„Vroman ïn proza uitgevoerd"
Overweldigende belangstelling
voor Rembrandt-expositie
Spaanse dans in fraaie stijl
SMAAK
GEVAARLIJK
De adem van Mars
Litteraire
Kanttekeningen
Meer dan 300.000 bezoekers in
twee en een halve maand
ZATERDAG 4 AUGUSTUS 1956
P .T .T .-nieuwtje
De Simofoon
KAÜJE
HS
KAU*1
Emissie „Renate"
deerlijk mislukt
Verzending van zeepost
Ximenez- Vargas
Posthume hulde aan
mr. Van Heuven Goedhart
Nansenmedaille toegekend
Prins Bernhard voor de radio
Agenda voor Haarlem
Twee Nieuw-Guinezen in
het Indonesische parlement
Niemand ontveinze zich de ernst van de
situatie die president Nasser van Egypte
heeft geschapen door zonder enige voor
afgaande waarschuwing de particuliere
Suezkanaalmaatschappij te nationaliseren.
Het feit, dat het Suezkanaal een internatio
nale vaarweg is, legt de staat, wiens grond
gebied deze waterweg doorsnijdt, jegens
alle mogendheden wier schepen er gebruik
van maken, verplichtingen op, die zijn
soevereiniteit volgens internationale ver
dragen beperken. Zo heeft Turkije de ver
plichting op zich genomen de Bosporus en
de Dardanellen onpartijdig te verdedigen
toen het bij de Conventie van Montreux in
1926 de soevereiniteit over deze zeestraten
herkreeg, zij het tegen de wens van de
Sovjet-Unie.
Egypte heeft op grond van de Conventie
van Konstantinopel van 1888 de verplich
ting het internationale karakter van de
vrije doorvaart door het Suezkanaal te
waarborgen, ook na het aflopen van de
concessie aan de Suezkanaalmaatschappij
in 1968. Het recht om de maatschappij te
nationaliseren hoe lomp Nasser zich
daarvan ook heeft bediend wordt niet
in twijfel getrokken, maar het kanaal zelf
kan niet genationaliseerd worden.
Het woord van Nasser alleen is bij her
haling een onvoldoende waarborg gebleken
en zijn jongste onverantwoordelijke uit
latingen hebben de twijfel daaraan ver
sterkt. Het onrecht, dat Egypte Israel heeft
aangedaan door in strijd met een resolutie
van de Veiligheidsraad Israëlische en bui
tenlandse schepen met een lading voor Is
raëlische havens de toegang tot het kanaal
te ontzeggen, is ongestraft gebleven. Nasser
heeft zijn woord gebroken toen hij de
Franse minister van Buitenlandse Zaken
Pineau beloofde zich van inmenging in de
Algerijnse kwestie te onthouden. Hij heeft
Frankrijk op onverantwoordelijke wijze
getart met de uitspraak, dat hij de recht
matigheid van de Britse monetaire maat
regelen tegen Egypte voor het Internatio
nale Gerechtshof zou betwisten, maar dat
hij het antwoord op de Franse represailles
aan de Algerijnen zou overlaten. Deze en
andere uitlatingen, die een verantwoorde
lijk staatshoofd zich niet kan veroorloven,
hebben de Franse premier Mollet Nasser
met Hitier doen vergelijken en diens boek
„De filosofie der revolutie" met diens
„Mein Kampf".
Het handhaven van het internationale
karakter van het Suezkanaal wordt bij zo
iemand niet veilig geacht. Het wantrouwen
in de Egyptische dictator is nog meer ge
schokt, toen hij aankondigde de bouw van
de Assoeandam, waarvoor de Verenigde
Staten, Groot-Brittannië en de Wereld
bank hun toezeggingen van hulp bij de
financiering hadden ingetrokken, te zullen
bekostigen uit de baten van het Suez
kanaal. Zelfs als de doorvaartrechten bui
ten verhouding worden verhoogd en geen
penny wordt uitgegeven voor de verbete
ring en het onderhoud van het kanaal, zal
de opbrengst nog niet voldoende zijn om
de Nijldam te financieren. Wat er terecht
moet komen van Nassers belofte om de
aandeelhouders schadeloos te stelllen, als
er al geen middelen waren om het dam-
project uit te voeren, is dan geen vraag
meer.
