„Toen ik op watertoren stond
dacht ik: stóp met deze bouw
AVONTUUR
Canadese lof voor de
Nederlandse emigranten
Dat weer.
Nansen-medailles voor Koningin
Juliana en mevrouw Roosevelt
GupaKNEEDBAAR HOUT van Geta Bever
De Pseudo-
Echtgenote
Prof. Wijdeveld in Zandvoort:
Geestelijke vader van boulevardplan
sprak Noordhollandse burgemeesters toe
Internationaal congres
Amerika-Europa
De oef ening Storm vuur'
met succes besloten
Nederlands gezant te Genève nam me
daille voor Koningin in ontvangst
van Piezviep en Pippie
Hitier op de fles
„Uw verlies is onze winst" zegt voor
zitter Canadees werkgeversverbond
Twee inbraakjes
opgehelderd
Opening te Rome geschiede
door prins Bernhard
Amerikanen schoten haarscherp
met atoomkanonnen
Kort nieuws
FEUILLETON
door MARY BURCHELL
VRIJDAG 16 SEPTEMBER 1955
„Toen ik op de watertoren stond en over Zandvoort keek, heb ik gezegd: stop met
deze bouw, want deze op drift geslagen wereld wil iets anders en dat is niet tegen
te houden. Want niet de kunstenaars maken de wereld, zij creëren slechts wat de
tijd hun voorzet, de kunstenaar kan slechts uit de hedendaagse techniek de harmonie
scheppen, zoals de componist zijn muziek schept. Uw dorp en uw stad is een instru
ment, dat u moet beheersen. En toen, na het bezoek aan Zandvoorts watertoren,
ben ik met een project gekomen. Jan Wils en ik hebben het uitgewerkt, omdat de
Stichting wilde dat naast mij een architect zou staan, die de economische mogelijk
heden zoun aanvoelen. Overeenstemming met de Spoorwegen om het nieuwe station
in dit project op te nemen, werd reeds bereikt en samen hopen wij nu spoedig aan
de verwezenlijking ervan te kunnen beginnen". Dit zeide de geestelijke vader van
Zandvoorts Boulevardcentrum-project, de architect, prof. H. Th. Wijdeveld, Donder
dagmiddag op de jaarvergadering van de afdeling Noordholland van de Vereniging
vn Burgemeesters in Noordholland, die in Hötel Bouwes te Zandvoort werd gehou
den en waar ongeveer vijftig burgemeesters uit de hele provincie aan deelnamen.
De spreker hield zijn bijzonder geestdrif
tig betoog onder de titel: „Regeren is voor
uitzien" en toonde de schetsen van het toe
komstig boulevardcentrum. Hij deelde er
voorts tal bijzonderheden over mede, die
in dit blad reeds maanden geleden gepu
bliceerd zijn naar aanleiding van een lezing
van de burgemeester van Zandvoort voor
de Maatschappij voor Nijverheid en Handel
in Haarlem.
Prof. Wijdeveld herinnerde aan een ge
sprek dat hij eens met de dichteres Roland
Holst had gehad en waarin het hem duide
lijk was geworden dat de bruisende kracht
in haar gedichten was gaan plaatsmaken
voor de weemoedige vraag: waar gaan wij
heen? Het oude vergaat en het nieuwe
komt op, reeds het spel van onze kinderen
geeft daarvan de voorbeelden te zien.
Na van zijn ervaringen, opgedaan in vele
landen en met name in Amerika te hebben
verhaald, schetste de spreker de vooruit
gang der techniek in de laatste zestig jaar
en de invloed daarvan op het leven der
mensheid. Waar men vroeger kon genieten
van vrede en rust, waar men alleen kon
zijn met zijn gedachten, daar is nu de
massa gekomen, overal en overal wordt ge
drongen en gewrongen in deze jagende
jachtende wereld. Dat feit moet men niet
proberen te negeren, men moet vooruitzien.
