Welvaart wordt bedreigd door de welvaartsverdeling Kadar ijvert voor herstel van ontwrichte Hongaarse economie DANSSCHOOL Mollet overweegt nieuwe actie voor de Europese eenheid Effecten- en Geldmarkt Boeren naar de mijnen Armand: Nasser verdient standbeeld als deze nieuwe kruistocht slaagt VRIJDAG 28 DECEMBER 1956 Verval van het roebelblok leidt tot goudverkopen T. GRIEK Nehroe's bezoek aan Amerika is kennelijk geslaagd Persoonlijk contact met Eisenhower werkte goed Leiders van onderzoek- Jungschlager bevorderd Weer een Russische spion gearresteerd in Zweden Weekstaat Ned. Bank Bankbiljettencirculatie boven de f 4 miljard Toestand in ons land Symptoom f WENEN (United Press, Reuter en A.F.P.) De Hongaarse regering is nu begonnen boeren te werven voor de mijnen als een laatste wanhopige poging om de produktie weer op gang te brengen en een economi sche ineenstorting te voorkomen. Radio- Boedapest berichtte, dat sommige boeren al aan het werk zijn gegaan in de mijnen van Pees, dichtbij de grens met Joegoslavië. De streek van Pecs is een van de gebieden, waarin het verzet tegen de regering-Kadar het hevigste is geweest en er zijn daar nog een aantal partisanen. Twee weken geleden werden in dat gebied nog Russische troepen beschoten. De nieuwe actie van de regering duidt er op, dat zij maar een mager succes heeft ge had met haar „huisbezoek" aan de arbei ders, met het doel „vrijwilligers" te werven voor de mijnen uit de toch stilliggende fabrieken. Eerder had de regering gepro beerd de steenkoolmijnen van Pees weer op volle produktiviteit te brengen door mijnwerkers over te brengen van de ura- niummijnen in hetzelfde gebied. In enkele van die uraniummijnen staat bijna 15 meter water, omdat men de installaties niet op gang heeft kunnen houden. Als gevolg van het gebrek aan brandstof en energie ontvangen alleen nog maar 4000 van de 38.000 arbeiders van de enorme ijzer- en staalfabrieken van het eiland Csepel bij Boedapest hun volle loon. On geveer 17.000 anderen hebben half loon en de rest verdient zo goed als niets. De arbeiders op het eiland Csepel zeggen, dat de toestand in de andere fabrieken in heel Hongarije „hetzelfde moet zijn". Alles bij elkaar genomen, gelooft men, dat Hongarije meer dan 400 miljoen dollar (ongeveer 1 miljard 100 miljoen gulden) steun van buiten nodig heeft om de kapot geslagen economie weer overeind te helpen. Uit welingelichte kringen verneemt men, dat Kadar niet veel hoop heeft, die hulp van „vriendschappelijk gezinde" landen te krijgen zoals Rusland en de andere volksdemocratieën. Zonder een reusachtige hulp van buiten af schijnt Hongarije gedoemd te zijn tot massa-werkloosheid, inflatie en hongers nood. Naar in Wenen aangekomen reizigers uit Boedapest berichten, hebben bladen te Boedapest gemeld, dat de Hongaarse vredesraad heeft aangedrongen op terug trekking van de Sovjet-strijdkrachten uit Hongarije. Verwoestingen in Kiev? Deze reizigers deelden voorts mee, dat in Hongarije wordt gezegd, dat er onrust heerst in een aantal Sovjet-steden, in het bijzonder in Kiev. Een Hongaar, die on langs uit de Sovjet-Unie was teruggekeerd, had gezegd, dat Kiev er erger uitziet dan Boedapest. Volgens radio-Boedapest is de solodanse res Dora Csinadi van de Hongaarse staats- opera uit Wenen, waar zij enige weken geleden om politiek asiel had verzocht, naar Boedapest teruggekeerd. Bij haar terugkeer zei zij te hopen in de toekomst meer vrijheid te hebben en in de gelegen heid te worden gesteld terug te keren naar Oostenrijk voor de uitvoering van een con tract, dat zij met de Weense staatsopera heeft gesloten. Radio-Boedapest heeft donderdag ge meld, dat de gewone Hongaarse rechtban ken, na een onderbreking