Nasser kan en mag de uitnodiging om de
voorgestelde internationale conferentie, die
ten doel heeft de vrije vaart door het ka
naal te waarborgen, niet afwijzen, al doen
de eerste Egyptische reacties het tegendeel
vermoeden. Op de premier van Groot-
Brittannië, Sir Anthony Eden, rust de
zware verantwoordelijkheid leiding te ge
ven aan de politiek in deze gespannen
situatie. Hij heeft de Fransen, wier geduld
bleek te zijn uitgeput, tot rede gebracht.
Hij heeft de Amerikanen, die de ernst van
de toestand niet voldoende inzagen, of
wilden inzien, er blijkbaar toe gekregen te
beloven hem niet te zullen dwarsbomen.
De Franse houding is begrijpelijker als men
bedenkt hoe gevaarlijk dicht een Ara
bische federatie van de Atlantische Oceaan
tot aan de Perzische Golf onder Egyptische
leiding, wat Nassers droom is genoemd,
bij de werkelijkheid komt als Nasser de
vrije hand wordt gelaten met de sleutels
van het Suezkanaal.
Het is te betreuren, dat in de bekend
making die na de driemogendhedenconfe-
rentie te Londen is uitgegeven, met geen
woord over de UNO is gerept. Zo er ooit
een kwestie is geweest die zich èn uit het
oogpunt van een internationale regeling
èn wegens het gevaar voor de vrede, voor
een oplossing door de UNO leende, dan
wel deze. De voorbereidende Britse en
Franse militaire maatregelen, die er geen
twijfel over laten bestaan of Londen en
Parijs zijn besloten Nasser in het uiterste
geval met geweld te dwingen zich te
schikken naar de wil van de meerderheid
der uitgenodigde zeevarende mogendheden,
kunnen Egypte een gerede aanleiding ge
ven een beroep op de Veiligheidsraad te
doen. Dan zal een nieuwe situatie ont
staan, die Groot-Brittannië en Frankrijk
kennelijk hebben willen vermijden. Het is
namelijk niet uitgesloten, dat in de UNO
na maandenlange beraadslagingen een be
sluit valt, dat niet strookt met de Britse
en Franse belangen en voortspruit uit anti-
imperialistische gevoelens.
In ieder geval kan men zich moeilijk in
denken dat Groot-Brittannië en Frankrijk
het recht in eigen handen kunnen nemen
zonder machtiging van de UNO. Bezinning
is wel gewenst in deze gevaarlijke situatie.
NA ZIJN DRIETAL dichtbundels twee in het Nederlands, één in het Engels
en zijn prozadroom „Tineke" kan Leo Vroman, al woont hij sinds jaren in New
Brunswick in de Verenigde Staten, hier geen vreemde meer zijn. Wie zich eenmaal
door zijn rijkdom van beelden, door het timbre van zijn taalstem heeft laten be
toveren, wie zich ver buiten het dagelijks-reële heeft laten meevoeren door zijn
suggestieve associaties van gevoelens, van sferen en klanken, vergeet hem niet
meer. In zijn woord hoort men zijn adem gaan, zijn bloed ruisen. Hoort men zijn oor
hóren, ziet men zijn oog zién. En men weet dan: Vroman heeft eerbied voor het
leven, eerbied daarom óók voor het papier, waaraan hij het, voor zo ver en zo diep
hij het heeft ondergaan, toevertrouwt. „Papier", heeft hij eens geschreven, „is zo
kostbaar als een mensenhuid en inkt zo duur als bloed".
DAT WAS en dat is hem ernst. Zozeer
ernst, dat hij zelden schrijft „uit vrees
dat met ieder woord de kans wordt ver
speeld op één, dat beter is". In elke volzin
is hij in het Nederlands of in het Engels
op jacht naar het woord. Naar het
woord der woorden. Daarvoor is hij dan ook
een volbloed dichter, ook als hij in „proza"
zijn „memoires" schrijft, dat wil zeggen:
herinneringsbeelden oproept, deze disso-
ciëert en weer associëert tot een droom-
stramien van het verleden en deze es
sentie van zijn onderhuids geheugen „De
adem van Mars" noemt, al is een influiste
ring van Venus er evenmin vreemd aan.
