Te laat en te weinig voet aan vrijheidsverlangen gegeven meubelen lil IN DE WERELDPOLITIEK Een kwijnende organisatie Vrije handel Achtergrond van het conflict in Noord-Afrika SpiiCfii'''wêê Ongeduld over het falen van gematigde nationalisten dreef de bevolking in de armen der extremisten De zomer is niet zo mooi als u denkt Temperatuurbeeld Augustus 1955 250 modelkamers Mfte tanden -frtMeadent Met de n/ea we //V woningtextiel Verrekend T ragiek Vondst van 500 gulden in kleine coupures Verzending van zeepost Bedenkelijk In üverijsel 16 nieuwe gevallen van kinderverlamming Vreemde luchtverschijn selen boven Nederland Bond van Ouden van Dagen vergaderde in Amsterdam Brand in katoenopslag in Rotterdams havenbedrijf Schilderijen en Engelse films te Santpoort Hoofdprijzen Staatsloterij DONDERDAG 2 5 AUGUSTUS 1955 3 Met verrassende openhartigheid heeft de Sovjet-Russische minister van Landbouw Benediktov twaalf Amerikaanse landbouw deskundigen, die vijf weken lang Russi sche landbouwmethoden hebben bestu deerd, ingelicht over de voedseltekorten waarmee de Sovjet-Unie nog steeds te kampen heeft. De graanoogst valt dit jaar weer tegen, zoals hij sinds jaren tegenge vallen is. Het merkwaardige feit doet zich voor dat vertegenwoordigers van een land, dat nog niet zo lang geleden in woord en geschrift werd uitgekreten als de voor naamste belager van het Sovjetvolk, nu haarfijn mogen weten hoe de zaken staan, terwijl het Russische volk er onkundig van blijft. Wel heeft het in de officiële kranten de aanbevelingen van de Amerikanen kun nen lezen: beter gebruik van de arbeid, meer machinale bewerking, economischer verbouw, voorkómen van erosie, meer che mische middelen om onkruid te verdelgen, enzovoorts. De bezoekers hebben zich in de Sovjet- Unie niet uitgelaten over het voor of tegen van het communistische landbouwbeleid. Zij hebben wel openhartig gewezen op te kortkomingen en de Russische landbouw- autoriteiten hebben die volmondig toege geven. Slechts waar zij wezen op de wen selijkheid om de arbeidsproductiviteit te verhogen, maakte Benediktov de kantte kening dat sommige Sovjet-boerderijen op dit punt niet voor de Amerikaanse onder doen. De Sovjet-Russische pers maakte even wel geen melding van de teleurstellende vooruitzichten van de graanoogst van dit jaar. De Russen kregen een verslag voor gezet over de recordoogst in de Oekraïne, die de Amerikanen goed hadden bevonden. Geen regel over het mislukken van de oogst in Aziatisch Rusland, waar een ver schrikkelijke droogte heeft geheerst. Harry Schwartz, de deskundige in Sov jet-zaken van de „New York Times" heeft uitgerekend dat de graanproductie per hoofd van de bevolking onder de laatste tsaar hoger was dan vandaag. In 1913 had Rusland een omvangrijke graanuitvoer, terwijl het aandeel van de Sovjet-Unie op de graanmarkt thans te verwaarlozen is. Haar buurlanden, zoals Polen, moeten graan op rekening kopen in Canada. Het landbouwbeleid is voorwerp van voortdurende zorg van partij-secretaris Kroesjtsjev, die het plan ontworpen heeft op grote schaal woeste gronden te ontgin nen voor de graanbouw ten Oosten van het Oeral-gebergte. Van dat plan komt dit jaar weinig terecht. Evenmin gingen de verwachtingen het vorig jaar in vervulling door een droogte in de Oekraïne. Het Rus sische volk verneemt daarvan niets, het er vaart alleen het gebrek. De Russische lei ders verwachten kennelijk meer begrip voor hun moeilijkheden van het Westen dan bij de Russische bevolking, die stelsel matig is misleid door gegoochel met statis tieken en percentages. De voedselvoorziening houdt geen gelij ke tred met de bevolkingsaanwas en zelfs een zo geweldig groot land als de Sovjet- Unie blijkt zich niet alleen te kunnen me ten met de krachten der natuur. Zo ooit dan blijkt hier de onmisbaarheid