Agrarisch welvaartsplan voor
Noordholland wordt opgesteld
Mag de arts zijn patiënten als
„proefkonijn" gebruiken?
Geen beperking verzocht
bij aanleg van wegen
Zie Boven
Kunstmaan als kilometerteller
Spaarfaciliteiten voor jongeren
en voor ambtenaren
Als U keelpijn hebt...
Garage DEN HOUT
Regering komt binnenkort
met voorstellen
EEN DOKTERSDILEMMA
WOENSDAG 6 FEBRUARI 1957
5
Vergadering Provinciale Staten
Salarisverhoging voor
provinciaal personeel
Verhoging presentiegelden
raadsleden mogelijk
Salariseisen door raad van
beroep afgewezen
„Neergestorte straaljager"
bleek napalmbom te zijn
Voordelen maar ook
onbillijkheden
Loongrens voor sociale
verzekering f 6900,-
Hooggeleerd dispuut over het statistisch
onderzoek in de geneeskunde
Melkproduktie in 1956
De algemene beschouwingen over de provinciale begroting 1957 van Noordholland
zijn in de dinsdag te Haarlem gehouden vergadering van de Provinciale Staten
achter de rug. Er werden minder punten aan de orde gesteld dan vorige jaren. Een
politiek debat werd gevoerd tussen mr. De Roos (Arbeid) en enkele communisten
inzake de verklaring namens vier fracties, dat er na de gebeurtenissen in Hongarije
geen plaats meer was voor de communisten in commissies. De heer Schippers (K.V.P.)
heeft gevraagd geen wegenverbetering of aanleg uit te stellen, omdat anders de
verkeersveiligheid in gevaar komt en de gedeputeerde Blaauwboer (V.V.D.) heeft
mededelingen gedaan over het vormen van een commissie, die een welvaartsplan
voor agrariërs zal opstellen.
Diverse leden hielden financiële be
schouwingen, waarbij speciaal de subsidies
onder de loupe werden genomen. Het
vraagstuk is niet gemakkelijk op te lossen,
want om activiteiten in de provincie voort
te zetten, is geld nodig, aldus werd opge
merkt.
De heer Voorthuijsen (V.V.D.)
bracht hulde aan het Noordhollands Phil-
harmonisch Orkest, de dirigent en het lid
van Gedeputeerde Staten, dat zich bijzon
der voor het orkest inspant. De concerten
trekken in de provincie volle zalen. Het is
overigens niet gemakkelijk te werken in
de schaduw van een beroemd orkest.
Welvaartsplan
Ir. M e r k x (K.V.P.) sprak er zijn vreug
de over uit, dat Gedeputeerde Staten er
mee instemmen dat een agrarisch wel
vaartsplan voor de provincie wordt opge
steld en hoopte, dat de instemming zich
spoedig zal uiten in daadwerkelijke mede
werking van het provinciaal bestuur. Een
agrarisch welvaartsplan, dat het treffen
van maatregelen, zowel op technisch en
sociaal-economisch als op cultureel terrein
beoogt, ter verhoging van de welvaart, is
juist voor Noordholland van meer dan
gewone betekenis. Het gaat onder andere
om de opvoering van de produktiviteit en
daaruit ontstane bedrijfsresultaten. Het
agrarisch welvaartsplan moet naar spre
kers opvatting zowel worden gezien als een
inventarisatie en bestudering van de land
en tuinbouwvraagstukken, als een aan
duiding van middelen, die tot de oplossing
van de zich voordoende problemen zouden
kunnen leiden. Het moet voor het provin
ciaal bestuur van groot nut worden ge
acht, wanneer het zijn beleid ten aanzien
van de landbouw kan funderen op een
goed inzicht in de agrarische structuur van
de provincie. Ook de gemeentebesturen,
waterschappen en landbouworganisaties
gevoelen er behoefte aan richtlijnen en
aanknopingspunten te hebben, die hun zorg
voor de landbouw en tuinbouw vaste vorm
kunnen geven.
De heer Merkx herinnerde aan de positie
van de land- en tuinbouw ten opzichte van
de noodzakelijke planologische ordening in
Noordholland. De positie is allerminst be
nijdenswaardig. Het welvaartsplan zal êr
toe kunnen bijdragen, dat het begrip in
agrarische kringen voor de noodzakelijke
planologische ordening wordt vergroot.