Maar goed, Venus of Mars, in dit (bij Que-
rido verschenen) verrukkelijke boekje kan
men Leo Vroman herontmoeten „met de
dichterjurk half over het hoofd getrokken,
de mouwen ledig scharmaaiende en het
kippenborstje van zijn proza bloot".
„Vroman in proza uitgevoerd" heeft
hij, met zijn verkwikkende voorliefde voor
de zelfironie, aan deze verantwoording toe
gevoegd, waarmee maar de halve waarheid
is gezegd: boven dat prozaïsche kippen
borstje staat immers, hoe hij zich wendt of
keert, zijn dichterhoofd, waarin zes of meer
zintuigen geheimzinnig doende zijn om uit
een overhaaste vlucht uit Holland in de
Meidagen van 1940, uit een overtocht naar
Java, een krijgsgevangenschap onder Ja
panse tortuur en een duurzame stranding
op „het eiland Amerika" het wezenlijkste
van het wezenlijke te puren, geïnspireerd
door de inspiratie van vroeger dagen. Wat
in de jaren 19401945 de benauwenis der
gevangenschap en de koortsdromen van
dysenterie en longontsteking hem inbliezen,
was toen onder de adem van Mars, in Tji-
latjap, Tjimahi en Osaka, op papier geko
men: op bladen „met woede en kracht uit
oude legerkasboeken gescheurd, op toilet
papier en ten slotte in een miniscuul
schriftje. Alleen een aantal gedichten en
„Tineke" deze merkwaardige en bekoor
lijke meisjesimpressie, waarin bloemknop
pen openspringen, kleuren rijpen, wind-
adem tot klank en bladerengeur tot dro
men vervloeien waren in druk gegeven.
Het overige, aangevuld met Amerikaanse
indrukken, moest wachten. Wachten tot de
herinnering voldoende vervluchtigd zou
zijn om Vroman „naschrijvend over zijn
bestaan" (zoals hij vroeger in „Naschrift"
dichtte) een hoogst persoonlijke vorm voor
het bovenpersoonlijke te kunnen doen vin
den.
De tijd was er nu rijp voor. Nijhoffs Uur
U, waarop de „andere werkelijkheid" in
werking treedt, had voor hem geslagen:
het luchtledig van het ogenblik werd opge
vuld door gewaarwordingen, die aan geen
tijd meer gebonden waren, ook al dateren
ze van „vroeger". Wat daarvan in de ge
daante van dit boekje vórm heeft gévorr-
den, hiér in het Nederlands, daar in het En
gels, heeft een zo unieke gevoelsintensiteit,
is zo hevig en zo helder gezién, dat men
het zonder aarzeling èn uit het oogpunt
van verwantschap èn uit dat van „litte
raire rang" een plaats moet toekennen
P.T.T. heeft sinds enige maanden bij
wijze van proef een Simofoonnet in ge
bruik. Het woord is een samenvoeging van
signalerende mobilofoon. Het apparaat
maakt het mogelijk dat een telefoniste
automobilisten, die hiervoor een speciale
installatie in hun auto hebben, door middel
van een signaalcode op te roepen. Zodra
deze wordt uitgezonden, gaat op het dash-
board van de auto een lampje branden. De
bestuurder weet daardoor dat hij opge
roepen is en zal zich bij een telefoonaan
sluiting in zijn omgeving melden of,
die heeft, gebruik maken van zijn mobilo
foon. Bij dringende oproepen gaat er in de
auto een rode lamp branden.
Men gaat thans na of de resultaten van
dit oproepnet zodanig zijn, dat het aanbe
veling verdient een landelijk simofoonnet
op te richten. Het zou mogelijk zijn met
slechts enkele zenders het gehele land te
bestrijken en iedere aangesloten automobi
list rechtstreeks te allen tijde te bereiken.
Wanneer deze niet in de auto aanwezig is
blijft in zijn wagen de witte of rode lamp
branden, zodat hij bij zijn terugkomst
weet dat hij opgeroepen is.