Liever bruggen dan tunnels
„Waarom, burgemeesters," riep de spreker
de vergadering toe, „hebt ge eertijds niet
gezegd: Wij leggen morgen onze functie
neer als er geen brug komt over het Noord
zeekanaal ten tijde dat de Afsluitdijk ge
reed zal zijn? Hebt ge toen niet begrepen,
welk een gedrang dit zou gaan geven bij
de gebrekkige pontverbinding? Zo is er
zoveel, wat voor de toekomst uw aandacht
vraagt. Uw gemeenten groeien uit. Amster
dam groeit aan Haarlem, Haarlem aan
Zandvoort en het is onmogelijk, dat dit zó
kan doorgaan. En waarom zoudt ge uw
verkeer onder de grond gaan leiden? Vecht
voor het behoud van de schoonheid van
uw steden en dorpen. Bouw bruggen, hoog
boven uw prachtig landschap, want dat het
kan, bewijst de prachtige Washington-
bridge met een spanning van 1150 meter.
U zegt: Er is woningnood, maar hoe on
gelofelijk en paradoxaal het ook moge klin
ken, ik geloof, dat er éérst nog gesloopt
zal moeten worden,vóór er wordt gebouwd,
want een stad, een dorp moet op een ge
geven ogenblik kunnen zeggen: „wij zijn
vol, er kan niemand meer bij." Doch wat
doet men? Men bouwt dóór en vernielt
daardoor het schoon van zijn dorpen en
steden. Nu zult u zeggen: Nederland is één
der dichtstbevolkte landen. U zegt wellicht
met Roland Holst: Waar gaan wij heen?
Wel, het antwoord is héél eenvoudig: Bouw
nieuwe steden en nieuwe dorpen, want er
is nog ruimte en plaats genoeg!
Trouwens, men gaat daartoe reeds over.
Men bouwt een nieuwe stad, die men
„IJmond" noemt, men bouwt een nieuw
forensendorp by Harderwyk en er zijn
meerdere voorbeelden te noemen. Ik hou
van Holland, want als ik Holland noem,
dan noem ik myzelf en ik ben trots op dit
land met zijn wyde polders, zyn prachtige
luchten en zyn geweldige zee en wanneer
ik onze kinderen zie spelen, dan voel ik het
telkens we#er, dat wy voor onze kinderen
moeten bouwen en dat wy daarby ons
schone Holland niet mogen vernielen.Daar-
Tijdens de kermisweek in Santpoort is
twee maal ingebroken: eenmaal in een
huis aan de Van Dalenlaan en vervolgens
in het kantoor van een meubelfabriek.
Onder meer werd daarbij een cartonnen
spaarbusje ontvreemd en aanvankelijk
tastte de recherche in ,het duister omtrent
de dader(s). Tenslotte viel enige tijd gele
den de verdenking op een zwervende
koopman, C. M. Hij werd door een politie
hond uit Santpoort in het nauw gedreven
en legde een bekentenis af. De koopman,
iemand zonder vast domicilie, is ingesloten.
om moeten wy organiseren en binden, op
dat de randstad Holland géén randstad
„Noordholland" wordt. Vermydt daarom de
studies, die met de ontwerper ten grave
dalen. „Dit was het", aldus spreker, „dat
my bracht tot het grote plan voor Zand
voort."
Prof. Wijdeveld besloot zijn rede aldus:
„Zandvoort is Amsterdam aan zee. Haar
lem, de prachtige oude bloemenstad, ligt
daartussen. Wanneer men de moed zou
hebben, randwegen daaromheen te leggen,
bleef hun schoonheid behouden. Maar dan
geen tunnels, doch bruggen, zich ma
jestueus welvend boven het schone land
schap. Wij krijgen een nieuwe wereld, daar
is niets aan te doen. Op u, burgemeesters,
rust de taak, deze nieuwe wereld tot har
monie te brengen."
De spreker eindigde zijn rede met zijn
reeds vóór de laatste oorlog geschreven
proza-dichtwerk: „De oogst is ons", waar
van aan alle aanwezigen een exemplaar
werd verstrekt en waarin Moeder Aarde
spreekt tot Europa en dat eindigt met de
volgende woorden:
„Vormen verzinken, bezit vergaat
maar boven tijd en volkeren staat
schoon en onvergankelijk: de idee Dank
Europa! Dank De oogst is ons!"