van ruim twee maanden, van 15 januari af weer normaal zullen werken. Het Hoge Commissariaat voor de Vluch telingen te Genève heeft donderdag be kendgemaakt, dat de Joegoslavische rege ring het Hoge Commissariaat heeft ver zocht om financiële of andere hulp voor de Hongaarse vluchtelingen in Joegoslavië. Nog altijd komt een aanzienlijk aantal Hongaren over de grens, aldus de regering te Belgrado. Het Hoge Commissariaat heeft de Joegoslavische regering geantwoord, dat het bij verschillende regeringen stappen heeft ondernomen om aan het verzoek te kunnen voldoen. nemers in de Hongaarse hoofdstad heeft Volgens westelijke diplomaten en waar- Kadar een beroep op de leidende economen van het land gedaan, om ongeacht hun politieke overtuiging, een economisch plan te ontwerpen, volgens hetwelk het land weer op de been kan worden gebracht. Het enige Boedapester avondblad, Esti Hirlap, voorspelde de terugkeer van de particuliere onderneming. United Press vernam in Boedapest dat premier Kadar op Nieuwjaarsdag een ver klaring zal uitgeven, waarin de grote lijnen zullen zijn aangegeven voor de politieke „verbreding" van de Hongaarse regering. LONDEN (AFP) Het Dusseldorpse Handelsblatt schriijft: „Een van de eerste gevolgen van de rebellie in Oost-Europa tegen de Russische overheersing is het ver val van de roebelzone. De Sovjet-Unie zal zich van nu af aan meer moeite moeten geven deviezen te verkrijgen, omdat zij zich minder dan voorheen kan verlaten op de roebelbloklanden. Volgens gezaghebbend financiële kringen te Londen is dit de voor naamste reden van de grote Russische goudverkopen in Europa, waardoor de Sovjet-Unie zich ponden sterling wil ver schaffen. De roebelzone kwam tot stand en kreeg steeds vaster voet in de Oosteuropese lan den. Ieder land moest voor zijn valuta een willekeurige roebelkoers vastleggen en alle internationale betalingen der ledenlanden moesten in roebels geschieden. De Bank te Moskou lichtte een pool voor buiten landse deviezen op. Men exporteerde zoveel mogelijk naai de kapitalistische landen, terwijl de wes terse landen, die zich aan de zwarte stra tegische goederenlijst moeten houden, slechts beperkt leveren konden. Thans wordt het blijkbaar anders. De Polen onder handelen nu geheel onafhankelijk van Moskou over een nieuw handelsverdrag met Groot-Brittannië en willen ook met andere landen dergelijke verdragen sluiten. Het verval van de roebelzone is onver mijdelijk nu de economische politiek van Moskou een verandering ondergaat. De communistische landen moeten, willen zij over meer consumptiegoederen de beschik king krijgen, zich wel op het westen oriën teren. Dit zou betekenen, dat de satelliet staten niet alleen alle deviezen nodig heb ben. doch ook kredieten. Daardoor zou de Sovjet-Unie gedwongen worden, haar goudreserves aan te spreken, evenals in de periode toen Malenkov pre mier was. ADVERTENTIE ADVERTENTIE Maak van uw regenjas een winterjas Inknoopvoering 20.23.50, 32.50 Voering gratis inzetten Gen. Cronjéstr. 40-44, H'lem - Tel. 15438 (Van onze correspondent in Washington) Nehroe, de vredes-apostel uit India, is een man die fel en driftig kan worden en zijn stemmingen niet pleegt te verbergen. Dat heeft men in Amerika gemerkt tijdens zijn bezoek in 1949. De hoofdzaak van Nehroe's jongste bezoek aan de Verenigde Staten was een lang gesprek met president Eisenhower en het welslagen van de reis hing er in hoge mate van af of de twee staatslieden elkaar zouden verstaan. Alles wijst er op dat Nehroe aangename herin neringen zal behouden aan de dag, die hij met Eisenhower in diens boerderij te Get tysburg heeft doorgebracht. Toen Nehroe op een persconferentie te Washington sprak over de