Er zijn momenteel een aantal apparaten
verdeeld over vertegenwoordigers van de
meest uiteenlopende bedrijven om na te
gaan of de dienst in een behoefte voorziet.
naast het proza van Joyce en van Virginia
Woolf, naast de gedichten van Emily
Dickinson ook. Op het eerste gezicht lijken
deze vijftien hoofdstukken niet meer dan
fragmentarisch-autobiografische notities.
„Wat zich aan innige nimmergehoorde
cryptophonieën achter deze woorden ver
bergt is mijn zaak". Aldus tracht Vroman
zich (vruchteloos trouwens) aan het oor en
het oog van zijn lezers te onttrekken: het
blijft immers niet „zijn zaak". Het wordt
onvermijdelijk de onze. Want men hoort
deze „cryptophonieën" achter en boven en
onder hetgeen hier gedrukt staat. En als
ik wèl hoor, dan is het in verschillende
varianten één grondtoon: niet die alleen
van zijn wezen, maar van alle wezen, van
alle geheimenis, alle leven, alle dichten.
Wie Vromans (eveneens bij Querido ver
schenen) „Poems in English" heeft gelezen,
kan het niet zijn ontgaan, dat de tweeta
ligheid voor deze dichter allerminst een
dilemma betekent. Engels en Hollands zijn
voor hem twee snaren op één en hetzelfde
instrument, die hij beurtelings (en soms, in
de syntaxis, gelijktijdig) bespeelt, al naar
mate toonaard en gevoelswaarde van de in
geving dat eisen. Vroman kiest zijn woord
en wórdt er door gekozen. Er is tussen hem
en het woord een vrijage, die in het
ooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooocooqc
8 In de rubriek „Litteraire Kantteke-
ningen" van zaterdag 28 juli werd door j
een zetfout ten onrechte de indruk ge
wekt, als zouden het achtste en negende
deel van de Verzamelde Werken van
Jan Slauerhoff in de Franse taal ver
schijnen. Dit is natuurlijk onjuist. Op
een Frans initiatief (namelijk van de
door de heer P. F. Hondius van Herwer
den, Keizersgracht 499 te Amsterdam i
vertegenwoordigde „Club du Meilleur
Livre") zullen deze delen alsnog en
uiteraard in het Nederlands verschijnen.
Tot 15 augustus staat de mogelijkheid
van intekening open.
R
5000c)000000000000000c00000c000000000000000c0000000000000'
schriftuur tot een huwelijk wordt, waaraan
soms neologismen ontspruiten van een
jeugdige frisheid, eigen aan al wat jongge
boren is. Het trappelt, het kirt en kraait,
zo'n nieuw woord en benoemt het prille als
„in den beginne" „spartelnaakt, naam-
fris", dichtte Aafjes. „De directe uit
spraak" heeft Nijhoff dat genoemd, de on
middellijkheid van zegging, van beeld
spraak, die alleen mogelijk is, als men zich
met zoveel overgave aan de verschijnselen
des levens heeft gewijd als de dichter Leo
Vroman.
Ik kan de inhoud van dit miraculeuze
boekje niet samenvatten. De inhoud is zijn
vorm en deze vorm is voortgekomen uit
een inspiratiebron, die met één vertakking
in de droom uitmondt dagdroom of
slaapdroom, om het even, maar hoe dan
ook het domein van het bui ten verstande
lijke, waar ook de poëzie van Hendrik de
Vries thuis is. Lees het tweetal bladzijden
(een variant op een te Osaka ontworpen
verhaal, dunkt me) „Terug tot de natuur".
Stapels moderne romans geef ik er grif voor
cadeau. In dergelijke bladzijden voleindigt
de globetrotter Vroman de grootste van al
zijn reizen: die naar het binnenste van zijn
binnenste. Veel dank, Vroman, voor zo'n
„reisverslag". C. J. E. DINAUX
ADVERTENTIE
...kauw Wrlgley Doublemint.
Overal veel mensen - overal veel verkeer - overal veel drukte
En wat dan nog? Kauw Doublemint pittig, tintelend,
dubbel lang lekker - Doublemint geeft rust, rust bij het rijden -
en Uw adem wordt zuiver als Zwitserse berglucht.