van een vrije handel, waarvan het grondbeginsel is: overvloed en schaarste in verschillende delen van de wereld met elkaar in even wicht te brengen. Het Russische regerings blad „Izvestia" heeft gisteren een veelzeg gend pleidooi gehouden voor vrijer wereld handel en daarbij de nadruk gelegd op de economische belangen van het Westen. Het blijkt echter dat de economische belangen van de Sovjet-Unie er niet minder baat bij zouden vinden. A. B. ADVERTENTIE i i (Van onze reisredacteur) In de hete, stoffige „medina's" van Marokko, de „casbah's" van Algerije en in hun „bidonvilles", de blikken krotwijken, is te lange leste de lont in het kruitvat gegaan. De gruwelijke uitbarsting van blind fanatisme, die de ketting-reactie van terreur en représailles in werking stelde, heeft het okeren stof van Noord- Afrika gedrenkt met het bloed van meer dan tweeduizend mensen. Zij zullen de laatsten niet zijn, alle officiële geruststellingen ten spijt. Want het kruipend vuur van de revolutie in Noord-Afrika, dat tot nu toe hier en daar opvlamde, is thans wijd en zijd uitgeslagen. Het wordt gevoed door lang opgekropte haat van Algerijnen en Marokkanen en de zengende hevigheid van de Islam, het zal door représailles slechts verder aangeblazen worden. Représailles. Achter de woorden „krachtige zuiveringscampagne" doemen immers de witte képi's van het Franse vreemdelingenlegioen op en de gezichten onder de „képi blanc" zijn voor drie kwart van Duitsers, die na de tweede wereldoorlog hun verleden afkochten bij de ronselaars van het legioen. Het vreemdelingenlegioen heeft al eerder de vuile was moeten doen in Noord-Afrika. Zijn meedogenloze acties in Tunesië en Al gerije hebben een spoor van bittere haat achtergelaten. Terreur en contra-terreur schijnen wel onverbrekelijk verbonden aan de norse bergen, de felle steden en de geblakerde woestijn van de Maghreb, genadeloos land onder een genadeloze zon. Wat heeft de Noord-Afrikanen gedreven tot de gillende amok van Zaterdag jongst leden? Hoe heeft het zover kunnen komen? De rekening, waarvoor thans de prys wordt betaald, is lang. In Marokko is de aanleiding het duideiykst: de tweede ver jaardag van de afzetting van sultan Ben Joessef door de Fransen en zyn vervanging door Ben Arafa in 1953. Ben Joessef had de zyde gekozen van de nationalistische Hizb El Istiqlal (party van de onafhanke- ïykheid), die zich verzette tegen het „di recte bestuur" dat de Fransen in Marokko voerden. Marokko was bij het verdrag van Alge- ciras (1906) ook door Nederland onder tekend een Frans protectoraat gewor den, waarin Frankrijk slechts het beheer over buitenlandse en militaire aangelegen heden van het cherifaat overnam. Het ver stevigde zijn greep door het verdrag van Fez (1912), waarbij de sultan zich ver plichtte de door Frankrijk gewenste her vormingen in te voeren. De daarop vol gende „administration directe" van de Fransen mag het voordeel van doortastend heid gehad hebben, zij sloot de trotse, op onafhankelijkheid beluste acht millioen Marokkanen van zelfbestuur uit en liet de „magkzen" (het bestuur van de sultan) slechts de rol van ja-knikkers over. Frankrijk's ja-broers, zoals de machtige maar in velerlei opzicht aanvechtbare fi guur van de oude. Pasja van Marrakesj, Si Hadj Thami El Glawi, hebben medege werkt aan de grootste vergissing, die Frankrijk in Marokko heeft gemaakt, de afzetting van Ben Joessef, voopbereid door maarschalk Juin, uitgevoerd onder auspi ciën van minister Bidault, de kwade genius der na-oorlogse Franse politiek. De sultan, die Frankrijk bij verdrag verplicht was te beschermen, werd verbannen en vervan gen door de gewilligste ja-broer van allen, de grijze Ben Arafa, wiens levenswijze op Mohammedaanse gronden door het meren deel zijner landgenoten verworpen werd. Deze