beschouwelijke conversatie met het Amerikaanse staatshoofd, was hij over de aard van die gesprekken kennelijk voldaan. Hij merkte op, dat de Amerikaanse politiek niet zo star is als hij had gedacht. Nehroe is het niet in alles met Washington eens, met name niet zijn houding jegens China, maar compromissen lijken hem niet on mogelijk. Hoewel hij geen boodschap van Peking overbracht, heeft hij toch te ver staan gegeven, dat communistisch China van Washington enige concessies verlangt. Men moet het niet uitgesloten achten, dat Washington tot geringe concessies bereid zal zijn. Men kan bijvoorbeeld aan een verlichting van het handelsembargo of aan opheffing van het reisverbod voor Ameri kaanse journalisten naar China denken. Indien China dan de resterende tien Ame rikaanse gevangenen vrijlaat, zou men kunnen spreken van een verbetering der betrekkingen. Zij, die gehoopt hadden, dat Nehroe in dit stadium bereid zou zijn, zijn invloed op Nasser te doen gelden ter rege ling van de vaart door het Suezkanaal en voor betere betrekkingen tussen Israel en de Arabische wereld, zullen teleurgesteld zijn. Nehroe acht daartoe de tijd niet rijp. De „mysterieuze man in het midden" staat in het conflict tussen Israel en de Arabi sche landen meer aan de mohammedaanse kant. Nehroe is optimistisch over de gang van zaken in Rusland. De ontwikkeling naar meer vrijheid acht hij niet te stuiten of weer ongedaan te maken. Nehroe verwacht in de communistische landen geen parle mentaire democratie, maar hij vindt ook andere vormen van democratie aanvaard baar. Men heeft de indruk, dat Eisenhower met zijn gast ook over de ontwapening gespro ken heeft: Nehroe blijkt de mening toege daan, dat de partijen in dit opzicht „merk waardig dicht bij elkaar" staan. Zijlweg 49 Tel. 14441 - Haarlem AANVANG NIEUWE CLUBS JANUARI INSCHRIJVING DAGELIJKS (Van onze correspondent te Parijs) Wanneer, na het huidige reces, het Franse parlement op 15 januari opnieuw bijeenkomt, zal premier Guy Mollet bijna de eerste verjaardag van zijn regering kunnen vieren. De gemiddelde levensduur van de regeringen heeft onder de vierde republiek de negen maanden niet overschreden. Die van Mollet heeft dus lang stand gehouden, maar de algemene indruk is thans, dat de wacht wel eens zou mogen worden afge lost. Dat de secretaris-generaal der Franse socialistische partij Mollet nog steeds in het zadel zit, dankt hij minder aan de geestdrift die zijn beleid zou opwekken, dan aan het feit dat de huidige politieke constellatie in het parlement geen rege ring denkbaar maakt, waarin de socialisten niet de eerste viool zouden spelen. De regering Mollet werd in het begin van 1956 (na de vervroegde verkiezingen) gebaseerd op het „republikeinse front", dat hoofdzakelijk uit socialisten, radicalen en linkse Gaullisten bestond en dat zich in de stembusstrijd niet al te slecht gehouden had, zonder overigens een onmiskenbare zege te boeken. Met het vertrek van de radicale leider Pierre Mendès-France uit de regering in de zomer, heeft ook het republikeinse front het loodje gelegd en bij verschillende belangrijke stemmingen in het parlement namen de rooms-katholieken van de M.R. P. en de (conservatieve) onafhankelijken de plaats van de Mendès-radicalen in. Het is dan ook niet geheel te verwonderen, dat die twee, rechts georiënteerde, groepen de premier al verscheidene maien hebben laten weten, dat zij de politiek van deze regering in de toekomst willen blijven steunen, in ruil voor een paar comfortabele zetels in het kabinet. De ervaring heeft geleerd, dat een kabi netsherziening zelden een duurzaam effect heeft, en tot dusver heeft Mollet de aan drang kunnen weerstaan. De slijtage van zijn ploeg kan