F Achter de IRA-acties steekt een bittere, vermoeide triestheid Mademoiselle de bur Vjjftig jaar geleden Ondiplomatiek WEERZIEN MET IERLAND NAAIMACHINES Van dag tot dag En Suez Opgekropte spanningen zoeken uitweg en het oude recept is: geweld! <^Praatótoel 3 Sleepdienst over zee met atoomvliegtuigen? Wanhoop Frustraties Op de Proefproces waarschijnlijk over toto-kansspelen J. J. F. Kemming Studiebeurzen van de Raad van Europa Uit Haarlems Dagblad van 12 februari 1907 DINSDAG 12 FEBRUARI 1957 Welk standpunt men ook inneemt ten aanzien van het geschil tussen Nederland en Indonesië inzake Nieuw-Guinea, men zal zich uit het oogpunt van beschaafde internationale omgangsvormen toch moei lijk kunnen verenigen met de methode, die de Indonesische ambassadeur in Manilla, Pumantjak, op verdekte wijze heeft aan bevolen om de oplossing van het geschil te bevorderen: namelijk de methode der chantage. Pumantjak heeft de geslonken, nog in Indonesië verblijven'1! groep Nederlanders gedreigd met „een zorgwekkende situatie", die zou ontstaan wanneer niet spoedig een oplossing voor de kwestie Nieuw-Guinea zou worden gevonden. Hij heeft dus een methode van afpersing aanbevolen, die door onverantwoordelijke elementen in Indonesië maar al te gaarne zou worden gevolgd, doch die door geen enkele rege ring zou kunnen worden toegepast zonder dat zij haar aanzien te grabbel zou gooien. Het Indonesische kabinet beschikt over middelen genoeg om het de Nederlanders' in Indonesië moeilijk te maken en ten dele heeft zij deze middelen niet onge bruikt gelaten, doch dat geschiedde dan om de Nederlanders te stoten uit de be voorrechte posities, die zij tengevolge van de vroegere situatie innamen. Wanneer de Indonesische regering echter zou overgaan tot represailles tegen de Nederlanders die zich onder haar bescherming hebben gesteld na de souvereiniteitsoverdracht om een politiek doel te bereiken, zou zij zich schuldig maken aan een flagrante schending van een internationale regel en een overal ter wereld erkend beginsel van humaniteit. Dit is, terecht, vastgesteld door het onafhankelijke Indonesische blad „Times of Indonesia" en zal ook door be schaafd" Indonesiërs worden onderschre ven. Dat de heer Pumantjak blijkbaar niet tot deze laatste groep gerekend wenst te worden, schaadt het aanzien van het ge hele Indonesische diplomatieke apparaat in het buitenland. Er valt, volgens de berichten uit Wash ington, een lichte dooi te bespeuren in de ijzig starre houding, die de Amerikaanse regering de laatste maanden tegenover Is rael heeft aangenomen. Men mag, vrezen wij, hieruit niet op maken dat Dulles nu eindelijk de recht vaardigheid heeft ingezien van Israel's eis, dat het garanties voor zijn veiligheid en voor het ongehinderd functioneren van zijn scheepvaart krijgt alvorens het Egypte weer toelaat op strategische punten, die jarenlang misbruikt zijn als bases voor moorddadige Egyptische overvallen. Maar wel schijnt Dulles te hebben begrepen, dat zijn eigen positie thuis langzamerhand in gevaar zou komen als hij nog langer om moreel onverdedigbare redenen Egypte in „bescherming" zou blijven nemen tegen het kleine Israel, dat niets anders ver langt dan met rust gelaten te worden. Dulles schijnt Israel nu in uitzicht te hebben gesteld, dat de V.S. op twee punten aan de Israëlische eisen tegemoet zullen komen als Israel zijn strijdkrachten binnen de oude bestandslijn terugtrekt. Die pun ten zijn: vrije vaart in de Golf van Akaba en UNO-toezicht op de strook van Gaza. Wat dit laatste betreft, zal het de regering in Jeruzalem weinig gerust stellen, dat ge sproken wordt van UNO-strijdkrachten „of waarnemers van die organisatie", want waarnemers waren er rondom Gaza ook vóór november j.l. en zij zijn er nooit in geslaagd, de Egyptische overvallen te ver hinderen. Maar wat nog meer de aandacht trekt, is dat in de voorstellen van Dulles geen woord wordt gezegd over een garantie aan Israel voor vrije doorvaart door het Suez- kanaal. We kunnen niet aannemen, dat