Een belangrijke zaak, die voor de land
en tuinbouw onder de huidige omstandig
heden zeer veel moeilijkheden oplevert, is
het probleem van de arbeidsvoorziening.
De zuigkracht van de industrie in de
IJmond en de Zaanstreek op de land
arbeidersstand is groot. Van Wjeringer-
meer gaan meer dan honderd landarbeiders
op en neer naar de Hoogovens. Uit vele
dorpen in de provincie worden arbeiders
naar industriële bedrijven vervoerd. Het
plan moet - aldus spreker - ook mede ten
doel hebben een inzicht te verkrijgen in de
vraagstukken van vrije tijdsbesteding, cul-
Ingangsdatum bepaald ap 1 juli 1956
In de hedenmorgen gehouden vergade
ring van de Provinciale Staten van Noord
holland is een voorstel van mr. A. de Roos
(Arbeid), ingediend namens andere fracties,
om de verhoging van zes percent van de
salarissen van het provinciaal personeel
niet op 1 september 1956, maar op 1 juli j.l.
te doen ingaan, aangenomen met 576
stemmen. Drie leden van het college van
Gedeputeerde Staten en drie leden van de
fractie der V.V.D. stemden tegen.
Ook werd goedgekeurd een voorstel van
mr. A. de Roos en anderen om de jaar
wedden van leden van Gedeputeerde Sta
ten met ingang van 1 januari j.l. te ver
hogen van 12.000 tot 15.000. Negen
communisten stemden tegen en de zes ge
deputeerden blanco. Achtenveertig leden
stemden voor.
Binnenkort overleg met
senioren Haarlemse raad
Naar wij vernemen hebben Gedeputeer
de Staten van Noordholland aan de col
leges van burgemeester en wethouders
bericht, dat zij geen bezwaar maken te
gen een verhoging van de presentiegelden
voor de leden van de gemeenteraden en
de raadscommissies. Ook hebben zjj dc
grenzen verruimd voor de vergoedingen
der wethouders.
Gedeputeerde Staten wijzen er evenwel
op, dat deze circulaire niet gezien moet
worden als een aandrang op de gemeente
besturen om de presentiegelden en wet
houdersvergoedingen in alle gevallen in
derdaad tot de maximaal toegelaten be
dragen te verhogen.
Wij vernamen, dat de presentiegelden
voor raadsvergaderingen in de groep ge
meenten waartoe Haarlem behoort ver
hoogd mogen worden van twaalf tot 20
gulden per vergadering en voor commis
sievergaderingen van acht tot tien gulden
per vergadering.
De wethoudersvergoedingen, welke
thans tienduizend gulden per jaar be
dragen, mogen verhoogd worden tot
f 13.500 per jaar. Wij vernamen verder, dat
in Haarlem de burgemeester binnenkort
met het seniorenconvent van de gemeen-
meenteraad overleg zal plegen omtrent een
eventueel gebruik maken van deze ver
ruimingen.
turele ontwikkeling en verenigingsleven.
Woonomstandigheden op het platte land
moeten ook onderzocht worden.
De heer N i e r o p (A.R.) verzocht vele
organisaties bij het samenstellen van het
plan in te schakelen en de heer W i e s e
(Arbeid) informeerde of het plan samen
gesteld wordt door het provinciaal land
bouwschap in samenwerking met de pro
vincie of door de provincie in samenwer
king met het landbouwschap. Er dient een
oplossing ^e komen in vele vraagstukken,
speciaal voor jonge agrariërs.
Gedeputeerde P. Blaauwboer (V.V.
D.) merkte op, dat een agrarisch welvaarts
plan van groot belang is en als de Provin
ciale Staten binnenkort zullen besluiten
een plan te maken, zal een commissie wor
den samengesteld. Er zal met bekwame
spoed moeten worden gewerkt, want de
agrarische bevolking dient te weten, waar
zij aan toe is. Allerlei punten zullen on
derzocht worden. De provincie zal het plan
laten opmaken en medewerking vragen
aan daarvoor in aanmerking komende
personen.
