F
Achter de IRA-acties steekt een
bittere, vermoeide triestheid
Mademoiselle de bur
Vjjftig jaar geleden
Ondiplomatiek
WEERZIEN MET IERLAND
NAAIMACHINES
Van dag tot dag
En Suez
Opgekropte spanningen zoeken uitweg
en het oude recept is: geweld!
<^Praatótoel
3
Sleepdienst over zee met
atoomvliegtuigen?
Wanhoop
Frustraties
Op de
Proefproces waarschijnlijk
over toto-kansspelen
J. J. F. Kemming
Studiebeurzen van de Raad
van Europa
Uit Haarlems Dagblad
van 12 februari 1907
DINSDAG 12 FEBRUARI 1957
Welk standpunt men ook inneemt ten
aanzien van het geschil tussen Nederland
en Indonesië inzake Nieuw-Guinea, men
zal zich uit het oogpunt van beschaafde
internationale omgangsvormen toch moei
lijk kunnen verenigen met de methode, die
de Indonesische ambassadeur in Manilla,
Pumantjak, op verdekte wijze heeft aan
bevolen om de oplossing van het geschil
te bevorderen: namelijk de methode der
chantage.
Pumantjak heeft de geslonken, nog in
Indonesië verblijven'1! groep Nederlanders
gedreigd met „een zorgwekkende situatie",
die zou ontstaan wanneer niet spoedig een
oplossing voor de kwestie Nieuw-Guinea
zou worden gevonden. Hij heeft dus een
methode van afpersing aanbevolen, die
door onverantwoordelijke elementen in
Indonesië maar al te gaarne zou worden
gevolgd, doch die door geen enkele rege
ring zou kunnen worden toegepast zonder
dat zij haar aanzien te grabbel zou gooien.
Het Indonesische kabinet beschikt over
middelen genoeg om het de Nederlanders'
in Indonesië moeilijk te maken en ten
dele heeft zij deze middelen niet onge
bruikt gelaten, doch dat geschiedde dan
om de Nederlanders te stoten uit de be
voorrechte posities, die zij tengevolge van
de vroegere situatie innamen. Wanneer de
Indonesische regering echter zou overgaan
tot represailles tegen de Nederlanders
die zich onder haar bescherming hebben
gesteld na de souvereiniteitsoverdracht
om een politiek doel te bereiken, zou zij
zich schuldig maken aan een flagrante
schending van een internationale regel en
een overal ter wereld erkend beginsel van
humaniteit. Dit is, terecht, vastgesteld door
het onafhankelijke Indonesische blad
„Times of Indonesia" en zal ook door be
schaafd" Indonesiërs worden onderschre
ven. Dat de heer Pumantjak blijkbaar niet
tot deze laatste groep gerekend wenst te
worden, schaadt het aanzien van het ge
hele Indonesische diplomatieke apparaat
in het buitenland.
Er valt, volgens de berichten uit Wash
ington, een lichte dooi te bespeuren in de
ijzig starre houding, die de Amerikaanse
regering de laatste maanden tegenover Is
rael heeft aangenomen.
Men mag, vrezen wij, hieruit niet op
maken dat Dulles nu eindelijk de recht
vaardigheid heeft ingezien van Israel's eis,
dat het garanties voor zijn veiligheid en
voor het ongehinderd functioneren van
zijn scheepvaart krijgt alvorens het Egypte
weer toelaat op strategische punten, die
jarenlang misbruikt zijn als bases voor
moorddadige Egyptische overvallen. Maar
wel schijnt Dulles te hebben begrepen, dat
zijn eigen positie thuis langzamerhand in
gevaar zou komen als hij nog langer om
moreel onverdedigbare redenen Egypte in
„bescherming" zou blijven nemen tegen
het kleine Israel, dat niets anders ver
langt dan met rust gelaten te worden.
Dulles schijnt Israel nu in uitzicht te
hebben gesteld, dat de V.S. op twee punten
aan de Israëlische eisen tegemoet zullen
komen als Israel zijn strijdkrachten binnen
de oude bestandslijn terugtrekt. Die pun
ten zijn: vrije vaart in de Golf van Akaba
en UNO-toezicht op de strook van Gaza.