Dulles dit detail heeft „vergeten" of dat de Israëlische regering die eis maar heeft laten vallen. Voor de nationale economie van Israel is het Suez-kanaal nog belang rijker dan de Golf van Akaba. Buigt Dul les op dit punt nog steeds voor de wil van Nasser? Als dat zo zou zijn, zou het daarop neerkomen dat Amerika stilzwijgend het recht van Egypte erkent, te blijven be palen welke schepen wel en niet door het Suezkanaal mogen varen en dus het karakter van internationale waterweg aan het kanaal te ontnemen. Hebben tal van landen, waaronder Nederland, daarom bij gedragen in de kosten van vrijmaking van het kanaal? Wij zien verlangend uit naar een ver klaring van de Amerikaanse regering, die een bevredigend antwoord geeft op de vraag of Washington de belangen van alle zeevarende volken (met inbegrip van Is rael) of de belangen van de politiek van Dulles voor het Nabije Oosten het zwaarst zal laten wegen. LONDEN (AFP). Volgens de Londen- se „Sunday Times" bestuderen Britse vliegtuigbouwers de mogelijkheid om door kernenergie voortbewogen „sleepvliegtui- gen" te vervaardigen, die konvooien transporttoestellen over de Atlantische Oceaan kunnen brengen. De deskundigen zouden voor lijnvliegtuigen, die met kern energie worden voortbewogen, niet veel voelen met het oog op het gevaar van uit straling ingeval van ongelukken. (Van onze reisredacteur DUBLIN, februari. Weerzien met Ierlandals de verre zon door de grijze nevel van de late middag breekt, beleeft ieder zintuig gretig de herkenning van Dublin. Een warm licht weerkaatst in de glimmende straten en de ruiten van de vlakke, ouderwetse georgiaanse gevels, baksteenrood of zwart-berookt, die in lange rijen, sleets en plechtig, tegenover elkaar staan. Dublin stookt turf, de rook uit duizend schoorstenen legt een waas van prikkelende geur over de oude stad. Er is ook de reuk van natte tweed. Dublin blijft Dublin, in de bar van „The Shelbourne" bespreekt de „racing crowd", besnord en geruit, de net geopenbaarde handicaps van de Ierse paarden in de Grand National, in het benedenzaaltje van „The Bailey" eet men nog steeds onder de striemende pamfletten van de Ierse vrijheidsstrijd: Ieren, de aalmoes die de laffen en zelf- zuchtigen onder u als pachtverlaging krijgen, is geverfd met bloed van John Dillon, voor u verrot en gestorven in een Britse kerker". En ook de Dubhners zijn dezelfden ge bleven, men ontmoet de melancholie van blauwe ogen in blanke meisjes ge zichten onder zwart haar, de wangen van de veehandelaar blijven door whisky rood geverfd, potige studenten hebben gedeukte rugby-neuzen, de dikke dichter snelt weer met open fladderende jas en een hoofd vol briljante in- en uitvallen naar zijn stamkroeg, er zijn de taaie, magere dokwerkers, met de pet over de ogen, achter glazen donker bier in don kere, kale „pubs", en op de straathoek staat de halfkindse bedelaar in onvoor- ?lbare lompen, een ongeschoren hei lige, die in hevige verrukking over de huizen naar de hemel kijkt. achtergrond van een voortdeinend land schap van groene heuvels, waarover de borstelige donkere heggen en grijze muren een vreemd patroon van strepen trekken. De grillen van het Ierse weer zorgen voor de belichting, rukken, drie, vier keer per dag woedend een regengordijn over het toneel, pruilen bokkig na en stralen eens klaps op in een betoverende lach van zacht zonlicht. En zo speelt het eeuwige toneelstuk voort, dat Ierland heet, een vreemd, maar beminnelijk stuk, waarin geen glimlach zonder traan is' en geen traan zonder glimlach. De ganse rolbezetting van eigenzinnige, onbedwingbare karakterspelers is compleet gebleven en ook de oude décors zijn blijven staan, de rauwe donkere stad tegen de Zo verrukt raakt men bij het weerzien van de oude geliefde, dat men het einde van de bui van bittere vermoeide triest heid, die men het eerst ontmoet, lijdzaam afwacht en pas na een paar dagen op merkt, dat de kentering naar de speelse glimlach dit keer niet makkelijk komen wil. Het Ierland, dat zes jaar