De emissie van 35.000 gulden, die de heer
P. Visser, voorzitter van de coöperatieve
bergingsvereniging „Renate Leonhardt", op
de aandeelhoudersvergadering in Utrecht
op 11 juni aankondigde, heeft niet het ge
wenste resultaat gehad.
Slechts 15.000 gulden zijn in de kassen
van de bergïngsvereniging binnenigevioeid.
Om het tekort te dekken heeft het bestuur
besloten van de drieduizend ledenaandeel
houders van de vereniging achterstallige
contributie over 1954, 1955 en 1956 te
heffen. Tevens heeft de heer Visser de
verzekering gegeven dat, zodra deze contri
butie-achterstand 15.30 per lid is
ingehaald, de expeditie naar de „Renate
Leonhardt" op de Haaksgronden een aan
vang zal nemen. Op 11 juni heeft de heer
Visser ook al een dergelijke stellige toe
zegging gedaan, en verklaard d'at de expe
ditie „een week nadien" zee zou kiezen.
Met de volgende schepen kan zeepost
worden verzonden. De data, waarop de
correspondentie uiterlijk ter post moet zijn
bezorgd, staan achter de naam van het
schip vermeld.
Argentinië: m.s. „Yapeyu" 9 aug.; Brits
Oost-Afrika: s.s. „Europa" 9 aug.; Canada:
m.s. „Prins Willem van Oranje" 11 aug.;
Chili via New York 9 aug.; Indonesië: m.s.
„Oranje" 7 Aug.; Ned. Antillen: m.s. „Aga
memnon" 6 aug.; Ned. Nieuw-Guinea: m.s.
„Oranje" 7 aug.; Nieuw-Zeeland via Enge
land 11 aug.; Suriname: m.s. „Nestor" 9
aug.; Unie van Zuid-Afrika en Z.W.-Afri
ka: m.s. „Winchester Castle" 11 aug.
Het gaat deze maand wel Spaans toe in
Bloemendaals Openluchttheater, voor zo
ver het weer althans toelaat dat er iets
toegaat. Waar nu nog het rustieke decor
van „De Rechter van Zalamea" van Pedro
Calderón de la Barca, een der meesterwer
ken van de Spaanse barok, is opgesteld
voor de laatste voorstellingen, die vandaag
en morgen plaats hebben, treedt volgende
week maandag en woensdag een ensemble
op, dat zich de weidse naam van Spaans
Festival Ballet heeft aangemeten. Ik zal
de laatste zijn om aan deze overdrijving
van een onjuistheid aanstoot te nemen,
want ik heb mij er donderdagavond in
Zeist (in de toneelzaal van hotel Figi, aan
gezien de voorgenomen uitvoering in het
Slottuintheater door de regenval verijdeld
werd) van kunnen overtuigen, dat wij hier
te doen hebben met een groep van de beste
artiesten van de Iberische dans. Het belo
ven twee bijzondere avonden te worden,
als men maar niet verwacht de hele avond
„olé" te moeten roepen als reactie op re
vueachtige demonstraties van vurig tem
perament.
Dat temperament is bij de medewerken
den aan de beide programma's heus wel
aanwezig, maar het brandt verhuld onder
de trotse distinctie, die men bij deze voort
zetters van de mede door La Argentinita
in populariteit herstelde traditie mocht
verwachten. Manoio Vargas was in de
laatste jaren voor haar dood in 1945 haar
partner, Roberto Ximenes die van haar
zuster Pilar Lopez in haar gezelschap,
waaruit deze beide dansers zich betrekke
lijk kort geleden hebben losgemaakt om ge
zamenlijk een eigen weg te gaan. Maar de
invloed van deze beide grote figuren uit
de recente ontwikkeling van de Spaanse
dans werkt duidelijk door. Bij alle solisten
is een prachtige zuiverheid van stijl waar
te nemen. Volmaakt is bij voorbeeld de af
werking der armbeweging. Voor zover het
om folklore gaat, biedt de Spaanse toch
wel de meest volledige dans, die de inzet
van het gehele lichaam vergt. En van de
persoonlijkheid.
