Te laat en te weinig voet aan
vrijheidsverlangen gegeven
meubelen
lil
IN DE WERELDPOLITIEK
Een kwijnende organisatie
Vrije handel
Achtergrond van het conflict in Noord-Afrika
SpiiCfii'''wêê
Ongeduld over het falen van gematigde
nationalisten dreef de bevolking
in de armen der extremisten
De zomer is niet zo mooi als u denkt
Temperatuurbeeld Augustus 1955
250 modelkamers
Mfte tanden -frtMeadent Met
de n/ea we
//V woningtextiel
Verrekend
T ragiek
Vondst van 500 gulden in
kleine coupures
Verzending van zeepost
Bedenkelijk
In üverijsel 16 nieuwe
gevallen van
kinderverlamming
Vreemde luchtverschijn
selen boven Nederland
Bond van Ouden van Dagen
vergaderde in Amsterdam
Brand in katoenopslag in
Rotterdams havenbedrijf
Schilderijen en Engelse
films te Santpoort
Hoofdprijzen Staatsloterij
DONDERDAG 2 5 AUGUSTUS 1955
3
Met verrassende openhartigheid heeft de
Sovjet-Russische minister van Landbouw
Benediktov twaalf Amerikaanse landbouw
deskundigen, die vijf weken lang Russi
sche landbouwmethoden hebben bestu
deerd, ingelicht over de voedseltekorten
waarmee de Sovjet-Unie nog steeds te
kampen heeft. De graanoogst valt dit jaar
weer tegen, zoals hij sinds jaren tegenge
vallen is. Het merkwaardige feit doet zich
voor dat vertegenwoordigers van een land,
dat nog niet zo lang geleden in woord en
geschrift werd uitgekreten als de voor
naamste belager van het Sovjetvolk, nu
haarfijn mogen weten hoe de zaken staan,
terwijl het Russische volk er onkundig van
blijft. Wel heeft het in de officiële kranten
de aanbevelingen van de Amerikanen kun
nen lezen: beter gebruik van de arbeid,
meer machinale bewerking, economischer
verbouw, voorkómen van erosie, meer che
mische middelen om onkruid te verdelgen,
enzovoorts.
De bezoekers hebben zich in de Sovjet-
Unie niet uitgelaten over het voor of tegen
van het communistische landbouwbeleid.
Zij hebben wel openhartig gewezen op te
kortkomingen en de Russische landbouw-
autoriteiten hebben die volmondig toege
geven. Slechts waar zij wezen op de wen
selijkheid om de arbeidsproductiviteit te
verhogen, maakte Benediktov de kantte
kening dat sommige Sovjet-boerderijen op
dit punt niet voor de Amerikaanse onder
doen.
De Sovjet-Russische pers maakte even
wel geen melding van de teleurstellende
vooruitzichten van de graanoogst van dit
jaar. De Russen kregen een verslag voor
gezet over de recordoogst in de Oekraïne,
die de Amerikanen goed hadden bevonden.
Geen regel over het mislukken van de
oogst in Aziatisch Rusland, waar een ver
schrikkelijke droogte heeft geheerst.
Harry Schwartz, de deskundige in Sov
jet-zaken van de „New York Times" heeft
uitgerekend dat de graanproductie per
hoofd van de bevolking onder de laatste
tsaar hoger was dan vandaag. In 1913 had
Rusland een omvangrijke graanuitvoer,
terwijl het aandeel van de Sovjet-Unie op
de graanmarkt thans te verwaarlozen is.
Haar buurlanden, zoals Polen, moeten
graan op rekening kopen in Canada.
Het landbouwbeleid is voorwerp van
voortdurende zorg van partij-secretaris
Kroesjtsjev, die het plan ontworpen heeft
op grote schaal woeste gronden te ontgin
nen voor de graanbouw ten Oosten van
het Oeral-gebergte. Van dat plan komt dit
jaar weinig terecht. Evenmin gingen de
verwachtingen het vorig jaar in vervulling
door een droogte in de Oekraïne. Het Rus
sische volk verneemt daarvan niets, het er
vaart alleen het gebrek. De Russische lei
ders verwachten kennelijk meer begrip
voor hun moeilijkheden van het Westen
dan bij de Russische bevolking, die stelsel
matig is misleid door gegoochel met statis
tieken en percentages.