geleden zorgeloos een nieuwe toekomst dacht bin nen te glijden, is vandaag in een scheme rige acte van zijn historie aangeland. Men kan een paar uiterlijke kenmerken daar van elke dag in de Dublinse bladen lezen: „Leden van illegale organisatie blazen twee bruggen in het noorden op" of „Vier mannen veroordeeld wegens misdrijven tegen de staat". Voor de zoveelste maal in de Ierse geschiedenis spreekt, tot wanhoop van de regering, het pistool weer mee in de politiek. Wat de kranten „een illegale organisatie" noemen op verzoek van de regering om de terroristen geen gratis pu bliciteit te geven is de IRA, de Ierse Republikeinse Armee, een schimmig leger in burger, waarvan de leden, met machine pistolen en staven dynamiet, als dieven in de nacht over de grens met Ulster sluipen „om de Britse bezettingstroepen te ver jagen en Ierlands bevrijding te voltooien". U kent de historie. Toen Ierland 35 jaar geleden eindelijk het Britse juk afschudde, verkozen zes (in meerderheid protestantse) van Ierlands 32 graafschappen dat Britse juk boven hetgeen, naar zij vreesden, een rooms katholiek juk zou worden. Die af scheiding van Noord-Ierland, die partitie van het Ierse eiland, werd een eindeloos twistpunt, waarin pistoolschoten de argu menten af en toe kracht bijzetten. Sinds 12 december is dat weer zo. De IRA en Landelijk Ierland: een paardenmarkt in Killarney. Het wilde landschap van het graafschap Antrim in Noord-Ierland, waar een vlie gende colonne van de IRA heet te opereren. twee concurrerende organisaties, „Saor Uladh" (Vrij Ulster) van senator Liam Kelly en de splintergroep van Joe Mac- Crystle, zijn nu al twee maanden bezig met een min of meer georganiseerde terreur- campagne in het noorden, een vreemde actie van gewelddadigheid, waarvan de beweegredenen u aanvankelijk even onbe grijpelijk voor zullen komen als zij dat mij deden. Voordat ik u derhalve voorstel aan de harde jongens met de verdachte bobbel van een schouderholster onder hun jasje, neem ik u eerst mee om een glas Ierse whisky te drinken in de „pub" van een oude vriend, die ik nu maar Liam Doherty zal noemen en die uitleg zal geven van de trieste bitterheid, die men nu al te vaak op het groene eiland vindt. „Frustratie", zegt Liam, die dat een mooi woord vindt. „Frustratie op alle fronten. Ierland heeft zevenhonderd jaar tegen de Britten voor zijn vrijheid gevochten. En wat nu? Zijn we werkelijk een echte, eigen Ierse natie geworden? Nou ja, we zijn tenminste bijna allemaal rooms katholiek, maar waar is de rest van onze Ierse identiteit? Wie spreekt er werkelijk „gaelic" (de officiële keltische taal)? De nationalisten willen de Engelse wals uitbannen en Ierse dansen invoeren, maar helpt dat soms wat? Mijn zakken zitten vol Engels geld, we blijven aan Engeland verklonken, of we het willen of niet. En economisch zitten we aan de grond: een vrij Ierland, ja, ja, maar we hebben honderdduizend werklozen en vijf tigduizend Ieren emigreren jaarlijks, om dat ze in het vrije Ierland alleen maar ADVERTENTIE Voor bestelwerk RENAULT 300 kg, 1000 kg en 1500 kg. Honderden in Haarlem in gebruik. Laadruimte tot 9 m3. Prijzen geheel compleet resp. 4190.—, 6700.— en 6900.— GARAGE DEN HOUT vrij zijn om van de honger te sterven. En omdat er geen werk is, trouwen de man nen hier, door de bank, pas op hun 33ste en de vrouwen op hun 29ste jaar. In een strikt-puriteins rooms katholiek land be tekent dat sexuele frustratie. Nu, als er dan in een land, dat zevenhonderd jaar lang geleerd heeft, dat je alleen met ge weld iets kan bereiken, voor al die natio nale, sociale en persoonlijke frustraties, voor al die opgekropte spanningen zo'n mooie uitweg voor de hand ligt, als er tegen eilandbewoners, voor wie een eiland een wereld is, gezegd wordt: „Ieren, een deel van uw land wordt bezet gehouden", dan barst het los. Na zevenhonderd jaar vechten werd 35 jaar vrijheid voor een hoop mensen een tegenvaller. En vooral de laatste paar jaar, toen we de verdien sten uit de oorlog opgefeest hadden. Nu