Miljoenen Indiase dorpelingen
moeten „modern" leren leven
S1NM11
41%
Kloof tussen
oud en nieuw
Agenda voor
Haarlem
Moreel
Kunstmaan is wegbereider voor
bemande aardsatelliet
NIRON
Amerikaanse bol zal waarschijnlijk op
een hoogte van 2250 km komen
geen last
meer van
transpiratie-lucht
3
Contrasten
T oekomst
Huid genezing
Puistjes verdrogen door Purol poeder
Grote razzia tegen
Friese etherpiraten
Negen zenders in beslag
genomen
Utrechtse studenten
heroverden „Xerxes"
Wég die pijn
En in 10 minuten!
"AKKERTJES
flitsen Uw klachten weg!
Het was opeens over
Dijk voor Rotterdams
derde petroleumhaven
doorgebaggerd
ƒ27.50
Provinciale bijdragen
DONDERDAG 7 JUNI 1956
(Van een speciale verslaggever).
Van de 375 miljoen Indiërs wonen er 310 mil
joen in dorpen. Wat men ook onderneemt om
India uit zijn staat van „onderontwikkeld"
gebied op te heffen, men moet deze 310 mil
joen er bij betrekken. De miljoenensteden
Bombay, Delhi en Calcutta kunnen er nog zo
modern uitzien, de torenflats kunnen er naar
de hemel rijzen, er kunnen filmstudio's en uni
versiteitsgebouwen worden gebouwd zo
lang er een paar honderd miljoen analpha-
beten in lemen en rieten hutten net boven de
grens van de ondervoeding leven, is er weinig
verbeterd. Men kan miljoenen investeren om
de grondslag voor nieuwe industrieën te leg
gen, maar als men geen beter geschoolde
koopkrachtiger arbeiders en geen afnemers
voor deze industrieën heeft dan enige honder
den miljoenen straatarme, achterlijke platte
landers, heeft het geen zin. Men kan grootse
irrigatiewerken tot stand brengen en de groot
ste kunstmestfabriek van Azië bouwen, maar
voor een boer, die lezen noch schrijven kan
en die ergens in een met krantenpapier dicht
geplakte jungle op zijn stukje land ploetert,
betekent dit helemaal niets.
Dit is wel een van de moeilijkste pro
blemen, waarmee India heeft te kampen
en waarmee het bezig is af te rekenen. Er
bestaat al sinds jaar en dag een modern
India. Het bestaat in de steden, het leeft
onder de rijken en ontwikkelden. Het
raakt een heel kleine kern van dit grote
volk en het heeft zijn merk gedrukt op
kleine plekjes van dit land, dat eigenlijk
een sub-continent is.
Enige tientallen families (men denke aan
de wereldbekende namen Tata en Birla)
hadden reeds lang moderne industrieën ge
grondvest, die tot machtige concerns zijn
uitgegroeid. India heeft briljante geleerden
voortgebracht. In de grote steden treft men
een geheel „modern" leven aan met bios
copen, met trams en radio's, scholen en
kranten. De vliegvelden van Bombay, Del
hi en Calcutta doen voor de Europese
vliegvelden niet onder en de superconstel-
lations van Air India en de dakota's van
de binnenlandse Indian Airways bieden
dezelfde verzorging als die van de Euro
pese en Amerikaanse maatschappijen. In
dia is overdekt met een net van goede
spoorwegen en het rijdend materiaal
wordt van jaar tot jaar meer uitgebreid
en beter.
Men zou weken door India kunnen rei
zen en de indruk mee naar huis nemen,
dat men in een moderne, evenwichtig ont
wikkelde samenleving heeft verkeerd, Die
indruk is bedrieglijk; men heeft de paar
honderd miljoen mensen in de dorpen niet
gezien. De grootste taak, waarvoor India
staat, is de afgrond te overbruggen tussen
het moderne India en die miljoenen. Die
taak heeft men krachtig ter hand genomen.
Even buiten Nieuw Delhi staat het Rijks-
Landbouwkundig Laboratorium, een nieuw
fraai gebouw, waar bekwame geleerden
hun onderzoekingen onbeperkt kunnen
verrichten. Zij hebben contact met de hele
wereld, ook met Nederland, met de Ver
enigde Staten, met Australië en Canada.