De voorzitter, burgemeester J. C. Haspels
uit Bussum, vertolkte de dank der aan
wezigen door erop te wijzen, het moeilijk
te vinden, op deze rede het juiste antwoord
te vinden. „U hebt ons buitengewoon ge
boeid" zei deze spreker. „Moge het gevolg
ervan zijn, dat wij onszelf kunnen verhef
fen boven het alledaagse in ons werk."
Tenslotte werden nog enkele huishoude
lijke zaken afgehandeld, terwijl in de plaats
van de heer Haspels, die deze functie niet
langer kon waarnemen, als voorzitter der
vereniging werd gekozen mr. A. G. A. Rid
der van Rappard, burgemeester van Heem
stede.
De internationale conferentie over ver
sterking van de banden tussen Amerika en
Europa is Donderdagmiddag om 5 uur door
prins Bernhard te Rome geopend in het
Kapitool. Onder de ruim duizend genodig
den bevonden zich de ambassadeurs en ge
zanten van vry'wel alle deelnemende landen.
Achter de voorzitterstafel zaten de bur
gemeester van Rome, die als gastheer op
trad, met aan zijn linkerzijde mevrouw Bi-
dault, aftredend presidente van het „Con
gress of European American Association"
en aan zijn rechterzijde prins Bernhard
aan wie, staande de vergadering, het ere
voorzitterschap werd overgedragen. Links
van mevrouw Bidault zaten mevrouw Lu
ce, ambassadrice van Amerika en de Ita
liaanse diplomaat Tarchiani, die als voor
zitter van het genootschap „Italië-Amerika"
deze bijeenkomst heeft georganiseerd,
rechts van de prins bevonden zich de Itali
aanse minister van Buitenlandse Zaken
Martino en de Franse oud-minister Bidault.
Al deze personen hebben achtereenvol
gens het woord gevoerd, waarbij prins
Bernhard eerst in het Engels getuigde van
zijn vertrouwen in en zijn hoop op-steeds
inniger samenwerking der volkeren, om
daarna in het Frans de grote verdiensten
te onderstrepen van mevrouw Bidault als
propagandiste van Europees-Amerikaanse
samenwerking.
Het congres zal duren tot Maandagavond.
Op Vrijdag en Zaterdag zullen de zittingen
worden voorgezeten door graaf Carandini
en Maandag, de belangrijkste dag, verlegt
het congres zijn zetel naar het vorstelijker
en grootser paleis van Barberini. Op die
dag waarop onder meer de heren Spaak,
Bidault en Hofmann zullen spreken, gal
prins Bernhard de vergadering voorzitten.
De prins verlaat Rome Maandagavond laat
om bijtijds in Den Haag te kunnen zijn
voor de opening van de Staten Generaal.
Donderdagmiddag om kwart over een
viel bij Munsterlager het laatste schot in de
artillerieoefening „Stormvuur". „De artil
lerie van het eerste legercorps van de vier
de divisie heeft een nuttige oefening ach
ter de rug", zei onmiddellijk daarna de
commandant van het eerste legercorps lui
tenant-generaal A. T. C. Opsomer, „wat
schieten betreft was zij soms beter en
soms minder dan de oefening „All Availa
ble" van vorig jaaar, maar wat betreft het
werk van de vuurregelingscentra was er een
positieve verbetering".
Zeer veel nut heeft „Stormvuur" ook ge
had voor de waarnemers, die eigenlijk al
leen geoefend kunnen worden als er met
scherp wordt geschoten. Bij deze oefening
was, zoals bekend, ook enige infanterie in
geschakeld om het 'aanvragen van vuur-
steun reëel te maken.
„Volgend jaar worden waarschijnlijk
weer grote internationale manoeuvres ge
houden. Waar, dat is nog niet vastgesteld,
want nu ook de Duitsers met de opleiding
beginnen van hun eigen leger, wordt de
spoeling, wat de manoeuvregebieden be
treft dunner", zei luitenant-generaal Op
somer, die van mening is, dat de kwestie
van het kiezen van oefenterreinen in de
toekomst een zaak van de SHAPE zal moe
ten zijn.