gaan we de magen vullen met de mystiek van het heilig verenigd Ierland. Vrijwil ligers voor de opperste opoffering vóór! Dat wou ik je maar even zeggeh, voordat ik je morgen twee van de leiders thuis- stuur! Kamertjeszorgen Het laat zich aanzien, dat een groot deel van mijn genoegen hedenavond uit twee gaten in de muur moet komen. Het is het stopcontact, dat mij deel doet hebben aan het hedendaagse comfort. Het aantal gaten kan nog tot zes worden uitgebreid door aanbrenging van een zgn. dubbele stekker. Daardoor zijn, terwijl ik gemakkelijk in een stoel zit te lezen, drie apparaten voor mij in actie: een radio, een straalkachel en een theelichtje. Wat wens ik mij méér? Na zonsondergang blijkt weldra wat ik mij meer wens. Er moet licht komen, wil ik niet in het duister gaan tasten bij een boeiende intrige welke Walter Scott voor mij uitspint. Er zal dus iets anders uit moeten. De straalkachel kan niet uit, want de afkoeling, die dit tengevolge heeft, zal al mijn genoegen ondermijnen. Ook het theelichtje zal aan moeten blijven, want binnen een half uur is mijn keel dermate drooggerookt, dat ik plotseling thee zal begeren. Rest de radio, die ik zó weinig pleeg te horen, dat ik alles klakkeloos accepteer, wat eruit komt. Ik heb even graag een beetje kamermuziek om mij heen als een lezing over het pre-glaciaal, ver mits het maar uit die radio komt. De magie van het „luisteraar-bij-uw-toestel" heeft mij nog altijd beet. En toch zal er iets uit moeten. Ik ga ze weer alle vier langs: warmte, thee, licht en geluid wat kan ik missen? Als ik even niet lees, heb ik geen licht nodig. Ik kan naar de radio gaan luisteren, nu deze toch aanstaat. Het is die lezing over de ijstijd. Daar pas ik voor. Ik vind het leuk om die man te hóren, maar ik heb geen zin om ook nog naar hem te luis teren. Als er dan niets uit kan, dan kan er misschien éven iets uit. Neem het thee lichtje. Maar dan vergeet ik natuurlijk het weer in te schakelen. Als ik daaren tegen het kacheltje even uitdoe, dan merk ik wel ao.n mijzelf wanneer het weer aan moet. Het straalvuurtje gaat dus uit en er wordt eindelijk een nieuw licht geworpen op de gebeurtenissen in het boek. Maar de warmte, die zoeven nog in golven over mij heengleed, blijkt nergens te zijn blijven hangen. Het kacheltje moet onmiddellijk weer aan. Maar wat kan er dan uit? De radio geeft juist het nieuws. Laat ik het niet missen door al dat gepieker over wat ik niet kan missen. Er is genoeg ellende in de wereld, hóór maar. Ik wil thee. Het is toch aardig om elk moment over hete thee te kunnen beschikken. Waar is de suiker? Er is geen suiker meer. Met een vertrokken gezicht drink ik het af treksel. Maar tegelijk met het bittere vocht komt er een grote rust in mij: het theelicht kan uit. Alles is in orde: Warmte. Licht. Geluid. En als ik een droge keel krijg, dan drink ik voor mijn part een beetje water. Henk Biersteker „The Four Courts", het gerechtshof in Dublin, waar een aan tal door de Ierse re gering gearresteerde leiders van de IRA wegens „misdrijven tegen de staat" tot gevangenisstraffen van enkele maanden zijn veroordeeld. Lichte straffen voor terroristen, die een nabuurstaat aanval len? De Ierse regering wil van hen geen martelaren maken, zij weet dat de terroris ten op heimelijke pu blieke sympathie kun nen rekenen. Britse tabaksfabrikanten hebben 68.679 pond sterling (ongeveer 750.000 gulden) bijeengebracht voor onderzoek naar het verband tussen roken en longkanker. In verscheidene grote gemeenten verza melt de politie materiaal, dat betrekking heeft op de organisatie van kansspelen (toto's). Dit materiaal zal dienen ter na dere bestudering door de Justitie, tenein de vast te stellen in hoeverre er bij deze organisatie sprake is van overtreding van de Loterijwet. Nagegaan wordt vooral, of de deelnemers aan deze spelen gerekend kunnen worden tot een „besloten groep". Verwacht mag worden, dat eerlang een proefproces zal worden gehouden om een uitspraak van ons hoogste rechtscollege te