IMM?
Wenen wil Rome om Zuid-Tirol
niet in het harnas jagen
SENATOR
Dulles acht het Sovjet-blok
inwendig verzwakt
IJsland
LANGE
STERKE
NAGELS
Agenda voor
Haarlem
Paradox
Een paradijs in de Alpen
Volkspartij houdt moed
ondanks animositeit en
gespannen sfeer
„Tito nog niet voor het
Westen verloren"
DONDERDAG 28 JUNI 1956
Stoffelijk overschot van
vermiste Nederlander
bij Dieppe gevonden
Overleg over repatriëring
van Ambonezen
Indonesisch militair attaché
in Den Haag
Opening Nederlandse
erevelden te Frankfort
en Dusseldorp
Inbraak in bibliotheek;
15.000 gulden verdwenen
„Maar oppassen en samenhouden blijft geboden
Wielrijder na botsing met
autoportier overreden
O
De nauwelijks honderdvijftigduizend
koppen tellende bevolking van IJsland
heeft zich in een stembusuitslag ontpopt
als een tamelijk verdeelde eenheid, on
danks haar geringe omvang. De verdeeld
heid betrof de vraag, of IJsland nog langer
Amerikaanse basis en buitenpost tegen de
Sovjet-Unie zou moeten blijven, nu de in
ternationale verhoudingen vriendschappe-
lijker zijn geworden en de mogelijkheid
van een Russische overval een zeer theo
retisch aspect heeft gekregen. Dit eiland in
het noordelijke gedeelte van de Atlantische
Oceaan heeft geen enkel belangrijk aspect,
behalve zijn militair-strategische. Het heeft
zelf geen leger, noch een vloot. Zijn ganse
bewapening bestaat uit een klein aantal
gewapende trawlers, dat ter bescherming
van IJslands omvangrijke visserijvloot
moet dienen, doch ook voor die taak slechts
een symbolische betekenis heeft. Het repu-
bliekje IJsland kan uitstekend doorgaan
voor het sprekendste voorbeeld van een
zelfstandige natie, die volkomen gespeend
is van ook maar de geringste mogelijkheid
tot zelfverdediging. Wie IJsland met ge
weld wil nemen, kan het met geringe
moeite doen, tenminste wat de IJslanders
betreft. Zijn kwetsbaarheid en zijn hache
lijke kans op veiligheid in een eventuele
wereldoorlog zijn een afspiegeling van de
positie, waarin zich de meeste kleine lan
den op het ogenblik bevinden. De theoreti
sche veiligheid, die het lidmaatschap van
de NAVO voor IJsland zou kunnen mee-
b»engen, is zelfs zo gering, dat de IJslan
ders zich afvragen of het voor hen zelf nog
zin heeft, lid van die NAVO en NAVO-
basis te blijven. Vandaar de verdeeldheid,
die resulteerde in een stembusuitslag welke
in Washington grote bezorgdheid heeft ge
wekt. De onderhandelingen over de vraag,
of de NAVO-basis al dan niet zal worden
gehandhaafd, zullen eerstdaags beginnen,
doch het is wel zeker dat een eventueel
voortbestaan van de Amerikaanse bezet
ting vele IJslanders een doorn in het oog
zou zijn. Natuurlijk heeft IJsland het recht,
zich aan de NAVO te onttrekken en zich
niet langer als springplank voor NAVO-
bommenwerpers te laten gebruiken, wan
neer de bevolking in meerderheid de voor
keur geeft aan een dergelijke wijziging in
de bestaande situatie. Het kan zijn houding
in een eventueel conflict voorbehouden en
dan eventueel nog de westelijke luchtmacht
tot zijn vliegveld toelaten. Een dergelijke
houding zouden de NAVO-landen moeten
eerbiedigen, zij het dan met spijt en mis
schien wrevel. Men zou zulk een initiatief
zelfs moeten bewonderen, omdat het blijk
geeft van een realistische kijk op de ver
anderde omstandigheden en een welover
wogen besef van eigen behoudskansen. Er
zullen wellicht andere kleine NAVO-lan
den zijn, die ook slechts node de NAVO-
politiek honoreren en gaarne realistischer
tewerk zouden gaan, ware het niet dat zij
uit andere dan veiligheidsoverwegingen
zich dwingen, het NAVO-spoor te volgen.
