Klaas Bolt won de wisselprijs van internationaal oröeleoneours G MEUBEL 4^% Henri Tomasi dirigeerde het Residentie-Orkest Agenda voor Haarlem Apropos De winnaar dankt zijn leermeester DONDERDAG 12 JULI 1956 3 HOLLAND FESTIVAL woningtextiel een ongekend grote sortering Belangstellenden kwamen van heinde en verre J. F. Ch. Dix 75 jaar Dodelijk arbeidsongeval op de Hembrug Vandaag crematie van het stoffelijk overschot van mr. Van Heuven Goedhart HOLLAND FESTIVAL Maatregelen te Rijswijk Onder grote belangstelling had woens dagavond het zesde Internationale Orgel concours in de Grote Kerk te Haarlem plaats. John Lea Morgan uit Charlottetown in Canada, Leopold Hager uit Salzburg, Wolfram Gehring uit Keulen, Klaas Bolt uit Haarlem en Joh. van Dommele uit Bennekom waren de vijf kandidaten. De jury bestond uit de organisten Anton Heilier uit Wenen, de Deen Finn Viderö en de Nederlandse componist Sem Dresden, die dit jaar vijfenzeventig jaar is geworden. Anton Heilier, belast met het opgeven van het improvisatiethema, koos daartoe de koraalmelodie „Aus tiefer Not schrei ich zu dir". Op dit gegeven moesten de kandida ten ongeveer vijftien minuten improviseren in een vorm naar eigen keuze, waarin echter een fuga verwerkt diende te worden. Zoals van het begin af bij deze Haarlemse improvisatiewedstrijden gebruik is ge weest, weten jury noch publiek in welke volgorde de spelers optreden. Dit houdt de spanning erin tot het eind toe. Wij geven hier onze indrukken weer zo als wij die noteerden, zonder te weten wie er speelde. Nummer één bleef bedenkelijk onder het peil dat voor dit concours geldt. Het onritmisch schommelende spel ver raadde een instelling, die als vakwerk niet ernstig te nemen is en de proeven om het gegeven te variëren misten vormkracht,smaak en muzikale po tentie. Aan een fuga kwam de kandidaat helemaal niet toe. Nummer twee wekte direct vertrouwen door het koraal zijn zuiver phsygisch ka rakter te geven. In een vijftal variaties werd in vrij modern idioom de nodige wissel werking betracht. Contrapuntische struc tuur trok zeer de aandacht, onder meer in een klassiek gevormde koraalfantasie. Maar ook de geijkte vorm om het thema in de bas te leggen en te laten klinken tegen een druk gefigureerde, maar in wezen homo- fone discant, werd toegepast. Om ook uit de toonaard even los te komen, gaf speler nog een vrije episode in de kleine boven- terts. Het kostte wel enige moeite om van g terug naar e te komen als overgang naar een slotfuga, waartoe de kop van het koraal karakteristiek geritmeerd als thema dienst deed. Nummer drie begon met een dramatisch getinte inleiding, een prelude, die met haar echo-effecten boeiend was en in haar even wichtige opbouw van muzikale potentie getuigde. Ondertussen liet het thema lang op zich wachten. Dit kreeg dan eindelijk zijn beurt in een paar variaties. Daarop werd een fuga ingezet. De beantwoording van het thema ging moeizaam en het ver dere verloop was een vrij fantaseren. Het stretto had wel aardige vondsten en de speler waagde ook een omkering van het thema. Maar vervolgens verzandde het spel in nietszeggende frases. Een hymnisch besluit had hier veel kunnen redden. Maar de improvisator trachtte fugatisch door te zetten en wel in een dik geharmoniseerd pleno. Het was met dat al een stuk buiten normale proporties geworden. Het had in totaal niet gegeven wat de opmerkelijke prelude beloofde. Nummer vier begon met het koraal deels in een bourbon- en deels in een strijkers- register te laten horen. Duidelijk en in normale harmonieën werd het thema vijf keer gevarieerd, de cantus firmus steeds tegen een interessant grondplan uit het ge geven zelf. De registratie had veel aantrek kelijks en de melodische omvorming van ADVERTENTIE Klaas Bolt. het gegeven een