Zij zijn in de wereld in aanzien, men komt
zo goed bij hen om te leren als zij in
Wageningen, in Toronto en in Sydney in
de leer komen. Zij kennen alle kwalen, die
het gewas in India belagen en zij vinden
middelen tegen elke kwaal. De tarwe van
hun proefvelden heeft de grootste, gaafste
korrel, die men zich kan denken. Ze heb
ben een zaadsoort ontwikkeld voor de arm
ste en dorste grond; ze tonen de bezoeker
katoen en sinaasappelen en peulvruchten,
Eén van de grote nationale laboratoria in Nieuw Delhi
opgevoerd tot grote hoogte, het vetgehalte
is tot zeven percent „meer dan in
Nederland", zegt de chef van de fokkerij
met trots. Een pasgeboren kalfje ligt met
grote ogen in de zon. Een machtige,
schoongeboende buffelstier kijkt over het
hek of hij trots is op het vaderschap.
Maar door India's steden, dorpen en vel
den zwerft een horde van meer dan een
miljoen stuks verwaarloosd, verkommerd
vee, dat verstoten is omdat het de schaarse
kost niet goedmaakte. Die horde hindert
het verkeer, verspreidt vuil en vliegen,
vreet en vertrapt de óogst. Doden mag men
ze niet volgens een oude traditie. Ze uit
hongeren en van ellende laten omkomen
langs de weg, dat mag wel.
Zeventig miljoen stuks rundvee zijn naar
schatting bovendien nog „in dienst" bij de
boeren. Het merendeel van de kalveren
wordt niet ouder dan vier dagen. De melk-
gift is klein, de boer fokt sterke stieren,
die hij als trekkracht nodig heeft. Als een
koe droog komt te staan, jaagt hij haar
meestal het veld in: één meer bij de horde
van meer dan een miljoen. Hij kan het
zich niet veroorloven een koe door de
droge tijd heen eten te geven.
Dit is het beeld van de afstand, die nog
bestaat tussen dat moderne India, dat be
zig is zijn weg te banen naar een betere
toekomst voor het land, en de honderden
miljoenen, die zijn achtergebleven. Het is
een somber beeld als men het zo, als mo
mentopname weergeeft.
Het is aanmerkelijk minder somber als
men in aanmerking neemt, dat voor deze
momentopname de film even is stilgezet.
Maar de film van India's ontwikkeling
draait en er zit gang in het verhaal. Men
ervaart telkens weer, dat de Indiër deze
momentopname, hoe dicht die ook nog bij
de bittere 'werkelijkheid staat, wil zien
als een beeld uit het verleden, waarvoor
hij zich in wezen schaamt en dat hij dan
ook bezig is met een enorme krachtsin
spanning weg te vagen.
„Zie niet naar het oude India", zegt hij,
„maar zie hier...." En hij wijst de be
zoeker hoe het nieuwe India bezig is bin
nen te dringen in verre uithoeken langs
de randen van de jungle.
Dit programma is op papier een inge
wikkelde, bureaucratische geschiedenis. In
de praktijk is het een glasheldere zaak,
zoiets als een plant water geven, die lange
tijd verwaarloosd is. Het blijkt even dank
baar te zijn: een dorstige bodem zuigt het
water met graagte op. Zonder beeldspraak:
het platteland van India reageert verheu
gend scherp en geestdriftig op de moge
lijkheden tot ontwikkeling, die de overheid
opent.
De sombere momentopname, die een
werkelijkheid op het punt van verdwijnen
voorsteit, was niettemin nodig om die ont
wikkeling te kenschetsen.
Eén van de driehonderd miljoen
die hem een indruk geven welk Land van
Kokanje in India kan opbloeien.
Maar even later stapt de bezoeker een
veertig, vijftig kilometer buiten Nieuw
Delhi even naast de weg op een stukje
bouwland, waar boeren bezig zijn te dor
sen. Vijf, zes van de dertig miljoen. Ze
drijven vijf, zes buffels, schoft aan schoft,
in een kring rond en rond over de ge
maaide oogst dat is dorsen. Die oogst
is mosterdzaad. Een deskundige in het ge
zelschap van de bezoeker raapt wat van
die korrels op. Het zijn de kleinste korrels,
die men zich denken kan; bovendien is het
grootste gedeelte verpulverd, stukgevreten.
