenten in over onze Togolandei\ die met vrij is ge- voortreffelijke drukken te zien. bleven van een goed-Franse afkeer van het Amerikaanse. Op de hoek tenslotte woont nóg iemand, die uit Antwerpen is teruggekomen. Maar omdat hij in 'n veel betere buurt van Ant werpen heeft gewoond dan de bankmeneer, hebben die twee weinig contact met elkaar. Zulke dingen scheppen kloven in Antwer pen, blijkbaar. Maar 's ochtends vinden we elkaar toch allemaal In de tram. De tram doet er een goed half uur over om ons van het randje van de stad over te brengen naar het cen trum. Er bestaat dus ruime gelegenheid eens uitgebreid te spreken over de ver schillen tussen onze diverse ex-landen. Dat is een onderwerp, waar we nog wel een paar maanden zoet mee zullen blijven. Maar veel constructiever zijn onze ge sprekken over Holland. Ik zal u er niet veel van in détails ver tellen. Ten dele zou het u te zeer beledigen, beeldje en de prullaria, die in de lobby tig is de wijze, waarop het volk steeds van het hotel te koop zijnEuropese motieven wist te verwerken. In „Bali in de kentering" geeft honderden de tempel van Koeboe Tambahan vindt men bijvoorbeeld een reliëf van de God op de fiets, waarvan de wielen lotus bloemen geworden zijn. In Djagera kan men zien hoe, in een Balische hemel, de gelukzalige zielen in grote autobussen rondrijden, met een baardige Hollandse chauffeur aan het stuur en bij Peim- bangan fungeren twee beelden van Hol landse soldaten in de kleding van om streeks 1870 als tempelwachters om de daemonen af te schrikken." Eenzelfde aanpassingsvermogen demon streren de Baliërs op ieder gebied. Vandaar dan ook, dat de radio, de bioscoop en der- gelijken er zonder al te grote schokken een vaste plaats veroverd hebben naast het eeuwenoude Balische theater, de wajang spelen en de dansfeesten. In het religieuze leven op Bali vieren mystiek en magie nog altijd hoogtij. Een der beroemdste mystieke bezweringsdansen is de Sajang Delli, een vuurdans die oorspronkelijk alleen werd (Zie verder pagina 5) (Van onze correspondent in Londen) LONDON AIRPORT, al lang Europa's grootste interna tionale luchthaven, is bezig ook het modernste vliegveld in dit deel van de wereld te worden. Wie in de jaren na de oorlog in Londen neerstreek, kreeg een ietwat kriegelig ge voel. Want de binnenkomst geschiedde in een schamele om geving, bestaande uit onooglijke houten gebouwtjes aan de rand van het terrein, waarop het in alle opzichten primitief toeging. Het waren de overblijfselen van bekrompen militaire barakken. London Airport was immers tot 1945 het belang rijkste vliegveld van de Royal Air Force, toentertijd nog Heathrow genaamd, ruim twintig mijl ten Westen van Lon den gelegen. Croydon en Northolt konden het zich snel uit breidende burgerluchtvaartverkeer toen nauwelijks meer verwerken. Het eerstgenoemde vliegveld, dat te dicht bij de bebouwde kom lag, werd bovendien te gevaarlijk. Vandaar dat Londen Airport, zoals Heathrow latei' gedoopt werd, de officiële toegangspoort en vertrekplaats werd voor de lucht reizigers. Zo snel blijft het luchtverkeer zich uitbreiden, dat ZODRA MEN het ingangshek van de luchthaven London Airport gepasseerd is, vraagt men zich af hoe men het hart ervan, op ruim anderhalve kilometer afstand,moet bereiken. Men wordt verwezen naar een doodgewone bushalte en na enkele ogen blikken rijdt er dan ook een doodgewone rode Londense dubbeldekker voor. Deze bus duikt door een runm achthonderd meter lange tunnel oncler de startbanen en landingterreinen door en belandt tenslotte midden op het vliegveld op het plein tussen stationsgebouwen en het massief van het administratiecentrum, dat de basis vormt voor de controletoren, die verrijst op de top van een negen verdiepingen hoge wol kenkrabber. De gebouwen zijn omgeven door uitge strekte parkeerplaatsen voor auto's. De omvang en hoogte dezer gebouwen maken echter, dat men vergeet op een vliegveld te zijn. Want men waant zich inderdaad in een stad, ingesloten als men is door muren van helderrode baksteen en glas. Rotter dammers zullen zich bijzonder thuis voelen op deze plek, waar de bouwactiviteit