staatsgreep was voor het Marok kaanse volk een onverteerbare pil, want de sultan is niet alleen „emir" (staats hoofd), maar ook „imam" (voorganger van zijn volk in het plechtige Vrijdagse gebed, de „chotba"). Sultan Ben Arafa ger van Allah" zijn activiteit ook tot de Algerijnse steden heeft uitgebreid. val als Marokko verkeerde. Maar hij brak er de nek op in het Franse parlement. Ik schreef bij mijn terugkeer uit Noord-Afri ka in Februari, toen Mendès viel: „De Ma rokkaanse en Algerijnse nationalisten, die even een nieuwe hoop aan de horizon heb ben zien schitteren, zullen straks tegen een harde-hand politiek alleen met grote ver bittering terugslaan. Men kan zich voor bereiden op uitbreiding van de guerilla in Algerije en sterke toeneming van het ter rorisme in de Marokkaanse steden. Er rest weinig anders te voorspellen dan dat de nabije toekomst nieuw bloedvergieten en nieuwe verbittering zullen brengen. Wanneer men tenslotte in de hoogste nood een man als Mendès-France terugroept om redding te brengen, moet men niet ver baasd zijn, wanneer hij daarvoor een ho gere prijs moet betalen dan degene, die bij tijdig inzicht op tafel gelegd had kunnen worden". Een kind kan thans zien, dat de situatie in Noord-Afrika niet meer met louter mi litaire middelen kan worden opgelost. Maar zijn er nog politieke mogelijkheden voor een Franse regering, die intern be dreigd wordt door kuiperijen en sabotage van haar plannen? In Marokko kon mogelijk nog een rege ling naar het Tunesische voorbeeld wor den getroffen, het uitstekend resultaat van het Tunesische experiment waar men een redelijke mate van binnenlandse zelfstan digheid verleende, geeft daar alle aanlei ding toe. Maar voor een regeling in Alge rije doemen onoverkomelijk lijkende grondwettelijke struikelblokken op. Daar ligt het ernstigste probleem. De tragiek van de Noord-Afrikaanse kwestie en zij wordt door vele Frans-gevormde na tionalistische leiders zo gevoeld is dat de grote beschavingsmissie van Frankrijk, die zo oneindig veel goeds in het arme, achter gebleven Noord-Afrika heeft verricht, in gevaar wordt gebracht door degenen, die niet willen inzien, dat er een nieuwe basis nodig is. Een inwoonster van het Groninger dorp Wagenborgen beleefde Woensdag de ver rassing van haar leven, toen ze vijfhonderd gulden op straat vond. Het bleken briefjes van tien en vijfentwintig gulden te zijn, als het ware achteloos in het rond gestrooid. De vindster wist niet wat ze er van moest denken, maar ze raapte de waardevolle pa piertjes uiteraard vlug op. „Ik dacht eerst dat het reclamepapieren waren", zei ze. Men acht het niet onwaarschijnlijk, dat het geld uit een passerende auto is gefladderd. De eigenaar is evenwel nog steeds niet ko men opdagen. 10 Gtmiddald aantal ZOMERDAGEN EEN NORMALE ZOMER ZO.U DIT BEELD MOETEN GEVEN TOTAAL P. JAAR 25 ZOMERDAGEN 10 APRIL GE^JNM^ ME! JUNI JULI AUG. SEPT. 155344|V PELT In deze grafiek ge ven wij een over zicht van het ge middelde aantal zomerdagen, dat elke maand ken merkt en daarme de vergeleken het aantal zomerdagen in de afgelopen maanden van 1955. Het begon in April met 1 zomerdag, wat voor deze maand een hoge uitzondering is. De maanden Mei-Juni en Juli bleven echter ver onder het normale. Augustus met 3 zomerdagen is boven het normale. Het valt echter te bezien of deze zomer ons het normale aantal van 25 zomerdagen zal opleveren. Daarvoor tenminste 8 zomerdagen moeten beleven. Sedert 15 Augustus ligt de gemiddelde temperatuur boven het normale peil dat Augustus ken merkt. Onder gemiddelde temperatuur wordt verstaan het ge middelde van alle metingen van één dag in De Bilt. Normaal ligt dit gemiddelde in deze periode van het jaar tussen 16 en 17 graden. In de afgelopen dagen ligt dit gemiddelde belangrijk hoger. De hoogste