Die andere overwegingen liggen dan op
economisch terrein en nu is het verontrus
tend, dat in Washington reeds openlijk de
hoop is uitgesproken, dat IJsland zich uit
economische beweegredenen zal bezinnen
op een minder drastische politiek. Hier
komt het bange vermoeden op, dat men
IJsland met economische sancties zal
dwingen, zijn houding ten gunste van de
NAVO te herzien. Een zo klein en econo
misch afhankelijk land als dit kleine eiland
met zijn geringe produktie is gemakkelijk
te dwingen. Doch een dergelijke gang van
zaken zou volkomen buiten de morele be
ginselen vallen, waarop het NAVO-bondge-
nootschap heet gebouwd te zijn.
ADVERTENTIE
Schoonheidsspecialiste
Ann Seymour schrijft in
.Woman and Beauty":
..Nagels die breken en splij
ten hebben behoefte aan
een speciale olie, genaamd
NuNale, die onder de nagel
riem doordringt, snelle
groei bevordert en broos
heid voorkomt." Nu ook in
Nederland - f 1.80 per flacon
maakt broze nagels sterk
Imp.: Dispec nv - Oen Haag
DONDERDAG 28 JUNI
Minerva: „Het verloren continent", alle
leeft., 8.15 uur. Palace: „Het mes op de keel",
18 jaar, 7 en 9.15 uur. Luxor: „Paris Canail
le", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. Studio: „Phfft",
18 jaar, 7 en 9.15 uur. Lido: „Ontsnapt uit
Chiku Shan", 14 jaar, 7 en 9.15 uur. Roxy:
„De man met het dodenmasker", 18 jaar, 7
en 9.15 uur. Rembrandt: „The Swan", alle
leeft., 7 en 9.15 uur. Frans Hals: „Het zwaard
en het kruis", 14 jaar, 7 en 9.15 uur. Zuider
kapel: 8 uur, Ds. J. Visser over „De twee ge
tuigen", Concertgebouw: 8 uur. Emigratie
voorlichtingsavond over Zuid-Afrika.
VRIJDAG 29 JUNI
Minerva: „Vier stappen in de wolken", 18
jaar, 8.15 uur. Palace: „Rigoletto de gebochel
de", 14 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Luxor:
„Pari- Canaille", 18 jaar, 2, 7 en 9.15 uur.
Studio: „Phfft", 18 jaar, 2.15, 7 en 9.15 uur.
Lido: „Vrouwen in de nacht", 18 jaar, 2, 4.15,
7 en 9.15 uur. Roxy: „Jack Slade, de wre
ker". 18 jaar, 7 en 9.15 uur. „Terug naar
Bataan", 2.30 uur. Rembrandt: „Gas-oil", 18
jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Frans Hals: „Blan
ke Paria's". 18 j„ 2.30, 7 en 9.15 uur. Stads
schouwburg, 7.30 uur: Uitvoering leerlingen
muziekschool Toonkunst.
Van onze correspondent in Wenen)
In de tien jaar geleden tussen De Gasperi en Gruber te
Parijs gesloten overeenkomst inzake Zuid-Tirol staat onder
meer, dat er bij de benoemingen voor de openbare dienst
gestreefd moet worden naar een evenredige verdeling
tussen de twee volksgroepen. Op dit punt laat de praktijk
nog veel te wensen over, omdat de ambtenaren in leidende
posities voor het grootste gedeelte Italianen zijn. Vooral
in kleine gemeenten valt dit op. In het dorpje Sexten in
het Puster-dal bijvoorbeeld, waar, afgezien van de gendar
men (carabinieri) en van de Italiaanse onderwijzers, nog
acht Italianen leidende posities bekleden, de gemeente
secretaris, de gemeente-arts, de gemeente-veearts, twee
postbeambten, een postbode en twee wegwerkers. Een
uitzondering vormt de commandant van de carabinieri te
Bozen, die een Zuid-Tiroler is. Zowel hijzelf als de Zuid-
Tiroolse bevolking verwacht echter iedere dag, dat hij zal
worden overgeplaatst. Het is ook waar, dat de opschriften
op officiële gebouwen tweetalig zijn, maar de corres
pondentie tussen de officiële instanties kan en mag niet
in het Duits worden gevoerd. Ten opzichte van de
regering in Rome in dit begrijpelijk, maar volgens een
verordening van de minister-president (17 juli .1952) zijn
ook de Zuidtiroolse ambtenaren verplicht in het Italiaans
met elkaar te corresponderen, ook de schoolopziener met
de onderwijzers of een burgemeester met zijn collega's,
die allen Zuid-Tirolers zijn.