Wat dit laatste betreft, zal het de regering
in Jeruzalem weinig gerust stellen, dat ge
sproken wordt van UNO-strijdkrachten „of
waarnemers van die organisatie", want
waarnemers waren er rondom Gaza ook
vóór november j.l. en zij zijn er nooit in
geslaagd, de Egyptische overvallen te ver
hinderen.
Maar wat nog meer de aandacht trekt,
is dat in de voorstellen van Dulles geen
woord wordt gezegd over een garantie aan
Israel voor vrije doorvaart door het Suez-
kanaal. We kunnen niet aannemen, dat
Dulles dit detail heeft „vergeten" of dat
de Israëlische regering die eis maar heeft
laten vallen. Voor de nationale economie
van Israel is het Suez-kanaal nog belang
rijker dan de Golf van Akaba. Buigt Dul
les op dit punt nog steeds voor de wil van
Nasser? Als dat zo zou zijn, zou het daarop
neerkomen dat Amerika stilzwijgend het
recht van Egypte erkent, te blijven be
palen welke schepen wel en niet door
het Suezkanaal mogen varen en dus het
karakter van internationale waterweg aan
het kanaal te ontnemen. Hebben tal van
landen, waaronder Nederland, daarom bij
gedragen in de kosten van vrijmaking van
het kanaal?
Wij zien verlangend uit naar een ver
klaring van de Amerikaanse regering, die
een bevredigend antwoord geeft op de
vraag of Washington de belangen van alle
zeevarende volken (met inbegrip van Is
rael) of de belangen van de politiek van
Dulles voor het Nabije Oosten het zwaarst
zal laten wegen.
LONDEN (AFP). Volgens de Londen-
se „Sunday Times" bestuderen Britse
vliegtuigbouwers de mogelijkheid om door
kernenergie voortbewogen „sleepvliegtui-
gen" te vervaardigen, die konvooien
transporttoestellen over de Atlantische
Oceaan kunnen brengen. De deskundigen
zouden voor lijnvliegtuigen, die met kern
energie worden voortbewogen, niet veel
voelen met het oog op het gevaar van uit
straling ingeval van ongelukken.
(Van onze reisredacteur
DUBLIN, februari. Weerzien met
Ierlandals de verre zon door de
grijze nevel van de late middag breekt,
beleeft ieder zintuig gretig de herkenning
van Dublin. Een warm licht weerkaatst
in de glimmende straten en de ruiten
van de vlakke, ouderwetse georgiaanse
gevels, baksteenrood of zwart-berookt,
die in lange rijen, sleets en plechtig,
tegenover elkaar staan. Dublin stookt
turf, de rook uit duizend schoorstenen
legt een waas van prikkelende geur over
de oude stad. Er is ook de reuk van
natte tweed. Dublin blijft Dublin, in de
bar van „The Shelbourne" bespreekt de
„racing crowd", besnord en geruit, de
net geopenbaarde handicaps van de
Ierse paarden in de Grand National, in
het benedenzaaltje van „The Bailey" eet
men nog steeds onder de striemende
pamfletten van de Ierse vrijheidsstrijd:
Ieren, de aalmoes die de laffen en zelf-
zuchtigen onder u als pachtverlaging
krijgen, is geverfd met bloed van John
Dillon, voor u verrot en gestorven in een
Britse kerker".
En ook de Dubhners zijn dezelfden ge
bleven, men ontmoet de melancholie van
blauwe ogen in blanke meisjes ge
zichten onder zwart haar, de wangen
van de veehandelaar blijven door whisky
rood geverfd, potige studenten hebben
gedeukte rugby-neuzen, de dikke dichter
snelt weer met open fladderende jas en
een hoofd vol briljante in- en uitvallen
naar zijn stamkroeg, er zijn de taaie,
magere dokwerkers, met de pet over de
ogen, achter glazen donker bier in don
kere, kale „pubs", en op de straathoek
staat de halfkindse bedelaar in onvoor-
?lbare lompen, een ongeschoren hei
lige, die in hevige verrukking over de
huizen naar de hemel kijkt.
achtergrond van een voortdeinend land
schap van groene heuvels, waarover de
borstelige donkere heggen en grijze muren
een vreemd patroon van strepen trekken.