meting van 22 Augustus wordt nog overtroffen door metingen in 1953- 1947 en 1944. Als vergelijkingsmaatstaf kunnen ook nog gelden de temperaturen van 22 Augustus in New York en in de Sahara. WONINGINRICHTING BEVERWIJK ,'.r - (peMe^c/n<M, 8-1230 envcuj 13.45-18- tuei Met de volgende schepen kan zeepost wor den verzonden. De data, waar op de corres pondentie uiterlijk ter post moet zijn be zorgd, staan achter de naam van het schip vermeld. Naar Argentinië: m.s. „Alberto Dodero" 31 Aug.; naar Australië s.s. „Himalaya" 25 Aug.; via Engeland 27 Aug.; naar Bra zilië: s.s. „17de Octubre" 27 Aug. en m.s. „Brasil Star" 30 Aug.; naar Canada: s.s. „Prins Johan Willem Friso" 25 Aug. en m.s. „Prins Willem van Oranje" 29 Aug.; naar Chili via New York 25 Aug.; naar de Ned. Antillen: m.s. „Oranjestad" 30 Aug.; naar Nieuw Guinea: m.s. „Karimata" 31 Aug.; naar Nieuw Zeeland via Engeland 27 Aug.; naar Suriname: m.s. „Irmgard Plenger" 29 Aue. en naar de Unie van Zuid-Afrika en Z.W.-Afrika: m.s. „Carnavon Castle" 27 Augustus. Hoe Frankrijk zich verrekend heeft, is thans gebleken, want de troonswisseling was mede gebaseerd op de door Juin en El Glawi geschapen mythe van de „tiendui zenden Berbers, die zich zouden verzetten tegen iedere concessie aan de met het Arabische deel van de bevolking heulende Ben Joessef" en die met een burgeroorlog zouden dreigen. Welnu, de wilde terreur daden van Zaterdag zyn gepleegd door deze „loyale Berbers". Kan men de Istiqlal-partij verantwoor delijk stellen voor het gebeurde? Tijdens mijn bezoek van drie maanden aan Noord- Afrika in de afgelopen winter waarschuw den Istiqlal-leiders als de voormalige Spa- hi-officier Lyazidi en de wiskundeleraar Ben Barka mij reeds, dat de jongere acti visten de partij uit de hand liepen en on geduldig raakten over de omzichtigheid van de leiding. Deze tendenz werd in de hand gewerkt door de „onthoofding" van de Istiqlal, de leider El Fassi zetelt in Caïro, secretaris-generaal Balafredj in Europa en de leiders in Marokko zelf ver toefden voortdurend in de gevangenis. Onttrokken aan de matigende invloed van de intellectuele leiders vormden de jon geren en de extremisten terreurgroepen als „de zwarte hand", die Zaterdag toe sloegen. Formeel geheel anders ligt de zaak in Algerije, dat bij Frankrijk is ingelijfd. Geen protectoraat dus, maar met zijn drie „départements" en het militaire territoir in het Zuiden, constitutioneel deel van Frankrijk. De beweegredenen van deze in lijving waren niet van oprechte royaliteit ontbloot. Men wilde Algerije niet als kolo nie beschouwen, maar het laten delen in e voorrechten van het moederland. D« consequenties van dit uitgangspunt bleker echter onverwezenlijkbaar, zodat Algerije met zijn negen millioen Mohammedanen in een uitzonderingspositie op politiek en economisch gebied raakte, die van de stel ling der „drie Franse departementen" een wettelijke fictie maakte. Tegen deze posi tie is door gematigde Algerijnen voortdu rend geageerd. Nationalisten als Ferhat Abbas vroegen aanvankelijk slechts de be loofde gelijkstelling. Toen deze niet kwam, werd het program verscherpt. Een nieuwe leider dook op, Messali Hadj met zijn be weging voor de triomf van de democrati sche vrijheden" (MTLD). Maar zelfs Mes sali kreeg moeilijkheden met zijn extre mistische vleugel en van zijn beweging splitste zich het CHRÜ af, het „Comité voor verenigde revolutionnaire actie", dat vorig jaar de opstand in het Aurès-ge- bergte begon en thans onder de naam „Le- Dat de Algerynen thans op de Marok kaanse „bitterheidsdag" eveneens hebben toegeslagen, wijst duidelyk op coördina tie van de actie, die tot nu toe in Noord- Afrika vrijwel geheel ontbrak. Het is een grimmig voorteken, dat tevens duidt op een bedenkelyk verschynsel: de leiding van het verzet is bezig