Lof had hij ten slotte voor de comman
dovoering en de luchtwaarneming, die hij
uitstekend noemde. De Amerikanen waren
uiterst tevreden over de samenwerking
met de Nederlanders, die geen enkele moei
lijkheid hadden opgeleverd. Het was op
merkelijk hoe nauwkeurig de Amerikanen
met hun 280 mm. atoomkanonnen schoten.
De televisie kon opnamen van. de inslagen
maken op 300 meter afstand, een ruime
veiligheidsmarge, zoals bleek, en de Ame
rikanen hadden zelf 180 meter gegaran
deerd, doch dit kon, gezien de bestaande
veiligheidsvoorschriften, niet geaccepteerd
worden.
Verkeersongeval. In de nabijheid van
het R.T.M.-station te Zierikzee is de 42-
jarige W. L. Schittekatte, die per rijwiel de
post in de buitenwijken van de stad bezorg
de, door een hem achterop komende vracht
wagen gegrepen en op slag gedood.
Sparen. De spaarbanken aangesloten bij
de Nederlandse Spaarbank bond hebben in
Augustus een spaaroverschot behaald van
f23.118.619. Inleg en terugbetaling beliepen
respectievelijk f77.797.929 en f54.679.310. Bij
de niet-aangesloten spaarbanken werd
f73.899 gespaard. De bankspaarbanken be
haalden een overschot van f42.767. Bij de
Rijkspostspaarbank werd vorige maand
f 17.1 millioen gespaard.
ADVERTENTIE
waar we 't allemaal altijd over hebben,
veranderen we toch niet. U doet alleen
erg verstandig er rekening mee te
houden, dat het in ons landje heel vaak
„van dat weer" is.
L I P P I T S heeft fantastisch mooie
mantels en jassen voor elk weer.
DAMES- EN HERENMODES
KRUISWEG 72 HAARLEM
ADVERTENTIE
Donderdag zijn in het Europees Bureau
van de Verenigde Naties te Genève de
eerste twee Nansen-médailles voor ver
dienstelijk werk ten behoeve van de vluch
telingen uitgereikt. Die voor 1955 is toege
kend aan koningin Juliana en die voor 1954
aan mevrouw Eleanor Roosevelt. Voor de
koningin nam de Nederlandse gezant in
Zwitserland, mr. A. W. C. baron Bentinck,
de médaille in ontvangst.
De médaille is genoemd naar de Noorse
onderzoeker dr. Fridtjof Nansen, die van
1921 tot 1930 de eerste Hoge Commissaris
voor Vluchtelingen van de Volkenbond was.
De heer A. Pelt, directeur van het Euro
pese Bureau van de UNO, leidde de plech
tigheid. Hij las een boodschap van secre
taris-generaal Hammarskjoeld voor, waar
in deze de nagedachtenis van Nansen eerde.
Mr. G. J. van Heuven Goedhart, Hoge
Commissaris van de UNO voor Vluchtelin
gen, zei dat het vluchtelingenprobleem nog
lang niet is opgelost. In de officiële kampen
zijn nog een 70.000 mensen.
Eerst werd de médaille voor 1954 uitge
reikt. Mevrouw Roosevelt zei zeer vereerd
te zijn, dat haar naam wordt genoemd te
zamen met die van de Nederlandse vorstin.
Vervolgens, bij de uitreiking van de mé
daille voor 1955, schetste mr. Van Heuven
Goedhart de bemoeiingen van koningin
Juliana ten behoeve van de vluchtelingen.
Hoe zij er eerst bij president Truman en
later bij president Eisenhower op heeft
aangedrongen nieuwe stappen te doen om
aan het vluchtelingenleed een einde te ma
ken. Een nationale campagne in Nederland,
op haar initiatief tot stand gekomen, bracht
meer dan 4.200.000 gulden voor de vluch
telingen op. Nederland, als dichtstbevolkte
land van West-Europa, opende zijn gren
zen voor 250 vluchtelingengezinnen en
bood hun woningen en werk aan.
Het comité dat belast is met de toeken
ning van de Nansen-médaille wil in ko
ningin Juliana de voorvechtster van de
zaak der vluchtelingen eren alsmede de
vorstin „van een edelmoedig en goedwil-
„Ik weet niet, wat het is", zei Piewiep. „Maar het ruikt wel lekker, hè?"