enkele keer rijk gecolo- reerd getuigde van smaak en gezonde muzikaliteit. Een zesde variatie blééf in de opzet steken en de fuga, die er op volgde, verliep ook vrij ordeloos. Nummer vijf begon met een mooie in leiding: een ontwikkeling van de eerste zin van het koraal. Er zat vormkracht in deze prelude. De variaties, die er op volgden, hadden aanvankelijk een ingetogen karak ter. Met tweestemmig contrapunt werd een aardig effect bereikt. Een treffend karakter kreeg de derde variatie in haar kalm maar zinrijk -verloop (cantus firmus in de sex- quialter) met een consequente plastische tegenstem in de discant tegen een rustige bas. De vierde variatie leek ons wat ondui delijk. In een vijfde kwam kleur en be weging en dat was een aanloop om het thema nog eens in scherper ritmering uni sono in het pedaal te ontwikkelen en de cantus firmus in de bas tegen een harmo nische figuratie in de discant te laten horen. Jammer dat de fuga in een quasi doelloos fantaseren verliep en moeizaam tot een afsluiting kwam. De algemene indruk van de vier kandi daten, die op de niet mee te rekenen eerste volgden, was zeer bevredigend voor wat betreft het voorstuk als variatie en prelude, zodat ze op dit punt elkaar weinig in waar de ontliepen. De fuga was echter door gaans het zwakke punt. De jury had veel tijd nodig om tot een besluit te komen. Uit eindelijk werd het dan zo, dat nummer twee tot winnaar werd geproclameerd van de wisselprijs. Dit bleek te zijn de heer Klaas Bolt, de kerkorganist van de Haar lemse Grote Kerk en leerling van Cor Kee voor improvisatie. Als tweede werd aange wezen no. 5: Joh. van Dommele uit Ben nekom, derde werd no. 4: Leopold Hager uit Salzburg, vierde no. 3: Wolfram Geh ring uit Keulen en vijfde no. 1: John Lea Morgan. De Nederlandse mededingers hebben dus het pleit gewonnen en de wisselprijs blijft in de stad die haar uitloofde. Een prach tige onderscheiding voor Klaas Bolt, waar mee wij hem van harte geluk wensen. Hedenavond concerteren de jurryleden Viderö en Heiller met een programma dat veel aantrekkelijks belooft. Anton Heiller, in 1952 winnaar van de Zilveren Tulp, zal dit concert besluiten met een improvisatie, wat op zichzelf al een attractie van be lang is. JOS. DE KLERK. OCOOOOOOOOOOOOOOOQCOOOOOOOOOOOOCOCODOOCXDOOOOOOOOOOOOOOCX 8 I Tweehonderdvierenvijftig bezoekers aan p_ de Grote Kerk hebben gisteravond van de gelegenheid gebruik gemaakt hun i oordeel te geven over de vijf mededin- j gers aan het zesde internationale im- i provisatieconcours voor organisten. Zevenendertig van hen waren tot de- j zelfde conclusie gekomen als de jury. Onder dezen is geloot. Het resultaat 1 was, dat de heer A. Flipse uit Monster f 25 zal ontvangen, de heer G. Kalsbeek uit Katwijk aan de Rijn f 15 en de heer j 1 L. Vleesdrager uit Amsterdam f 10. Vit 1 de ingekomen biljetten is gebleken, dat vele bezoekers uit het buitenland zijn I 0 gekomen om de wedstrijd bij te wonen, y, H Ook was een groot aantal niet-Haar- 8 lemmers aanwezig. 8 8 )OOCXX)OOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOCXX> De Haarlemmer Klaas Bolt is natuurlijk bijzonder verguld met zijn overwinning m de improvisatiewedstrijd. De hoogste lof van de internationale jury liet hem niet onberoerd, hoewel hij qver zijn eigen prestaties met uiterste bescheidenheid sprak. „Ik heb met bijzonder veel plezier kunnen spelen. Ik heb ook de indruk, dat de mededingers naar de wisselprijs met evenveel genoegen aan deze wedstrijd heb ben deelgenomen". Zijn landgenoot Joh. van Dommele, de Canadees John Lea Mor gan, de Oostenrijker Leopold Hager en de Duitser Wolfgang Gehring liet hij achter zich. Klaas Bolt haast zich te zeggen, dat de jury het ongetwijfeld niet gemakkelijk heeft'gehad. Zij heeft een half uur moeten nemen om eensgezind