Klaas Bolt won de wisselprijs van
internationaal oröeleoneours
G
MEUBEL
4^%
Henri Tomasi dirigeerde
het Residentie-Orkest
Agenda voor
Haarlem
Apropos
De winnaar dankt
zijn leermeester
DONDERDAG 12 JULI 1956
3
HOLLAND
FESTIVAL
woningtextiel
een
ongekend
grote
sortering
Belangstellenden kwamen
van heinde en verre
J. F. Ch. Dix 75 jaar
Dodelijk arbeidsongeval
op de Hembrug
Vandaag crematie van het
stoffelijk overschot van
mr. Van Heuven Goedhart
HOLLAND
FESTIVAL
Maatregelen te Rijswijk
Onder grote belangstelling had woens
dagavond het zesde Internationale Orgel
concours in de Grote Kerk te Haarlem
plaats. John Lea Morgan uit Charlottetown
in Canada, Leopold Hager uit Salzburg,
Wolfram Gehring uit Keulen, Klaas Bolt
uit Haarlem en Joh. van Dommele uit
Bennekom waren de vijf kandidaten.
De jury bestond uit de organisten Anton
Heilier uit Wenen, de Deen Finn Viderö en
de Nederlandse componist Sem Dresden,
die dit jaar vijfenzeventig jaar is geworden.
Anton Heilier, belast met het opgeven
van het improvisatiethema, koos daartoe de
koraalmelodie „Aus tiefer Not schrei ich zu
dir". Op dit gegeven moesten de kandida
ten ongeveer vijftien minuten improviseren
in een vorm naar eigen keuze, waarin
echter een fuga verwerkt diende te worden.
Zoals van het begin af bij deze Haarlemse
improvisatiewedstrijden gebruik is ge
weest, weten jury noch publiek in welke
volgorde de spelers optreden. Dit houdt de
spanning erin tot het eind toe.
Wij geven hier onze indrukken weer zo
als wij die noteerden, zonder te weten wie
er speelde. Nummer één bleef bedenkelijk
onder het peil dat voor dit concours geldt.
Het onritmisch schommelende spel ver
raadde een instelling, die als vakwerk niet
ernstig te nemen
is en de proeven
om het gegeven te
variëren misten
vormkracht,smaak
en muzikale po
tentie. Aan een
fuga kwam de
kandidaat helemaal niet toe.
Nummer twee wekte direct vertrouwen
door het koraal zijn zuiver phsygisch ka
rakter te geven. In een vijftal variaties werd
in vrij modern idioom de nodige wissel
werking betracht. Contrapuntische struc
tuur trok zeer de aandacht, onder meer in
een klassiek gevormde koraalfantasie. Maar
ook de geijkte vorm om het thema in de
bas te leggen en te laten klinken tegen een
druk gefigureerde, maar in wezen homo-
fone discant, werd toegepast. Om ook uit
de toonaard even los te komen, gaf speler
nog een vrije episode in de kleine boven-
terts. Het kostte wel enige moeite om van
g terug naar e te komen als overgang naar
een slotfuga, waartoe de kop van het koraal
karakteristiek geritmeerd als thema dienst
deed.
Nummer drie begon met een dramatisch
getinte inleiding, een prelude, die met haar
echo-effecten boeiend was en in haar even
wichtige opbouw van muzikale potentie
getuigde. Ondertussen liet het thema lang
op zich wachten. Dit kreeg dan eindelijk
zijn beurt in een paar variaties. Daarop
werd een fuga ingezet. De beantwoording
van het thema ging moeizaam en het ver
dere verloop was een vrij fantaseren. Het
stretto had wel aardige vondsten en de
speler waagde ook een omkering van het
thema. Maar vervolgens verzandde het
spel in nietszeggende frases. Een hymnisch
besluit had hier veel kunnen redden. Maar
de improvisator trachtte fugatisch door te
zetten en wel in een dik geharmoniseerd
pleno. Het was met dat al een stuk buiten
normale proporties geworden. Het had in
totaal niet gegeven wat de opmerkelijke
prelude beloofde.