Het was puddingvla. Piewiep en Pippie bogen zich over de rand van de schaal en
keken nieuwsgierig naar het goedje, dat zo heerlijk rook.
Maar dat was gevaarlijk de rand van de schaal was glad en Piewiep boog zich
wel wat erg ver naar voren... En toen, opeens,,verloor hij zijn evenwicht en ploem,
daar plonsde hij in de natte puddingvla! Helemaal kopje-onder! 23-24
lend land, dat ondanks zijn kleinheid en de
onmogelijkheid alleen zo'n geweldig pro
bleem om te lossen, handelde in de overtui
ging dat het niet nodig is te hopen om aan
te pakken, noch te slagen om vol te hou
den".
Baron Bentinck, die de médaille voor
koningin Juliana in ontvangst nam, las een
boodschap van de vorstin voor, waarirj zij
zegt dat de eer die haar te beurt is geval
len, het gehele Nederlandse volk toekomt.
Zij noemt de hulp aan de vluchtelingen
een ereplicht en zegt: „als de landen het
Hoge Commissariaat van de UNO in staat
stellen plannen te maken en uit te voeren,
zal het vluchtelingenprobleem ongetwij
feld met Gods hulp spoedig opgelost zijn".
De koningin spreekt haar grote waardering
uit voor het schitterende werk dat tot nu
toe door het hoge commissariaat is verricht.
OCCCCCOO<XOCCCCO(X>K30COCCCCCCOCCCOOOCOCCCOCCCOOOOOOOOCCO
De verkoop van sierkurken, waarop
als handvat een caricatuur van Hitier
is aangebracht, heeft in München ge
ruime tijd stilgestaan daar de wette
lijke toelaatbaarheid van dit blijkbaar
zeer gewilde handelsartikel eerst dien
de te worden onderzocht.
Een plaatselijk gerechtshof heeft nu
tot grote opluchting van de souvenir
winkels, die in het bijzonder Ameri
kaanse cliëntèle hebben moeten teleur
stellen, bepaald dat het hier geen „sym
bool van een verboden organisatie" be
treft. Er bestaat namelijk een na-oor-
logse West-Duitse wet waarbij het ver
boden is, een hakenkruis of een nazi
adelaar openlijk ten toon te stellen.
Enige weken geleden werd de eigenaar
van een souvenirwinkel, die honderden
houten Hitlertjes gereed had staan voor
de verkoop door de politie opgepakt en
voor de rechter geleid, die hem be
boette met zestig mark. De man was
hiertegen in beroep gegaan.
c«oco^oa>coccoDccco!>3co3xoooo2coocoocccoccc>oooooococxc
Het is een goede gedachte geweest
van het Verbond van Nederlandse
Werkgevers de president van de Cana
dian Manufacturers Association, de
heer Thomas A. Rice, voor een bezoek
aan Nederland uit te nodigen. Zoals tij
dens een bijeenkomst in het Kurhaus
te Scheveningen bleek, biedt dit bezoek
zowel gelegenheid tot het nog strakker
aanhalen van de reeds hechte banden
tussen beide landen als voor het nog
maals tot uitdrukking brengen van de
grote dank welke wij het Canadese
volk zijn verschuldigd.
De voorzitter van het verbond, de heer T.
J. Twijnstra, legde in zijn welkomstwoord
op dit laatste de nadruk. De Canadese am
bassadeur, de heer Thomas A. Stone, ge
tuigde van de vriendschap en het begrip
welke tussen het Canadese en het Neder
landse volk bestaan. Hij illustreerde dit
door te zeggen dat hij het moeilijk vond
na een drie-jarig verblijf hier te lande zich
zelf nog als Canadees te beschouwen.
De heer Thomas A. Rice hield een uit
voerige toespraak, waarin hij onder meer
de handelsrelaties tussen Nederland en
Canada belichtte.