Ook het onderwijs in de moedertaal is
formeel geregeld, maar in de praktijk ge
niet het Italiaans de voorrang. Op de Ita
liaanse scholen is er een onderwijzer voor
elke twaalf kinderen, maar op Zuidtiroolse
scholen is voor 26 kinderen een onderwijzer
genoeg. In het Martelldal is er zelfs een
Italiaanse onderwijzer voor een enkele Ita
liaanse scholier. Bovendien hebben de
leraren aan middelbare scholen geen vaste
betrekking. Zij kunnen niet geleidelijk aan
opklimmen en hebben ook geen recht op
pensioen.
Ondanks dit alles blijft de Volkspartij
van Zuid-Tirol van mening dat het in de
eerste plaats haar taak is voor de rechten
van de bevolking op te komen. Daarnaast
verwacht zij dat de regering te Wenen haar
streven zal ondersteunen door de officiële
instanties te Rome op haar plichten te wij
zen. Over de te volgen methode lopen de
meningen uit elkaar. Tot nu toe was het
ministerie van Buitenlandse Zaken in We
nen van opvatting, dat men punt voor punt
diende af te werken. De Zuid-T'irolers
geven daarentegen de voorkeur aan een
collectieve behandeling van alle open vra
gen. Men verwacht dan ook nog altijd, dat
Wenen een lang beloofde nota over deze
aangelegenheid in Rome zal overhandigen.
Het ministerie schijnt echter geen haast te
hebben en wil Rome schijnbaar niet ont
stemmen.
Een toerist, die dit rijke en mooie gebied
bezoekt, zal nauwelijks bemerken, dat er
spanningen zijn. Hij zal misschien zelfs op
het eerste gezicht de indruk krijgen, dat er
een zekere pacificatie tot stand is gekomen,
omdat alle straatnamen en andere opschrif
ten in twee talen zijn aangegeven. Maar
wie zich dieper met dit vraagstuk bezig
houdit, komt tot de ontdekking, dat er nog
heel wat moet worden geregeld en dat dit
ook zeer goed mogelijk is, omdat de oor
spronkelijke bevolking met haar politieke
leiders een gematigde indruk maakt.
Men zal aan beide kanten geduld en
goede wil moeten tonen. Er zou een nieuwe
samenwerking mogelijk zijn, wanneer men
wederzijds een einde maakte aan de begrij
pelijke vijandigheid en aan de gespannen
stemming. De Zuid-Torolers zijn geen re
volutionair volk. Zij willen op basis van de
Parijse overeenkomst tot een vergelijk ko
men. Wanneer de Italianen verstandig zijn
en vooral wanneer de Christelijk Democra
tische partij, die in Bolzano de meerder
heid heeft, haar ogen niet sluit voor de ge
meenschappelijke tegenstander, het com
munisme, zal zij vruchtbaar kunnen sa
menwerken met de gematigde Zuiid-Tiro-
lers en zal zij er voor zorgen, dat deze
streek, die ongeveer zo groot is als onze
drie noordelijke provincies, een paradijs
blijft, niet alleen een lusthof voor het oog
met vruchtbare boomgaarden en wijncul
tures, maar ook een menselijk paradijis,
waar voorspoed mogelijk is voor de twee
volksgroepen -op basis van recht en ge
lijkheid.
DIEPPE (AFP) Het lijk van de Ne
derlandse magazijnmeester A. M. de H.,
die sedert 15 juni was verdwenen, is woens
dag gevonden op het strand tussen Belle
ville en Bracquemont, ongeveer tien km
ten oosten van Dieppe.
De H. was vijftien juni in gezelschap
van een chauffeur in een vrachtauto te
Dieppe aangekomen voor het afleveren van
goederen, die moesten worden verscheept.
Dezelfde avond vertrok de chauffeur alleen
naar Rotterdam. Van De H., die in Rotter
dam woonde, had men sindsdien niets meer
vernomen.
Volgens de politie zijn er twee mogelijk
heden: de magazijnmeester is in de haven
van Dieppe gevallen of hij is aangevallen.
De 1.600 gulden, die hij bij zich droeg, zijn
namelijk verdwenen.