Nummer vier begon met het koraal deels
in een bourbon- en deels in een strijkers-
register te laten horen. Duidelijk en in
normale harmonieën werd het thema vijf
keer gevarieerd, de cantus firmus steeds
tegen een interessant grondplan uit het ge
geven zelf. De registratie had veel aantrek
kelijks en de melodische omvorming van
ADVERTENTIE
Klaas Bolt.
het gegeven een enkele keer rijk gecolo-
reerd getuigde van smaak en gezonde
muzikaliteit. Een zesde variatie blééf in de
opzet steken en de fuga, die er op volgde,
verliep ook vrij ordeloos.
Nummer vijf begon met een mooie in
leiding: een ontwikkeling van de eerste zin
van het koraal. Er zat vormkracht in deze
prelude. De variaties, die er op volgden,
hadden aanvankelijk een ingetogen karak
ter. Met tweestemmig contrapunt werd een
aardig effect bereikt. Een treffend karakter
kreeg de derde variatie in haar kalm maar
zinrijk -verloop (cantus firmus in de sex-
quialter) met een consequente plastische
tegenstem in de discant tegen een rustige
bas. De vierde variatie leek ons wat ondui
delijk. In een vijfde kwam kleur en be
weging en dat was een aanloop om het
thema nog eens in scherper ritmering uni
sono in het pedaal te ontwikkelen en de
cantus firmus in de bas tegen een harmo
nische figuratie in de discant te laten
horen. Jammer dat de fuga in een quasi
doelloos fantaseren verliep en moeizaam
tot een afsluiting kwam.
De algemene indruk van de vier kandi
daten, die op de niet mee te rekenen eerste
volgden, was zeer bevredigend voor wat
betreft het voorstuk als variatie en prelude,
zodat ze op dit punt elkaar weinig in waar
de ontliepen. De fuga was echter door
gaans het zwakke punt. De jury had veel
tijd nodig om tot een besluit te komen. Uit
eindelijk werd het dan zo, dat nummer
twee tot winnaar werd geproclameerd van
de wisselprijs. Dit bleek te zijn de heer
Klaas Bolt, de kerkorganist van de Haar
lemse Grote Kerk en leerling van Cor Kee
voor improvisatie. Als tweede werd aange
wezen no. 5: Joh. van Dommele uit Ben
nekom, derde werd no. 4: Leopold Hager
uit Salzburg, vierde no. 3: Wolfram Geh
ring uit Keulen en vijfde no. 1: John Lea
Morgan.
De Nederlandse mededingers hebben dus
het pleit gewonnen en de wisselprijs blijft
in de stad die haar uitloofde. Een prach
tige onderscheiding voor Klaas Bolt, waar
mee wij hem van harte geluk wensen.
Hedenavond concerteren de jurryleden
Viderö en Heiller met een programma dat
veel aantrekkelijks belooft. Anton Heiller,
in 1952 winnaar van de Zilveren Tulp, zal
dit concert besluiten met een improvisatie,
wat op zichzelf al een attractie van be
lang is.
JOS. DE KLERK.
OCOOOOOOOOOOOOOOOQCOOOOOOOOOOOOCOCODOOCXDOOOOOOOOOOOOOOCX
8
I Tweehonderdvierenvijftig bezoekers aan p_
de Grote Kerk hebben gisteravond van
de gelegenheid gebruik gemaakt hun
i oordeel te geven over de vijf mededin- j
gers aan het zesde internationale im- i
provisatieconcours voor organisten.
Zevenendertig van hen waren tot de- j
zelfde conclusie gekomen als de jury.