Een totaal mislukte oogst.
„Dat doen de insecten", zegt een der boe
ren. „Er waren er veel dit jaar".
De deskundige vraagt waarom ze dan
niet gespoten hebben. Ze halen de schou
ders op. Ze hebben eens inlichtingen inge
wonnen: spuiten kost veertig gulden per
hectare. Tel dat maar op bij de pacht van
achttien gulden per hectare en wijs hier
eens iemand aan, die dit kan opbrengen.
In het proefstation bij Nieuw Delhi heeft
men koeien en buffels gefokt, die een lust
zijn om naar te kijken. De melkgift is er
ADVERTENTIE
Hu id zuiverheid -Huidgezondheid
De rijkspolitie van de Friese gemeenten
Achtkarspelen en Dantumadeel heeft
woensdag een grootscheepse actie ingezet
tegen de clandestiene radiozenders. Na
wekenlange geheime voorbereidingen werd
in twee groepen gestart.
De politie was uitgerust met auto's, mo
toren en rijwielen en een arrestantenwagen
voor eventuele in beslag te nemen appara
ten. Het succes was buitengewoon groot,
want niet minder dan negen bedrijfsklare
zend- en ontvangtoestellen werden aange
troffen in de dorpen Akkerwoude, Veen-
wouden, Harkema-Opeinde, Zwaagwest-
einde en Twijzelerheide. De politie was na
langdurig onderzoek op het spoor ge
komen van een vijfentwintig verdachte
adressen. Men constateerde echter, dat de
bevolking in deze dorpen, zodra er iets
van de actie bekend werd, waarschuwingen
liet rondgaan, zodat de heer D. Neute
boom, hoofd van de opsporingsdienst van
de radio, niet in alle gevallen de volledige
apparatuur te pakken kon krijgen.
De Leidse studenten, die gisternacht de
Xerxes-olifant aan hun Utrechtse collegae
ontroofden, hebben woensdagmiddag een
tegenoffensief van de Stichtenaren het
hoofd moeten bieden. Om ongeveer halfeen
werd de Leidse sociëteit „Minerva" door
een twintigtal Utrechtse studenten bij ver
rassing genomen. In de soos ontstond daar
op tussen beide partijen een verwoed ge
vecht, waarbij de Leidenaren zich van
water uit enkele brandkranen bedienden.
Xerxes, die inmiddels naar beneden was
gehaald, (het beeld was aan de zoldering
opgehangen) kreeg het zwaar te verduren.
Ook enkele ruiten aan de achterzijde van
de sociëteit sneuvelden.
De Leidse studenten hebben tijdens dit
gevecht nog een poging aangewend om
Xerxes in brand te steken, maar de gipsen
Jumbo wilde geen vlam vatten. Tenslotte
slaagden de Utrechtenaren er in hun dier
bare Xerxes waarvan toen echter al niet
veel meer over was in triomf naar bui
ten te voeren.
Via de stenen „verschansing" in de Vrou-
wensteeg daalde de onttroonde Xerxes naar
beneden. Nog even ontstond op de Bree-
straat rondom de overblijfselen van het
beeld een schermutseling met de politie,
waarbij enkele rake klappen vielen. Een
van de Utrechtse studenten werd daarbij
aan het hoofd gewond; een politiële klap
bleek zo hard te zijn aangekomen, dat het
slachtoffer voor verdere behandeling naar
het Academische ziekenhuis is vervoerd.
De politie moest een van de studenten
inrekenen en in de overvalwagen naar het
politiebureau brengen. Tegen half twee
werd het voor de sociëteit „Minerva" weer
wat rustiger en trokken de Utrechtenaren
met de stukken en brokken naar de Dom
stad.
ADVERTENTIE
Wel eens gemerkt? Hoe beter een sigaar is, hoe korter de
kenner erover zal zijn. Neem Senator: de mooie witte as,
de rijke en tóch zo zachte smaakhij vindt ze vanzelfsprekend.