Een straatje in Brixen. Zulke pittoreske
huizen met erkers, gevels en galerijen
vindt men overal in Noord- en Zuid-Tirol
Vandaag wordt in het gebouw van de
Indonesische vertegenwoordiging in Den
Haag de eerste bespreking gehouden over
de repatriëring naar Indonesië van in Ne
derland verblijvende Ambonezen.
Van Indonesische zijde worden deze be
sprekingen gevoerd door vertegenwoordi
gers van een overkoepelende organisatie,
die een 400-tal Ambonese gezinnen zou
omvatten en van Indonesische zijde door
de zaakgelastigde in Nederland, de heer
Kwee Dj ie Hoo, en de heer P. de Queljoe.
Laatstgenoemde is vorige week door de
Indonesische minister van Buitenlandse
Zaken, Ruslan Abdulgani, naar Bonn ont
boden om instructies voor dit overleg te
ontvangen. Het initiatief tot deze bespre
kingen is uitgegaan van de zijde der Am
bonezen, die hun terugkeer naar Indonesië
voorstaan.
DJAKARTA (A.N.P.) Volgens welin
gelichte kringen in Djakarta zal luitenant
kolonel Taswin worden benoemd tot mili
taire attaché in Den Haag en kan de be
noeming van kolonel Kawilarang tot mili
tair attaché in Washington binnenkort
worden verwacht.
Kawilarang is thans commandant van
het leger in West-Java en Taswin is chef
van zijn staf.
Twee Nederlandse erevelden in Duits
land, te Frankfort am Main-Oberrad en
op het Stoffelerfried'hof te Dusseldorp, zul
len op respectievelijk 10 en 12 juli worden
geopend. Beide plechtigheden zullen door
ongeveer vierhonderd nabestaanden wor
den bijgewoond.
De Nederlandse Oorlogsgravenstichting
heeft in samenwerking met het ministerie
van Binnenlandse Zaken te Bonn, de Lan-
desregierung en de stad Frankfort in de
afgelopen maanden 775 Nederlandse oor
logsslachtoffers, omgekomen in de jaren
1940 tot 1945, in Zuid-Duitsland op een
speciaal daartoe ingericht ereveld tezamen
gelegd. In samenwerking met de stad Dus
seldorp zijn op het ereveld in deze stad
1229 oorlogsslachtoffers tezamen gelegd.
De graven op de erevelden, waarvan de
architectonische aanleg werd verzorgd
door de stedelijke plantsoenen- en graven
diensten van Frankfort en van Dusseldorp
zijn alle voorzien van een afzonderlijke
steen, een Engelse kalksteen waarin de
Naseause leeuw, de naam, geboorte- en
overlijdensdatum zijn gebeiteld.
In het midden van het terrein te Frank
fort is een bronzen figuur geplaatst ter na
gedachtenis aan de slachtoffers van con
centratiekampen, van wie de stoffelijke
resten verloren zijn gegaan. Tevens is een
gedenkteken geplaatst waarop d'e namen
van de slachtoffers vermeld staan, die in
massagraven rusten of van wie de grafleg
ging niet met juistheid kon worden aange
geven.
Te Dusseldorp is een gedenkzuil ge
plaatst ter nagedachtenis van de slacht
offers van concentratiekampen. Voorts zijn
zij vermeld wier stoffelijk overschot niet
is teruggevonden.
De plechtigheden zullen een besloten ka
rakter dragen. Te Frankfort zal de ambas
saderaad, de heer C. Vreede, een korte toe
spraak tot de genodigden houden; te Dus
seldorp zal de ambassadeur te Bonn, de
heer A. Th. Lamping dit doen. De presi
dente van de oorlogsgravenstichting, me
vrouw H. G. van Anrooy-De Kempenaer
zal een kort woord speciaal tot de nabe
staanden richten.
De plechtigheden zullen met orgelspel
door een Nederlandse organist, de heer J.
H. van Dijk te Enschede worden omlijst.
De opening van de Nederlandfee erevelden
zal na een samenkomst in de kapellen van
de kerkhoven worden verricht door een
der nabestaanden.
ADVERTENTIE
èsSu qjimü* CAA
In de Openbare Bibliotheek aan de Von
delstraat te Den Haag is ingebroken. De
inbrekers kwamen binnen door verbreking
van een ruitje van de kelderruimte aan
de straatzijde.