De voedselvoorziening houdt geen gelij
ke tred met de bevolkingsaanwas en zelfs
een zo geweldig groot land als de Sovjet-
Unie blijkt zich niet alleen te kunnen me
ten met de krachten der natuur. Zo ooit
dan blijkt hier de onmisbaarheid van een
vrije handel, waarvan het grondbeginsel
is: overvloed en schaarste in verschillende
delen van de wereld met elkaar in even
wicht te brengen. Het Russische regerings
blad „Izvestia" heeft gisteren een veelzeg
gend pleidooi gehouden voor vrijer wereld
handel en daarbij de nadruk gelegd op de
economische belangen van het Westen. Het
blijkt echter dat de economische belangen
van de Sovjet-Unie er niet minder baat bij
zouden vinden.
A. B.
ADVERTENTIE
i i
(Van onze reisredacteur)
In de hete, stoffige „medina's" van Marokko, de „casbah's" van Algerije en in
hun „bidonvilles", de blikken krotwijken, is te lange leste de lont in het kruitvat
gegaan. De gruwelijke uitbarsting van blind fanatisme, die de ketting-reactie
van terreur en représailles in werking stelde, heeft het okeren stof van Noord-
Afrika gedrenkt met het bloed van meer dan tweeduizend mensen. Zij zullen
de laatsten niet zijn, alle officiële geruststellingen ten spijt. Want het kruipend
vuur van de revolutie in Noord-Afrika, dat tot nu toe hier en daar opvlamde, is
thans wijd en zijd uitgeslagen. Het wordt gevoed door lang opgekropte haat van
Algerijnen en Marokkanen en de zengende hevigheid van de Islam, het zal door
représailles slechts verder aangeblazen worden. Représailles. Achter de woorden
„krachtige zuiveringscampagne" doemen immers de witte képi's van het Franse
vreemdelingenlegioen op en de gezichten onder de „képi blanc" zijn voor drie
kwart van Duitsers, die na de tweede wereldoorlog hun verleden afkochten bij
de ronselaars van het legioen. Het vreemdelingenlegioen heeft al eerder de vuile
was moeten doen in Noord-Afrika. Zijn meedogenloze acties in Tunesië en Al
gerije hebben een spoor van bittere haat achtergelaten. Terreur en contra-terreur
schijnen wel onverbrekelijk verbonden aan de norse bergen, de felle steden en de
geblakerde woestijn van de Maghreb, genadeloos land onder een genadeloze zon.
Wat heeft de Noord-Afrikanen gedreven
tot de gillende amok van Zaterdag jongst
leden? Hoe heeft het zover kunnen komen?
De rekening, waarvoor thans de prys
wordt betaald, is lang. In Marokko is de
aanleiding het duideiykst: de tweede ver
jaardag van de afzetting van sultan Ben
Joessef door de Fransen en zyn vervanging
door Ben Arafa in 1953. Ben Joessef had
de zyde gekozen van de nationalistische
Hizb El Istiqlal (party van de onafhanke-
ïykheid), die zich verzette tegen het „di
recte bestuur" dat de Fransen in Marokko
voerden.
Marokko was bij het verdrag van Alge-
ciras (1906) ook door Nederland onder
tekend een Frans protectoraat gewor
den, waarin Frankrijk slechts het beheer
over buitenlandse en militaire aangelegen
heden van het cherifaat overnam. Het ver
stevigde zijn greep door het verdrag van
Fez (1912), waarbij de sultan zich ver
plichtte de door Frankrijk gewenste her
vormingen in te voeren. De daarop vol
gende „administration directe" van de
Fransen mag het voordeel van doortastend
heid gehad hebben, zij sloot de trotse, op
onafhankelijkheid beluste acht millioen
Marokkanen van zelfbestuur uit en liet de
„magkzen" (het bestuur van de sultan)
slechts de rol van ja-knikkers over.