echter spoedig een zodanige omvang aannemen, dat hij voor het dilem ma wordt gesteld: herziening of val. En dan zal Mollet vermoedelijk zijn keuze wel op de herziening laten vallen. Nieuwe kans Indien in dat geval de grootste gemene deler van zijn (officieel geworden) meer derheid bepaald moet worden, is de kans bijzonder groot dat de nadruk op de Euro pese intregratie zal worden gelegd. Men dès-France en Mollet, de voornaamste twee leiders van het vroegere republikein se front, huldigden en huldigen over de Europese kwestie nogal uiteenlopende me ningen en in de verkiezingsstrijd werd dit programma-punt met bijzondere discretie naar voren gebracht. Als de definitieve breuk tussen de radicalen en de socialisten zich echter zou openbaren door het aftre den van de ministers van die eerste groep - en ongetwijfeld van de Gaullisten - zal Mollet zijn handen vrij krijgen om met de rooms-katholieken en de conservatieven in de Europese richting te koersen. De „reiance européenne" zou voor het volgend DJAKARTA (ANP) Zes politieambte naren, „wier naspeuringen leidden tot de arrestatie van een aantal Nederlanders op grond van subversieve activiteit", werden donderdag tijdens een plechtigheid op het bureau van de staatspolitie in Djakarta bevorderd. Hun bevordering was een uiting van waardering „voor hun diensten bij het opsporen van de subversieve bewegingen onder leiding van wijlen Leon Jungschla ger en de vroegere kapitein van het KNII H. Schmidt". De bevorderde politie-ambtenaren zijn Mohammed Junus, Raden Suwoso, Moham med Enduh, Abdul Munaf, Indra en Mo hammed Danu. jaar dan een nieuwe en misschien onge kende kans van slagen kunnen hebben. De internationale gebeurtenissen rond Egypte en Hongarije hebben bovendien aangetoond, dat de „entente cordiale", de alliantie tussen Groot-Brittannië en Frank rijk, in onze dagen geen praktische moge lijkheden biedt voor een grootse en doel matige politiek. Bij de jongste kamerde batten is gebleken, dat steeds meer Franse politici die waarheid beginnen in te zien. Vooral de afloop van het Egyptische avon tuur heeft in dit opzicht vele Franse ogen geopend. Een der kundigste technische raadgevers van de huidige regering, Louis Armand, directeur-generaal van de Franse spoor wegen, heeft het denkbeeld geopperd een standbeeld voor kolonel Nasser op te rich ten. omdat vooral dank zij zijn actie het Euronese kamp versterkt is. Het stand beeld is (nog) niet besteld, maar vele Fran sen zijn toch wel van oordeel, dat in 1957 de beslissende kruistocht voor het vere nigde Europa plaats zal kunnen, en moe ten, hebben. GOTHENBURG (United Press) De Zweedse veiligheidspolitie heeft een Rus sische spion van zijn bed gelicht en opge sloten. Het is de zestigjarige ingenieur George Englund, die in Rusland is geboren en al negen jaar in Zweden woont. Hij was in dienst bij een fabriek van scheepsmoto ren en radar-apparatuur in Gothenburg. De veiligheidspolitie hield zijn flat al maanden met telelenzen in de gaten. Toch heeft men maar weinig bewijzen tegen hem gevonden. Voorlopig wordt hij be schuldigd van spionage in 1952. Zijn zaak zal achter gesloten deuren worden behan deld. Englund heeft zijn technische oplei ding gehad aan de universiteit van Moskou. Zijn spionage had betrekking op het Zweedse radarnet, evenals die van de Zweed Ericsson, die in augustus tot 12 jaar dwangarbeid werd veroordeeld. Dit wordt de vierde spionagezaak binnen drie jaar. De Zweedse regering heeft al herhaaldelijk in Moskou geprotesteerd tegen de Russi sche spionage-activiteit. Voor Englund naar Zweden kwam, was hij bij een spionage- geval betrokken in Finland. Uit de laatste weekstaat van de Neder- landsche Bank in het oude