De brandkast is uit de kantoorruimte
op de parterre versleept naar de uitleen
ruimte en daar op de voorzijde gelegd. De
achterzijde is opengescheurd. Uit de brand
kast is een bedrag van f 15.000 salarisgeld
ontvreemd.
WASHINGTON (United Press) De Amerikaanse minister van Buitenlandse
Zaken, John Foster Dulles, heeft woensdag op zijn wekelijkse persconferentie
de vrije wereld opgeroepen „haar eenheid en kracht" te bewaren opdat het com
munisme geen vaste grond onder de voeten zal krijgen. De minister gaf als zijn
mening te kennen, dat de huidige anti-Stalincampagne in de Sovjet-Unie het
internationale communisme in een staat van verbijstering heeft gebracht en de
greep van Moskou op de niet-Russische communistische partijen aanzienlijk ver
zwakt heeft. Hij zei, dat het internationale communisme geen nieuwe overwin
ningen had kunnen boeken en schreef dit grotendeels toe aan de eenheid en de
kracht van de vrije landen en de politiek, welke o.a. belichaamd is in het program
voor wederzijdse veiligheid, dat nu aan het Amerikaanse Congres voorgelegd is.
De punten, welke Dulles verder naar
voren bracht, waren de volgende: De Ver
enigde Staten zullen voortgaan om bij de
Sovjet-Unie aan te dringen op het akkoord
gaan met een hereniging van Oost- en
West-Duitsland. Dulles is het in principe
eens met zijn Franse collega Pineau, dat
er in het Sovjet-blok een groeiende tendenz
bestaat voor een grotere vrijheid van de
mensen in de landen achter het IJzeren
Gordijn. Hij liet echter uitkomen, dat Pi
neau en hij het niet eens waren over de
De praktische onmogelijkheid
om in de goede dingen conse
quent te zijn, wordt nergens
duidelijker gedemonstreerd
dan in de verhouding tussen
mens en dier. Het dier is, als
onderdeel van de levende na
tuur, door zijn ontvankelijk
heid voor pijn en leed een
voorwerp van menselijke zorg
geworden, waar men geen
raad mee weet. Die menselijke
zorg is altijd opnieuw weer
een ingreep in de natuurlijke
gang van zaken, en dus een
verstoring van de orde waarin
het dier zou hebben gepast.
De Franse vereniging tot
behoud van natuurmonumen
ten, bijvoorbeeld, mag men
toch niet verdenken van nei
gingen om de natuur onrecht
te doen en op een kunstma
tige, door het menselijke ver
nuft ingegeven wijze de na
tuurlijke orde geweld aan te
doen. En toch is het vreemd,
dat deze vereniging een ere
medaille heeft uitgereikt aan
degene, die door één inspui
ting de vernielende konijnen
ziekte myxomatose de moge
lijkheid verschafte, zich als
een pestepidemie over het ge
hele Europese continent te
verbreiden en verderf te bren
gen onder de kolonies wip
staarten in de duinen en hei.
Deze eremedaille is een
merkwaardig ding. Het is de
beloning voor een massamoord
op een levend onderdeel van
de natuur. Maar tegelijk is het
een dankgift voor het bevor
deren van het behoud der
jonge bossen, zandbeplantin-
gen, zeeweringen en duin
landschappen. Voor het be
houd van stukken levende na
tuur dus, die evenzeer als een
springend konijn behoren tot
de oorspronkelijk inventaris
der schepping.
De verbreider der myxoma
tose is dus een doder en een
behouder tegelijk, een na
tuurliefhebber en een natuur-
vijand, een weldoener en een
vernietiger. Hij vergiftigt de
natuur om de natuur te red
den en daarin ligt een para
dox, die moeilijk te rijmen is
met alles wat te maken heeft
met een natuurlijke orde.
De oplossing van het raad
sel is niet te vinden, wanneer
men zich stelt op het stand
punt der vereniging tot be
houd van natuurmonumen
ten, en evenmin als men re
deneert uit de overtuiging van
de dierenbeschermer. Men
kan immers uit deze twee te
gengestelde zienswijzen nog
tal van andere, soortgelijke
raadselen creëren, die alle lei
den tot een paradox. Wij le
ven in een paradijs van para
doxen, om zo te zeggen; maar
dan in een paradijs van eigen
fabrikaat.
