Eden's positie als premier was van stonde af aan wankel Afscheid van een voorbije generatie Hij kon zich niet ontworstelen aan de schaduw van het verleden ^'Praatatoel DONDERDAG 10 JANUARI 1957 3 Verplichting Duitse onderscheiding voor de heer F. v. Tuyll Minister Luns over het aftreden van Eden Gevaarlijke auto verloor eternietplaat Afgesloten tijdvak Driftig Samengaan van oppositie partijen in Suriname Hard, maar zvaar Op 4e Poolse minister van Landbouw vervangen Gomoelka: een derde weg naar het socialisme Dichteres Gabriela Mistral overleden De verzekering tegen wettelijke aanspra kelijkheid niet alleen voor bezitters van motorvoertuigen is de laatste jaren ook in Nederland meer en meer populair ge worden. Het is een verzekering die in zekere mate een gevoel voor verantwoor delijkheid ten opzichte van zichzelf zowel als ten opzichte van de medemens tot uit drukking brengt. Uiteraard brengt deze vorm van verze kering zijn grootste nut op in het verkeer, waar de gevaren van schadetoebrengen aan andermans eigendom het grootst zijn en waar de omvang van de met de schade gemoeide bedragen vaak tot het aanzien lijke uitgroeit. Men kan redeneren, dat men het risico van die vergoeding zelf wil dragen en dat men bereid is de verantwoordelijkheid daarvoor te aanvaarden. Doch daarmee is de medemens niet voldoende beveiligd, want het letsel, dat in het verkeer aan an deren kan worden toegebracht, heeft vaak en dan nog in gunstige gevallen een lange nasleep door verpleging en werk verzuim. Bij dodelijke ongelukken is het materiële risico voor degene, die schuld heeft, zo groot dat hij in de meeste geval len zelf niet een volledige compensatie kan opbrengen. En kan hij het wel, dan volgt daaruit dikwijls een ruïnering van zijn eigen levensomstandigheden en die van zijn gezin. Dit alles maakt, dat het auto- en motor rijden zonder W.A.-verzekering een roeke loze bezigheid is, waarbij men ongemoti veerd veel vertrouwen in zijn gelukkig ge sternte stelt en een volkomen onhoudbaar belang aan eigen rijvaardigheid hecht. Ge luk en vaardigheid kunnen door de omstan digheden werkloos worden gemaakt. Aan sprakelijkheid is lang niet altijd een syno niem van schuld. Maar aansprakelijkheid is wel een synoniem van datgene, wat de rechter als billijke vergoeding vaststelt en bij het ontbreken van een verzekering zijn dan zowel de aansprakelijke als de ge troffene vaak slachtoffer van onmogelijk op te brengen financiële verplichtingen. Een aanbeveling tot het sluiten van een W.A.-verzekering voor berijders van mo torrijtuigen behoeft dus niet te worden herhaald. Doch wel moet met nadruk wor den gewezen op het feit, dat in het buiten land deze vorm van verzekering verplicht gesteld is, nu sinds 1 januari ook in Duits land en België. Nederland vormt een uit zondering en een ongunstige. Want al mogen er principiële bezwaren zijn tegen elke vorm van verzekering bij bepaalde bevolkingsgroepen gewetensbezwaren tegen de honorering van de normale ver antwoordelijkheid tegenover elkander zijn zeker niet te motiveren. Het verplicht stellen van deze vorm van verzekering lijkt ons maatschappelijk uit elk gezichtspunt te verdedigen. Bij Koninklijk Besluit is bijzonder ver lof verleend aan mr. F. L. S. F. baron van Tuyll van Serooskerken, Algemeen Secre taris van het Nederlandsch Bijbelgenoot schap, wonende te Velsen, tot het aanne men van het Grote Kruis van Verdienste (Commandeur) in de Orde van Verdienste van de Duitse Bondsrepubliek. Van onze correspondent in Londen) Eden's positie als minster-president is van het begin af zwak geweest. Hij had het nadeel Churchill te moeten opvolgen, in wiens schaduw hij veel te lang had gestaan, hetgeen zijn politieke persoonlijkheid