De economische structuur van Canada
en Nederland vertoont op vele punten ge
lijkenissen. In Nederland is 2/5 deel van
de werkende bevolking in de industrie
werkzaam, terwijl 1/6 deel werk in de
agrarische sector vindt. In Canada zijn
deze cijfers respectievelijk 14 er iets meer
dan 1/6. Op handelsgebied evenwel zijn er
verschillen. Nederland importeert de meer
derheid van de benodigde materialen en
exporteert het volledig afgewerkte pro
duct of een halffabrikaat. In Canada is dat
precies andersom en dat is een van de
grootste problemen.
Lof voor Nederlanders in Canada
De heer Rice sprak ook over de immi-
ADVERTENTIE
VOOR DUIZEND
IN ÉÉN
DOELEINDEN
gratie. Hij was vol lof over de Nederland
se emigranten, daar zij volgens hem tot het
beste deel van de bevolking behoren. „Uw
verlies is onze winst", zo karakteriseerde
hij de kwaliteit der emigranten. Hij ontze
nuwde twee argumenten, die in Canada
worden gehoord tegen immigratie: de vrees
dat immigratie de werkgelegenheid voor
Canadezen zal verkleinen en een crisis zou
kunnen veroorzaken en dat men alleen im
migranten moet toelaten wanneer men ge
reed is hen te ontvangen. „Het eerste is
nonsens", zei de heer Rice. „Iedere immi
grant doet de vraag naar goederen stijgen
en vormt zo een tegenwicht voor het ver
lies aan werkgelegenheid. Ook het twee
de punt is bij nadere beschouwing onhoud
baar. De immigrant verhoogt.de vraag naar
huizen, een vraag die zelfs niet bestaat zo
lang de immigrant er niet is".
Over emigratie van Nederlanders sprak
ook de regeringscommissaris voor de Emi
gratie, mr. ir. B. W. Haveman. Hij ver
wachtte dat dit jaar ongeveer 30.000 Ne
derlanders zullen emigreren. Het jaarlijks
emigratie-overschot heeft in de jaren 1950-
1954 20.000 bedragen. In 1981 zal ons land
14,3 millioen inwoners tellen en wanneer
het emigratie-overschot van 20.000 gehand
haafd zou kunnen blijven, 13,4 millioen.
De situatie op de overspannen arbeids
markt wordt volgens de heer Haveman
door de emigratie nauwelijks beïnvloed,
ten hoogste voor 10 percent.
Het vertrek van 20.000 personen bete
kent ook een relatieve verlichting van de
arbeidsmarkt, omdat voor hen niet gepro
duceerd behoeft te worden.
De heer Haveman sprak ook over de
emigratiemotieven. De drang naar zelf
standigheid bij de Nederlanders was vol
gens hem de voornaamste. De vestigings
voorschriften zijn waarschijnlijk talrijker
dan het aantal bordjes „Verboden toegang";
voor velen betekenen zij in ieder geval het
zelfde, zei de heer Haveman, die steeds op
nieuw heeft waargenomen welk een op
gekropte hoeveelheid energie los komt zo
dra de Nederlander de mogelijkheid tot
zelfstandige vestiging voor zich ziet. „Door
onze emigranten heb ik pas goed begrepen
hoeveel kracht en initiatief in ons volk
schuilen", zo zei hij.
(vertaald uit het Engels)
39)
„Juist." Hij bleef gedurende enkele ogen
blikken zwijgend voor zich uitkijken en
zei dan langzaam: „Als het je bedoeling is
mijn raad te vragen, lieveling, dan moet ik
je zeggen, dat je naar mijn mening het Don
Quichotte-element overdrijft. Het is toch
jouw schuld niet, dat die twee hun huwe
lijk tot een trieste affaire hebben gemaakt!"
Ik wil niet nakaarten over het waanzinnige
van deze hele opzet, maar wel kan ik je
zeggen, dat het me niet verbaast, dat je
thans zo erg in de knoei zit!"
„Maareh.... vind je het niet erg,
als ik er bij Michael op aandring, dat hij
zich moet verweren?"