jaar blijkt, dat de banken slechts met kunst en vliegwerk hun vereiste gemiddelde peil hebben kun nen aanhouden. Het heeft hun heel veel moeite gekost om hun saldo's bij de cen trale bank te verbeteren van 287 tot 347 miljoen Zij hebben daartoe hun toevlucht moeten nemen tot de dure voorschotten. De laatste ultimo van het jaar pleegt zwaar te zijn. Er komt veel geld in omloop en derhalve valt het nog betrekkelijk mee dat de circulatie van bankbiljetten met ongeveer 140 miljoen is toegenomen en boven de 4 miljard is gestegen. Dit is echter niet het hoogste punt van het jaar, want dat viel eind juli met een ehartale geldhoeveelheid van ƒ4140 miljoen. Kennelijk zijn bij de schatkist minder belastingen binnengevloeid dan in de vorige weken. Het saldo van de schatkist is gedaald van 243 miljoen tot 190 mil joen. Met convertibele deviezenbedrag is gedaald van 167 miljoen tot 149 miljoen en het dekkingspercentage goud en devie zen van 68,32 tot 65,12. De netto deviezen reserve is verminderd met 12 miljoen, waardoor goud en deviezen tezamen nu be lopen 3974 miljoen, tegenover 4685 mil joen op de eerste weekstaat van dit jaar. ADVERTENTIE ALS MEN DE EFFECTENBEURZEN als een graadmeter ziet van de economische toestand, de nationale welvaart en de ver wachtingen voor de toekomst, dan is het jaar 1956 ontegenzeggelijk een teleurstel ling geweest. Na de snelle en krachtige opgang van het economisch leven in de jaren 1953-1955, werd aan het einde van dit jaar geconstateerd dat 1955 de ver wachtingen had overtroffen en dat voor 1956 met een vertraging van het industriële ontwikkelingsproces moest worden reke ning gehouden. Dit is ook inderdaad het geval geweest. De industriële produktie is ook in het afgelopen jaar vooruitgegaan, de cijfers van de buitenlandse handel zijn weer hoger dan die van het voorgaande jaar, maar het tempo van de ontwikkeling is aanmerkelijk vertraagd, hetgeen op zich zelf beschouwd niet verontrustend is, om dat de opgang moeilijker wordt naarmate men hoger moet klimmen. Ook op het einde van 1956 beweegt de economische bedrij vigheid zich in ons land op een hoog niveau, dat de laatste tijd echter geremd wordt door een tekort aan werkkrachten. Er hebben zich in de loop van 1956 echter enkele verschijnselen voorgedaan, welke voor de gewenste toeneming van de natio nale welvaart een bedreiging vormen. De invloed hiervan is in niet geringe mate versterkt door de gebeurtenissen rondom het Suezkanaal, doordat dit eind juli door de Egyptische regering (Nasser) werd ge nationaliseerd en de vaart door dit kanaal voor de wereldhandel van zo grote beteke nis, begin november moest worden stop gezet. De dreiging van een derde wereld oorlog heeft uiteraard ook tot het slechtere klimaat op de beurzen bijgedragen, maar ook nu de internationale toestand op dat punt wat gunstiger wordt beoordeeld, is tot dusver van een krachtig herstel geen sprake, zodat het nieuwe jaar met meer vraagtekens eindigt dan waarmee het is begonnen. Als wij de Amsterdamse effectenbeurs aan het einde van dit jaar laten spreken, valt een niet onbelangrijke vermindering van het Nederlandse effecten-vermogen te constateren, waarvan de volgende cijfers, betrekking hebbende op alle ter beurze verhandelde aandelen, een duidelijk be^ld geven: 30 dec. 30 dec. 31 juli 30 nov 1954 1955 1956 1956 (in miljoenen guldens) Intern, fondsen 8469 10.663 12.584 10.342 Industrie 1765 2.189 2.339 2.011 Scheepvaart 507 667 714 664 Banken 644 828 742 616 Diversen 285 370 382 353 Indon. fondsen 873 1.040 995 797 Alle aandelen 12.543 15.757 17.756 14.783 Was er dus in het jaar 1955 een waarde stijging voor de aandelen van c.a. 3.2 miljard en tot 31 juli een verdere vooruit