nog tenminste vijf jaar zal doorgaan. Immers: hoewel de reeds verrezen moderne gebou wen nu al groots en massaal zijn, is dit nog maar het begin. Er komen naast het ene stationsgebouw, dat thans gereed is, in to taal acht gebouwen voor allerlei diensten, met inbegrip van een afzonderlijk gebouw voor het vrachtvervoer, symmetrisch rond de controletoren gegroepeerd. Vanwege de vorm spreekt men reeds van „diamantstad". Niet minder dan zeventienduizend man personeel zullen hier hun dagelijkse arbeid gaan verrichten. Dertig luchtvaartmaatschappijen zijn op London Airport gevestigd. Op het ogenblik zijn alle Europese diensten behalve de KLM in het nieuwe stationsgebouw ondergebract. Hun vlaggen wapperen van het platte dak. De intercontinentale dien sten en de KLM blijven voorlopig nog in hun wrakke berakken! Voor een Neder lander is het wel wat spijtig te moeten con stateren, dat de KLM in dit gloednieuwe honderden meters lange vliegpaleis ont breekt en daardoor onzichtbaar is gewor- denvoor de duizenden, die London Airport dagelijks betreden. De hoge kosten, ver bonden aan de huur van ruimte in het nieuwe gebouw, schijnen een der factoren te zijn geweest voor de beslissing, dat onze luchtvaartmaatschappij zich vooreerst nog achteraf zal houden. nu alweer is omgegeken naar een tweede luchthaven voor de Britse hoofdstad. Als zodanig wordt Gatwick Aiq^ort in Sus sex ingericht, vanwaar de passagiers nog een uur naar Lon den moeten sporen! Het is werkelijk een anti-climax om als luchtreiziger ten slotte aan een doodgewoon spoorwegstation zijn bestemming te bereiken, maar er is geen ruimte meer, dichter bij Londen, want dit deel van Engeland, waar een vijfde van de eilandbevolking zich concentreerde, is nauw- behuisd. London Airport begint thans als het grootste Britse lucht vaartcentrum een bezienswaardigheid te worden. Op mooie Zondagen komen er dan ook vaak twintigduizend bezoekers, vooral uit de provincie, omdat men aldaar de tegenwoordige reuzentoestellen nog nooit heeft aanschouwd. Op het ogen blik echter zijn het meer de nieuwe gebouwen, die de aan dacht opeisen, dan de vliegtuigen. Zij verrijzen als een eiland midden in het enorme veld, dat een oppervlakte heeft van viereneenhalve vierkante mijl. Ook voor Schiphol bestaan reeds lang plannen om de verkeerstoren en de stationsgebou wen in het centrum van het vliegveld te bouwen. MAGNIFIEK zijn de hoge, brede dub bele ramen, die van even boven de grond (Vervolg van pagina 4) uitgevoerd om de goden gunstig te stem men wanneer er bijvoorbeeld een epidemie heerste. Tegenwoordig echter, zo vertelt Jef Last, kan men zo'n vuurdans ook als toerist bestellen. Twee danseresjes, kinde ren nog, die met wierook in trance ge bracht zijn, dansen met gesloten ogen en op blote voeten over een ruimte die geheel met gloeiende houtskool bedekt is. Men ziet de vonken onder hun voetjes verstui ven. Om het geheel nog imposanter te maken, gooit een der omstanders ineens een blik benzine op het offervuur, dat met hoge tongen oplaait. Eindelijk laat men de kinderen ophouden en neerknielen voor het altaar. Een morsige priesteres giet wat wij water op hun hoofd en meteen ontwaken j ze uit hun trance. Nog geen minuut later zijn het weer gewone, vrolijk babbelende tot aan de daklijst reiken. En groots is ook glijdt naar de douanezaal en na de visitatie de entrée van het stationsgebouw. Gelijk- aan de andere kant van het gebouw weer vloers zijn de lessenaars met de grote ronde omlaag naar het vliegveld. Hier vliedt een wijzerplaten van de weegschalen voor de schier onafgebroken stroom en tegenstroom bagage van hen, die hier rechtstreeks op van koffers en valiezen. In de hal is verder eigen gelegenheid arriveren. Bestemming nog een grote hoek gereserveerd voor tran en vertrektijden worden met lichtseinen sitopassagiers. Natuurlijk is er ook ge- aangegeven. De ruimte is echter wel wat legenheid voor het wisselen van geld en het bedompt. Men kan het plafond met de hand verrichten van bankzaken. De rest van de aanraken. Maar de passagiers, die met de hal wordt ingenomen door buffetten en bussen van de