Onder dezen is geloot. Het resultaat
1 was, dat de heer A. Flipse uit Monster
f 25 zal ontvangen, de heer G. Kalsbeek
uit Katwijk aan de Rijn f 15 en de heer j
1 L. Vleesdrager uit Amsterdam f 10. Vit
1 de ingekomen biljetten is gebleken, dat
vele bezoekers uit het buitenland zijn I
0 gekomen om de wedstrijd bij te wonen, y,
H Ook was een groot aantal niet-Haar- 8
lemmers aanwezig. 8
8
)OOCXX)OOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOCXX>
De Haarlemmer Klaas Bolt is natuurlijk
bijzonder verguld met zijn overwinning m
de improvisatiewedstrijd. De hoogste lof
van de internationale jury liet hem niet
onberoerd, hoewel hij qver zijn eigen
prestaties met uiterste bescheidenheid
sprak. „Ik heb met bijzonder veel plezier
kunnen spelen. Ik heb ook de indruk, dat
de mededingers naar de wisselprijs met
evenveel genoegen aan deze wedstrijd heb
ben deelgenomen". Zijn landgenoot Joh.
van Dommele, de Canadees John Lea Mor
gan, de Oostenrijker Leopold Hager en de
Duitser Wolfgang Gehring liet hij achter
zich. Klaas Bolt haast zich te zeggen, dat
de jury het ongetwijfeld niet gemakkelijk
heeft'gehad. Zij heeft een half uur moeten
nemen om eensgezind tot een beslissing
te komen. Bolt spreekt alle lof uit voor het
spel van Joh. van Dommele: „Ik vond hem
werkelijk prachtig", zei hij met bewonde
ring. Ook voor het spel voor de buitenland
se mededingers toonde hij respect.
Klaas Bolt werd in 1927 geboren. Zijn
opleiding voor organist kreeg hij aan de
stedelijke muziekschool in Groningen en
aan het conservatorium in Utrecht onder
Cor Batenburg en George Stam respectie
velijk. Hij behaalde staatsdiploma's A en B
voor orgel en studeerde onder leiding van
Adriaan Engelse verder. In 1955 heeft hij
de lessen van Friedrich Bihn in de Inter
nationale Zomeracademie, voor orgel in
Haarlem gevolgd. Al deze gegevens over de
winnaar stonden in het programma ver
meld. Maar er ontbrak één feit, dat Klaas
Bolt van het grootste belang vindt: „Ik
heb het laatste jaar les van Cor Kee, orga
nist in Zaandam, gehad. Dat de jury mij
heeft uitverkoren, dank ik voor een groot
deel aan zijn lessen. Ik heb een heleboel
van hem geleerd op het gebied van de
improvisatiekunst. Dankzij hem kon ik,
het klinkt vreemd, goed voorbereid impro
viseren, en tijdens mijn spel het gevoel
hebben, dat het lukte".
Zij, die Bolt gisteravond hoorden spelen
en hem ook beluisterden tijdens de kerk
diensten, zullen in de toekomst ongetwij
feld met nog groter aandacht zijn ontwik-
kelirtg volgen. Tenslotte kan worden ver
meld, dat Klaas Bolt een uitnodiging heeft
gekregen in 1958 in Noorwegen deel te ne
men aan een orgelconcours.
Vrijdag 20 juli hoopt de heer J. F. Ch.
Dix te Heemstede, een bekende figuur in
tuinbouwkringen, zijn vijfenzeventigste
verjaardag te vieren. Speciaal in het
bloèmbollenvak geniet hij grote bekend
heid en dat is mede te danken aan zijn
vele publicaties. Hij schreef vele boeken
en die werden veel gelezen door de popu
laire trant van schrijven.
De heer Dix ontving zijn opleiding op de
buitenplaats Persijn te Maartensdijk en
later in de Hortus Botanicus te Utrecht.
H'i werkte op kwekerijen in Duitsland en
Engeland en na zijn terugkeer in ons land
was de heer Dix werkzaam bij de firma
E. H. Krelage; als hybrydisateur heeft hij
vele nieuwe bol- en knolgewassen en
vaste planten gewonnen.