Frankrijk's ja-broers, zoals de machtige
maar in velerlei opzicht aanvechtbare fi
guur van de oude. Pasja van Marrakesj, Si
Hadj Thami El Glawi, hebben medege
werkt aan de grootste vergissing, die
Frankrijk in Marokko heeft gemaakt, de
afzetting van Ben Joessef, voopbereid door
maarschalk Juin, uitgevoerd onder auspi
ciën van minister Bidault, de kwade genius
der na-oorlogse Franse politiek. De sultan,
die Frankrijk bij verdrag verplicht was te
beschermen, werd verbannen en vervan
gen door de gewilligste ja-broer van allen,
de grijze Ben Arafa, wiens levenswijze op
Mohammedaanse gronden door het meren
deel zijner landgenoten verworpen werd.
Deze staatsgreep was voor het Marok
kaanse volk een onverteerbare pil, want
de sultan is niet alleen „emir" (staats
hoofd), maar ook „imam" (voorganger van
zijn volk in het plechtige Vrijdagse gebed,
de „chotba").
Sultan Ben Arafa
ger van Allah" zijn activiteit ook tot de
Algerijnse steden heeft uitgebreid.
val als Marokko verkeerde. Maar hij brak
er de nek op in het Franse parlement. Ik
schreef bij mijn terugkeer uit Noord-Afri
ka in Februari, toen Mendès viel: „De Ma
rokkaanse en Algerijnse nationalisten, die
even een nieuwe hoop aan de horizon heb
ben zien schitteren, zullen straks tegen een
harde-hand politiek alleen met grote ver
bittering terugslaan. Men kan zich voor
bereiden op uitbreiding van de guerilla in
Algerije en sterke toeneming van het ter
rorisme in de Marokkaanse steden. Er
rest weinig anders te voorspellen dan dat
de nabije toekomst nieuw bloedvergieten
en nieuwe verbittering zullen brengen.
Wanneer men tenslotte in de hoogste nood
een man als Mendès-France terugroept
om redding te brengen, moet men niet ver
baasd zijn, wanneer hij daarvoor een ho
gere prijs moet betalen dan degene, die bij
tijdig inzicht op tafel gelegd had kunnen
worden".
Een kind kan thans zien, dat de situatie
in Noord-Afrika niet meer met louter mi
litaire middelen kan worden opgelost.
Maar zijn er nog politieke mogelijkheden
voor een Franse regering, die intern be
dreigd wordt door kuiperijen en sabotage
van haar plannen?
In Marokko kon mogelijk nog een rege
ling naar het Tunesische voorbeeld wor
den getroffen, het uitstekend resultaat van
het Tunesische experiment waar men een
redelijke mate van binnenlandse zelfstan
digheid verleende, geeft daar alle aanlei
ding toe. Maar voor een regeling in Alge
rije doemen onoverkomelijk lijkende
grondwettelijke struikelblokken op. Daar
ligt het ernstigste probleem. De tragiek
van de Noord-Afrikaanse kwestie en
zij wordt door vele Frans-gevormde na
tionalistische leiders zo gevoeld is dat de
grote beschavingsmissie van Frankrijk, die
zo oneindig veel goeds in het arme, achter
gebleven Noord-Afrika heeft verricht, in
gevaar wordt gebracht door degenen, die
niet willen inzien, dat er een nieuwe basis
nodig is.
Een inwoonster van het Groninger dorp
Wagenborgen beleefde Woensdag de ver
rassing van haar leven, toen ze vijfhonderd
gulden op straat vond. Het bleken briefjes
van tien en vijfentwintig gulden te zijn,
als het ware achteloos in het rond gestrooid.