gang van 2 miljard, sinds laatstgenoem de datum is de beurswaarde van de aan delen met niet minder dan 3 miljard achteruitgegaan en op 30 november j.l. was die beurswaarde c.a. 1 miljard lager dan op het einde van het vorig jaar. Opvallend is hierbij welk een groot en dominerend aandeel de z.g. internationale fondsen in de waarde van het totale aandelenvermo- gen innemen. Ultimo november bedroeg de beurswaarde van de internationale aan delen niet minder dan 70 percent van het totaal, waarbij het kapitaal van de Konink lijke van meer dan 1 miljard nominaal uiteraard een overheersende rol speelt. Al leen de beurswaarde van dit kapitaal be draagt reeds 7V2 a 8 miljard, waarbij in aanmerking moet worden genomen dat het vermoedelijk reeds voor meer dan de helft in het buitenland wordt gehouden. Ook bij de beoordeling van de waardever mindering sinds 30 december 1955 en 31 juli 1956 moet hiermee rekening worden gehouden, ook al zijn de aandelen Konink lijke procentueel van de internationale aandelen per saldo het minst gedaald. DE WAARDEVERMINDERING op de aandelenmarkt houdt niet zozeer verband met een vermindering van de economische activiteit, dan wel met enkele nevenver schijnselen, welke wij in de loop van dit jaar meer dan eens hebben belicht. Het meest opvallend is wel de aanzienlijke achteruitgang van de goud- en deviezen voorraad bij de Nederlandsche Bank en de hiermee verband houdende achteruitgang van de Nederlandse betalingsbalans en de nog steeds niet tot staan gekomen stijging van de rentestand. Was de goud- en deviezenvoorraad begin 1956 nagenoeg gelijk aan die van begin 1955, n.l. 4755 miljoen, thans is ze tot c.a. 4.1 miljard gedaald, een achteruitgang dus van rond 650 miljoen. Was er op de lopende rekening van de betalingsbalans in 1955 nog een overschot van rond 300 miljoen, voor het lopende jaar wordt het tekort op 500 a 600 miljoen geraamd, terwijl een overschot van rond 500 mil joen voor de handhaving van onze mone taire en financiële positie tegenover het buitenland noodzakelijk wordt geacht. Het wisseldisconto van de Nederlandsche Bank is dan ook in de loop van 1956 tot driemaal toe verhoogd, van 2V2 tot 3% pet., in over eenstemming trouwens met de stijging van de rentestand in de meeste andere landen. Engeland heeft het disconto reeds van juni 1954 af verhoogd en staat nu op 5l/a pet., West-Duitsland kwam van juni 1954 van 3 op 51/2 pet, in augustus j.l., waarop in september een verlaging tot 5 pet. is ge volgd. België heeft het disconto dit jaar tot voor kort kunnen handhaven, maar het deze maand tot 3x/a pet. verhoogd en ook in de V. S. is het sinds medio 1955 van IK tot 3 pet. gestegen. Alleen het kapitaalrijke Zwitserland handhaaft het op IV2 pet. BEPALEN WIJ ONS tot de toestand in Nederland, dan zien wij een verdere toe neming van de buitenlandse handel, welke in 11 maanden 23 miljard heeft bedragen tegen 2OV2 miljard in die periode van 1955, maar van deze stijging met rond 2V2 miljard komt niet minder dan 1.8 miljard op rekening van de import en slechts 700 miljoen op die van de export. Houdt men rekening met de prijsstijging, welke in de loop van 1956 is ingetreden, dan is er bij de Nederlandse export van een vooruitgang nog nauwelijks sprake. Dat dit een ernstig verschijnsel is wordt duidelijk als men bedenkt dat de Neder landse export voor de ontwikkeling van de betalingsbalans thans van veel groter be tekenis is dan voor de oorlog. Met voldoe ning mag worden geconstateerd dat Neder land zich na de oorlog in vrij snel tempo van de oorlogsgevolgen heeft hersteld en het verlies van Nederlandsch-Indië, dat destijds 10 15 pet. tot het nationaal in komen bijdroeg, is te boven gekomen. In 