Communisten uit commissies
In de ochtendbijeenkomst had de voor
zitter, de Commissaris der Koningin in de
provincie Noordholland, dr. M. J. Prin
sen, de heer Gortzak (Comm.) het
woord ontnomen, omdat deze te veel uit
weidde over de internationale toestand.
Mevr. T e e b o o m-V an West (Comm)
kreeg in de middagvergadering gelegen
heid in te gaan op de verklaring van mr.
A. de Roos, namens de vier fracties afge
legd naar aanleiding van de gebeurtenissen
in Hongarije. Volgens mr. De Roos is er ,jen. zy wjj (jit consequent doorvoeren,
voor de communisten geen plaats meer in
stoot gegeven aan de februari-staking in
Amsterdam, die van groot belang voor het
verzet is geweest. De heer Gortzak las een
brief voor van 9 juli 1941, ondertekend
door mr. De Roos als ambtenaar van de
afdeling onderwijs der gemeente Amster
dam, waarin hoofden van scholen verzocht
wordt medewerking te verlenen bij de
opgave van joodse leerlingen. „De tijd zal
onze rechter zijn," besloot de heer Gortzak.
Hierna sprak nog de heer K o o y (Ar
beid), die de communisten herinnerde aan
het standpunt der C.P.N., voordat Duits
land Rusland de oorlog had verklaard.
Financieel beleid
Gedeputeerde Van der Donck (K.V.
P.) lichtte de leden der Provinciale Staten
in over het beleid van het college, dat er
op gericht is op de ingeslagen weg voort
te gaan. Hij trok vergelijkingen tussen
1952 en 1957. De uitgaven zijn aanmerkelijk
gestegen en de bedragen voor subsidies en
de bijdragen aan derden zijn snel omhoog
gegaan. De cijfers in de begroting 1957
noemde hij reëel en ze zijn gebaseerd op de
feiten.
W oningsituatie
Mejuffrouw mr. Ribbius Peletier
(Arbeid) merkte namens Gedeputeerde Sta
ten op, dat de woningsituatie in het mid
delpunt der belangstelling staat. Het col
lege is niet verantwoordelijk voor de
woningbouw en heeft er zijdelings be
moeienis mee. Op de regering kan geen
aandrang op woningwetbouw worden ge
daan. Gedeputeerde Staten kunnen wel
belangstelling tonen en dat doen zij zoveel
mogelijk.
Culturele en personeelszaken
Gedeputeerde Bouwman (K.V.P.)
dankte voor de waarderende woorden over
het culturele beleid. Aandacht zal worden
geschonken aan het geven van subsidies.
De vier in Noordholland gevestigde fede
raties van muziekkorpsen zullen - als de
Staten daartoe besluiten - in aanmerking
komen voor subsidies voor het houden van
cursussen, waaraan jonge muzikanten deel
nemen.
Ten aanzien van het voorstel van mr.
De Roos en anderen om de salarisverhoging
voor het provinciaal personeel niet op 1
september 1956 maar op 1 juli te doen
ingaan, merkte de heer Bouwman op, dat
de meerderheid van het college op het
standpunt staat, dat bij voorkeur het loon-
beleid van de regering gevolgd moet wor-
Heemstedenaar vroeg salaris van
marine voor de' oorlogsjaren
De centrale raad van beroep te Utrecht
heeft uitspraak gedaan in de zaak van de
heren C. H. te Leidschendam en A. J. L. F.
te Heemstede, contra de staatssecretaris van
Marine.
Beide appellanten hadden, als leden van
het marine-personeel gedurende de oor
logsjaren aanspraak gemaakt op uitbeta
ling van veertig maanden salaris. De
staatssecretaris van Marine had deze aan
spraken als ongegrond afgewezen. Van
deze beslissing gingen de appellanten in
beroep bij het ambtenarengerecht te 's-Gra-
venhage, dat het standpunt van de staats
secretaris billijkte.
Opnieuw hiervan in beroep gegaan bij de
centrale raad te Utrecht, bevestigde dit
college de uitspraak van het ambtenaren
gerecht in Den Haag.