De vindster wist niet wat ze er van moest
denken, maar ze raapte de waardevolle pa
piertjes uiteraard vlug op. „Ik dacht eerst
dat het reclamepapieren waren", zei ze.
Men acht het niet onwaarschijnlijk, dat het
geld uit een passerende auto is gefladderd.
De eigenaar is evenwel nog steeds niet ko
men opdagen.
10
Gtmiddald aantal
ZOMERDAGEN
EEN NORMALE ZOMER ZO.U
DIT BEELD MOETEN GEVEN
TOTAAL P. JAAR
25 ZOMERDAGEN
10
APRIL
GE^JNM^
ME!
JUNI
JULI
AUG.
SEPT.
155344|V PELT
In deze grafiek ge
ven wij een over
zicht van het ge
middelde aantal
zomerdagen, dat
elke maand ken
merkt en daarme
de vergeleken het
aantal zomerdagen
in de afgelopen
maanden van 1955.
Het begon in April
met 1 zomerdag,
wat voor deze
maand een hoge
uitzondering is. De
maanden Mei-Juni
en Juli bleven
echter ver onder het normale. Augustus met 3 zomerdagen is boven het normale.
Het valt echter te bezien of deze zomer ons het normale aantal van 25 zomerdagen
zal opleveren. Daarvoor tenminste 8 zomerdagen moeten beleven.
Sedert 15 Augustus
ligt de gemiddelde
temperatuur boven
het normale peil
dat Augustus ken
merkt.
Onder gemiddelde
temperatuur wordt
verstaan het ge
middelde van alle
metingen van één
dag in De Bilt.
Normaal ligt dit
gemiddelde in deze
periode van het
jaar tussen 16 en
17 graden. In de
afgelopen dagen
ligt dit gemiddelde
belangrijk hoger.
De hoogste meting van 22 Augustus wordt nog overtroffen door metingen in 1953-
1947 en 1944.
Als vergelijkingsmaatstaf kunnen ook nog gelden de temperaturen van 22 Augustus
in New York en in de Sahara.
WONINGINRICHTING
BEVERWIJK
,'.r -
(peMe^c/n<M, 8-1230 envcuj 13.45-18- tuei
Met de volgende schepen kan zeepost wor
den verzonden. De data, waar op de corres
pondentie uiterlijk ter post moet zijn be
zorgd, staan achter de naam van het schip
vermeld.
Naar Argentinië: m.s. „Alberto Dodero"
31 Aug.; naar Australië s.s. „Himalaya"
25 Aug.; via Engeland 27 Aug.; naar Bra
zilië: s.s. „17de Octubre" 27 Aug. en m.s.
„Brasil Star" 30 Aug.; naar Canada: s.s.
„Prins Johan Willem Friso" 25 Aug. en m.s.
„Prins Willem van Oranje" 29 Aug.; naar
Chili via New York 25 Aug.; naar de Ned.
Antillen: m.s. „Oranjestad" 30 Aug.; naar
Nieuw Guinea: m.s. „Karimata" 31 Aug.;
naar Nieuw Zeeland via Engeland 27 Aug.;
naar Suriname: m.s. „Irmgard Plenger" 29
Aue. en naar de Unie van Zuid-Afrika en
Z.W.-Afrika: m.s. „Carnavon Castle" 27
Augustus.
Hoe Frankrijk zich verrekend heeft, is
thans gebleken, want de troonswisseling
was mede gebaseerd op de door Juin en El
Glawi geschapen mythe van de „tiendui
zenden Berbers, die zich zouden verzetten
tegen iedere concessie aan de met het
Arabische deel van de bevolking heulende
Ben Joessef" en die met een burgeroorlog
zouden dreigen. Welnu, de wilde terreur
daden van Zaterdag zyn gepleegd door
deze „loyale Berbers".