luchtvaartmaatschappijen winkels, een bespreekbureau voor theaters, worden aangevoerd, laten dit „sousterrain" een telegraafkantoor en telefooncellen, links liggen en begeven Londen Airport beschikt zich dadelijk met een Olfl» m iJITTTI over een sPeelkamer roltrap naar de enorme Voor kleuters, waar zij ontvangsthal, waarvan onder deskundige lei- het grootste deel wordt ingenomen door ding worden bezig gehouden, een uit- „voorportalen" van de door deuren komst voor gezinnen op doorreis. De te bereiken enorme zaal voor douane vereniging voor dierenbescherming ont- en controle van paspoorten. In deze laatste fermt zich in een ander deel van het ge- zaal bevinden zich honderdvijftig immigra- bouw over vliegende honden, poezen, apen, tieambtenaren, elk achter een lessenaar. Zij pinguïns en olifanten. Een bioscoop en moeten dagelijks vaak zevenduizend passa- postkantoor zullen verder nog worden op- giers „verwerken". Voor iedere vlucht is er getrokken. een speciale wachtruimte, afgebakend door De hal sluit aan op een ruime wacht- wat iele, ijzeren hekjes, een minder fraaie kamer met serre. Mede dank zij de stern- oplossing, want het geheel heeft iets weg mige stoffering heerst hier, in tegenstelling van een indeling van een veemarktmet het gekrioel rondom, grote rust. Mo- Indrukwekkend is het, hoe de bagage torengebrom dringt overigens het gebouw van de straat af per transportband omhoog niet of nauwelijks binnen. Een étage hoger kijkt men uit een lounge neer op het drukke beweeg in de hal. Hier boven zijn nog meer winkels. Men kan er zich zelfs als men tenminste onbewogen blijft door de jachtende atmosfeer van het vliegbedrijf een herencostuum laten aanmeten! Iemand was juist bezig dat te doen, toen we de winkel binnenkeken. Via een luxueuze bar, begrensd door een res taurant, komt men dan op een enorme dak meisjes, zonder ook maar een blaar of brandwond aan hun voeten Jef Last's boek geeft voorts levendige beschouwingen over de geschiedenis van Bali, de huidige economische, politieke en culturele aspecten van de kleine eiland gemeenschap en een prognose voor zijn toekomst, die uiteraard slechts zijn per soonlijke visie vertegenwoordigt. Als vurig tuin, vanwaar men de reizigers vaarwel minnaar van Bali beziet hij dit alles door kan wuiven of een welkom toeroepen. Een de roze bril van de romanticus, wat niet bezwaar is misschien, dat men hier de ma- wegneemt, dat zijn boek een boeiende bij drage levert tot onze kennis van dit won derlijke paradijseiland. „MARKEN" de tweede hierboven ge noemde uitgave is een keurig uitgevoerd plaatwerk, dat ln tientallen heldere en scherpe (maar erg geposeerde) foto's een duidelijk beeld geeft van de diverse ge compliceerde klederdrachten, weefwerken en houtsnijkunst en de binnenhuisjes der Markenaren. De inleidende tekst is echter wel wat erg summier voor een onderwerp, dat zulk een rijkdom aan détails te bieden heeft als de Markense folklore. H. C. chines niet kan zien opstijgen of landen, doch alleen taxiën, omdat het uitzicht be perkt is naar de stille kant van het veld. HELAAS HEEFT het vliegbedrijf op London Airport reeds zo'n omvang aange nomen van 1960 af wordt gerekend op meer dan vier millioen passagiers per jaar! dat het een in hoge mate onpersoonlijk karakter draagt, hoe men ook misschien zijn best doet de passagiers te gerieven. In dien men op het voorplein bus na bus ziet binnenomen, vol met passagiers voor Mi laan, Berlijn, Kopenhagen, Parijs, Bern, NOUD VAN DEN EERENBEEMT, die tot dusverre alleen korte verhalen publiceerde, heeft met het boek „September" zijn de buut gemaakt als romancier. Het is moei lijk het boek in een romancategorie te rangschikken; daarvoor zijn de kwaliteiten te weinig die, welke een roman bepalen. Het is een boek, dat bij een aandachtige lezer eerder de vraag doet rijzen, hoe een tweede werk van déze schrijver met déze kijk-op-de-dingen zal worden, dan dat het zelf de lezer zal blijven bezig houden. „Sep tember" is een ras-debuut in die zin, dat het meer een wissel op de toekomst is dan op zichzelf voldoende. Het meest opvallende van het boek is, dat er drie personen in