ADVERTENTIE
RENAULT 1 en V/7 tons bestelauto
Ideaal in stad. Korte draaicirkel door front
besturing. 8 en 9 m3 laadruimte.
Prijzen vanaf f 6700.
Bij de replieken merkte de heer Schip
pers (K.V.P.) op, dat de aanleg van
wegen niet beperkt mag worden, anders
komt de verkeersveiligheid in gevaar. Het
vraagstuk der wegen dient de voorrang te
hebben en werken mogen niet uitgesteld
worden.
de commissies. Mevrouw Teeboom merkte
op, dat mr. De Roos niet gezegd heeft, dat
de communisten slecht werk in de commis
sies hebben verricht of de belangen der
provincie niet hebben behartigd. De com
munisten dienen buiten de commissies ge
houden te worden naar aanleiding van
reacties over Hongarije, aldus de verkla
ring. Sovjet-Rusland heeft er echter voor
gezorgd, dat het fascisme niet aan de macht
is gebleven. Tenslotte zeide spreekster: „de
tijd zal rechter zijn.",
Bij de replieken merkte mr. De Roos
op, dat 4e tijd reeds als rechter is opge
treden. Tussen 1946 en 1957 is de invloed
van het communisme sterk achteruit ge
gaan. De verwachting is, dat de invloed nog
minder zal worden.
Later kreeg de heer Gortzak (Comm.)
het woord, die inging op het gesprokene
van mr. De Roos, die hij de „veroordelaar"
noemde. De „veroordeelde" beschouwde hij
zijn partijgenoot, de heer Brandsen, die
eveneens deel uitmaakt van de Provinciale
Staten. De heer Brandsen heeft in 1941 de
Van onze Kamerverslaggever)
In de Tweede Kamgr hebben gisteren de woordvoerders van de K.V.P., V.V.D.
en A.R. aangedrongen op tegemoetkomingen op belastinggebied ter bevordering van
de bezitsvorming. De woordvoerder van de C.H.U. wilde fiscale tegemoetkomingen
niet uitsluiten, maar hij zag wel het gevaar van onbillijkheid, omdat degenen,
die door ziekte of om andere redenen niet kunnen sparen, van de tegemoetkomingen
niet kunnen profiteren. Die onbillijkheid was voor de P. v. d. A. een overwegend
bezwaar. Voor de bezitsvorming vindt de P. v. d. A. de loonpolitiek van de
regering veel belangrijker en voor de ontwikkeling van de menselijke persoonlijk
heid verwacht de P. v. d. A. meer van medezeggenschap van de arbeiders in de
bedrijven, waarvoor het vennootschapsrecht zal moeten worden gewijzigd.
Slecht zich op de Vliehors en een actie
ve opzichter van de Zuiderzeewerken zijn
er de oorzaak van geweest, dat de Marine
luchtvaartdienst en de rijkspolitie te wa
ter dinsdag boven en op het IJselmeer
enige uren gezocht hebben naar een straal
jager die vijf mijl ten zuidoosten van
Enkhuizen zou zijn neergestort. Pas later
bleek dat er geen straaljager, maar alleen
maar een napalmbom was gevallen. Die
kwam van een militair vliegtuig van de
basis Volkel, dat met een aantal andere
toestellen van dezelfde basis van oefe
ningen op de Vliehors terugkeerde. Door
het slechte zicht had de luitenant-vlieger,
die het vliegtuig bestuurde, zijn bom op de
Vliehors niet kwijt kunnen raken. Hij
kreeg het advies, het ding maar los te la
ten boven het IJselmeer, waar het zicht
wel goed was.
De opzichter van de Zuiderzeewerken
zag dan ook de bom vallen: hij dacht ech
ter dat het een straaljager was en belde
de luchtvaartpolitie op Schiphol op. Die
waarschuwde op haar beurt de marine
vliegbasis Valkenburg en het centraal ver-
keers- en verbindingssquadron van de
'Luchtmacht. Van Valkenburg stegen een
Neptune en een helikopter van de Marine
luchtvaartdienst op en boten van de rijks
politie te water uit Enkhuizen begaven
zich naar de plaats van het vermeende on
geval.
Enkele uren later werd het misverstand
echter opgelost en konden de beide lucht
vaartuigen en de schepen inrukken.