tot een beslissing te komen. Bolt spreekt alle lof uit voor het spel van Joh. van Dommele: „Ik vond hem werkelijk prachtig", zei hij met bewonde ring. Ook voor het spel voor de buitenland se mededingers toonde hij respect. Klaas Bolt werd in 1927 geboren. Zijn opleiding voor organist kreeg hij aan de stedelijke muziekschool in Groningen en aan het conservatorium in Utrecht onder Cor Batenburg en George Stam respectie velijk. Hij behaalde staatsdiploma's A en B voor orgel en studeerde onder leiding van Adriaan Engelse verder. In 1955 heeft hij de lessen van Friedrich Bihn in de Inter nationale Zomeracademie, voor orgel in Haarlem gevolgd. Al deze gegevens over de winnaar stonden in het programma ver meld. Maar er ontbrak één feit, dat Klaas Bolt van het grootste belang vindt: „Ik heb het laatste jaar les van Cor Kee, orga nist in Zaandam, gehad. Dat de jury mij heeft uitverkoren, dank ik voor een groot deel aan zijn lessen. Ik heb een heleboel van hem geleerd op het gebied van de improvisatiekunst. Dankzij hem kon ik, het klinkt vreemd, goed voorbereid impro viseren, en tijdens mijn spel het gevoel hebben, dat het lukte". Zij, die Bolt gisteravond hoorden spelen en hem ook beluisterden tijdens de kerk diensten, zullen in de toekomst ongetwij feld met nog groter aandacht zijn ontwik- kelirtg volgen. Tenslotte kan worden ver meld, dat Klaas Bolt een uitnodiging heeft gekregen in 1958 in Noorwegen deel te ne men aan een orgelconcours. Vrijdag 20 juli hoopt de heer J. F. Ch. Dix te Heemstede, een bekende figuur in tuinbouwkringen, zijn vijfenzeventigste verjaardag te vieren. Speciaal in het bloèmbollenvak geniet hij grote bekend heid en dat is mede te danken aan zijn vele publicaties. Hij schreef vele boeken en die werden veel gelezen door de popu laire trant van schrijven. De heer Dix ontving zijn opleiding op de buitenplaats Persijn te Maartensdijk en later in de Hortus Botanicus te Utrecht. H'i werkte op kwekerijen in Duitsland en Engeland en na zijn terugkeer in ons land was de heer Dix werkzaam bij de firma E. H. Krelage; als hybrydisateur heeft hij vele nieuwe bol- en knolgewassen en vaste planten gewonnen. In de loop der jaren is de heer Dix redacteur en medewerker geweest van enige vakbladen (Weekblad voor Bloem bollencultuur, Floralia, Handelsblad voor de Tuinbouw en Kwekersblad) en heeft zitting gehad in tal van organisaties, zoals Tuinbouw en Plantkunde, Nederlandse Gladiolenvereniging en school- en werk- tuinen te Heemstede. Op zijn zeventigste verjaardag is de heer Dix hartelijk gehuldigd en hem is toen mededeling gedaan van zijn benoe ming tot ridder in de orde van Oranje- Nassau. Bij werkzaamheden aan de spoorbrug van de Hembrug heeft zich een ongeval met dodelijke afloop voorgedaan. De 56- jarige electro-monteur E. W. K. uit Am sterdam, die op een der pijlers herstel werkzaamheden verrichtte, viel van 2Ih meter hoogte en kwam daarbij op een borstwering terecht. Na aankomst in het gemeentelijk ziekenhuis te Zöandam is het slachtoffer aan zijn verwondingen over leden. ADVERTENTIE Het stoffelijk overschot van de hoge com missaris der UNO voor de vluchtelingen, mr. G. J. van Heuven Goedhart, is van nacht met het nachtvrachtvliegtuig van de Swiss Air van Zürich naar Schiphol overgebracht. Het vliegtuig arriveerde te gen kwart voor drie op de Amsterdamse luchthaven, waar het tot op het platform gedeelte voor het vrachtgebouw reed. Hier werd de door de lichtblauwe vlag der UNO gedekte kist uitgeladen en overgebracht naar een kamer. Vier kransen uit Zwitser land, namelijk van het Europese Bureau der UNO te Genève, het bureau van de hoge commissaris, de Zwitserse bondsraad en de Nederlandse delegatie bij de econo mische sociale raad der UNO, werden met een palmtak van het dagblad „Het