In de loop der jaren is de heer Dix
redacteur en medewerker geweest van
enige vakbladen (Weekblad voor Bloem
bollencultuur, Floralia, Handelsblad voor
de Tuinbouw en Kwekersblad) en heeft
zitting gehad in tal van organisaties, zoals
Tuinbouw en Plantkunde, Nederlandse
Gladiolenvereniging en school- en werk-
tuinen te Heemstede.
Op zijn zeventigste verjaardag is de
heer Dix hartelijk gehuldigd en hem is
toen mededeling gedaan van zijn benoe
ming tot ridder in de orde van Oranje-
Nassau.
Bij werkzaamheden aan de spoorbrug
van de Hembrug heeft zich een ongeval
met dodelijke afloop voorgedaan. De 56-
jarige electro-monteur E. W. K. uit Am
sterdam, die op een der pijlers herstel
werkzaamheden verrichtte, viel van 2Ih
meter hoogte en kwam daarbij op een
borstwering terecht. Na aankomst in het
gemeentelijk ziekenhuis te Zöandam is het
slachtoffer aan zijn verwondingen over
leden.
ADVERTENTIE
Het stoffelijk overschot van de hoge com
missaris der UNO voor de vluchtelingen,
mr. G. J. van Heuven Goedhart, is van
nacht met het nachtvrachtvliegtuig van
de Swiss Air van Zürich naar Schiphol
overgebracht. Het vliegtuig arriveerde te
gen kwart voor drie op de Amsterdamse
luchthaven, waar het tot op het platform
gedeelte voor het vrachtgebouw reed. Hier
werd de door de lichtblauwe vlag der UNO
gedekte kist uitgeladen en overgebracht
naar een kamer. Vier kransen uit Zwitser
land, namelijk van het Europese Bureau
der UNO te Genève, het bureau van de
hoge commissaris, de Zwitserse bondsraad
en de Nederlandse delegatie bij de econo
mische sociale raad der UNO, werden met
een palmtak van het dagblad „Het Parool"
bij de kist neergelegd.
Mevrouw Van Heuven Goedhart en
enkele familieleden toefden korte tijd in
de rouwkamer. Het stoffelijk overschot
werd daarna per auto naar Westerveld
overgebracht, waar vandaag de crematie
in alle stilte zal geschieden.
De Franse dirigent Henri Tomasi leidde
woensdagavond het Residentie-Orkest op
een concert in het Holland Festival, dat in
de Kurzaal te Scheveningen gegeven werd.
Evenals de grote Napoleon Bonaparte is
Henri Tomasi van Corsicaanse afkomst. Hij
heeft de gedrongen gestalte met de ge
vreesde, geniale veroveraar gemeen, maar
van dictatoriale neigingen valt althans in
zijn directie niets te bespeuren. De indruk,
die de uitvoeringen in dit festivalconcert
maakten, wees er op dat de leiding van
Tomasi meer berustte op een uitstekende
muzikale verstandhouding met het Resi
dentie-Orkest dan op een onontkoombaar
persoonlijk overwicht, dat orkestvertolkin
gen de spanning
der geladenheid
moet geven.
Het moet voor
orkestleden onge
twijfeld aange
naam zijn onder
Tomasi's leiding te
musiceren, want deze dirigent beheerst de
techniek van het vak voortreffelijk. Hij is
bovendien een zorgvuldige bouwer, aan
wie geen detail van de muziekstructuur
WONINGINRICHTING
BEVERWIJK
G eopend8-12.30 en i4 lauur. Dinsd.lot nu
Te Rijswijk zijn als maatregelen tegen
verbreiding van de bij enkele personen ge
constateerde kinderverlamming het zwem
bad „De Put" en het internaat Oratorium
van de paters Salesianen van Don Bosco
gesloten.