Hij zegt wat alle fijnproevers zeggen:
...oAWtvfotV &SL ff-QAffl. oL\
ADVERTENTIE
WASHINGTON (Reuter/USIS) Een spe
cialist op het gebied van geleide projectie
len, Crowley, heeft in een lezing over
ruimtevaart verklaard dat de mens binnen
de 25 jaar niet alleen naar de maan zal
kunnen vliegen, maar dat hij ook zal kun
nen terugkeren.
Crowley, die voor het Amerikaanse
departement van defensie werkt, zei dat de
aardsatelliet die volgend jaar afgeschoten
zal worden de eerste stap is, die gevolgd
zal worden door het lanceren van een wiel-
vormige satelliet met woonruimte voor
tachtig geleerden, die op een afstand van
ruim 1700 km. om de aarde zal cirkelen.
Dit plan zou in tien tot vijftien jaar wer
kelijkheid kunnen worden. Tien jaar daar
na zou het mogelijk zijn met ruimtesche
pen een retour-reis naar de maan te ma
ken.
De Amerikaanse aardsatelliet zal ver
moedelijk tweemaal zo hoog in de atmos
feer opstijgen als aanvankelijk werd ver
ondersteld, zo heeft de technische leider
van het project, dr. Rosen medegedeeld.
Onlangs werd officieel verklaard dat de
baan van de kunstmaan om de aarde gele
gen zal zijn op een hoogte variërend tussen
320 en 1.280 kilometer. Thans is medege
deeld, dat het hoogste punt vermoedelijk
2.250 kilometer zal bedragen.
De satelliet zal worden gelanceerd van
af het Patrick vliegveld van de luchtmacht
in Florida door middel van een drietraps
koppelraket, de eerste die ooit werd gecon
strueerd. Deze raket ziet er uit als een
reusachtig geweerpatroon. De lengte be
draagt 21.6 meter, en de grootste diameter
1.14 meter. De raket weegt startklaar elf
ton.
De satelliet zelf is een bol met een aan
tal wetenschappelijke registrerende instru
menten. De doorsnee zal slechts 53 centi
meter zijn. De bol zal met de instrumenten
ongeveer 9.5 kilogram wegen. De plaats
van de kunstmaan is in de neus van de
drietrapsraket.
De grootste hoogte die tot dusver met een
ADVERTENTIE
Mevrouw E. Bekkum, Biachopweg,
Amersfoort, achrijft:
„Niemand nam meer notitie van me... Opeens bedacht
Ik me dat het wel eens door mijn tranapiratle kon komen.
Ik nam de proef op de som met Arrid-crème en was
stomverbaasd xo snel als het transpireren ophield. En
meteen veranderde ook de houding van mijn kennissen."
Een beetje Arrid in de okselholten - eenvoudig en
vlug. Meteen stopt de transpiratie, geen spoortje
geur meer te bekennen. Arrid werkt volgens een
geheel nieuw principehet bevat Transtop, waar
door de crème direct bij het aanbrengen tot diep
in de onderhuid doordringt. Daarom is het zo
afdoende - al is het nog zo warm, Uw oksels
blijven fris en droog en bederf van kleren komt
niet meer voor. Arrid-crème werkt bovendien
verzachtend en ontsmettend. Begin vandaag nog
met Arrid, de crème waarvan specialisten hebben
vastgesteld dat het anderhalf maai langer, ze
kerder en veiliger werkt. Delicaat geparfumeerd,
prijs f. 1.65.
DONDERDAG 7 JUNI
Minerva: „Gejaagd door de wind", 14 jaar,
7.30 uur. Palace: „Love me, or leave me", 14
jaar, 6.45 en 9.15 uur. Luxor: „Moord op de
voorpagina", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. Studio:
„Camille", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. Lido:
„Djengis Khan, de veroveraar", 18 jaar, 7
en 9.15 uur. Roxy: „Dreigende trommen",
14 jaar, 7 en 9.15 uur. Rembrandt: „Onrust
in Marseille", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. Frans
Hals: „De zweep der wrake", 18 jaar, 7 en
9.15 uur. Anthoniuskerk, 8 uur, orgelconcert
door Joan Krouwels. Zuiderkapel, 8 uur: De
heer G. Nieuwenhuijsen spreekt over „Col
lega-schepsel". Vertoning van de film „Le
vend landschap".
VRIJDAG 8 JUNI
Minerva: „Ciske de Rat", 14 jaar, 8.15 uur.