Kan men de Istiqlal-partij verantwoor
delijk stellen voor het gebeurde? Tijdens
mijn bezoek van drie maanden aan Noord-
Afrika in de afgelopen winter waarschuw
den Istiqlal-leiders als de voormalige Spa-
hi-officier Lyazidi en de wiskundeleraar
Ben Barka mij reeds, dat de jongere acti
visten de partij uit de hand liepen en on
geduldig raakten over de omzichtigheid
van de leiding. Deze tendenz werd in de
hand gewerkt door de „onthoofding" van
de Istiqlal, de leider El Fassi zetelt in
Caïro, secretaris-generaal Balafredj in
Europa en de leiders in Marokko zelf ver
toefden voortdurend in de gevangenis.
Onttrokken aan de matigende invloed van
de intellectuele leiders vormden de jon
geren en de extremisten terreurgroepen
als „de zwarte hand", die Zaterdag toe
sloegen.
Formeel geheel anders ligt de zaak in
Algerije, dat bij Frankrijk is ingelijfd.
Geen protectoraat dus, maar met zijn drie
„départements" en het militaire territoir
in het Zuiden, constitutioneel deel van
Frankrijk. De beweegredenen van deze in
lijving waren niet van oprechte royaliteit
ontbloot. Men wilde Algerije niet als kolo
nie beschouwen, maar het laten delen in
e voorrechten van het moederland. D«
consequenties van dit uitgangspunt bleker
echter onverwezenlijkbaar, zodat Algerije
met zijn negen millioen Mohammedanen
in een uitzonderingspositie op politiek en
economisch gebied raakte, die van de stel
ling der „drie Franse departementen" een
wettelijke fictie maakte. Tegen deze posi
tie is door gematigde Algerijnen voortdu
rend geageerd. Nationalisten als Ferhat
Abbas vroegen aanvankelijk slechts de be
loofde gelijkstelling. Toen deze niet kwam,
werd het program verscherpt. Een nieuwe
leider dook op, Messali Hadj met zijn be
weging voor de triomf van de democrati
sche vrijheden" (MTLD). Maar zelfs Mes
sali kreeg moeilijkheden met zijn extre
mistische vleugel en van zijn beweging
splitste zich het CHRÜ af, het „Comité
voor verenigde revolutionnaire actie", dat
vorig jaar de opstand in het Aurès-ge-
bergte begon en thans onder de naam „Le-
Dat de Algerynen thans op de Marok
kaanse „bitterheidsdag" eveneens hebben
toegeslagen, wijst duidelyk op coördina
tie van de actie, die tot nu toe in Noord-
Afrika vrijwel geheel ontbrak. Het is een
grimmig voorteken, dat tevens duidt op
een bedenkelyk verschynsel: de leiding van
het verzet is bezig uit handen van de ge
matigder intellectuelen in die van de pri
mitieve extremisten te raken. Het is de
herhaling van de tragische historie in zo
veel andere afhankelyke gebieden, waar
men een redelyk vryheidsverlangen te
laat en te weinnig tegemoet kwam.
Dat de bom niet eerder is gebarsten, is
uitsluitend te danken aan het optreden van
Mendès-France, de enige man, die het
vertrouwen had van de Noord-Afrikanen.
Hij kreeg het door zijn regeling voor Tu
nesië, een land, dat in een soortgelijk ge-
In de provincie Overijsel zijn sinds 1 Ju
ni van dit jaar zestien gevallen van kinder
verlamming geconstateerd. Deze gevallen
zijn verdeeld over de gehele provincie. Ge
durende de laatste tien dagen is ongeveer
elke dag een geval van kinderverlamming
gemeld. Slechts in twee gemeenten komen
meer dan twee gevallen voor. Er bestaat
geen enkele reden tot ongerustheid. In een
warme periode, zoals wij thans beleven, is
het een vrij normaal verschijnsel dat het
aantal gevallen van kinderverlamming een
lichte stijging vertoont. Tot het nemen van
bijzondere maatregelen bestaat niet de
minste aanleiding.
De inspecteur van de Volksgezondheid
in Overijsel heeft de artsen in zijn gebied
alleen geadviseerd voorlopig geen inlich
tingen te verrichten.