ADVERTENTIE
Wie niet in de gelegenheid is te sparen,
wordt toch niet geholpen door anderen een
tegemoetkoming te onthouden, merkte de
heer Hazenbosch (A.R.) op, die voorts de
fiscale tegemoetkoming zou willen binden
aan een bepaalde inkomensgrens. Prof.
Romme (K.V.P.) betoogde dat de gesigna
leerde onbillijkheid zich ook reeds doet
gelden bij de belastingaftrek voor lijfrente
premies, want niet iedereen kan daar voor
3600 gulden per jaar opzij leggen. Boven
dien moet men zich ook afvragen of de
bezwaren opwegen tegen het grote nut.
Dan dient men volgens mr. Van Leeuwen
(V.V.D.) ook te overwegen, dat sparen een
algemeen belang is ter bevordering van de
toekomstige welvaart. Hij vestigde er de
aandacht op, dat er ook een onbillijkheid
schuilt in de plannen ter bevordering van
het bouwsparen, want daar zal ook niet
iedereen van profiteren. Hij had bezwaar
tegen maatregelen voor de bezitsvorming,
die geen algemene geldigheid hebben. Het
belastingsysteem in zijn geheel zal ge
richt moeten zijn op het bevorderen van
gespreid bezit, bij voorbeeld door belas
tingvrijdom voor de opbrengst van het ge
vormde bezit. Voor zelfstandige onderne
mers kan men dan denken aan belasting
vrij reserveren. In het algemeen wenste
mr. Van Leeuwen een ontwikkeling in die
richting van het volkskapitalisme zoals in
Amerika, waar 60 percent van de arbeiders
in een eigen huis woont en andere eigen
dommen bezit.
Staatssecretaris Schmelzer zette uiteen,
dat voor de vorming van duurzaam bezit
in brede lagen der bevolking, ter ver
sterking van het gevoel van eigenwaarde,
altijd een vorm van spaaractiviteit nodig
is. Om te sparen moet men zich iets ont
zeggen en dat is dus karaktervormend. Dat
is de geestelijke kant van de bezitsvor
ming. Anderzijds heeft onze zich uitbrei
dende economie een stijgende behoefte
aan kapitaal. Voor de toekomst van ons
land is het dus een groot gevaar, indien
van het nationale inkomen teveel zou wor
den geconsumeerd en te weinig bespaard.
Dan ligt het op de weg van de overheid
de bezitsvorming aan te moedigen. De
voorstellen, die de regering in petto heeft,
zijn nog maar mager, doch er kan erva
ring mee worden opgedaan voor verder
gaande voorstellen.
Drie voorstellen
In het kader van de bezitsvorming zal
waarschijnlijk binnen drie maanden een
ontwerp voor een jeugdspaarregeling wor
den ingediend. Wat jonge mensen sparen,
vult het rijk aan met een bepaald percen
tage, bij voorbeeld tien percent. In de
tweede plaats wordt de vrijstelling voor
de belasting van werkgeversbijdragen in
bouwspaarfondsen uitgebreid tot andere
spaarfondsen. In de derde plaats zal een
spaarregeling voor ambtenaren worden
voorgesteld. Ook dan vult de overheid
met een bepaald percentage aan wat de
ambtenaren sparen.
Het overigens juiste argument, dat fis
cale tegemoetkomingen onbillijk kunnen
werken, wilde de staatssecretaris niet over
schatten. Van belastingfaciliteiten wordt
altijd verschillend geprofiteerd en degenen,
die niet kunnen sparen, worden dikwijls
al op andere wijze door de overheid ge
holpen.
Bevordering P.B.O.
Ten aanzien van de algemene organi
satie van de bedrijfstakken, de P.B.O. ter
(Van onze Kamerverslaggever)
De Tweede Kamer heeft dinsdagavond
het wetsvoorstel aangenomen om de loon
grens beneden welke werknemers verplicht
verzekerd moeten zijn volgens de Ziekte
wet, het Ziekenfondsbesluit, de Invalidi
teitswet en de Werkloosheidswet, te ver
hogen van 6000 gulden tot 6900 gulden per
jaar, zulks wegens de stijging van de lonen
sinds het einde van 1954. Het maximum
dagloon, waarnaar de uitkering wordt be
rekend, wordt verhoogd van 16 tot 19 gul
den.