Palace: „Wilde vruchten", 18 jaar, 2, 4.15, 7
en 9.15 uur. Luxor: „Medelijden voor de zon
dares?", 14 jaar, 2, 7 en 9.15 uur. Studio:
Simon en Laura", 14 jaar, 2.15, 7 en 9.15 uur.
Lido: „De naakte oorlog", 14 jaar, 2, 4.15 7
en 9.15 uur. Roxy: „Ik stierf duizend doden",
18 jaar, 2.30. 7 en 9.15 uur. Rembrandt: „Drie
mannen in de sneeuw", alle leeft., 2, 4.15, 7
en 9.15 uur. Frans Hals: „Pete Kelly's blues",
18 jaar, 2.30, 7 en 9.15 uur.
In een gedegen en eerbied
waardige courant heb ik dezer
dagen iets gelezen, dat wij,
jongemannen, ons eens goed in
de oren moeten knopen. Als ik
u zeg, dat het over ons moreel
gaat, zult ge wellicht met be
schaamde konen denken aan
uw al te luchthartige omgang
met meisjes, uw opzichtige
kledij, uw spijkerbroeken en
dasloze overhemden, uw dans
avondjes en uw gebrek aan
aandacht tijdens de zondagse
predikatie. Ofschoon al deze
dingen inderdaad de degelijke,
bezadigde burger grotelijks
verontrusten, komen zij bij het
onderwerp in kwestie niet ter
sprake. Het gaat over een an
der moreel, en tot goed begrip
zal ik de zinsnede uit de ge
degen en eerbiedwaardige
courant letterlijk citeren;
„In de moderne oorlog", zegt
deze courant opgewekt, „en
zeker nu die het atoomtijd
perk is ingegaan, wordt de
waarde van de troep meer dan
ooit bepaald door de geoefend
heid van de enkele man, die
niet alleen een hoog moreel
moet hebben, maar die boven
dien in de hel van de strijd
uitermate ingewikkelde, ge
voelige en kostbare wapens en
apparaturen moet bedienen".
Kijk, het gaat over dat mo
reel.
Wij jongelieden mogen wel
eens beseffen, dat het leven
een heel wat ernstiger zaak is
dan men in de speelsheid van
zijn beginnende mannelijke
bestaan zou kunnen menen.
Wie zou denken dat hij als
jongeman al een geslaagd we
reldburger mag heten wan
neer hij zijn best doet om geen
diefstallen-met-braak te ple
gen en zich onthoudt van bi
gamie, vergist zich deerlijk.
Dat moreel omvat nog heel
wat anders. Men mag niet zo
gauw over zichzelf tevreden
zijn.
Men moet bedenken, dat
mén als jongmens op school
niet met inktproppen mag
gooien en verplicht is, ieder
jaar van de ene klas naar de
andere over te stappen. Dat
men zijn middelbare opleiding
met vrucht moet volgen en er
een diploma van moet over
houden. Dat men zich ver
volgens moet bekwamen in
het .aanleren gedurende de
avonduren van allerlei be
kwaamheden, die u een voor
sprong geven op andere sol
licitanten actes, brevetten,
certificaten en handigheden,
waartoe talrijke instituten
zich bereidwillig voor u open
stellen. Dat men daarna reke
ning moet houden met het
feit, tot de troep te gaan be
horen. De troep is een onmis
baar onderdeel van de samen
leving en hij bestaat, wat
men niet zou bevroeden, uit
jongemensen zoals gij. Uit
mensen dus, die in eendere
uniformen gestoken en op
rechte rijen gezet, voor het
gemak der collectiviteit „de
troep" worden genoemd.
Het is de troep, waarover
buitenstaanders spreken en
schrijven met een air en een
gemak, alsof deze tot de na
tuurlijke inventaris onzer
schepping behoort. Wij heb
ben op de wereld bomen,
planten, dieren, bergen, rivie
ren, onweders, regen, wind en
de troep. Hij is het eigendom
van de samenleving en men
kan hem, zoals alle voort
brengselen der natuur, naar
goeddunken gebruiken. Zoals
grootvader indertijd sprak
over zijn kostbaar schaakspel
van kunstig gesneden ivoor,
zo spreken oudere heren met
borsten vol rinkelende me
dailles en petten met grote
kleppen over „de troep".