voorkomen, die zeg gen schrijver te zijn. Alle drie hebben ver schillende opvattingen. De een is een schrijver (Van Genezijde), die men een journalist van het dagelijks leven zou kun nen noemen. Van den Eerenbeemt stelt diens dilettantisme als romanschrijver aan de kaak. De tweede is een jongeman, Hans genaamd, die met de schrijver van „Sep tember" te identificeren is en wiens aspira ties als schrijver dus met „September" zelf zijn bekroond. De derde is een vage bij figuur, Maarten geheten, die echter een omschrijving van zijn bedoelingen als schrijver geeft, die volledig het boek „Sep tember" dekt. Men ontkomt niet aan de indruk, dat Van den Eerenbeemt het niet heeft aangedurfd Hans zélf die omschrij ving te laten geven. Door het Maarten te laten zeggen, neemt Van den Eerenbeemt afstand van Hans, van zichzelf. Hans had het moéten zeggen, maar die kon het niet zeggen, die had betere bedoelingen met zichzelf. Zo levert dan Maarten van het boek „September" een definitie, die Van den Eerenbeemt met scherpe zelfobservatie vreesde, maar die hij al schrijvend aan het boek nog hoopte te ontkomen. Maar wie het boek uit heeft, moet Maar ten en niet Hans gelijk geven. Maarten zegt: „Ik wil in mijn boek zeggen, dat alle mensen goed waren en het de techniek was Jie alles anders maakte". Hij krijgt dan ten antwoord, dat het thema niet erg origineel s en het dus een boek met een Boodschap s. Maar Maarten denkt dan: „Het was helemaal geen boodschap en geen weg, naar iets, dat iedereen al lang wist." Dat is het: het boek verrast nergens. Het benadrukt, wat ieder weet en dagelijks ziet neon, asfalt, bioscoop, reclame, enzovoorts) dat is het zwart en daartegenover wordt gesteld het sprookje (zwerven in een bos, onbevangen en héél kuis zijn met meisjes, houden van groen gras en zacht water, de hele onaangetaste natuur) dat is het wit. Van den Eerenbeemt ziet heel scherp het cliché in de samenleving (onder andere de zo toeristische gezelschapsreis per bus) en voelt nog het sprookje in zich. Dat is een conflict van zien en voelen, dat in het boek niet voldoende levenskracht krijgt, omdat het zwart en wit zonder raak vlak tegenover elkaar blijven staan. De schrijver leeft het conflict niet ten einde en geeft ook geen vermoedens van de noodzaak, dat conflict niet ten einde te kunnen leven. Zo blijft de lezer met het conflict zitten; sommigen zullen het zich aantrekken, anderen zullen het vergeten. „September" is geschreven door een man, die lijdt aan de kwaal van Van Genezijde, die het boek voltooit dat Maarten wil schrijven, maar die het boek van Hans had willen schrijven. Dat laatste is boeiend, dat maakt nieuwsgierig. Dat zal de tweede ro man moeten worden, waarin het debuut is overwonnen. Met dat al is „September" toch een be langrijk debuut, omdat het openlijk vele problemen van deze tijd van nulwaarde durft verklaren en een pleidooi is voor simpel leven. Het zal velen scherper be wust maken datzelfde verlangen te hebben en bij diezelfden het inzicht scherpen in holle clichévormen van het dagelijks leven. De opzet van „September" is belangrijk en herhaaldelijk geeft de schrijver blijk een knap stylist te zijn. Maar omdat in het boek de sprookjes alle met een been op de grond blijven staan, zal het velen niet overtuigen. De lezer staat steeds op de ladder naar de maan, maar op de maan zijn de sprookjes pas waar. TON NEELISSEN. (Uitgave: Paul Brand, Hilversum) Dublin, Edinburgh, de Kanaaleilanden of waar in Europa ook en de afgebroken stroom taxi's en andere auto's gade slaat (voor be zoekers is er een parkeergelegenheid voor vijftienhonderd wagens) dan beseft men meer dan ooit dat het luchtverkeer thans reeds massavervoer is. Alles gaat in dit reusachtige vliegcentrum koelzakelijk in zijn werk. De nog gezellig-huiselijke sfeer van Schiphol heeft men op London Airport nooit gekend, ook niet toen het met de huis vesting nog pover gesteld was. Een func- tionnaris, pas terug uit Amsterdam, ver trouwde ons toe hoe het intieme contact tussen publiek en luchvaart hem daar had getroffen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1955 | | pagina 12