Alleen de V.V.D. en prof. Gerbrandy
(A.R.) stemden tegen, omdat de loongrens
niet wordit verhoogd in overeenstemming'
met de gestegen kosten van levensonder
houd, maar met de stijging van de lonen
als gevolg van de gestegen welvaart. Zij
wilden de loongrens stellen op 6400 gul
den. Ofschoon de heer De Kort (K.V.P.)
met de grens van 6900 gulden ditmaal
akkoord wilde gaan, wilde hij toch niet
steeds de loongrens verhogen als de lonen
omhoog gaan.. Hij diende een motie in
waarin de regering werd verzocht het de
bat voor te bereiden over de vraag of de
loongrens uit de Ziektewet en het Zieken
fondsbesluit kan worden geschrapt. Deze
motie werd zonder hoofdelijke stemming
aangenomen. Staatssecretaris Van Rhijn
zal eerst overleg plegen met de vaste ka
mercommissie voor Sociale Zaken.
ADVERTENTIE
bevordering van de samenwerking tussen
ondernemers en arbeiders, wilden de he
ren Van Mastrigt (C.H.U.), Hazenbosch
(A.R.) en Koersen (K.V.P.) zo min mogelijk
wettelijke dwang om de P.B.O.-organi
satie uit te breiden. Daarentegen zei drs.
Den Uyl (P.v.d.A), dat men wel kan beto
gen, dat wetten moeten worden gedragen
door de zedelijke overtuiging van de bur
gers, maar wetten kunnen ook opvoedend
werken. Hij verklaarde overigens, dat Ka
mer en regering hun vrijheid moeten be
houden tegenover adviezen van de Sociaal-
Economische Raad, het toporgaan van de
P.B.O., omdat deze maar een deel vertegen
woordigt van de maatschappij.
Staatssecretaris Schmelzer verklaarde,
dat het gehele kabinet de P.B.O. krachtig
wil bevorderen, maar het wil er geen
zwaar kanon op zetten. Ten hoogste een
lichte mitrailleur.
Niemand weet precies
hoe ver Bloemfontein
van Teheran ligt, maar
over een of twee jaar
zullen wij het tot op tien
meter nauwkeurig kun
nen zeggen - dank zij de
kunstmaan.
De kunstmatige satel
liet, die zoals bekend dit
jaar zal worden opge
laten, zal namelijk bij
dragen tot een nauw
keuriger in kaart bren
gen van het aardopper
vlak, dan tot nu toe ooit
mogelijk is geweest.
Er komen twaalf spe
ciale camera's aan te
pas. Niet om van grote
hoogte af de aarde te
fotograferen, maar om
van het aardoppervlak
af de baan van de kunst
maan te volgen.
Zij worden opgesteld
in een brede, de gehele
aardbol omspannende
strook ter weerszijden
van de evenaar, dus
„onder" de baan van
de kunstsatelliet.
De twaalf plaatsen
waar zij komen te staan
bevinden zich op Hawaii,
te White Sands (V.S.), in
Florida, op Curagao, in
Peru (Arequipa), in Ar
gentinië (Cordoba), in
Spanje (Cadiz), in Zuid-
Afrika (Bloemfontein),
in Iran (Teheran), in
India, in Japan en in
Australië.
Op de foto's die zij
van de overvliegende
kunstmaan zullen ma
ken, zal deze satelliet
zichtbaar zijn tegen een
achtergrond van sterren
en de astronomen weten
uiteraard precies, welke
sterren dat zijn.
De camera's registre
ren de positie van de
kunstmaan tot op tien
m. nauwkeurig, kwarts-
klokken (die nauwkeu
rig wijzen tot op een
duizendste seconde) no
teren de tijd van de op
name en aan de hand
van bestaande ster-ta
bellen kan men de posi
ties van de gefotogra
feerde sterren op elk ge
wenst moment aflezen.
Wanneer op die ma
nier de preciese baan
van de kunstmaan be
kend is geworden, kan
men door omkering van
de berekening ook de
positie van de camera op
het aardoppervlak tot
op tien meter nauwkeu
rig bepalen.