De grillen van het Ierse weer zorgen voor
de belichting, rukken, drie, vier keer per
dag woedend een regengordijn over het
toneel, pruilen bokkig na en stralen eens
klaps op in een betoverende lach van
zacht zonlicht. En zo speelt het eeuwige
toneelstuk voort, dat Ierland heet, een
vreemd, maar beminnelijk stuk, waarin
geen glimlach zonder traan is' en geen
traan zonder glimlach.
De ganse rolbezetting van eigenzinnige,
onbedwingbare karakterspelers is compleet
gebleven en ook de oude décors zijn blijven
staan, de rauwe donkere stad tegen de
Zo verrukt raakt men bij het weerzien
van de oude geliefde, dat men het einde
van de bui van bittere vermoeide triest
heid, die men het eerst ontmoet, lijdzaam
afwacht en pas na een paar dagen op
merkt, dat de kentering naar de speelse
glimlach dit keer niet makkelijk komen
wil. Het Ierland, dat zes jaar geleden
zorgeloos een nieuwe toekomst dacht bin
nen te glijden, is vandaag in een scheme
rige acte van zijn historie aangeland. Men
kan een paar uiterlijke kenmerken daar
van elke dag in de Dublinse bladen lezen:
„Leden van illegale organisatie blazen
twee bruggen in het noorden op" of „Vier
mannen veroordeeld wegens misdrijven
tegen de staat". Voor de zoveelste maal in
de Ierse geschiedenis spreekt, tot wanhoop
van de regering, het pistool weer mee in
de politiek. Wat de kranten „een illegale
organisatie" noemen op verzoek van de
regering om de terroristen geen gratis pu
bliciteit te geven is de IRA, de Ierse
Republikeinse Armee, een schimmig leger
in burger, waarvan de leden, met machine
pistolen en staven dynamiet, als dieven in
de nacht over de grens met Ulster sluipen
„om de Britse bezettingstroepen te ver
jagen en Ierlands bevrijding te voltooien".
U kent de historie. Toen Ierland 35 jaar
geleden eindelijk het Britse juk afschudde,
verkozen zes (in meerderheid protestantse)
van Ierlands 32 graafschappen dat Britse
juk boven hetgeen, naar zij vreesden, een
rooms katholiek juk zou worden. Die af
scheiding van Noord-Ierland, die partitie
van het Ierse eiland, werd een eindeloos
twistpunt, waarin pistoolschoten de argu
menten af en toe kracht bijzetten. Sinds
12 december is dat weer zo. De IRA en
Landelijk Ierland: een paardenmarkt
in Killarney.
Het wilde landschap van het graafschap
Antrim in Noord-Ierland, waar een vlie
gende colonne van de IRA heet
te opereren.
twee concurrerende organisaties, „Saor
Uladh" (Vrij Ulster) van senator Liam
Kelly en de splintergroep van Joe Mac-
Crystle, zijn nu al twee maanden bezig met
een min of meer georganiseerde terreur-
campagne in het noorden, een vreemde
actie van gewelddadigheid, waarvan de
beweegredenen u aanvankelijk even onbe
grijpelijk voor zullen komen als zij dat
mij deden.
Voordat ik u derhalve voorstel aan de
harde jongens met de verdachte bobbel
van een schouderholster onder hun jasje,
neem ik u eerst mee om een glas Ierse
whisky te drinken in de „pub" van een
oude vriend, die ik nu maar Liam Doherty
zal noemen en die uitleg zal geven van de
trieste bitterheid, die men nu al te vaak
op het groene eiland vindt. „Frustratie",
zegt Liam, die dat een mooi woord vindt.