1938 hadden wij in Nederlandsch-Indië en elders grote kapitaalbeleggingen - bespa ringen van vroegere jaren - zodat de kapi taalopbrengsten 21 percent van de ontvang sten op de betalingsbalans uitmaakten. In 1955 was dit percentage nog slechts 5 pet., maar dit verlies is grotendeels goedgemaakt door de stijging van onze exporten, welke in 1938 64 pet. en in 1955 74 pet. van de totale ontvangsten bedroegen. Ook de op brengst van de dienstverlening (scheep vaart, assurantie, e.d.) ging van 15 tot 21 pet. vooruit. Maar het leeuwendeel lag en ligt toch in de export, hetgeen grotendeels is toe te schrijven aan de sterke industria lisatie. Want terwijl in 1938 industriële en agrarische produkten beide c.a. 50 pet. van de totale uitvoer uitmaakten, is in 1955 het cijfer van de industriële produkten tot 66 pet. opgelopen, dat van agrarische pro dukten tot 33 pet. gedaald. Het is dus geen wonder dat men zowel in regeringskringen als in het bedrijfs leven thans aan de ontwikkeling van de Nederlandse export zo grote aandacht schenkt en met zorg constateert dat, ter wijl de Nederlandse invoer gedurende de eerste 11 maanden van 1956 met 1836 miljoen is gestegen, de vooruitgang bij de export niet meer dan 703 miljoen be droeg. Enerzijds een stijging van c.a. 17 pet., anderzijds van 7V2 pet., welke laatste vooruitgang als gezegd nagenoeg geheel verdwijnt als men met de prijsstijging rekening houdt. EEN ANDER BEDENKELIJK symptoom is dat de stijging van de import voor een veel groter deel betrekking heeft op de con sumptie-artikelen dan op grondstoffen en halffabrikaten. Vandaar de beperkings maatregelen van de regering op het voet spoor van de S.E.R., dat thans door voor aanstaande economen al weer als veel te optimistisch wordt beschouwd. Prof. S. Posthuma, directeur van de Nederlandsche Bank, keert zich vooral tegen de voorge stelde investeringsbeperking en de te ge ringe consumptiebeperkingen, welke vol gens hem niet tot een beperking van de koopkracht, maar slechts tot een vermin dering van de vermeerdering van de koop kracht zullen leiden. Het evenwicht tussen verbruik en besparingen is verbroken en als men deze verstoring onderschat, gelijk volgens prof. Posthuma thans het geval is, zullen zich allicht financiële moeilijkheden en faillissementen voordoen, gelijk trou wens reeds het geval is. In het licht van het bovenstaande staan wij dus bij het begin van 1957 voor de noodzaak van een verdere inperking van de consumptie en een verdere vergroting van de produktie, welke aan de export ten goede moet komen en de handelsbalans en de betalingsbalans weer in het gewenste evenwicht moet brengen. Hier komt nog een belangrijke factor bij, n.l. dat zich in de komende jaren in de bevolkingsstructuur een zodanige wijziging zal voltrekken dat de totale bevolking snel ler zal stijgen dan het aantal tewerkgestel- den, m.a.w. de groep van de niet-werkende bevolking groeit procentueel sterker dan de groep, die aan het produktieproces deel neemt. Thans is c.a. 8V2 pet. van de be volking boven 65 jaar, over 25 jaar zal dat tenminste 11 pet. zijn. Om het welvaarts niveau op peil te houden zal de arbeids- produktiviteit dus moeten stijgen en in versneld tempo als de levensstandaard verder wordt verhoogd en de arbeidsweek ingekort. Vandaar het thans van meer dan één kant gesignaleerde gevaar van een investeringsbeperking, welke tot vermin dering van de produktie en de arbeids- produktiviteit moet leiden. De welvaarts verdeling, waardoor 1956 zich heeft geken merkt, kan dus licht een gevaar voor de welvaart worden. En zo komt 1957 met de opgaaf: meer creëren - minder verteren.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1956 | | pagina 9