„Of ik dat erg vind?" Hij glimlachte
even en haalde zijn schouders op. „Natuur
lijk vind ik het heel erg, dat jij zo iets on
plezierigs moet doormaken, en eerlijk ge
zegd, zou ik je willen aanraden, de zaak
zo stil mogelijk af te handelen en de ver
liezen over en weer te nemen....*
„Maar er is geen sprake van over en
weer! Michael zou alleen het slachtoffer
zijn! O, het is allemaal zo intens gemeen.
Zij is er natuurlijk op uit om een behoor
lijke uitkering in de wacht te slepen, en
dat terwijl ze zich zó misdragen heeft ten
opzichte van Michael."
„Ze zal haar toelage stellig niet krijgen,
als de zaak onbeslist blijft"
„Nee, dat weet ik. En zou de rechter niet
ontvankelijk zijn voor ons verhaal, als
zowel Michael als ik volhouden dat dit de
volledige waarheid is?"
Phil streek peinzend langs zijn kin.
„Het is wel een wat sterk verhaal om
in een echtscheidings-affaire op te dissen",
zei hij langzaam. „De rechter gelooft zo
iets niet gauw".
„Misschien niet. Maar hoe dan ook lijkt
het me beter dat we de rechter de waarheid
vertellen dan rustig toe te laten, dat dat
mens Michael gaat exploiteren."
„Je kunt het best een advocaat raad
plegen."
„Ja, natuurlijk. Maar Philheb jij
er geen bezwaar tegen?" Ze keek hem
bijna smekend aan.
„Ik, liefje? Nee. Dit is een zaak die
eigenlijk alleen jóu aangaat. Ik heb je
eerlijk mijn mening gezegd, maar je moet
in deze zélf beslissen".
„O, dank je!"
Ze voelde zich opgelucht. Maar aan de
andere kant vond ze zijn houding niet
helemaal verklaarbaar.. Natuurlijk was het
prettig, dat Phil zo toegeeflijk was en haar
eigen weg liet gaan. Maar toch was zijn
honding enigszins vreemdhet was
alsof hij werkelijk meende, dat hij hiermee
niets te maken hadEn tenslotte was
dit toen een allesbehalve prettige geschie
denis, waarin zijn verloofde betrokken was!
„Phil, geloof je niet, dat jouw fa
milie het vervelend zal vinden?" vroeg ze
aarzelend.
„Mijn familie.
„Ik dacht speciaal aan je moeder.Ik
heb het gevoel, dat ik haar een en ander
persoonlijk zal moeten uitleggen."
„Mijn lieve kind!" De uitdrukking van
zijn gezicht veranderde en hij keek haar
verschrikt aan. „Ik zou stellig niet pro
beren een onderhoud-onder-vier-ogen met
mijn moeder te hebben, als ik jou was!"
„Maar ik vind dat ik haar een uitleg
schuldig ben. De meeste moeders zijn een
beetje bang, dat hun zoon met een ver
keerd meisje trouwt en
„Maar liefje", onderbrak hij haar op
zachte toon. „Ik geloof dat we volkomen
langs elkaar heen praten! Ik heb nooit
over een huwelijk met je gesproken!"
HOOFDSTUK IX
Patricia staarde Phil aan. Naderhand
had ze het gevoel, dat het eindeloos had
geduurd, voordat ze iets kon uitbrengen.
Toen ze eindelijk iets kon antwoorden,
klonk haar stem vreemd en hees.
„Wat zei je? Ik begrijp het geloof ik
niet goed. Ik daoht, dat we van elkaar
hielden en het er over eens waren, dat.
„Natuurlijk zijn we het er over eens,
dat we van elkaar houden, lieveling."
Hij trok haar naar zich toe en nam haar
in zijn armen, geen aandacht schenkend
aan haar onwillekeurige weerstand. „Maar
dat betekent toch niet absoluut, dat we ook
met elkaar gaan trouwen! O, laten we er
niet over kibbelen. Al dat geargumenteer
helpt je geen steek verder! Laten we er
niet over praten, maar onze liefde op deze
éne en aller béste manier regelen
En hij begon haar hartstochtelijk te kussen,
precies zoals hij haar toen in het park
omhelsd had.
Maar dit keer was het toch héél anders!