DONDERDAG 12 JULI
Grote Kerk: Orgelbespeling juryleden
orgelconcours, 8 uur. Studio: „Phfft", 18 jaar,
7 en 9.15 uur. Rembrandt: „Beklemmende
uren", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. Roxy: „Drums
of Tahiti", 14 jaar, 7 en 9.15 uur. Frans Hals:
„De gele hel", 7 en 9.15 uur. Lido: „Operatie
Kajak", 14 jaar, 7 en 9.15 uur. Minerva:
„Oké mr. Deeds", alle leeft., 8.15 uur. Luxor:
"ik was de vriendin van een gangster", 18
jaar, 7 en 9.15 uur. Palace: „The Kentuckian'
14 jaar, 7 en 9.15 uur.
VRIJDAG 13 JULI
Vleeshal: Tijdens tentoonstelling „Vijf
eeuwen toneel", vertoning der film Jeanne
d' Are", 8.15 uur. Studio: „Phffft", 18 jaar, 2,
7 en 9 15 uur, Frans Hals: „Chaplin's kolder
parade", alle leeft., 2.30, 7 en 9.15 uur. Lido:
„Mijn man, de testpiloot", 14 jaar, 2, 4.15, 7
en 9.15 uur. Luxor: „Carosello Napolitano'
alle ieeft., 2, 7 en 9.15 uur. Rembrandt: „Dun-
ja", 18 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Palace: „Zo
lang er maar lieve meisjes zijn", alle leeft.,
2, 4 15, 7 en 9.15 uur. Roxy: „De misdaad van
kapitein Stuart", 14 jaar, 2.30, 7 en 9.15 uur.
Minerva: „Lucky me", alle leeft., 8.15 uur.
Ouder wordende, moet een
mens zich in stijgende mate
verwonderen over de wijze,
waarop sommige zijner mede
schepselen erin slagen altijd op
de hoogte te zijn van volkomen
verborgen waarheden. Er zijn
mensen, die altijd precies we
ten waarom iets op deze we
reld gebeurt. Zij schijnen een
direct contact te hebben met
geheimzinnige machten en te
beschikken over inlichtingen
bronnen, waarop een journa
list met recht jaloers zou moe
ten wezen.
Sinds ik iemand nauwkeurig
en tot in de kleinste details de
opeenvolgende gebeurtenissen
bij de schepping der wereld
heb horen uitleggen, heb ik
een grote eerbied gekregen
voor degenen, die zo volledig
op de hoogte worden gehouden
van dingen, welke een gewoon
sterveling als onontwarbare
raadselen beschouwt. Men
voelt zich dan toch eigenlijk
maar een kleine jongen.
Als men in de kranten leest
over aardbevingen en over
stromingen, die honderdtallen
levens doen verloren gaan, is
men geneigd degenen te bekla
gen, die zich toevallig bevon
den op het plekje van de we
reld, waar de natuur zich aan
vernielingen te buiten ging.
Doch als men hoort beweren,
dat deze rampen als straffen
moeten worden beschouwd
voor begane misdaden en hoe
die doden ergens in hun per
soonlijk leven of in hun voor
geslacht de toorn des hemels
over zich hebben afgeroepen,
dan krijgt men eerbied voor de
trefzekerheid van de wraak,
die erin slaagt de bodem der
aarde te doen openbersten on
der de voeten van hen, die iets
op hun kerfstok hadden ter
wijl de onschuldigen tijdig op
een buitenlandse reis worden
gezonden.
De opmerking, dat de selec
tie van schuldigen en onschul
digen zeer moeilijk moet zijn
en dat hier en daar toch on
vermijdelijk wat koren met het
kaf wordt meegesleurd, vindt
trouwens een verbazingwek
kend wederwoord. Het schijnt
namelijk zo te zijn, dat de
wraak op één enkel enkelinge-
tje niet kijkt en wel eens wat
goeden meeneemt om de kwa
den niet te laten ontsnappen.