niet ten goede kwam, al verwachtte niemand dat hij een tweede Churchill zou zijn. Churchill heeft in deze generatie trouwens uitsluitend als oorlogsleider geschitterd. Alleen in dramatische situaties kon hij zich ontplooien. Zijn tweede premierschap werd, ook al wegens zijn hoge leeftijd, een teleurstelling. Men voelde dat Churchill de ingewikkelde binnenlandse economische problemen niet beheerste of er nauwelijks belangstelling voor had. Eden, die daarna kwam, had zich jarenlang zodanig vereenzelvigd met het Foreign Office, het Britse departement van Buitenlandse Zaken, dat men hem niet meer voor premier geschikt achtte omdat hij te veel diplomaat was en niet in staat leek het gehele regeringsterrein te overzien, laat staan te beheersen. Van de na-oorlogse Churchill kwam men met Eden eigenlijk van de regen in de drup Ook Eden bleek niet in staat modern leiderschap te geven, waaraan het land hoe langer hoe meer behoefte had. In elke Britse partij popelt een niet meer zo jonge, nieuwe generatie van ongeduld om de verantwoordelijke posten over te nemen. (Van onze parlementaire redacteur) Op on.ze vraag aan minister Luns wat hij te zeggen had in verband met het af treden van Eden, verklaarde hij allereerst dat hij dit toeschreef aan diens gezond heidstoestand. Met betrekking tot de po litieke zijde stelde minister Luns er prijs op te zeggen, dat het zeker te betreuren is, dat deze figuur, die vooral in de laatste tijd getoond had bereid te zijn tot een po litiek van nauwere samenwerking van En geland met Europese landen, zowel in de Westeuropese Unie alsook zelfs tot op ze kere hoogte ten opzichte van de gemeen schappelijke markt, nu is afgetreden. Verder vernam ik nog in Den Haag in welingelichte diplomatieke kring dat men er zich niet over zou verbazen, wanneer tenslotte Eden mede tot zijn besluit zou zijn gekomen door de diepe teleurstelling over de jongste houding door de Ameri kaanse regering op het gebied van de buitenlandse politiek met name van die in het Midden-Oosten aangenomen en wel de verklaring door Foster Dulles in de des betreffende commissie van Buitenlandse Zaken afgelegd. Want dat was nu juist het tegenovergestelde van wat men toch eigen lijk had mogen verwachten. Politie durfde na ongeluk geen remproeven te nemen Telkens weer moet de politie ervaren, dat er voertuigen over de weg zwerven, die deze benaming slechts met veel fan tasie waar kunnen maken. Gistermiddag reed er een „vrachtauto" van de Beverwijkse expediteur M. over de viadukt in de Rijksweg Haarlem-Velsen met een lading eternieten platen op de laadbak. Door een windstoot woei een van de platen er af en zeilde recht op een bromfietser af, die nietsvermoedend over het oostelijke fietspad reed. De man kreeg de plaat op de handen en werd daardoor vrij ernstig gewond, de plaat sloeg kapot; de bromfiets zelf liep geen schade op. Toen de politie de vrachtauto aan een nader onderzoek ging onderwerpen, bleek dat de bestuurder ten eerste geen rijbe wijs kon tonen, dat er bovendien geen werkboekje in de wagen aanwezig was, en dat de auto zelf een hele serie manke menten vertoonde. De claxon werkte niet, de richtingaanwijzers hadden het al ge ruime tijd niet gedaan, de benzinetank was niet door een dop beveiligd en de veerpakketten van twee wielen waren ge broken terwijl bovendien de veerstroppen van het rechterachterwiel los zaten. De politie durfde geen remproeven te nemen met het vehikel, omdat men bang was, dat de carrosserie van het chassis zou schieten. De wagen is voorlopig uit de cir culatie genomen en de expediteur kreeg een proces-verbaal. Attlee maakte plaats voor de 48-jarige Gaitskell, maar de thans 59-jarige Eden was al te veel veteraan toen hij