„Frustratie op alle fronten. Ierland heeft
zevenhonderd jaar tegen de Britten voor
zijn vrijheid gevochten. En wat nu? Zijn
we werkelijk een echte, eigen Ierse natie
geworden? Nou ja, we zijn tenminste bijna
allemaal rooms katholiek, maar waar is de
rest van onze Ierse identiteit? Wie spreekt
er werkelijk „gaelic" (de officiële keltische
taal)? De nationalisten willen de Engelse
wals uitbannen en Ierse dansen invoeren,
maar helpt dat soms wat? Mijn zakken
zitten vol Engels geld, we blijven aan
Engeland verklonken, of we het willen of
niet. En economisch zitten we aan de
grond: een vrij Ierland, ja, ja, maar we
hebben honderdduizend werklozen en vijf
tigduizend Ieren emigreren jaarlijks, om
dat ze in het vrije Ierland alleen maar
ADVERTENTIE
Voor bestelwerk RENAULT
300 kg, 1000 kg en 1500 kg. Honderden in
Haarlem in gebruik. Laadruimte tot 9 m3.
Prijzen geheel compleet
resp. 4190.—, 6700.— en 6900.—
GARAGE DEN HOUT
vrij zijn om van de honger te sterven. En
omdat er geen werk is, trouwen de man
nen hier, door de bank, pas op hun 33ste
en de vrouwen op hun 29ste jaar. In een
strikt-puriteins rooms katholiek land be
tekent dat sexuele frustratie. Nu, als er
dan in een land, dat zevenhonderd jaar
lang geleerd heeft, dat je alleen met ge
weld iets kan bereiken, voor al die natio
nale, sociale en persoonlijke frustraties,
voor al die opgekropte spanningen zo'n
mooie uitweg voor de hand ligt, als er
tegen eilandbewoners, voor wie een eiland
een wereld is, gezegd wordt: „Ieren, een
deel van uw land wordt bezet gehouden",
dan barst het los. Na zevenhonderd jaar
vechten werd 35 jaar vrijheid voor een
hoop mensen een tegenvaller. En vooral
de laatste paar jaar, toen we de verdien
sten uit de oorlog opgefeest hadden. Nu
gaan we de magen vullen met de mystiek
van het heilig verenigd Ierland. Vrijwil
ligers voor de opperste opoffering vóór!
Dat wou ik je maar even zeggeh, voordat
ik je morgen twee van de leiders thuis-
stuur!
Kamertjeszorgen
Het laat zich aanzien, dat een groot deel
van mijn genoegen hedenavond uit twee
gaten in de muur moet komen. Het is het
stopcontact, dat mij deel doet hebben aan
het hedendaagse comfort. Het aantal gaten
kan nog tot zes worden uitgebreid door
aanbrenging van een zgn. dubbele stekker.
Daardoor zijn, terwijl ik gemakkelijk in
een stoel zit te lezen, drie apparaten voor
mij in actie: een radio, een straalkachel en
een theelichtje. Wat wens ik mij méér?
Na zonsondergang blijkt weldra wat ik
mij meer wens. Er moet licht komen, wil
ik niet in het duister gaan tasten bij een
boeiende intrige welke Walter Scott voor
mij uitspint. Er zal dus iets anders uit
moeten. De straalkachel kan niet uit, want
de afkoeling, die dit tengevolge heeft, zal
al mijn genoegen ondermijnen. Ook het
theelichtje zal aan moeten blijven, want
binnen een half uur is mijn keel dermate
drooggerookt, dat ik plotseling thee zal
begeren. Rest de radio, die ik zó weinig
pleeg te horen, dat ik alles klakkeloos
accepteer, wat eruit komt. Ik heb even
graag een beetje kamermuziek om mij heen
als een lezing over het pre-glaciaal, ver
mits het maar uit die radio komt. De magie
van het „luisteraar-bij-uw-toestel" heeft
mij nog altijd beet.
En toch zal er iets uit moeten. Ik ga ze
weer alle vier langs: warmte, thee, licht
en geluid wat kan ik missen? Als ik
even niet lees, heb ik geen licht nodig.
Ik kan naar de radio gaan luisteren, nu
deze toch aanstaat. Het is die lezing over
de ijstijd. Daar pas ik voor. Ik vind het
leuk om die man te hóren, maar ik heb
geen zin om ook nog naar hem te luis
teren.