Na het weerzien - onder naar wij hopen
gunstiger omstandigheden dan thans in een
Nog nóóit heeft een expositie zoveel be
zoek getrokken als die van Rembrandt's
100 beste doekert in het Rijksmuseum te
Amsterdam. Wanneer zondagavond de ten
toonstel ling gesloten wordt zullen meer
dan 300.000 bezoekers haar hebben be
zocht. Dergelijke aantallen zijn nog nooit
eerder in welk Nederlands museum ook
voorgekomen. Het gemiddelde voor een gro
te zomertentoonstelding is ongeveer 100.000.
De ruim 300.000 bezoekers van thans kwa
men in een periode van 76 tentoonstéllings-
diagen. Dat deze Rembrandt-expositie kor
ter duurt dan andere dergelijke tentoon
stellingen is te wijten aan het feit dat er
begin volgende week een wisseling plaats
vindt tus;en het Amsterdamse rijksmuseum
en het Rotterdamse museum Boymans. De
100 schilderijen die thans in het Rijks
museum te Amsterdam hangen, zullen in
het Rotterdamse museum worden geëxpo
seerd. De tekeningen van Rembrandt, die
nu nog in Rotterdam te zien zijn zullen
dan in het Rijksmuseum worden tentoon
gesteld.
Het enorme bezoek aan het'Rijksmuseum
heeft de leiding van bet museum voor grote
problemen gesteld. Het was herhaaldelijk
nodig de deuren te sluiten omdat het zo
vol was in de tentoonstellingszalen dat
niemand meer iets kon zien. Onmiddellijk
vormden zich dan buiten het museum zeer
lange rijen. Onder die omstandigheden
was er geen sprake van dat men rustig
de tentoonstelling kon bekijken. Voetje
voor voetje schuifelde men langs de prach
tige doeken. Het was onmogelijk even voor
een der schilderijen te blijven staan. Men
werd in de mensenmassa onweerstaan
baar verder geschoven. Het best zijn de
scholen er nog aan toe geweest: -groepen
scholieren hadden namelijk reeds om negen
uur in de ochtend toegang tot het museum,
één uur voordat het publiek werd binnen
gelaten. De schooljeugd heeft dus de ex
positie beter kunnen zien dan de volwas
senen. De helft van de enorme stroom be-
Charlie Chaplin is te Nice aangekomen om aan de Rivièra drie weken vakantie
door te brengen. De eerste autogrammenjager die zijn pad kruiste was de
chef-kok van het vliegveldrestaurant.
zoekers bestond uit buitenlanders. Vele
duizenden zijn speciaal voor deze tentoon
stelling naar Nederland gekomen, hetgeen
mede te danken is aan de enorme propa
ganda diie in de afgelopen winter gevoerd
is. Correspondentie over de tentoonstelling
werd ontvangen u-it alle werelddelen, bij
postzakken tegelijk. De prachtige catalogus
is bij honderdduizenden verkocht.
De Koningin bezocht de expositie twee
keer, evenals de prinsessen Beatrix en
Margriet. De B.B.C. heeft ee-n directe tele
visie-uitzending uit het museum gegeven.
Ook Amerikaanse omroep- en T.V.-organi-
saties hebben zee-r veel aandacht aan de
tentoonstelling besteed.
Aan mr. G, J. van Heuven Goedhart, in
leven Hoge Commissaris van de UNO voor
vluchtelingen is posthuum de Nansen-
medaille toegekend.
De Nansenmedaille wordt uitgereikt aan
personen, die zich buitengewoon verdien
stelijk hebben gemaakt voor het werk van
het UNO-commissariaat.
De Nansenmedaille 1956 is voorts toe
gekend aan mrs. Dorothy D. Houghton, die
veel heeft gedaan voor toelating van
vluchtelingen in de V.S. en voor het werk
van wijlen mr. Van Heuven Goedhart.
De onderscheidingen zullen op 3 sep
tember in Genève worden overhandigd
aan de echtgenote van mr. Van Heuven
Goedhart en aan mevrouw Houghton.
Als regent van het Prins Bernhard Fonds
zal Prins Bernhard zich hedenavond om
19.00 uur via Hilversum I en om 20.00 uur
via Hilversum II, tot het Nederlandse volk
richten om het eindstadium van de grote
Nationale Anjeractie, die wordt gehouden
ter gelegenheid van het tienjarig bestaan
van het fonds en de anjerfondsen, in te
leiden.