Het is een soort massa-execu
tie, die het zekere voor het
onzekere neemt. Ofschoon uit
het oogpunt van snel en doel
matig werken deze methode
ogenschijnlijk de voorkeur ver
dient boven het pieterpeuter-
werk, zit er voor de argeloze
beschouwer toch iets onbevre
digends in. Hij kan zich im
mers voorstellen dat de on
schuldigen onvoldoende begrip
hebben voor de hemelse effi
ciency en niet doordrongen
zijn van de moeilijkheden, die
er aan een iets nauwkeuriger
selectie zouden zijn verbonden.
Bovendien lijkt het niet aan te
nemen dat een kleuter van drie
maanden, die door een wilde
golfstroom wordt meegesleurd,
zich gelaten en schuldbewust
laat meesleuren in de troosten
de overweging, dat zijn bet
overgrootvader indertijd aller
minst een lieve jongen is ge
weest.
Dit alles wekt twijfel. Niet
aan de mate van onderschei
dingsvermogen, waarmede wij
door de hemel worden behan
deld, doch aan de geloofwaar
digheid van hen, die ons met
grote stelligheid verzekeren
lat het allemaal op die manier
gaat. Hoe gaat het echter dan
wel?
Ik weet het niet.
Misschien is het de grootste
fout der mensen, dat zij de
dingen, die boven hun bereik
en begrip liggen, gaan zien in
de spiegel hunner menselijk
heid. Misschien zijn er talloze
mensen, die het zouden doen
op de manier, waarop zij zeg
gen dat het gedaan wordt.
Ik kan mij voorstellen dat
iemand die donder, bliksem
en aardverschüivingen zou
kunnen commanderen, er ge
noegen in zou scheppen een
oooswicht met zijn wraak te
treffen door de grond onder
zijn voeten te laten wegzinken.
En als dan, met de booswicht,
een aantal argeloze onschul
digen in het duistere der aar
de zou verdwijnen, zou die
mens wellicht spijtig zeggen:
wat jammer. Ik betreur het
zeer, maar het móest. Die ene
heb ik in ieder geval.
Zo zijn mensen. Zij meten
met eigen maten en denken
met eigen verstand, zij oor
delen met eigen maatstaven en
veroordelen naar eigen mo
raal.
Als kleine jongen staande in
een rij op de speelplaats der
school, ontving ik eens een
daverende oorvijg op een mo
ment, dat mijn gedachten van
volkomen verheven en schul
deloos karakter waren. Het
was een oorvijg die gegeven
werd, omdat iemand in de rij
giechelde. Wie er giechelde,
deed niets ter zake.
De paedagoog, die sloeg,
sloeg de massa waaruit de
lach opsteeg. Ik was een deel
der massa en ik kreeg de volle
laag. De massa was daarmee
gestraft.
Deze paedagoog die naam
qs meer een aanduiding van
zijn vak dan van zijn kwali
teit handelde, zoals, hij
dacht dat een rechtvaardig
rechter handelen moest. Zijn
denkbeeld van rechtvaardig
heid en strafbaarheid was zo
primitief, zo willekeurig en
toch zo begrijpelijk, dat men
er zonneklaar uit destilleren
kan hoe de mensheid in haar
geheel aan haar primitieve
denkbeelden over het beleid
des hemels gekomen is.
Ofschoon vele mensen schij
nen aangewezen om anderen
precies te vertellen hoe alles
in zijn werk gaat, in zijn werk
gegaan is en in zijn werk zal
gaan, blijven er bij nadere be
schouwing weinigen over
wiens mededelingen tenvolle
betrouwbaar lijken te zijn. Het
is een ontmoedigende ge
dachte, dat er op de wereld zo
bitter weinig is, dat de ene
mens de andere met volle
zekerheid als een waarheid
kan overdragen.