Natuurlijke orde en mense
lijke organisatie zijn blijkbaar,
van den beginne af, elkanders
vijanden. Wanneer men begint
met een gevestigd natuurlijk
systeem te verstoren, kan men
niet verwachten dat het zich
gehoorzaam en uit eigen
kracht naar de argumenten
dier verstoring richt en dat
men het dus bij die ene ver
storing kan laten. Integendeel,
ook de natuur kruipt, als het
bloed, waar zij niet gaan kan
en tracht de verstoring teniet
te doen, om haar eigen bed
ding te hervinden.
De mens is dus gehouden,
voortdurend de Grote Ver
stoorder te zijn en te blijven,
opdat hij niet door de correc-
ties van de schepping wordt
overwoekerd. Het is een rol,
die vele mensen niet ligt. Dat
zijn de mensen, die hun roe
ping als schakel in de keten
der natuur niet kunnen ver
loochenen en intuïtief afkerig
zijn van de ingreep.
Men kan beweren, dat de
mens de beschikking over de
natuur gegeven is en dat hem
de macht is verleend, naar
goeddunken te handelen met
datgene, wat samen met hen:
de natuur uitmaakt. Doch wie
heeft hem de macht gegeven,
die natuur tenvolle te over
zien?
Een veldheer, die legerscha
ren wil commanderen, zal toch
in de eerste plaats moeten we
ten waar de onderdelen van
zijn leger zich bevinden, hoe
hun onderling organisch ver
band is, welke mogelijkheden
zij hebben en welke rol zij
kunnen vervullen in het ge
heel. Hij zal moeten weten,
welke gevolgen de bewegin
gen van het ene onderdeel
voor de andere delen hebben.
Hij zal in zijn documenten en
op zijn kaarten moeten kun
nen berekenen, op welke wijze
zijn bevelen aan de onderde
len of aan het geheel in de
praktijk tot gelding zullen ko
men en of zij stroken met de
mogelijkheden, die zijn leger
eigen zijn.
En anders stuurt hij zijn le
ger naar de ondergang, al
voordat er één vijandelijke sol
daat in zicht is.
Als de mens de natuur wil
commanderen, zal hij moeten
weten wat die natuur is. Hij
zal moeten kunnen overzien,
hoe zijn ingrepen en voorzie
ningen zich zullen ontwikke
len, welke reacties zij oproe
pen en welke nieuwe situaties
er zullen ontstaan. En nu zij
het verre van mij, de mens te
beschuldigen van overschatting
zijner vernuftige talenten, doch
ik kan mij moeilijk aan de in
druk onttrekken, dat hij een
merkwaardig geïmproviseerd
commando voert. Hij speelt het
schaakspel van de natuur als
de beginneling, die elke pion
slaat welke hem voor de voe
ten komt en niet verder kijkt
dan het stuk, waarmee hij
schuiven wil. Het spel van de
tovenaarsleerling, die de orde
der magische krachten wil ge
bruiken om een klein kar
weitje te verrichten en over
spoeld wordt door de onver
stoorbare voortgang dier
krachten.
De mens commandeert hoog
op de brug, maar hij kent zijn
schip niet, noch de wateren
waarin hij vaart. Hij weet
niets van klippen of kusten,
hij kent de betekenis der witte
en gekleurde lichten in de ver
te niet, hij vaart een zigzag
koers zonder zelfs zijn eigen
bestemming te weten.
Hij roeit konijnen uit als ze
hem voor de voeten lopen en
vraagt niet wat zij langs onbe
kende wegen- van hun instinct
en scheppingsdoel voor hem
gedaan hebben of zouden kun
nen doen. Hij vernietigt en
plant aan, hij teelt en doodt, al
naargelang hem dat op zeker
moment nuttig voorkomt. Wat
hij hier bereikt, verliest hij
elders. Wat hij doodt, laat de
weg vrij aan andere plagen.
Wat hij uitsnijdt, wekt gezwel
len op andere zwakke punten
van het natuurlijke mechanis
me.
Zo maakt de mens in zijn
hooghartig omgaan met de na
tuur en de dingen om hem
heen telkens opnieuw weer de
indruk van een onmondig, on
handig kind, dat in sloten
loopt en van stoelen valt, dat
vaatwerk aan scherven stoot
en bloemen stuktrapt, in zijn
pogingen om te worden wat hij
nog niet is.
En hij beseft niet, dat hij
niet iets behoeft te worden,
doch slechts te blijven wat hij
is, maar dan in harmonisch sa
menspel met datgene waartus
sen hij is geplaatst.