Soms, als er in de troep iets
verkeerd gaat dat kan,
want helaas bestaat hij uit
mensen spreken zij van „de
man". „De man" moet tijdens
het spreken met meerderen in
de voorgeschreven houding
staan, tenzij de aangesproken
meerdere hem met zoveel
woorden uitdrukkelijk te ken
nen geeft, dat hij een andere,
minder inspannende doch al
tijd een zijn minderheid in
rang uitdrukkende houding
kan aannemen". Zo iets staat
er in de voorschriften van „de
troep", die voor dit uitzon
derlijke geval wordt aange
duid met de benaming van het
onderdeel, waaruit hij is op
gebouwd.
Men verwarre „de man"
echter niet met een mens. Een
mens is heel iets anders een
mens is dat onwaarschijnlijke
wezen, wat „de main" ten on
rechte gemeend had te worden
toen hij opgroeide tot gewoon
dienstplichtige. De mens is-
iemand, die men niet kwalijk
kan nemen dat hij bij het los
breken van een verschroeiende
hel van vuur en verderf vlak
voor zijn voeten zich omdraait
en in paniek wegvlucht. „De
man" is het apparaat, dat bij
zulk een opwindende gelegen
heid geacht wordt vrolijk
glimlachend' zijn moreel te to
nen.
Er is dus iets mis met het
moreel van „de troep" eh dat
is een kwaad ding, vooral nu
de oorlog het tijdperk der
atoombommen is ingegaan. Wij
kunnen ons de bezorgdheid
van de eerbiedwaardige en ge
degen krant voorstellen en wij
begrijpen, dat daaraan ten
spoedigste iets moet worden
gedaan. Want als de man geen
moreel heeft in de atoomoor
log, waar blijft dan de bete
kenis van de troep?
Een immorele man is een im
morele troep. Dat kunnen wij
niet hebben want waar
blijven wij, brave burgers met
onze kinderen en belangen, als'
de atoomoorlog boven onze
hoofden losbarst en de troep
verstek laat gaan?
De eerbiedwaardige krant
stelt verder nog vast, dat wij
dankbaar moeten zijn aan de
Amerikanen en Britten voor
de onbaatzuchtigheid, waar
mee onze bondgenoten hun
best gedaan hebben onze
„Troep" „warminded" te ma
ken. „Warminded" betekent,
dat men als „de man" in „de
troep" zijn hand niet omdraait
voor een brisant-granaat-kar-
tets, welke tegen het puntje
van zijn neus tot ontploffing
komt, doch integendeel glim
lachend tegen zijn metgezel
len zegt, dat men daar aan de
andere kant van de linies wel
eens wat betere kwaliteit bri-
samt-granaten-kartets mag fa
briceren, wil men het moreel
van „die troep" schokken. Dat
is moreel. En dat hebben onze
mannen niet; althans niet vol
doende om met een goed hu
meur en een vrolijke kwink
slag het tijdperk van de
atoomoorlog in te gaan.
Het is een droeve gedachte,
met een zo immorele jeugd op
gescheept te zitten. En dan te
weten», dat wij op deze manier
volkomen achter raken bij an
dere naties, waardoor wij het
gevaar lopen spoediig als een
voedingsbodem van mensen
zonder moreel te boek te staan
in internationale kring. Want
de courant, die dit alles met
grote meewarigheid onthult,
zegt er nog bij dat bijvoor
beeld in Duitsland ruim veer
tig procent van „de troep" uit
beroepsmilitairen bestaat, ter
wijl dat bij ons slechts 7 ten
honderd bedraagt. Slechts ze
ven op de honderd jongeman
nen ten onzent dragen het
ideaal in zich, van de atoom
oorlog en al zijn interessante
technische en psychologische
details hun handwerk te ma
ken. Van jongsaf hebben deze
zeven procenten ernaar ge
haakt, dit nuttige en afwisse
lende ambacht te beoefenen
en de rest liet het maar
waaien. De rest, en dat is 93
procent, lapte het moderne en
indrukwekkende verschijnsel
van de atoomoorlog aan zijn
laars en hield zich bezig met
frutselarijen op het gebied
van handel, industrie en kunst,
inplaats van „de man" te wil
len worden en met andere „de
mannen" een „de troep" te
vormen. Kijk eens naar Duits
land!