ADVERTENTIE
Nieuwe heerlijke smaak!
Erg lekker ook voor
kinderen
Nieuw actief schuim!
Houdt Uw mond fris en
gezond
Nieuwe lage prijs!
Nu kan iedereen zich Colgate veroorloven.
Colgate- de meest verkochte tandpasta ter wereld
KNMI werd herhaaldelijk opgebeld:
De man die het woord „koude oorlog" heeft uitgevonden en het als titel
voor een van zijn veelgelezen boeken over de Amerikaanse buitenlandse
politiek gebruikte Walter Lippmann heeft in zijn blad „New York
Herald Tribune" een beschouwing gewijd aan de NAVO, de Noord-
Atlantische Verdragsorganisatie, die eens de som der Amerikaanse anti-
Russische maatregelen was, daarna het troetelkind van het Amerikaanse
ministerie van Buitenlandse Zaken werd en thans als een indrukwekkend
doch onhandelbaar monster in het politieke aquarium is geborgen, waar
het uitstekend gevoed doch voor geen direct doel meer gebruikt wordt.
Lippmann zegt het niet in deze termen, doch zijn scherpe en vrijmoedige
beschouwing wettigt deze samenvatting der situatie. Hij wijst erop dat de
grondslagen van de NAVO zullen moeten worden herzien, oindat de
publieke opinie haar in haar huidige vorm niet langer zal wensen te dragen
als een last en haar gaarne zal neerleggen.
Deze stem van een der gezaghebbendste
commentatoren uit Amerika verraadt een
juiste interpretatie van de gevoelens dei-
meeste Europese volken ten aanzien van de
NAVO. Als Lippmann betoogt, dat er iets
hols en onovertuigends steekt in de NAVO-
leer, signaleert hij een verschijnsel dat van
het begin af aan door de West-Europese
regeringen ongetwijfeld is waargenomen,
doch zorgvuldig buiten discussie gehouden.
Nu de wereldsituatie iets minder gespan
nen is en beweerde aggressieve bedoelin
gen van de Sovjet-Unie niet meer als over
tuigende argumenten kunnen worden ge
bruikt voor de defensieve inspanningen
van de NAVO-landen, kan men over dat
holle en onechte in de NAVO-leer gereder
spreken. Het onovertuigende zat niet in de
aansporingen tot paraatheid en weerbaar
heid het zat in het telkens weer aan de
dag tredende verschil tussen theorie en
praktijk, tussen leuze en werkelijkheid.
Terwijl aan de ene kant met zekerheid ver
klaard werd, dat de voorsprong der V. S.
op het gebied van atoombommen de basis
der NAVO-veiligheid vormde, werden aan
de andere kant de Europese verbondenen
aangespoord tot vorming van reusachtige
grondlegers. Terwijl de deelneming van
een Duits leger als de sleutel der Europese
veiligheid werd gepropageerd, werd door
mannen van gezag in de Verenigde Staten
de nadruk gelegd op de overtuiging dat de
oorlog der toekomst een atoomoorlog zou
zijn, waarbij operaties van Engelse en
Amerikaanse bases uit van beslissende be
tekenis zouden blijken. Terwijl werd toe
gegeven dat de veiligheid van het grond
gebied der Verenigde Staten bij de huidige
stand der luchtwapenen niet meer kon
worden gegarandeerd, werd voor de bond
genoten hun veiligheid vastgeknoopt aan
hun succes in het op de been brengen van
zoveel mogelijk grondstrijdkrachten.
Lippmann betoogt, dat weinigen meer
geloof kunnen hechten aan de stelling, dat
een toekomstige oorlog zou kunnen worden
gewonnen tussen Rijn en Elbe. Dat gold
zelfs niet eens meer voor een vorige oor
log. Het formeren van divisies in Europa
gaf de Europeanen geen geruststelling. Zij
betwijfelden en met recht het nut
van dergelijke verouderde strategische
praktijken, die trouwens dagelijks door
moderne strategen indirect als onnut wer
den bestempeld in hun uitlatingen over
het noodzakelijke atoombeleid.