het stuur overnam en bovendien de typische ver tegenwoordiger van een bevoorrechte groep, die zich reeds door de opvoeding op de duurste en exclusieve scholen te veel van de gewone mensen had losgemaakt. Bijna de gehele tegenwoordige regering be staat uit vroegere „Eton-boys" met hun vaak onwezenlijke romantische opvattin gen over de rol van Groot-Brittannië en te ver verwijderd van het grote publiek. Daartegen heeft een steeds belangrijker wordend aantal conservatieven, die een gewone schoolopleiding hebben genoten, de strijd aangebonden. Bij de conserva tieven heeft sinds de oorlog een sociale ver schuiving plaats gehad. De politiek draait in Groot-Brittannië om op de wip zittende middengroepen, dié het eerst met Labour probeerden en toen dat tegenviel met de conservatieven in zee gingen, zonder hen een overweldigende meerderheid te bezorgen. Men kan zeggen dat het nog altijd een conservatieve rege ring „op zicht" was. Butler, die zij.n sociale programma op deze groepen afgestemd had, werd de leider van de progressieve vleugel van de Tories, maar nu de midden groepen nog altijd degenen zijn, die in het maatschappelijk bestel de klappen krijgen, is ook zijn positie, en daarmede die van de gehele partij verzwakt. Het gevaar voor de conservatieven, zo als bij tussentijlse verkiezingen bleek, is, dat vele conservatieve kiezers uit de mid denlaag, zo zij al niet naar Labour terug keren, zich van stemmen zullen onthouden, om de socialisten zodoende indirect extra steun te verlenen. De conservatieven kun nen het misschien alleen redden als de doorbraak van de middengroepen in eigen kring doorzet. De revolte tegen Eden, thans gecamou fleerd door zijn gezondheidstoestand, is symbolisch voor de algemene situatie bij de conservatieven, waar velen zich willen ontdoen van een bovenlaag, die te veel verbonden is met een afgesloten tijdvak. Hieronder treft men vooral degenen aan, die geloofden dat Groot-Brittannië, zoals in de negentiende eeuw, de hele wereld kon trotseren. De laatste maanden was Eden politiek hun gevangene. Hij gaf geen blijk meer van de objectiviteit, welke het ken merk dient te zijn van een premier, die nooit alleen zijn partij mag vertegenwoor digen en zeker niet louter een deel van zijn partij.- Het verlammende gevoel heerste sinds lang, dat de regering vooral de financieel- economische situatie niet aankon, nadat Butler twee jaar geleden in zijn verkie zingsbudget triomfantelijk had verkon digd dat de levensstandaard in 25 jaar zou worden verdubbeld. De Suez-crisis verer gerde de inflatie en op het ogenblik van Eden's aftreden stijgen de prijzen schrik barend en is er een nijpend benzinetekort. Nog gisteren ontving Eden een brief van de olieproducenten uit Texas, die verlangen dat Groot-Brittannië meer Amerikaanse benzine koopt dan het nodig heeft, ten koste van de stookolie, zonder welke de Britse industriële produktie dreigt vast te lopen. In de wanhoopsstemming is de drang voor emigratie, vooral naar Canada, groter dan ooit. Indien het tempo der aanmeldin gen aanhoudt, zouden 300.000, meest jonge, mensen Groot-Brittannië verlaten. In het parlement toonde Eden vaak ge brek aan beheersing. Ondanks zijn inne mende manieren.is hij.driftig, een voor een minister-president uiterst bedenkelijke eigenschap, zeker in een crisis. Het eind oordeel over de juistheid van de Suez-actie en daarmede over Eden is echter nog niet gevallen. Velen blijven geloven dat Eden juist gehandeld heeft, al lijkt zijn over prikkelde gemoedsgesteldheid hem soms parten te hebben gespeeld, vooral in de betrekkingen met de Amerikaanse regering en de UNO. „Eden must go", galmde het enkele maanden geleden* op een nïistige namiddag in Whitehall, vlak bij Eden's ambtswoning, waar tienduizenden tegen hem demonstreerden. Nu Eden gegaan is, bestaat er kans op herstel van de zo noodzakelijke eenheid tussen de beide grote politieke partijen in de buitenlandse politiek en van het Britse aanzien in de wereld. Gaitskell, de oppo sitieleider, heeft van het begin der Suez- crisis af geëist, dat Eden moest worden vervangen en steun in het vooruitzicht ge steld aan een conservatieve regering onder andere leiding. Vele gematigden vergeven het Gaitskell ADVERTENTIE 'n Kwaliteitsproduct van de Wybert-Fabrieken. 