uit handen van de ge matigder intellectuelen in die van de pri mitieve extremisten te raken. Het is de herhaling van de tragische historie in zo veel andere afhankelyke gebieden, waar men een redelyk vryheidsverlangen te laat en te weinnig tegemoet kwam. Dat de bom niet eerder is gebarsten, is uitsluitend te danken aan het optreden van Mendès-France, de enige man, die het vertrouwen had van de Noord-Afrikanen. Hij kreeg het door zijn regeling voor Tu nesië, een land, dat in een soortgelijk ge- In de provincie Overijsel zijn sinds 1 Ju ni van dit jaar zestien gevallen van kinder verlamming geconstateerd. Deze gevallen zijn verdeeld over de gehele provincie. Ge durende de laatste tien dagen is ongeveer elke dag een geval van kinderverlamming gemeld. Slechts in twee gemeenten komen meer dan twee gevallen voor. Er bestaat geen enkele reden tot ongerustheid. In een warme periode, zoals wij thans beleven, is het een vrij normaal verschijnsel dat het aantal gevallen van kinderverlamming een lichte stijging vertoont. Tot het nemen van bijzondere maatregelen bestaat niet de minste aanleiding. De inspecteur van de Volksgezondheid in Overijsel heeft de artsen in zijn gebied alleen geadviseerd voorlopig geen inlich tingen te verrichten. ADVERTENTIE Nieuwe heerlijke smaak! Erg lekker ook voor kinderen Nieuw actief schuim! Houdt Uw mond fris en gezond Nieuwe lage prijs! Nu kan iedereen zich Colgate veroorloven. Colgate- de meest verkochte tandpasta ter wereld KNMI werd herhaaldelijk opgebeld: De man die het woord „koude oorlog" heeft uitgevonden en het als titel voor een van zijn veelgelezen boeken over de Amerikaanse buitenlandse politiek gebruikte Walter Lippmann heeft in zijn blad „New York Herald Tribune" een beschouwing gewijd aan de NAVO, de Noord- Atlantische Verdragsorganisatie, die eens de som der Amerikaanse anti- Russische maatregelen was, daarna het troetelkind van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken werd en thans als een indrukwekkend doch onhandelbaar monster in het politieke aquarium is geborgen, waar het uitstekend gevoed doch voor geen direct doel meer gebruikt wordt. Lippmann zegt het niet in deze termen, doch zijn scherpe en vrijmoedige beschouwing wettigt deze samenvatting der situatie. Hij wijst erop dat de grondslagen van de NAVO zullen moeten worden herzien, oindat de publieke opinie haar in haar huidige vorm niet langer zal wensen te dragen als een last en haar gaarne zal neerleggen. Deze stem van een der gezaghebbendste commentatoren uit Amerika verraadt een juiste interpretatie van de gevoelens dei- meeste Europese volken ten aanzien van de NAVO. Als Lippmann betoogt, dat er iets hols en onovertuigends steekt in de NAVO- leer, signaleert hij een verschijnsel dat van het begin af aan door de West-Europese regeringen ongetwijfeld is waargenomen, doch zorgvuldig buiten discussie gehouden. Nu de wereldsituatie iets minder gespan nen is en beweerde aggressieve bedoelin gen van de Sovjet-Unie niet meer als over tuigende argumenten kunnen worden ge bruikt voor de defensieve inspanningen van de NAVO-landen, kan men over dat holle en onechte in de NAVO-leer gereder spreken. Het onovertuigende zat niet in de aansporingen tot paraatheid en weerbaar heid het zat in het telkens weer aan de dag tredende verschil tussen theorie en praktijk, tussen leuze en werkelijkheid. Terwijl aan de ene kant met zekerheid ver klaard werd, dat de voorsprong der V. S. op het gebied van atoombommen de basis der NAVO-veiligheid vormde, werden aan de andere kant de Europese verbondenen aangespoord tot vorming van reusachtige grondlegers. Terwijl de deelneming van een Duits leger als de sleutel der Europese veiligheid werd gepropageerd, werd door mannen van gezag in de Verenigde Staten de nadruk gelegd op