verkrijgen. Dit jaar hoopt'Marinette Ro man haar studie te beëindigen. U vindt dat misschien niet be langrijk, want u kent Mari nette niet, maar ik verzeker u, dat de inwoners van Chalan- con het wel degelijk een ge beurtenis vinden om er feest voor te vieren. Marinette Ro man is namelijk burgemeester van dit vriendelijke dorp in het departement de la Dröme, „mademoiselle le maire" om het eens taalkundig minder juist te zeggen. Ook in ons land zijn ze niet geheel onbekend, de kloeke vrouwen, die de raadsvergade ringen met vaste hand leiden en de ambtsketen met charme dragen. Ik heb hier echter nog nooit gehoord van een burge meester-studente, wat iets an ders is dan een studente, die zich bekwaamt voor het ambt van hoofd der gemeente. Nee, Marinette was het al drie jaar geleden, toen ze haar tweeën twintigste verjaardag vierde. Haar studievak, sociologie, staat ogenschijnlijk slechts in heel verwijderd verband met de begroting voor openbare werken. Ik ben haar zelf eens gaan vragen op welke wonderlijke wijze zij tot haar hoge waar digheid werd geroepen. In Chalangon, vijftig kilometer ten oosten van de nogastad Montelimar, was ze echter niet te vinden. „Het best kunt u naar Lyon gaan", zei de plaatselijke brievenbesteller en kantoorhouder der posterijen, terwijl hij een straatnaam en huisnummer op een papiertje krabbelde. „Daar is ze van Nog één keer een uitzonderlijk beroep, pardon, ambt en wel dat van een jonge, charmante Frangaise. De tijd, waarin een Jeanne d'Arc kon opstaan, mag dan voorbij zijn, dit meisje is het levende bewijs, dat de geest van Frankrijk nog lang niet gestorven is. maandag tot vrijdag." Natuurlijk trof ik haar niet thuis, dat was ook te veel van het geluk gevergd. De portier van het universiteitsgebouw had Marinette die dag nog niet gezien. Maar een juist passerende student kon mij van dienst zijn. „Ik ben er bij na zeker van, dat we haar in de bibliotheek kunnen vinden", zei hij. En hij bracht me door een labirinth van gangen naar een statige zaal vol u hebt het vast al geraden boeken. „Daar zit ze", stelde de jongen voldaan vast. Ik keek in de richting, die zijn vinger aangaf en moest even slikken. Hoogedelachtbare heren bur gemeesters, die mij wellicht de eer aandoen dit stukje te lezen: excuseert u mij. Ik had mij een zekere voorstelling ge vormd van het meisje, dat zich tot het burgemeestersschap voelde aangetrokken wat al te ernstig, al te zakelijk voor haar leeftijd, een beetje ouwe lijk zelfs, kortaf, autoritair, misschien zelfs enigszins hoog hartig. En wat zag ik? Een lief studentje. Goed, maar niet overdreven opgemaakt, fijne wenkbrauwen, bruin haar met een natuurlijke golf, vriende lijke ogen met een tikje spot erin. En nu ik toch zo bezig ben, laat ik me niet meer weerhouden: gekleed in spor tieve blouse en wijde rok. Die rok zag ik overigens pas, toen ze ging staan om mijn bege leider gelegenheid te geven mij aan haar voor te stellen. Of nee, op dat moment kon ik eigenlijk alleen maar naar haar grote bruine ogen kijken. Zal ik nu maar liever op een ander chapiter overgaan? We moesten op gedempte toon praten, maar ik miste geen woord. „Het is niet zo vreemd als het lijkt", verklaarde Mari nette. „Onze familie heeft van geslacht op geslacht de burge meesters geleverd voor Cha langon. Mijn vader was het dus ook, tot einde 1953. Toen kreeg hij als landbouwexpert een vererende opdracht van de regering en die nieuwe func tie was onmogelijk te combi neren met het ambt van maire Hij heeft in de gemeenteraad gezegd: „Als jullie per se een Roman als burgemeester wil len hebben, zullen jullie mijn dochter moeten nemen". Dat had, eerlijk gezegd, wel even wat voeten in aarde, maar ook al uit praktische overwegin gen papa heet ook M. Ro man, zodat het drukwerk niet hoefde te worden veranderd zijn de raadsleden ermee ak koord gegaan. Enfin, de stuk ken zijn naar de prefect ge stuurd en een paar maanden later was de zaak in orde." „En hoe doet u het nou? Ik heb toch begrepen, dat u de hele week in