70 en 90 ct. alléén bij Apothekers en Drogisten niet, dat hij in een nationale crisis Eden en daarmede de regering een dolkstoot in de rug toebracht en zijn eigen politieke ambi ties te veel liet doorschemeren. Omdat de linkse Aneurin Bevan, die thans deel uit maakt van de top-leiding der Labour par tij, veel waardiger optrad, werd hij door de conservatieven Gaitskell ten voorbeeld ge steld. Vroeger was hij de boeman van alle niet-socialisten. Eden is echter, toen hij nog minister van Buitenlandse Zaken was, bij Labour altijd populair, geweêst. De Labourregering -volg de in haar buitenlandse politiek Eden's vroegere lijn. Sir Robert Anthony Eden, die op 12 juni 1897 werd geboren, was sinds zes april 1955 premier van Groot-Brittannië. Eden is de tweede overlevende zoon van. wijlen Sir William Eden, een als ietwat zonder ling beschouwde landedelman, die zich met overgave aan de schilderkunst wijdde. Anthony ontving zijn vorming te Eton en studeerde oosterse talen te Oxford. Na tijdens de eerste wereldoorlog gediend te hebben begaf hij zich in de politiek en werd al spoedig benoemd tot parlemen tair privé-secretaris van Sir Austin Cham berlain de toenmalige minister van Bui tenlandse Zaken. Van toen af aan maakte Eden gestadig carrière. Op 38-jarige leef tijd, in 1935, .werd hij voor het eerst mi nister van Buitenlandse Zaken, de jongste sedert Lord Granville in 1851 deze func tie aanvaardde. In de verzoeningspolitiek van Neville Chamberlain jegens Italië en Duitsland vond Eden aanleiding zijn ont slag te nemen. Bij het uitbreken van de tweede wereld oorlog keerde Eden in de regering terug Sir Anthony Eden en Sir Winston Churchill. als minister voor de Dominions en werd eerst minister van Oorlog, toen Churchill Chamberlain in 1940 als minister-presi dent opvolgde en spoedig weer minister van Buitenlandse Zaken. Zijn werkzaam heden voor de tweede wereldoorlog ver wierven hem vooral de faam van kam pioen van de vrede, het internationalisme en van de Volkenbond. Churchill zegt in zijn memoires over Edens benoeming tijdens de tweede we reldoorlog: „Hij keerde naar het Foreign Office terug als iemand die naar huis ging". ^n^oooooooooococooooocxdoooococoooooooooooooooooooooooc WEEKABONNEMENTEN 8 dienen uiterlijk op Woensdag te worden S betaald, daar de bezorgers op Donder- 8 dag moeten afrekenen. DE ADMINISTRATIE «occoooooooooocoooooooooooooouoooooooooooooooooooooooóc De oppositiepartijen in Suriname, de Na tionale Partij Suriname, de Progressieve Surinaamse Volkspartij en de Verenigde Hindoestaanse Partij hebben bekend ge maakt dat zij hebben besloten tot samen werking ter verbetering van de huidige politieke toestand in Suriname. Een der eerste stappen om daartoe te geraken ach ten zij ontbinding van de Surinaamse staten. Het komt mij voor dat het tijd wordt, ernstig doch vast beraden over te gaan tot een nadrukkelijke waarschuwing aan het gehele Nederlandse volk, opdat schrijnende te leurstellingen worden ver meden of althans minder pijnlijk zullen worden ge voeld. Het kan niet tot in de eeuwigheid voortgaan. Eens moet er, hoe dan ook, een eind aan komen. Dit leven is niet altijddurend, dus alle