ZATERDAG 4 AUGUSTUS
Minerva: „Doctor at sea", 7 en 9.15 uur.
Rembrandt: „Sissi", alle leeft., 7 en 9.15 uur.
Luxor: „Davy Crockett", 14 jaar, 7 en 9.15
uur. Lido: „Sun valley Serenade", alle leeft.,
7 en 9.15 uur. „Thérèse de begeerde vrouw",
23.30 uur. Frans Hals: „Het monster van de
zeebodem", alle leeft., 7 en 9.15 uur. Roxy:
„De schaduw van Zorro", 14 jaar, 7 en 9.15
uur. Palace: „The Goldrush", alle leeft., 7 en
9.15 uur. Studio: „Phffft", 18 jaar, 7 en ,9.15
uur. Openluchttheater, Bloemendaal: 8 uur,
„De rechter van Zalamea". Nassaulaan
12—24 uur: Kermisvermakelijkheden. Frans
Halsmuseum, 20.3022.30 uur: Avondopen
stelling met oude muziek en kaarslicht.
ZONDAG 5 AUGUSTUS
Minerva: „Doctor at sea", 2, 4.15, 7 en 9.15
uur. Rembrandt: 11 uur, „Het grote avon
tuur", alle leeft., „Sissi", alle leeft., 2, 4,15, 7
en 9.15 uur. Luxor: „Davy Crockett", 14 jaar,
2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Lido: „Rose Marie", 11
uur, alle leeft., „Sun valley Serenade", alle
leeft., 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Frans Hals: „Het
monster van de zeebodem", alle leeft., 2, 4.15,
7 en 9.15 uur. Roxy: „De schaduw van
Zorro", 14 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Palace:
10.30 uur, „Drie jongens en een hond",
„The Goldrush", alle leeft., 2, 4.15, 7 en 9.15
uur. Studio: 10.30 Vakantieprogramma,
„Phffft", 18 jaar. 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Open
luchttheater, Bloemendaal: 8 u„ „De rechter
van Zalamea". Zuiderkapel. 10 en 5 uur.
Dienst o. 1. v. W. Dubbeldam. 8 uur: Jeugd-
samenkomst o. 1. v. Frits Niemeyer.
MAANDAG 6 AUGUSTUS
Minerva: „Lili", alle leeft., 2.30 uur. „Rear
Window", 18 jaar, 8.15 uur. Rembrandt: 10.30
uur, Montagne's jeugdvariété, „Sissi" alle
leeft., 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Luxor: 10.30 uur,
Gezelschap Adrie van Oorschot: „Davy
Crockett", 14 jaar, 2, 7 en 9.15 uur. Lido:
„Sun valley Serenade", a. 1., 2, 4.15, 7 en 9.15
uur. Frans Hals: „Het monster van de zee
bodem", alle leeft., 2.30, 7 en 9.15 uur. Roxy:
„De koning der cowboys", alle leeft., 2.30
uur. „De schaduw van Zorro", 14 jaar, 7 en
9.15 uur. Palace: 10.30 uur, „Drie jongens en
een hond", „The Goldrush", a-lle leeft., 2,
4.15, 7 en 9.15 uur. Studio: 10.30 Vakantie-
programma. „Pffft", 18 jaar, 2.15, 7 en 9.15
uur. Openluchttheater, Bloemendaal: 8 uur,
Spaanse dansgroep Ximen-ez-Vargas. Be
gijnhofkapel: 8 uur, Interkerkelijke samen
komst. Zangdienst van 7.30 uur af.
y:
Ana Mercedes en Roberto Ximenes.
kleine ruimte met een slechte akoestiek en
ontstemde piano's zal ik gedetailleerder
op het vertoonde ingaan. Reeds nu wil ik
in het bijzonder de aandacht vestigen op
enkele hoogtepunten: de rustige virtuosi
teit in het Zapateado van Roberto Ximenes,
de lyrische Leyenda van Ana Mercedes, de
vitale Panaderos van Manola Vargas en de
eigenaardige kleurgeving aan haar stem
door de zangeres Fin-a Vivo, die men zich
mischien uit haar optreden bij Teresa en
Luisillo herinnert. Een opvallende ver
schijning is ook Victoria Salcedo, bij wie
men het sterkst de Moorse invloed op de
Spaanse kunst bemerkt. Emilio Bonet is de
gitarist, Ramon Jimenez en Virgilio Ma
nuel zijn de pianisten-. De kostuums zijn
voortreffelijk.