Parool" bij de kist neergelegd. Mevrouw Van Heuven Goedhart en enkele familieleden toefden korte tijd in de rouwkamer. Het stoffelijk overschot werd daarna per auto naar Westerveld overgebracht, waar vandaag de crematie in alle stilte zal geschieden. De Franse dirigent Henri Tomasi leidde woensdagavond het Residentie-Orkest op een concert in het Holland Festival, dat in de Kurzaal te Scheveningen gegeven werd. Evenals de grote Napoleon Bonaparte is Henri Tomasi van Corsicaanse afkomst. Hij heeft de gedrongen gestalte met de ge vreesde, geniale veroveraar gemeen, maar van dictatoriale neigingen valt althans in zijn directie niets te bespeuren. De indruk, die de uitvoeringen in dit festivalconcert maakten, wees er op dat de leiding van Tomasi meer berustte op een uitstekende muzikale verstandhouding met het Resi dentie-Orkest dan op een onontkoombaar persoonlijk overwicht, dat orkestvertolkin gen de spanning der geladenheid moet geven. Het moet voor orkestleden onge twijfeld aange naam zijn onder Tomasi's leiding te musiceren, want deze dirigent beheerst de techniek van het vak voortreffelijk. Hij is bovendien een zorgvuldige bouwer, aan wie geen detail van de muziekstructuur WONINGINRICHTING BEVERWIJK G eopend8-12.30 en i4 lauur. Dinsd.lot nu Te Rijswijk zijn als maatregelen tegen verbreiding van de bij enkele personen ge constateerde kinderverlamming het zwem bad „De Put" en het internaat Oratorium van de paters Salesianen van Don Bosco gesloten. DONDERDAG 12 JULI Grote Kerk: Orgelbespeling juryleden orgelconcours, 8 uur. Studio: „Phfft", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. Rembrandt: „Beklemmende uren", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. Roxy: „Drums of Tahiti", 14 jaar, 7 en 9.15 uur. Frans Hals: „De gele hel", 7 en 9.15 uur. Lido: „Operatie Kajak", 14 jaar, 7 en 9.15 uur. Minerva: „Oké mr. Deeds", alle leeft., 8.15 uur. Luxor: "ik was de vriendin van een gangster", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. Palace: „The Kentuckian' 14 jaar, 7 en 9.15 uur. VRIJDAG 13 JULI Vleeshal: Tijdens tentoonstelling „Vijf eeuwen toneel", vertoning der film Jeanne d' Are", 8.15 uur. Studio: „Phffft", 18 jaar, 2, 7 en 9 15 uur, Frans Hals: „Chaplin's kolder parade", alle leeft., 2.30, 7 en 9.15 uur. Lido: „Mijn man, de testpiloot", 14 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Luxor: „Carosello Napolitano' alle ieeft., 2, 7 en 9.15 uur. Rembrandt: „Dun- ja", 18 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Palace: „Zo lang er maar lieve meisjes zijn", alle leeft., 2, 4 15, 7 en 9.15 uur. Roxy: „De misdaad van kapitein Stuart", 14 jaar, 2.30, 7 en 9.15 uur. Minerva: „Lucky me", alle leeft., 8.15 uur. Ouder wordende, moet een mens zich in stijgende mate verwonderen over de wijze, waarop sommige zijner mede schepselen erin slagen altijd op de hoogte te zijn van volkomen verborgen waarheden. Er zijn mensen, die altijd precies we ten waarom iets op deze we reld gebeurt. Zij schijnen een direct contact te hebben met geheimzinnige machten en te beschikken over inlichtingen bronnen, waarop een journa list met recht jaloers zou moe ten wezen. Sinds ik iemand nauwkeurig en tot in de kleinste details de opeenvolgende gebeurtenissen bij de schepping der wereld heb horen uitleggen, heb ik een grote eerbied gekregen voor degenen, die zo volledig op de hoogte worden gehouden van dingen, welke een gewoon sterveling als onontwarbare raadselen beschouwt. Men voelt zich dan toch eigenlijk maar een kleine jongen. Als men in de kranten leest over aardbevingen en over stromingen, die honderdtallen levens doen verloren gaan, is men geneigd degenen te bekla gen, die zich toevallig bevon den op het plekje van de we reld, waar de natuur zich aan vernielingen te buiten