dingen dezer aarde zijn op weg naar hun vergankelijk heid. Eens zult u het dus ook moeten stellen zonder de Familie Doorsnee. Dat hebt u zich, beminne lijke struisvogels, niet willen realiseren. U hebt opzettelijk niet gedacht aan dat onver mijdelijke einde, aan de ont bindende factoren die naar dat einde leiden. U hebt, met alle andere Nederlanders, die gezellige, karakteristieke fa milie tot uw eeuwig eigen dom verklaard en haar als nationaal bezit op de Monu mentenlijst gezet. Of op sterk water, om zo te zeggen. Maar desondanks zal zij er op een kwade dag niet meer zijn. Ziet het moedig onder ogen. Realiteitsbesef en nuch tere zin zijn de middelen om het wrede leven te kunnen accepteren. Zij is er eigenlijk al veel te lang. O, ik begrijp uw pro testen. Maar bedenk eens even, dat ge in al die jaren deze familie reeds tot een zeer langzame, gesteriliseerde ontwikkeling hebt gedoemd. Zonder uw lastige en poten tate belangstelling zouden er heel wat andere dingen in de schoot van dat gezin hebben plaatsgegrepen. Doch gij hebt u verzet tegen alles, wat het gezellige, karakteristieke zou kunnen bederven. Gij hebt geëist, dat de familie bijeen bleef zoals ge haar hebt leren kennen: vader („Toe nou, Mientje"), moeder (Hè nee, Theo"), Liesbet („Jullie zijn niet subtiel"), Rob („Dat kan je écht niet doen vader), Sjaan (Jawil, mevroj") enzo voort. Gij hebt u zelfs ten sterkste verzet tegen het feit, dat de beklagenswaardige, inwonende dienstbode een kind van haar wettige man kreeg. Toen dat niet meer te gen te houden was, hebt ge u heftig geweerd tegen het vinden van een huis door dit inwonend echtpaar. Ge hebt met angst en vreze de jonge mannen om Liesbet horen zoemen als muggen om een kaars. Niet, omdat ge bezorgd waart over de toekomst van dit lichtzinnige wezentje, doch omdat ge vreesde haar, gelukkig getrouwd, uit de huiselijke kring te zien ver dwijnen. Het zal u niet bekend zijn, dat vader Doorsnee zoals vele mannen van deze leef tijd last van zijn hart heeft. Hij zal daar steeds meer last van krijgen, wan neer hij om uwentwil moet doorgaan met zich te ergeren en op te winden over kleinig heden. Zo zijn er meer din gen, die het Nederlandse volk met een onbegrijpelijk gebrek aan menselijkheid en meege voel vergeet. Men solt maar voort met deze lieden, men doet ermee naar goeddunken, men remt hen in hun spon tane ontwikkeling en men conserveert hen in een altijd eendere huiskamer, tot eigen genoegen en vermaak. Maar ééns moet het uit zijn. En aangezien het einde ab rupt zal komen, wanneer men niet bijtijds een andere hou ding tegenover deze geknech te en uitgebuite familie in neemt, wordt deze waarschu wing gegeven. Het plotse linge verdwijnen van deze, door u zozeer met onverstand geliefden, zal u harder vallen dan wanneer ge u nu reeds neerlegt bij onvermijdelijke veranderingen in de kring dezer mensen van vlees en bloed. Het lijkt mij daarom het beste, wanneer we een ak koord bereiken over de vol gende evolutie: De kleine Willum wordt al een hele baby. Sjaan en haar man moeten daarom zo snel mogelijk een eigen huisje hebben, wat met de Huisves ting wel in orde zal zijn te maken, temeer waar de oude Willum bij de politie is. Zij verhuizen dus binnenkort, onder veel tranen en senti mentaliteit natuurlijk, en de Doorsnees helpen ieder op hun manier verwoed bij het in orde brengen van het huis. Daar zit weer een heel aparte aflevering in. Sjaan komt natuurlijk nog wel eens aan, ze helpt nu en dan als het moeder Mina te druk wordt, maar dat loopt gaandeweg af. Och ja, hoe gaat dat. Uit het oog, uit het hart. Men belooft veel, men doet weinig en steeds minder, naargelang de tijd verstrijkt. En dat is het: de tijd ver strijkt. Het is