De Grote Verstoorder is
echter niet minder zelfbewust
dan het kleine kind, dat zich
te groot voelt om terug te ke
ren. Hij stapt verder, steeds
verder langs de kronkelende
wegen, hij laat de puinhopen
achter zich en zoekt naar nieu
we vernielingen om de puin
hopen onzichtbaar te maken.
Een troost is het, dat hij
nooit geraken zal daar, waar
de kern der orde zich onraak-
baar wentelt in de gestadige
klokkegang der natuur. Hij zal
nooit de bewegende kracht der
orde kunnen stilzetten of van
tempo doen veranderen. En
steeds weer, als de onveran
derlijke cirkelgang der seizoe
nen, herstelt zich de orde en
breekt de kracht van de on
veranderlijke schepping zich
een uitweg, zich als de Grote
Hersteller metend met de
Grote Verstoorder in een wed
kamp, die wij mensen in
eeuwigheid en altijd opnieuw
zullen verliezen. J ;L-
wijze, waarop de vrije, wereld het grootste
voordeel uit deze ontwikkeling zou kunnen
trekken.
Op grond van de beschikbare inlichtin
gen gelooft Dulles niet, dat Tito weer over
stag is gegaan en zich nu volledig in het
Russische kamp heeft geschaard. Hij achtte
het ondenkbaar, dat Tito zich weer dienst
baar zou maken aan de mannen in het
Kremlin na de risico's, welke hij gelopen
heeft, toen hij hen vroeger trotseerde.
Dulles verklaarde, dat de Verenigde Sta
ten nauwkeurig het resultaat van Tito's
bezoek aan Moskou bestuderen en dat het
een ernstige vergissing zou zijn om te han
delen alvorens deze bestudering afgesloten
was, daar het dan onmogelijk zou worden
Tito te helpen om onafhankelijk te blijven.
Dulles doelde hiermee op de heersende
stemming in het Congres, dat zich afkerig
betoond heeft van verdere steunverlening
aan Joegoslavië.
Het Midden-Oosten
Naar Dulles' mening is de nieuwe Rus
sische minister van Buitenlandse Zaken,
Sjepilov, er in Cairo niet in geslaagd alles
te krijgen, wat hij wenste. Sprekende over
het Midden-Oosten zei Dulles, dat de Soov-
jet-Unie in dat gebied inderdaad aan eco
nomische invloed gewonnen had, maar dat
zij er niet in geslaagd was, ook maar één
van de landen in het Midden-Oosten in het
Sovjet-kamp binnen te halen.
De Duitse eenheid
Over de hereniging van Duitsland zei
Dulles nog, dat zowel Adenauer als hijzelf
hoopte, dat dezelfde morele druk op de
Sovjets, welke geleid had tot het vrij-
worden van Oostenrijk, ook zou resulteren
in een herenigd Duitsland. Hij herinnerde
eraan, dat de gezamenlijke verklaring,
welke Adenauer en hij aan het einde van
hun besprekingen twee weken geleden uit
gegeven hadden, met nadruk vermeldde,
dat de houding van de Sovjet-Unie ten
aanzien van het Duitse vraagstuk als toets
steen zou gelden voor de basis, waarop
Amerika en de bondsrepubliek hun toe
komstige betrekkingen met de Sovjet-Unie
zouden plaatsen.
„Russen blijven gevaarlijk"
In antwoord op vragen over het verzoek
van IJsland om terugtrekking van de Ame
rikaanse strijdkrachten aldaar, verklaarde
Dulles, dat IJsland naar zijn mening ge
looft dat er van Sovjet-zijde minder gevaar
dreigt dan in 1949. De V.S. zijn evenwel
van oordeel, dat het gevaar groter is, omdat
de Sovjet-Unie haar houding elk ogenblik
kan veranderen.
In Maastricht is d'e 36-jarige heer P. H.
M. Moors om het leven gekomen bij een
verkeersongeluk. Hij wilde op de fiets een
aan de kant van de weg staande bestel
wagen passeren, juist op het ogenblik dat
de chauffeur het portier opende. De heer
Moors botste tegen het portier, viel van zijn
fiets en werd door een voorbijrijdende
vrachtauto overreden. Hij was op slag
dood. De heer Moors was gehuwd en vader
van twee kinderen.