de overtuiging dat de oorlog der toekomst een atoomoorlog zou zijn, waarbij operaties van Engelse en Amerikaanse bases uit van beslissende be tekenis zouden blijken. Terwijl werd toe gegeven dat de veiligheid van het grond gebied der Verenigde Staten bij de huidige stand der luchtwapenen niet meer kon worden gegarandeerd, werd voor de bond genoten hun veiligheid vastgeknoopt aan hun succes in het op de been brengen van zoveel mogelijk grondstrijdkrachten. Lippmann betoogt, dat weinigen meer geloof kunnen hechten aan de stelling, dat een toekomstige oorlog zou kunnen worden gewonnen tussen Rijn en Elbe. Dat gold zelfs niet eens meer voor een vorige oor log. Het formeren van divisies in Europa gaf de Europeanen geen geruststelling. Zij betwijfelden en met recht het nut van dergelijke verouderde strategische praktijken, die trouwens dagelijks door moderne strategen indirect als onnut wer den bestempeld in hun uitlatingen over het noodzakelijke atoombeleid. Ongetwijfeld heeft Lippmann het oog op wat in Genève is bereikt ten aanzien van de algemene ontspanning, als hij zegt dat er „een kloof gaapt tussen datgene, wat de NAVO geacht wordt te doen èn hetgeen Amerika en Rusland in feite doen." Inder daad is er een bijna komisch aandoend verschil aan het ontstaan tussen de diplo matieke en politieke praktijk dezer twee grote mogendheden en de theorieën, die de Verenigde Staten met betrekking tot de NAVO blijven huldigen. Er is nog geen en kel teken van omschakeling naar een doel treffende, moderne veiligheidsbewapening in NAVO-verband, geen aanwijzing van vei-mindering der militaire bijdragen der ledenstaten, verkorting der diensttijden, in tensiever samenwerking op het gebied der atoomenergie, omschakeling der bewape- ningsbedrijven die conventionele wapenen vervaardigen, inperking der invoeren uit Amerika van conventionele wapens, con- tingentering van de kazernebouw; plannen daartoe worden evenmin vernomen. De regeringen der NAVO-landen gaan rustig door met datgene aan de NAVO te offeren wat zij overeenkwamen in een andere, ang stiger situatie, toen zij niets anders konden doen dan een gebaar maken. Een gebaar, waarvan zij van de aanvang af de machte loosheid en irrealiteit moeten hebben be seft. Dat zij echter geen waarde meer hechten aan alles, waarvoor zij in hun volksver tegenwoordigingen zo moeizaam hebben moeten argumenteren, blijkt wel duidelijk uit het feit dat zij met geen woord van protest hebben gereageerd op het onttrek ken van Franse troepen aan de NAVO voor Afrika. De Franse bijdrage tot de Ver dragsorganisatie is nu nagenoeg tot nul ingekrompen. Men aanvaardt het gelaten. Is er een beter bewijs voor de levenloos heid van dit logge lichaam in zijn ver ouderd keurslijf? Ook Walter Lippmann ziet dit als een aanwijzing voor de groeiende overtuiging, dat de Europese veiligheid niet langer af hangt van de geüniformeerde mensenmas sa's. Hij karakteriseert de situatie kort en bondig aldus: „De veiligheid van West- Europa hangt af van een algemeen machts evenwicht tussen Oost en West. Er is thans een impasse in de oorlog, waarbij de atoomenergie preventief tegen aggressie werkt." De conclusie uit dit alles kan niet moei lijk zijn. Het voortbestaan van de NAVO in haar huidige vorm is zeer problematisch. Vandaag of morgen zal een West-Europese regering last krijgen met haar parlement, met de publieke mening. Zij zal dan voor stellen tot aanpassing der NAVO-verplich- tingen aan de nieuwe situatie moeten in dienen bij de NAVO-leiding. Misschien zullen meer Europese regeringen tegelijk in actie komen. Zij kunnen hun nationale in spanningen en opofferingen niet voor een louter fictief doel laten doorgaan. Als men er niet in slaagt, de NAVO een nieuwe basis en een nieuwe inhoud te geven, zal zij er niet lang