DAVID KONING
DJAKARTA (ANP) Het Indonesische
kabinet heeft Papare en Mohammad Pa-
dang, afkomstig uit Nieuw-Guinea, be
noemd tot leden van het Indonesische par
lement. Zij zullen optreden als vertegen
woordigers van de „provincie West-Iran".
Gisteren heb ik ergens in Nederland, in
een niet onbekend restaurant, bijzonder
slecht gegeten: een croquetje van meel met
kerrie en peper, een bord „gebonden" soep
van hetzelfde meel, doch ditmaal gemengd
met saffraan, een kalfsoester, die voorna
melijk uit paneermeel bestond, met taaie
tuinbonen en gebakken aardappelen, klon-
tertjes in slecht vet gesmoord, het geheel
besloten met een pakjespuddinkje en een
kop buitengewoon onwaarschijnlijke koffie.
Ik was er niet verdrietig om en zeker niet
boos. Maar wel verbaasd over het feit, dat
een restaurant als dit blijkbaar toch nog
kan bestaan en nieuwsgierig naar de be
weegredenen van de restaurateur. Welk
nut en voordeel kan het hebben zulke
slechte waar te verkopen? Moet zo'n tac
tiek niet noodwendig voor hem op een
zakele debacle uitlopen?
Het onderwerp is interessanter dan het
op het eerste gezicht lijkt, omdat het in
zekere mate vrij algemeen is. Niet zozeer
in het restaurantbedrijf, doch op elk ge
bied. Er zijn veel zaken die slechte kwali
teiten verkopen. In iedere stad zijn slechts
enkele banketbakkers, slagers, broodbak
kers, die eerste-klas waar leveren. Zij zijn
soms iets duurder dan alle andere collega's.
Het is onbegrijpelijk dat die andere col
lega's blijkbaar nog vele klanten hebben en
dat die paar uitstekende vaklieden niet
alle klandizie tot zich trekken. Waarom
drinken zoveel mensen slechte koffie als zij
elders goede kunnen drinken? Waarom
kopen zoveel mensen slecht gebakken
brood en koekjes van mindere kwaliteit,
wanneer zij elders goed brood en goede
koekjes kunnen krijgen?
Iemand, die uit hoofde van zijn beroep
hierover kan oordelen, gaf mij een ant
woord dat, geloof ik, wel afdoende is: de
bevolking heeft, in grote meerderheid, geen
smaakbesef. Zij proeft eenvoudig het ver
schil tussen het goede en niet goede niet.
Deze geringe ontwikkeling van de smaak
heeft niet alleen met tong en maag te doen.
Men koopt, op elk gebied, lelijke dingen,
terwijl er ook mooie te krijgen zijn, welke
niet eens aanmerkelijk duurder zijn.
Mijn zegsman zei mij. dat dit verschijn
sel lang niet in alle landen zo opvallend is.
In Italië bijvoorbeeld is het begrip voor
kwaliteit, vakmanschap, esthetiek, ook bij
de eenvoudigsten, in veel grotere mate aan
wezig dan bij ons. Hij noemde het „onge
loofwaardig" wat men zich in Nederland
laat voorzetten en verkopen en hoezeer
het goede vakmanschap, in alle branches,
bij ons in het gedrang komt door het
geringe kwaliteitsbesef van de grote meer
derheid der bevolking.
Ik heb aan dit onderwerp nooit speciale
aandacht gewijd, doch ik ben wel geneigd
de man, met wie ik hierover sprak, gelijk
te geven. Ik zal uiteraard nooit meer gaan
eten in het restaurant, waar ik zulke slech
te ervaringen heb opgedaan. Doch anderen
doen dit blijkbaar wel. Als dit niet zo was,
zou dit restaurant reeds lang niet meer
bestaan.
Het verbaast mij alleen, dat zoveel men
sen er genoegdoening in vinden hun vak
slecht te beoefenen.
ELIAS.