En daar komt het op
aan. Want de globe op
onze schrijftafel is in
■werkelijkheid geen goed-
I.'e baan van de Ameri
kaanse kunstmaan.
(Startplaats Florida)
gelijkend portret van de
aardbol, die immers geen
zuivere bol is. Was zij
dut wel, dan was de af
stand tussen twee ver
verwijderde plaatsen op
het aardoppervlak, zoals
Teheran en Bloemfon
tein, gemakkelijk door
berekening te vinden.
Door de onregelmatige
vorm van de aarde
(waarvan de afplatting
aan de polen maar één
aspect is) hebben we er
echter een kunstmaan
voor nodig om het te
weten te komen. Een
beetje een omweg - maar
zo komen we er toch.
G. v. W.
(Van een onzer redacteuren)
MAG EEN DOKTÈR zijn patiënten gebruiken als proefpersonen voor onderzoek
naar de doeltreffendheid van nieuwe geneesmiddelen of geneeswijzen, en hun daar
door wellicht „nodeloze" schade aan hun gezondheid berokkenen? Deze actuele
vraag is de inzet geweest van een discussie door diverse hoogleraren, artsen en
statistici, die daartoe door de medisch-biologische sectie van de Vereniging voor
Statistiek in Utrecht bijeengeroepen was. Op het eerste gezicht zal het velen wellicht
niet duidelijk zijn, wat statistici met dit doktersdilemma te maken hebben. De ver
klaring is, dat de medische wetenschap bij het „uitproberen" van nieuwe medica
menten en geneeswijzen, steeds meer haar toevlucht neemt tot kwantitatieve onder
zoekingsmethoden door het nieuwe middel te beproeven op gehele groepen patiënten.
Daarmee betreedt de geneeskunde dus het terrein van de statistiek. De allesbeheersen
de vraag is nu, of deze werkwijze niet in conflict komt met de medische ethiek die
immers van oudsher de gezondheid van de patiënt-als-individu vooropstelt.
nieuwe geneesmiddel toegediend, de andere
de zogenaamde „controlegroep" wordt
met de klassieke middelen behandeld. Uit
de vergelijking van de resultaten der beide
behandelingswijzen kan men dan conclu
deren, of en in hoeverre het nieuwe mid
del eventueel de voorkeur verdient boven
de oude geneeswijze.
In zeker opzicht doet men dus aan de
controlegroep bij dergelijke proefnemingen
tekort, maar hoe onmisbaar die groep is,
illustreerde dr. Rümke aan een recent
voorbeeld: dat van de proeven met cou
veuse-kinderen in het New Yorkse Belle-
vue-hospitaal. Vele te vroeg geboren zui
gelingen kregen namelijk tijdens hun ver
blijf in de couveusen een gevaarlijke oog
ziekte, die vrijwel steeds tót blijvende
blindheid leidde. Men vermoedde reeds ge
ruime tijd, dat de te hoge concentratie
zuurstof, die de babies in de couveusen
werd toegediend, de oorzaak van de kwaal
was. Door middel van statistische proeven,
waarbij een aantal van deze kinderen het
normale quotum zuurstof (70 percent)
kreeg, terwijl een gelijk aantal anderen op
veertig percent „gerantsoeneerd" werd,
wezen uit, dat dit vermoeden juist was. Bij
de laatste groep kwam geen blindheid
meer voor, bij de controlegroep echter
verloren acht der 36 overlevende babies
inderdaad het gezichtsvermogen. Enkelen
hebben hier dus de tol moeten betalen voor
een nieuwe geneeswijze, waarvan wellicht
duizenden anderen profijt zullen trekken,
aldus dr. Rümke, die ervan overtuigd is,
dat de statistische methode sneller en met
minder individuele offers tot betrouwbare
resultaten leidt dan welk ander systeem
van medisch onderzoek.