Mijn grootste wantrouwen
gaat altijd uit naar degenen,
die vaardig zijn in het voor
spellen van onheil en ver
doemenis, en daarvan al te
levendige, gedetailleerde be
schrijvingen kunnen geven,
alsof zij dat onheil en die ver
doemenis zelf hebben uitge
vonden.
Apropos, hébben zij dat mis
schien?
ontgaat. En verder bezit Tomasi een uit
stekend begrip voor instrumentale kleuren
en hun onderlinge, doeltreffendste verhou
ding. Vandaar dat de uitvoering van de
Tweede Symfonie van Camille Saint-Saëns,
een der meest gespeelde orkestwerken vap
deze universele componist, aan het talrijke
auditorium een rustige, evenwichtige mu
zikale genieting kon schenken, een aange
name verpozing in een gebied van sierlijke
melodieën, van warme harmonieën, van
lichtbewogen sentimenten, van ritmen en
bovenal van een ideaal-welluidende orkest
klank. Voor wat de zelfstandige orkest
uitvoeringen betrof werd de interpretatie
van de symfonie van Saint Saëns typerend.
Want ook de vierde Symfonie van Arthur
Honegger en de Rhapsodie Espagnole van
Maurice Ravel, die na de pauze werden
gespeeld, hield Henri Tomasi in de sfeer
van volmaakte evenwichtigheid naar de
klank en zijn schakeringen.
Honeggers symfonie moge dan overwe
gend zogenaamde absoluut-muzikale ken
merken hebben, een innerlijke bewogen
heid, die tenslotte de muziek tot een wer
kelijke verschijningsvorm deed worden,
komt in dit prachtige werk wel degelijk
tot uitdrukking. En het moge dan een
loffelijk beginsel zijn de Rhapsodie Espag
nole van Ravel met reserve te spelen, zon
der de muziek te laden met de brandende
gloed, die onder deze door dansritmen ge
stuwde klanken smeult, verliest ook dit
werk de noodzakelijke spanning en wordt
het slechts een overvloedig-weelderige
orenstreling met de verrukkelijkste klan
ken, die de meesterlijke instrumentatie van
Ravel te voorschijn kan toveren. Zo heeft
dan de directie van Tomasi geleid tot het
scheppen van klankenrijkdom, maar zon
der de spanning, die vervoering brengt.
Voor de samenstelling van het program
ma kon men niets dan lof hebben. Het was
een echt festivalprogramma, waarop met
de drie reeds genoemde werken nog een
compositie van Benjamin Britten voor
kwam, de Serenade voor tenor, hoorn en
strijkers. De tekst koos Britten uit het
oeuvre van verschillende Engelse dichters.
Met het rangschikken van deze gedichten
maakte Britten de inhoud tot een weer
spiegeling van eigen gedachten, waarin de
weemoed, de neiging naar somberheid en
het verlangen naar verlossing als psychi
sche reacties de overhand hebben. De
tenor Peter Pears zong de tekst van deze
Serenade magistraal. Zijn fluwelen stem
weerspiegelde elke bewogenheidsnuance,
die ook in de ontroerend schone melodieën
vervat zijn. En even meesterlijk werd, na
een enigszins nerveus begin, de hoorn-solo
gespeeld door Piet Schijf, eerste hoornist
van het orkest. Henri Tomasi zorgde met
het orkest voor een voortreffelijke begelei
ding en zo kon deze Serenade een waar
meesterwerk op het peil van Brittens mu
ziek voor „The turn of the screw" het
hoogtepunt van het concert worden.
P. ZWAANSWIJK.
RUSSEN ACHTEN ZICH BELEDIGD
Een woordvoerder van de Amerikaanse
filmproducent Darryl F. Zanuck heeft
meegedeeld, dat de Sovjet-autoriteiten
het verzoek van Zanuck om medewerking
te verlenen bij het maken van een film
over „de geheime misdaden van Joseph
Stalin" beledigend achten.
Op 1 september zal een begin worden
gemaakt met de opnamen voor deze film.