meer zijn. „Zij zal vervagen en wegkwijnen," voorspelt Lippmann en er is geen diepe deernis te bespeuren in die woorden. J. L. Het K.N.M.I. in De Bilt is Woensdag avond herhaaldelijk opgebeld door men sen uit verschillende delen van het land, die meenden in de lucht iets te hebben waargenomen, dat niet behoorde tot de verschijnselen, die men gewooniijK aan cte avondlijke hemel ziet. Deze abnormale verschijnselen werden omschreven als vuurballen en lichtende banen en strepen, die dikwijls in vonken uiteenspatten. Van de zijde van het K.N.M.I. werd naar aanleiding hiervan opgemerkt, dat daar geen verschijnselen zijn geregistreerd die van bijzondere aard waren. Men neemt voorshands aan dat de geconstateerde lichtbanen veroorzaakt kunnen zijn door de uitlaatgassen van straaljagers, indien het geen vallende sterren waren cue zien op grote hoogte bevinden. Ook geven wolken banken op zeer grote hoogte dikwijls het effect van lichtende strepen of banen. Ook in Haarlem is omstreeks kwart over tien een hemellichaam waargenomen/ dat zich van Oost naar West bewoog en een blauw licht afstraalde. De Algemene Bond van Ouden van Dagen heeft Woensdag in Bellevue te Am sterdam onder voorzitterschap van de heer J. Heil, voorzitter van de afdeling Amster dam, een openbare vergadering gehouden, waar het wetsontwerp „Algemene Ouder domsvoorziening" het onderwerp van een drietal toespraken vormde, die werden ge houden door de heren J. G. Moederzoon, F. Rippen en C. J. de Bruin. De heer C. J. de Bruin, bondssecretaris, zeide dat er een resolutie door de Bond aan de minister-president dr. W. Drees is ge zonden, waarin wordt aangedrongen op een invoering van de Wet op de Algemene Ouderdomsvoorziening per 1956 en tevens op uitkering van 80 percent van de gang bare lonen. Deze resolutie werd ter ver gadering voorgelezen, en met algemene stemmen aangenomen. Door onbekende oorzaak is Woensdag brand uitgebroken op de begane grond van het pand van Van Bennekum's Ha venbedrijf te Rotterdam, dat aan de Keile- straat is gelegen. Op een oppervlakte van 1900 vierkante meter lagen in 54 vakken balen katoen opgeslagen. Ieder vak telt 200 balen. Direct nadat de aldaar werkzame arbei ders bemerkten, dat er brand was sloten zij de toegangsdeuren, waarna de eigen brandblusinstallatie in het pand begon te werken. Nadat de rookontwikkeling was afgenomen heeft de brandweer de blussing met twee nevelstralen overgenomen. On geveer 800 balen zouden waterschade heb ben opgelopen; het aantal, dat door de brand werd aangetast en naar buiten werd gebracht, werd door de directie lager ge raamd. Het bedrijf was verzekerd. Het ondervindt geen noemenswaardige stag natie door de brand. De Santpoortse schilder Jan Makkes Jr. heeft van vele zijden medewerking gekre gen bij het organiseren van een Engels kunstweekeinde, dat te Santpoort in de grote zaal van „Zomerlust" zal worden ge houden. Het begint op Vrijdag 26 Augustus met een culturele avond, die door burge meester M. M. Kwint wordt geopend. Door de British Film Library zal een speciaal voor deze avond samengesteld programma worden vertoond: Londen bij dag en bij nacht, Road-Canterbury, Gipsy-Melodies, Channel-Islands en Gardens of England. Hierna zal er gelegenheid zijn de schil derijen te zien, die Jan Makkes Jr. in En geland heeft gemaakt tijdens zijn jongste studiereis. De expositie van deze schilde rijen zal ook Zaterdag en Zondag geopend zijn. 4e klasse 4e lijst ƒ5000: 7416 ƒ1500: 7215 8232 14016 15092 10722 f1000: 1945 3605 11437 20920 400: 1597 4479 5931 7704 8430 10683 16211 17025 17786 18050 19366 21589 200: 2515 2639 4716 4892 5063 5316 5621 5929 6328 6987 8164 9017 9458 10243 11844 12416 12436 14332 14631 15434 16101 20648 21621

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1955 | | pagina 5