Aan het slot van de discussies, waaraan
ook door prof. dr. J. Hemelrijk, prof. dr
N. G. M. Orie en dr. J. H. Pannekoek
werd deelgenomen, gaf de voorzitter van
het forum, dr. G. J. Fortuin, een samen
vatting van het besprokene. Daarin con
cludeerde hij, dat het statistisch onderzoek
de geneeskunde volgens de meerderheid
der sprekers in staat stelt, zo zuinig moge
lijk om te springen met de belangen der
individuele patiënten om een maximale
vooruitgang te kunnen boeken. Van geval
tot geval echter zal elke arts-onderzoeker
zich dienen af te vragen, of de verhoopte
wetenschappelijke winst van zulk een
onderzoek wel zal opwegen tegen de prijs
die hij ervoor betalen moet in de vorm
van schade en letsel, toegebracht aan de
proefpersonen.
Blijkens voorlopige berichten was de
melkaanvoer in 1956 ruim drie percent
groter dan die in 1955. In totaal werd ruim
vijf miljoen ton melk verwerkt. De boter-
produktie steeg met 4.6 percent, die van
fabriekskaas daalde tot ruim 152.000 ton.
De produktie van melkpoeder nam met
ruim 16 percent toe, terwijl de consumptie
van volle- en gestandaardsieerde melk tot
ruim 1.5 miljoen ton steeg.
Het Utrechtse forum is, zoals te ver
wachten vfel, over deze vraag niet tot
eensluidende conclusies gekomen, maar
wel heeft het geleid tot een duidelijker
formulering van de verschillende stand
punten. Prof. dr. U. G. Bijlsma betoogde
dat aan dergelijke statistische proefnemin
gen een grondig kwalitatief onderzoek
vooraf dient te gaan, waardoor de risico's
voor de proefpersonen tot het minimum
beperkt kunnen blijven. Prof. dr. G. C.
Heringa daarentegen was van oordeel dat
experimenten met groepen patiënten de
arts-onderzoeker slechts in hoge uitzonde
ringsgevallen geoorloofd is, doch zeker niet
aan elke willekeurige medicus mag worden
toegestaan. Maatstaf blijft volgens hem het
onderzoek naar de klinische bruikbaarheid
van een nieuwe therapie, waarbij de ge
neesheer zich moet beperken tot het ver
zamelen en waarnemen van een zo groot
mogelijk aantal individuele gevallen. Aan
de hand van die ervaringen kan men dan
a posteriori tot een waardebepaling van
het geneesmiddel in kwestie komen, zo
meende hij.
Tegen dit standpunt werd stelling ge
nomen door dr. F. A. Nelemans, die van
oordeel was dat de medicus niet slechts
ten aanzien van individuele patiënten,
maar ook voor de gezondheid van gehele
bevolkingsgroepen verantwoordelijk is. Als
voorbeeld noemde hij de inspecteur van de
geneeskundige dienst van het leger die
immers, zo nodig, tot massa-inenting van
alle soldaten zal overgaan, zelfs indien dit
voor een aantal militairen schadelijke ge
volgen kan hebben.
Dt zelfde geldt volgens dr. Nelemans
voor de huisarts, die ook een gesloten ge
meenschap (zijn praktijk) beheert. Onder
die omstandigheden, zo zei deze spreker,
kunnen bepaalde statistische proeven op
medische grondslag verantwoord zijn en
dan aanvaardt de gemeenschap dit ook.
„Niet in strijd met beroepsethiek"
Ook dr. S. J. Bouma bestreed prof. He-
ringa's opinie, dat het belang van de enke
ling voor de arts altijd moet prevaleren.
Naar zijn persoonlijke mening heeft de
medicus de plicht, iedere patiënt als in
dividu de best-mogelijke medische ver
zorging te geven. Maar daaraan ontleent
hij tevens het recht, diezelfde patiënt als
proefpersoon te gebruiken in dienst van
het algemeen belang en dit zelfs zonder
diens toestemming of voorkennis. Wel be
tekent dit voor de arts dat hij een zware
verantwoordelijkheid op zich laadt, maar
strijdig met de zedelijke normen van zijn
beroep is dit alles, altijd volgens dr. Bou
ma, niet.
De rol van de controlegroep
Dr. Chr. L. Rümke sneed een ander pro
bleem van de statistische onderzoekings
methode aan: de noodzaak om twee test
groepen van patiënten te gebruiken. Een
dier groepen krijgt het te onderzoeken