ging. Doch als men hoort beweren, dat deze rampen als straffen moeten worden beschouwd voor begane misdaden en hoe die doden ergens in hun per soonlijk leven of in hun voor geslacht de toorn des hemels over zich hebben afgeroepen, dan krijgt men eerbied voor de trefzekerheid van de wraak, die erin slaagt de bodem der aarde te doen openbersten on der de voeten van hen, die iets op hun kerfstok hadden ter wijl de onschuldigen tijdig op een buitenlandse reis worden gezonden. De opmerking, dat de selec tie van schuldigen en onschul digen zeer moeilijk moet zijn en dat hier en daar toch on vermijdelijk wat koren met het kaf wordt meegesleurd, vindt trouwens een verbazingwek kend wederwoord. Het schijnt namelijk zo te zijn, dat de wraak op één enkel enkelinge- tje niet kijkt en wel eens wat goeden meeneemt om de kwa den niet te laten ontsnappen. Het is een soort massa-execu tie, die het zekere voor het onzekere neemt. Ofschoon uit het oogpunt van snel en doel matig werken deze methode ogenschijnlijk de voorkeur ver dient boven het pieterpeuter- werk, zit er voor de argeloze beschouwer toch iets onbevre digends in. Hij kan zich im mers voorstellen dat de on schuldigen onvoldoende begrip hebben voor de hemelse effi ciency en niet doordrongen zijn van de moeilijkheden, die er aan een iets nauwkeuriger selectie zouden zijn verbonden. Bovendien lijkt het niet aan te nemen dat een kleuter van drie maanden, die door een wilde golfstroom wordt meegesleurd, zich gelaten en schuldbewust laat meesleuren in de troosten de overweging, dat zijn bet overgrootvader indertijd aller minst een lieve jongen is ge weest. Dit alles wekt twijfel. Niet aan de mate van onderschei dingsvermogen, waarmede wij door de hemel worden behan deld, doch aan de geloofwaar digheid van hen, die ons met grote stelligheid verzekeren lat het allemaal op die manier gaat. Hoe gaat het echter dan wel? Ik weet het niet. Misschien is het de grootste fout der mensen, dat zij de dingen, die boven hun bereik en begrip liggen, gaan zien in de spiegel hunner menselijk heid. Misschien zijn er talloze mensen, die het zouden doen op de manier, waarop zij zeg gen dat het gedaan wordt. Ik kan mij voorstellen dat iemand die donder, bliksem en aardverschüivingen zou kunnen commanderen, er ge noegen in zou scheppen een oooswicht met zijn wraak te treffen door de grond onder zijn voeten te laten wegzinken. En als dan, met de booswicht, een aantal argeloze onschul digen in het duistere der aar de zou verdwijnen, zou die mens wellicht spijtig zeggen: wat jammer. Ik betreur het zeer, maar het móest. Die ene heb ik in ieder geval. Zo zijn mensen. Zij meten met eigen maten en denken met eigen verstand, zij oor delen met eigen maatstaven en veroordelen naar eigen mo raal. Als kleine jongen staande in een rij op de speelplaats der school, ontving ik eens een daverende oorvijg op een mo ment, dat mijn gedachten van volkomen verheven en schul deloos karakter waren. Het was een oorvijg die gegeven werd, omdat iemand in de rij giechelde. Wie er giechelde, deed niets ter zake. De paedagoog, die sloeg, sloeg de massa waaruit de lach opsteeg. Ik was een deel der massa en ik kreeg de volle laag. De massa was daarmee gestraft. Deze paedagoog die naam qs meer een aanduiding van zijn vak dan van zijn kwali teit handelde, zoals, hij dacht dat een rechtvaardig rechter handelen moest. Zijn denkbeeld van rechtvaardig heid en strafbaarheid was zo primitief, zo willekeurig en toch zo begrijpelijk, dat men er zonneklaar uit destilleren kan hoe de mensheid in haar geheel aan haar primitieve denkbeelden over het beleid des hemels gekomen is. Ofschoon vele mensen schij nen aangewezen om anderen precies te vertellen hoe alles in zijn werk gaat, in zijn werk gegaan is en in zijn werk zal