Ongetwijfeld heeft Lippmann het oog op
wat in Genève is bereikt ten aanzien van
de algemene ontspanning, als hij zegt dat
er „een kloof gaapt tussen datgene, wat de
NAVO geacht wordt te doen èn hetgeen
Amerika en Rusland in feite doen." Inder
daad is er een bijna komisch aandoend
verschil aan het ontstaan tussen de diplo
matieke en politieke praktijk dezer twee
grote mogendheden en de theorieën, die de
Verenigde Staten met betrekking tot de
NAVO blijven huldigen. Er is nog geen en
kel teken van omschakeling naar een doel
treffende, moderne veiligheidsbewapening
in NAVO-verband, geen aanwijzing van
vei-mindering der militaire bijdragen der
ledenstaten, verkorting der diensttijden, in
tensiever samenwerking op het gebied der
atoomenergie, omschakeling der bewape-
ningsbedrijven die conventionele wapenen
vervaardigen, inperking der invoeren uit
Amerika van conventionele wapens, con-
tingentering van de kazernebouw; plannen
daartoe worden evenmin vernomen. De
regeringen der NAVO-landen gaan rustig
door met datgene aan de NAVO te offeren
wat zij overeenkwamen in een andere, ang
stiger situatie, toen zij niets anders konden
doen dan een gebaar maken. Een gebaar,
waarvan zij van de aanvang af de machte
loosheid en irrealiteit moeten hebben be
seft.
Dat zij echter geen waarde meer hechten
aan alles, waarvoor zij in hun volksver
tegenwoordigingen zo moeizaam hebben
moeten argumenteren, blijkt wel duidelijk
uit het feit dat zij met geen woord van
protest hebben gereageerd op het onttrek
ken van Franse troepen aan de NAVO voor
Afrika. De Franse bijdrage tot de Ver
dragsorganisatie is nu nagenoeg tot nul
ingekrompen. Men aanvaardt het gelaten.
Is er een beter bewijs voor de levenloos
heid van dit logge lichaam in zijn ver
ouderd keurslijf?
Ook Walter Lippmann ziet dit als een
aanwijzing voor de groeiende overtuiging,
dat de Europese veiligheid niet langer af
hangt van de geüniformeerde mensenmas
sa's. Hij karakteriseert de situatie kort en
bondig aldus: „De veiligheid van West-
Europa hangt af van een algemeen machts
evenwicht tussen Oost en West. Er is thans
een impasse in de oorlog, waarbij de
atoomenergie preventief tegen aggressie
werkt."
De conclusie uit dit alles kan niet moei
lijk zijn. Het voortbestaan van de NAVO
in haar huidige vorm is zeer problematisch.
Vandaag of morgen zal een West-Europese
regering last krijgen met haar parlement,
met de publieke mening. Zij zal dan voor
stellen tot aanpassing der NAVO-verplich-
tingen aan de nieuwe situatie moeten in
dienen bij de NAVO-leiding. Misschien
zullen meer Europese regeringen tegelijk in
actie komen. Zij kunnen hun nationale in
spanningen en opofferingen niet voor een
louter fictief doel laten doorgaan.
Als men er niet in slaagt, de NAVO een
nieuwe basis en een nieuwe inhoud te
geven, zal zij er niet lang meer zijn. „Zij
zal vervagen en wegkwijnen," voorspelt
Lippmann en er is geen diepe deernis te
bespeuren in die woorden. J. L.
Het K.N.M.I. in De Bilt is Woensdag
avond herhaaldelijk opgebeld door men
sen uit verschillende delen van het land,
die meenden in de lucht iets te hebben
waargenomen, dat niet behoorde tot de
verschijnselen, die men gewooniijK aan cte
avondlijke hemel ziet. Deze abnormale
verschijnselen werden omschreven als
vuurballen en lichtende banen en strepen,
die dikwijls in vonken uiteenspatten.