Misschien was zijzelf ook veranderd. Ze
was zich nog heel duidelijk bewust van zijn
onweerstaanbare charme en zijn warme
vitale hartstocht. Maar ze bekeek dit alles
als het ware alsof Phil opeens in het schijn
sel van felle schijnwerpers stond
Ze voelde haar weerstand toenemen.
„O neealsjeblieft"! Ze wrong
zich los uit zijn omhelzing.
„Ik wil het niet!"
„Wil je niet, dat ik je omhels?" Hij lachte
ongelovig. Maar, lieve schat, wat is nu pret
tiger voor ons dan elkaar onze gevoelens
te tonen! Je wéét, hoe heerlijk ik het vind
om je te zoenen. En je weet toch ook, dat
jij het zelf prettig vindt! Patricia laat toch
geen ouderwetse principes en vooroordelen
ons geluk in de weg staan! Ik begrijp, dat
mijn opmerking voor jou met je zéér
uitgesproken ideeën over goed en kwaad
enigszins schokkend geweest moet zijn,
pseudo-echtgenote van een wild-vreemde
man moet je toch wel iéts geleerd heb
ben.
„Hoe durfde'je zoiets te zeggen!" Ze zou
het nooit geloofd hebben, dat ze op zo'n
ijzige toon tot Phil zou kunnen spreken
„Je weet heel goed, dat er tussen Michael
en mij nooit iets gebeurd is, dat niet door
de beugel kon. Michael zou noch zichzelf,
noch mij willen beledigen door zó iets
voor te stellen
„Dan is hij nog dwazer dan ik dacht,
liefje!" antwoordde Phil kortaf.
„Maar natuurlijk gaat het mij niet aan,
hoe hij zich ten opzichte van jou wenst
te gedragen onder de gegeven omstandig
heden. Waarschijnlijk hoort hij tot het
bloedeloze soort Als ik jou echter
hoor praten over het slapen op de echte
lijke slaapkamer met een volkomen vreem
de man en je vervolgens heel nuchter hoor
redeneren over een eventueel optreden in
een echtscheidingsprocedure, dan begrijp
ik niet waarom je die hysterische houding
aanneemt, als de man, van wie je houdt,
je vraagt datgene te doen, wat normaliter
voortvloeit uit de liefde tussen twee men
sen
„Als je bedoelt, dat de situatie met Mi
chael een uitstekende leerschool was om
jouw maitresse te worden.
„Patricia! Luister nu eens goed! Bederf
al het mooie tussen ons toch niet door
lelijke woorden en argumenten! Heus, wat
er tussen ons is, is heel bijzonder en kost
baar! Heel veel mensen leren dat nooit
kennen! We zouden hier samen zo intens
gelukkig kunnen zijnJe hebt zelf ge
zegd, dat dit flatje je beviel. Je zag er
stralend uit, toen we samen spraken over
ons nieuwe huisMoet je dit alles op
geven enkel en alleen in verband met dat
antieke versleten begrip „huwelijk"? Zo
veel betekent dat toch niet?"
Het betekent juist de scheidingslijn
tussen hetgeen ik wél en hetgeen ik niét
accepteer," antwoordde Patricia op koele
toon.
Het betekent het verschil tussen „ja"
en „nee". Het spijt me, Phil. Zoals je al zei,
we hebben langs elkaar heen gepraat!"
„Maar je kunt er zo toch geen einde aan
maken?"
„Ik héb er al een einde aan gemaakt",
antwoordde Patricia, terwijl ze opstond.
„Nee, lieve schat, dat is onmogelijk!" Hij
probeerde haar opnieuw in zijn armen te
trekken, maar ze verweerde zich heftig
en iets in haar optreden deed hem afzien
van verdere pogingen.
„Patricia, je gooit ons beider geluk weg",
zei hij alleen nog op zachte toon.
Ze keek hem ernstig aan en zei lang
zaam: „Mijn geluk is je nooit bijzonder ter
harte gegaan. Je wist heel goed, dat je
verwachtingen bij mij wekte, welke je
nooit in vervulling zou doen gaan. Ik
schaam me niet, dat ik dacht dat jij met
me wilde trouwen. Ik schaam me echter
wél over jouw onoprechtheid."
(Wordt vervolgd).