een van de fac toren die de familie Doorsnee een boel narigheid hebben bezorgd, dat haar niet ver gund was haar tijd te laten verstrijken. Zij werd kunst matig fris gehouden, zoals ge prepareerde bloembollen. De tijd verstrijkt, Liesbet trouwt en krijgt een flatje in een andere stad. Wég. Komt óók nog wel eens over met Kerstmis en zo, maar ze houdt weinig tijd over omdat ze spoedig een klein Lajosje verwacht. En Rob: Rob gaat studeren in Delft. Daar zitten dan de twee oudjes. Treurige boel, maar het is nu eenmaal zo. Vader sukkelt steeds meer met z'ijn hart en mag niet meer wer ken. Ze verkopen de zaak die was toch al niet veel meer, door al dat gelamen teer in de huiskamer en verhuizen naar het Gooi, waar ze een aardig optrekje hebben gevonden. Huize Doorsnee is op deze wijze langs normale weg en via volkomen aanvaardbare ontwikkelingen ontruimd en iedereen moet het feit accep teren. i Want zo gaat het: families vallen uiteen, gezinnen raken verspreid, banden worden doorgesneden en verbintenis sen raken in onbruik. Dat is het leven. Het werkelijke Le ven in Doorsnee. Och, ik wil u niets ver wijten. Ik kan begrijpen hoe zeer dit spiegelbeeld van uw eigen gezin hier en daar vaagjes en traagjes weerspie geld u boeide; hoe u dat kringetje van huiselijk geluk bijeen wilde houden tot in lengte van dagen; hoe u de ontbinding van de tijd wilde buitensluiten en de vreemde wereld geen kans wilde geven als een stoomwals over dit liefelijk tafereel te gaan. Maar het leven walst al les vlak. Het perst het ganse bestaan tot een blok massieve herinneringen, die met mil joenen andere de weg naar de toekomst plaveien. De weg voor andere gezin nen voor andere Theo's en andere Mientjes, die nu nog in de wiegen liggen. Het is een triest stukje ge worden maar wellicht heeft het zijn nut. Het leert ons in ieder geval, dat wij niets kunnen scheppen wat niet vergankelijk is. En dat alle geluk, door ons samenge vlochten uit dingen dezer aarde, terug zal vloeien door onze vingers heen naar daar vanwaar het kwam. We zullen het nu verder aan Annie G. Schmidt over laten. Zij zit er maar mee J. L. Lieve lezer Een van de moeilijkste dingen is, lief te zijn. Dat wil zeggen, het is niet moeilijk voor mensen die van nature lief zijn. Maar het is een uiterst zware taak voor mensen die van karakter naar zijn. Wat is nu beter: eerlijk te zijn en naar, of z'n natuur geweld aan doen en lief te zijn? Wat de kwestie nog ingewikkelder maakt is het feit, dat hoe hard een naar mens zich ook inspant om lief te zijn, wat hij lief bedoeld had, gehoorzaamt uiteindelijk aan zijn ware, nare, natuur en wordt in uitvoering en resultaten gewoon naar. Een slecht of onaangenaam mens zou zich dus een hoop narigheid kunnen be sparen door de ongelijke strijd op te geven en in zijn daden even naar en slecht te zijn als zijn ware aard hem oplegt. Lief zijn is als wiskunde. Je kunt het of je kunt het niet. Als je er geen aanleg voor hebt, probeer je het voor het fatsoen, maar je weet van te voren dat het ner gens op uitloopt. Het kind naast je, dat er wel talent voor heeft, doet het in een handomdraai. Daar komt nog één ding bij. Met lief en aardig kom je in de maatschappij niet vooruit. Word je met lief en aardig direc teur van een bedrijf? Nee. Met lief en aar dig word je, met enig geluk, bewaarder van een fiestenstalling en dan moet je nog opletten dat je niet met je hartelijke in borst iemands rijwiel ten onrechte afgeeft aan een bij de politie bekend-staande op lichter, zodat je de fiets uit eigen zak moet vergoeden. Kortom, liefheid en goedheid als maatschappelijke eigenschappen doen je niet bij directeurs-bonussen belanden, maar in de soepkeuken waar andere lieve mensen je waterige