gaan, blijven er bij nadere be schouwing weinigen over wiens mededelingen tenvolle betrouwbaar lijken te zijn. Het is een ontmoedigende ge dachte, dat er op de wereld zo bitter weinig is, dat de ene mens de andere met volle zekerheid als een waarheid kan overdragen. Mijn grootste wantrouwen gaat altijd uit naar degenen, die vaardig zijn in het voor spellen van onheil en ver doemenis, en daarvan al te levendige, gedetailleerde be schrijvingen kunnen geven, alsof zij dat onheil en die ver doemenis zelf hebben uitge vonden. Apropos, hébben zij dat mis schien? ontgaat. En verder bezit Tomasi een uit stekend begrip voor instrumentale kleuren en hun onderlinge, doeltreffendste verhou ding. Vandaar dat de uitvoering van de Tweede Symfonie van Camille Saint-Saëns, een der meest gespeelde orkestwerken vap deze universele componist, aan het talrijke auditorium een rustige, evenwichtige mu zikale genieting kon schenken, een aange name verpozing in een gebied van sierlijke melodieën, van warme harmonieën, van lichtbewogen sentimenten, van ritmen en bovenal van een ideaal-welluidende orkest klank. Voor wat de zelfstandige orkest uitvoeringen betrof werd de interpretatie van de symfonie van Saint Saëns typerend. Want ook de vierde Symfonie van Arthur Honegger en de Rhapsodie Espagnole van Maurice Ravel, die na de pauze werden gespeeld, hield Henri Tomasi in de sfeer van volmaakte evenwichtigheid naar de klank en zijn schakeringen. Honeggers symfonie moge dan overwe gend zogenaamde absoluut-muzikale ken merken hebben, een innerlijke bewogen heid, die tenslotte de muziek tot een wer kelijke verschijningsvorm deed worden, komt in dit prachtige werk wel degelijk tot uitdrukking. En het moge dan een loffelijk beginsel zijn de Rhapsodie Espag nole van Ravel met reserve te spelen, zon der de muziek te laden met de brandende gloed, die onder deze door dansritmen ge stuwde klanken smeult, verliest ook dit werk de noodzakelijke spanning en wordt het slechts een overvloedig-weelderige orenstreling met de verrukkelijkste klan ken, die de meesterlijke instrumentatie van Ravel te voorschijn kan toveren. Zo heeft dan de directie van Tomasi geleid tot het scheppen van klankenrijkdom, maar zon der de spanning, die vervoering brengt. Voor de samenstelling van het program ma kon men niets dan lof hebben. Het was een echt festivalprogramma, waarop met de drie reeds genoemde werken nog een compositie van Benjamin Britten voor kwam, de Serenade voor tenor, hoorn en strijkers. De tekst koos Britten uit het oeuvre van verschillende Engelse dichters. Met het rangschikken van deze gedichten maakte Britten de inhoud tot een weer spiegeling van eigen gedachten, waarin de weemoed, de neiging naar somberheid en het verlangen naar verlossing als psychi sche reacties de overhand hebben. De tenor Peter Pears zong de tekst van deze Serenade magistraal. Zijn fluwelen stem weerspiegelde elke bewogenheidsnuance, die ook in de ontroerend schone melodieën vervat zijn. En even meesterlijk werd, na een enigszins nerveus begin, de hoorn-solo gespeeld door Piet Schijf, eerste hoornist van het orkest. Henri Tomasi zorgde met het orkest voor een voortreffelijke begelei ding en zo kon deze Serenade een waar meesterwerk op het peil van Brittens mu ziek voor „The turn of the screw" het hoogtepunt van het concert worden. P. ZWAANSWIJK. RUSSEN ACHTEN ZICH BELEDIGD Een woordvoerder van de Amerikaanse filmproducent Darryl F. Zanuck heeft meegedeeld, dat de Sovjet-autoriteiten het verzoek van Zanuck om medewerking te verlenen bij het maken van een film over „de geheime misdaden van Joseph Stalin" beledigend achten. Op 1 september zal een begin worden gemaakt met de opnamen voor deze film.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1956 | | pagina 5