Lyon bent en al leen het weekeinde in Cha langon doorbrengt." „Dat is ook zo, maar och, zo heel veel schokkends gebeurt er echt niet bij ons. Het is nog pas een keer voorgekomen, dat de wethouder-gemeentesecre taris mij hier moest komen opzoeken, omdat mijn hand tekening nodig was." Er mogen dan van Marinette Roman geen revolutionaire beslissingen worden vereist, het eenvoudige ambt van plat telandsburgemeester brengt toch zoveel vraagstukken mee, dat de studie haar wel eens zwaar valt. Deze welgestelde boerendochter vat haar taak uiterst serieus op. Weliswaar worden de lopende zaken door de wethouders behartigd, maar ze blijft zich van alles op de hoogte houden onj straks als volwaardig functionaris de teugels in handen te kunnen nemen. In Chalangon heerst de op vatting, dat een echtverbinte nis geen rechtsgeldigheid be zit, wanneer de acte niet door een Roman is getekend. Van daar, dat nu al enige jaren de huwelijken op een zaterdag worden gesloten; Marinette is dan thuis en fungeert ambts halve als ambtenaresse van de burgerlijke stand. Deze zomer hoopt ze voor goed naar haar dorp terug te keren, niet alleen in het bezit van haar graad, maar tevens als gediplomeerd sociaal werk ster en verpleegster. Ze weet, dat Chalangon geen burge meester kan gebruiken als or nament achter een bureau. Niet alle boeren zijn even rijk als de Romans; ze wil vooral voor de in minder gunstige omstandigheden levende in woners iets trachten te zijn. „De huisvesting van de land arbeiders moet nodig worden verbeterd", zei ze bezorgd. „Ik zal er mijn uiterste best voor doen." Tijdens mijn korte bezoek aan haar geboortedorp had ik uit opmerkingen van enkele mensen, die ik sprak, wel kun nen opmaken, dat men best tevreden is met „mademoiselle le maire". Er blijven echter nog een paar problemen. Zal Marinette, als ze eenmaal is afgestudeerd, niet een werk kring zoeken in de stad? Daar is toch carrière te maken voor een meisje met een titel? „Beslist niet", verklaarde ze mij. „Ik zou het werkelijk als een soort verraad aan Chalan gon beschouwen. Onze familie woont er al honderden jaren. Ik hoor er thuis." „Maar neem me niet kwalijk, dat ik dit onderwerp ter sprake breng u ziet er niet uit, dat u nooit zult gaan trouwen. Wat dan?" Zag ik een spottend of al leen maar een vrolijk licht in haar ogen? „Wat dan?" herhaalde ze. „Wat dan nog! Dan heeft Cha langon een getrouwde burge meester! Vindt u dat zo weemd?" De raad van Europa zal dit jaar aan de ongeveer twintig bestaande studiebeurzen van drieduizend gulden een aantal beur zen tot een totaal bedrag van negentig duizend gulden toevoegen voor medici die zich op de hoogte willen stellen van nieuwe methoden in Europese landen en voor on derzoek in het belang van geheel Europa. Kandidaten voor deze beurzen moeten zich voor 15 maart melden bij de Dienst voor culturele betrekkingen van het ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschap pen, Prinsessegracht 15, voor de oude, en bij dr. C. van den Berg, directeur-generaal van de internationale betrekkingen op het gebied van de openbare gezondheidszorg, flatgebouw „Willemspark", Zeestraat 73, voor de nieuwe beurzen. Beide adressen zijn in Den Haag. ADVERTENTIE Alle merken, dus ruime keuze ENGEL, Gr. Houtstr. 181, Tel. 14444 De berichten uit geheel Europa blijven melding maken van de nog immer zeer hevige koude. In Parijs kwamen vele sterfgevallen ingevolge de koude voor. In Grenoble is de president van het Hof van Appèl op weg naar het paleis van Justitie plotseling van koude doodgeble ven. Ook uit Spanje, Boven-Italië en de Balkan worden zeer lage temperaturen gemeld. Er valt hier ook veel sneeuw. In de republiek San Marino ligt de sneeuw anderhalve meter hoog. In een bosch van de Transsylvanische Alpen zijn vijftien houthakkers door 'n sneeuw storm overvallen. Toen men hen na da genlang zoeken had gevonden, lagen zij onder een laag van veertien voet sneeuw bedolven.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1957 | | pagina 5