brei oplepelen. Nu komt daarbij de gehele opvoeding in het gedrang. We vertellen onze kinderen jaren lang dat ze V en goed moeten zijn. Als ze opgroeien en volwassen worden, bemerken ze, dat dit een uiterst ondoel matig recept voor het menselijk verkeer is. Men kan mij tegenwerpen, dat er per sonen bestaan die koud en hardvochtig tegen het mensdom zijn, maar lief tegen hun oude moeder, ziekelijke vrouw of achterlijke kindertjes. Van een maatschap pelijk gezichtspunt ware het beter indien ze koud en hardvochtig waren tegen hun naaste verwanten, maar lief tegen hun huurders, arbeiders of mede-makelaars. En wat baat in de politiek een lieve minister? Of in de muziek een lieve piano stemmer? Liefheid is de pasmunt in het mense lijk verkeer. Maar je kunt er niet van leven. Van nu af aan doe ik er geen moeite meer voor. Want, lieve lezer, nu weet ik het heel zeker: ik. ben niet lief. Herman Fortuin LONDEN (Reuter en UP) De Poolse minister van Landbouw, Kuligowski, is van zijn functie ontheven, aldus heeft ra- dio-Warschau woensdag gemeld. Hij wordt opgevolgd door Ochab, tot oktober van vorig jaar eerste secretaris van de Poolse communistische partij. Volgens buiten landse waarnemers heeft men opzettelijk een stalinist op deze onpopulaire post ge plaatst om diens val te bevorderen. De militaire diensttijd in Polen zal kor ter worden, zo heeft de Poolse minister van Defensie, generaal Spychalski, maan dag op een verkiezingsbijeenkomst te Poz- nan meegedeeld. Verder deelde minister Spychalski mee, dat het aantal arbeidersbataljons tot de helft zal worden teruggebracht. Totale af schaffing van deze bataljons wordt over wogen. De Poolse leider Wladyslaw Gomoelka heeft verklaard, dat Polen een derde weg naar het socialisme zal volgen, onafhan kelijk van het Russische of Joegoslavische patroon. „Wij zullen iets geschikts voor ons eigen land uitwerken", zei Gomoelka tegenover een juichende menigte in een kledingfa briek te Warschau. Uit Wenen verneemt Reuter, dat het Weense dagblad „Neuer Kurier" woensdag heeft bericht dat president Tito van Joego slavië de Poolse communistenleider Go moelka en de Chinese premier Tsjoe en Lai heeft voorgesteld met hem in Belgrado over de toestand in de drie „nationaal- communistische landen" te confereren. Het blad zegt het bericht uit „volkomen be trouwbare bron in Belgrado" te hebben ontvangen. NEW YORK (UP) De Chileense dich teres Gabriela Mistral, die in 1945 de No belprijs voor litteratuur won, is vanochtend in een ziekenhuis in Hempstead, New York, overleden. Zij bereikte de leeftijd van zevenenzestig jaar. De dichteres, wier echte naam Lucila Gody Alcayaga was, leed aan een onge neeslijke ziekte. Zij werd op 7 april 1889 in het dorp Vicuna in Noord-Chili geboren en nam op jeugdige leeftijd het pseudo niem Gabriela Mistral aan, onder welke naam zij over de gehele wereld als dichte res bekend werd. Zij was de eerste Zuid- amerikaanse, die een Nobelprijs verdiende. Gabriela Mistral was ook onderwijzeres, sociologe en diplomate. Zij vertegenwoor digde haar land in verschillende plaatsen als consul en was erelid van culturele en opvoedkundige verenigingen in de Ver enigde Staten, Frankrijk en Italië. Zij ont ving vele onderscheidingen voor haar poëzie en was een van de meest vooraan staande dichters in de Spaanse taal. Enkele van haar bekendste werken zijn „Ternura", „Desolacion", „Atala" en „Lec- turas para Mujeres". Op vierendertigjarige leeftijd gaf zij haar eerste dichtbundel uit. Voorts schreef ze een autobiografie (gebed van een school juffrouw). Van haar andere prozawerk moet de levensbeschrijving van Selma La- gerlöf worden genoemd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1957 | | pagina 5