Wat een moreel!
Zijt ge dan niet welgescha
pen, zijt gij niet van zessen
klaar! Foei, hoe suffend staan
wij daar!
Suffend, zonder moreel,
kleintjes, onproductief. Terwijl
de atoomoorlog zoveel moge
lijkheden biedt op het terrein
van techniek, hebben slechts
zeven op de honderd van ons,
jongemannen, de roeping zich
geheel en al eraan te geven.
Dat is geen moreel. Het is
zelfs zeer zwak. En waaraan
kan het liggen?
Dat is niet na te gaan. Het
zal wel degeneratie wezen.
J. L.
raket werd bereikt is 400 kilometer. In
1949 werd dit record gevestigd met een
WAC-corporal raket, die een maximum
snelheid bereikt van 2.700 meter per se
conde. De Vanguard-raket, die gebruikt
zal worden voor het lanceren van de aard
satelliet, zal vermoedelijk een hoogte be
reiken van 480 kilometer en een snelheid
van 7.500 meter per seconde. De op het
hoogtepunt losgeworpen kunstmaan zal een
elliptische baan beschrijven, waarbij een
hoogte tussen de 320 en 2250 kilometer
wordt bereikt.
De „hersenen" van de raket worden on
dergebracht in het middelste deel van de
drietraps koppelraket. Deze electronische
installatie zal de opdrachten aan de raket
doorgeven totdat in het derde stadium de
satelliet in de ruimte wordt gelanceerd.
Woensdagmiddag is de waterkerende
dijk doorgebaggerd van de eerste nieuwe
haven in het Botlekgebied, de toekomstige
derde petroleumhaven van Rotterdam. Om
even half drie kon de grote cutterzuiger,
die het gat in de dijk boorde, de sirene la
ten loeien en de vlaggen hijsen, ten teken
dat het water begonnen was door de ope
ning heen te gudsen. Een deel van de ter
reinen op dit gebied hoopt men in de loop
van het volgend jaar in gebruik te nemen.
De toegang te water tot Botlekgebied en
de derde petroleumhaven is thans nog de
Oude Maas, maar binnen enige maanden
kan begonnen worden met het maken van
de nieuwe toegang, die met een lichte
kromming in de richting van de zee dooi
de uiterste punt van het eiland Rozenburg
zal gaan.
Inmiddels zijn reeds plannen gemaakt
voor de aanleg van een andere haven, be
stemd voor schepen met zeer grote diep
gang. Deze is geprojecteerd tegenover de
Berghaven te Hoek van Holland, derhalve
aan de mond van de Nieuwe Waterweg. Dit
zal een soort buitenhaven worden zoals bij
voorbeeld Marseille die kent.
Het wordt van groot belang geacht, dat
een der Noord-West Europese havens ge
schikt wordt gemaakt voor het ontvangen
van grotere schepen. Rotterdam heeft be
lang bij een verdieping van de nieuwe Wa
terweg, waardoor tankschepen van 45.000
ton geheel geladen in de petroleumhavens
zullen kunnen worden ontvangen en erts
tankers in het Botlekgebied.
ADVERTENTIE
SHIRTS
SKJORTAN
het POPELINE shirt
poreus en absorberend
Het shirt dat NIET gestreken
wordt.
De pasvorm van ons shirt is
aangepast aan de modellen van
bekende Nederlandse fabrikaten
VEL
GROTE HOUTSTR. 96 - HAARLEM
Gedeputeerde Staten van Noordholland
stellen de Provinciale Staten voor de subsi
die voor volkscultuurvoorziening ten plat-
telande te verhogen van f 30.000 tot f 45.000,
de aan het Koninklijk zoölogisch genoot
schap „Natura Artis Magistra" te Amster
dam toegekende subsidie, voor wat het jaar
1955 aangaat, te verhogen met f 12.650,
mits de gemeente Amsterdam haar bijdrage
met f25.300 verhoogt, alsmede een bij
drage van f 4.700 in de kosten van de drie
procent-uitkering in eens over 1955, mits
de gemeente Amsterdam f 9.400 bijdraagt
en een subsidie van f 1.000 te verlenen
aan de Stichting Toonkunstbibliotheek te
Amsterdam.