Van de zijde van het K.N.M.I. werd naar
aanleiding hiervan opgemerkt, dat daar
geen verschijnselen zijn geregistreerd die
van bijzondere aard waren. Men neemt
voorshands aan dat de geconstateerde
lichtbanen veroorzaakt kunnen zijn door
de uitlaatgassen van straaljagers, indien
het geen vallende sterren waren cue zien op
grote hoogte bevinden. Ook geven wolken
banken op zeer grote hoogte dikwijls het
effect van lichtende strepen of banen.
Ook in Haarlem is omstreeks kwart over
tien een hemellichaam waargenomen/ dat
zich van Oost naar West bewoog en een
blauw licht afstraalde.
De Algemene Bond van Ouden van
Dagen heeft Woensdag in Bellevue te Am
sterdam onder voorzitterschap van de heer
J. Heil, voorzitter van de afdeling Amster
dam, een openbare vergadering gehouden,
waar het wetsontwerp „Algemene Ouder
domsvoorziening" het onderwerp van een
drietal toespraken vormde, die werden ge
houden door de heren J. G. Moederzoon,
F. Rippen en C. J. de Bruin.
De heer C. J. de Bruin, bondssecretaris,
zeide dat er een resolutie door de Bond aan
de minister-president dr. W. Drees is ge
zonden, waarin wordt aangedrongen op een
invoering van de Wet op de Algemene
Ouderdomsvoorziening per 1956 en tevens
op uitkering van 80 percent van de gang
bare lonen. Deze resolutie werd ter ver
gadering voorgelezen, en met algemene
stemmen aangenomen.
Door onbekende oorzaak is Woensdag
brand uitgebroken op de begane grond
van het pand van Van Bennekum's Ha
venbedrijf te Rotterdam, dat aan de Keile-
straat is gelegen. Op een oppervlakte van
1900 vierkante meter lagen in 54 vakken
balen katoen opgeslagen. Ieder vak telt 200
balen.
Direct nadat de aldaar werkzame arbei
ders bemerkten, dat er brand was sloten
zij de toegangsdeuren, waarna de eigen
brandblusinstallatie in het pand begon te
werken. Nadat de rookontwikkeling was
afgenomen heeft de brandweer de blussing
met twee nevelstralen overgenomen. On
geveer 800 balen zouden waterschade heb
ben opgelopen; het aantal, dat door de
brand werd aangetast en naar buiten werd
gebracht, werd door de directie lager ge
raamd. Het bedrijf was verzekerd. Het
ondervindt geen noemenswaardige stag
natie door de brand.
De Santpoortse schilder Jan Makkes Jr.
heeft van vele zijden medewerking gekre
gen bij het organiseren van een Engels
kunstweekeinde, dat te Santpoort in de
grote zaal van „Zomerlust" zal worden ge
houden. Het begint op Vrijdag 26 Augustus
met een culturele avond, die door burge
meester M. M. Kwint wordt geopend. Door
de British Film Library zal een speciaal
voor deze avond samengesteld programma
worden vertoond: Londen bij dag en bij
nacht, Road-Canterbury, Gipsy-Melodies,
Channel-Islands en Gardens of England.
Hierna zal er gelegenheid zijn de schil
derijen te zien, die Jan Makkes Jr. in En
geland heeft gemaakt tijdens zijn jongste
studiereis. De expositie van deze schilde
rijen zal ook Zaterdag en Zondag geopend
zijn.
4e klasse 4e lijst
ƒ5000: 7416
ƒ1500: 7215 8232 14016 15092 10722
f1000: 1945 3605 11437 20920
400: 1597 4479 5931 7704 8430 10683 16211
17025 17786 18050 19366 21589
200: 2515 2639 4716 4892 5063 5316 5621
5929 6328 6987 8164 9017 9458 10243
11844 12416 12436 14332 14631 15434
16101 20648 21621