Als er dan niets uit kan, dan kan er
misschien éven iets uit. Neem het thee
lichtje. Maar dan vergeet ik natuurlijk
het weer in te schakelen. Als ik daaren
tegen het kacheltje even uitdoe, dan merk
ik wel ao.n mijzelf wanneer het weer aan
moet.
Het straalvuurtje gaat dus uit en er
wordt eindelijk een nieuw licht geworpen
op de gebeurtenissen in het boek. Maar de
warmte, die zoeven nog in golven over mij
heengleed, blijkt nergens te zijn blijven
hangen.
Het kacheltje moet onmiddellijk weer
aan. Maar wat kan er dan uit? De radio
geeft juist het nieuws. Laat ik het niet
missen door al dat gepieker over wat ik
niet kan missen. Er is genoeg ellende in
de wereld, hóór maar. Ik wil thee.
Het is toch aardig om elk moment over
hete thee te kunnen beschikken. Waar is
de suiker? Er is geen suiker meer. Met
een vertrokken gezicht drink ik het af
treksel. Maar tegelijk met het bittere
vocht komt er een grote rust in mij: het
theelicht kan uit.
Alles is in orde: Warmte. Licht. Geluid.
En als ik een droge keel krijg, dan drink
ik voor mijn part een beetje water.
Henk Biersteker
„The Four Courts",
het gerechtshof in
Dublin, waar een aan
tal door de Ierse re
gering gearresteerde
leiders van de IRA
wegens „misdrijven
tegen de staat" tot
gevangenisstraffen
van enkele maanden
zijn veroordeeld.
Lichte straffen voor
terroristen, die een
nabuurstaat aanval
len? De Ierse regering
wil van hen geen
martelaren maken, zij
weet dat de terroris
ten op heimelijke pu
blieke sympathie kun
nen rekenen.
Britse tabaksfabrikanten hebben
68.679 pond sterling (ongeveer 750.000
gulden) bijeengebracht voor onderzoek
naar het verband tussen roken en
longkanker.
In verscheidene grote gemeenten verza
melt de politie materiaal, dat betrekking
heeft op de organisatie van kansspelen
(toto's). Dit materiaal zal dienen ter na
dere bestudering door de Justitie, tenein
de vast te stellen in hoeverre er bij deze
organisatie sprake is van overtreding van
de Loterijwet. Nagegaan wordt vooral, of
de deelnemers aan deze spelen gerekend
kunnen worden tot een „besloten groep".
Verwacht mag worden, dat eerlang een
proefproces zal worden gehouden om een
uitspraak van ons hoogste rechtscollege te
verkrijgen.
Dit jaar hoopt'Marinette Ro
man haar studie te beëindigen.
U vindt dat misschien niet be
langrijk, want u kent Mari
nette niet, maar ik verzeker u,
dat de inwoners van Chalan-
con het wel degelijk een ge
beurtenis vinden om er feest
voor te vieren. Marinette Ro
man is namelijk burgemeester
van dit vriendelijke dorp in
het departement de la Dröme,
„mademoiselle le maire" om
het eens taalkundig minder
juist te zeggen.
Ook in ons land zijn ze niet
geheel onbekend, de kloeke
vrouwen, die de raadsvergade
ringen met vaste hand leiden
en de ambtsketen met charme
dragen. Ik heb hier echter nog
nooit gehoord van een burge
meester-studente, wat iets an
ders is dan een studente, die
zich bekwaamt voor het ambt
van hoofd der gemeente. Nee,
Marinette was het al drie jaar
geleden, toen ze haar tweeën
twintigste verjaardag vierde.
Haar studievak, sociologie,
staat ogenschijnlijk slechts in
heel verwijderd verband met
de begroting voor openbare
werken.
Ik ben haar zelf eens gaan
vragen op welke wonderlijke
wijze zij tot haar hoge waar
digheid werd geroepen. In
Chalangon, vijftig kilometer
ten oosten van de nogastad
Montelimar, was ze echter
niet te vinden. „Het best kunt
u naar Lyon gaan", zei de
plaatselijke brievenbesteller en
kantoorhouder der posterijen,
terwijl hij een straatnaam en
huisnummer op een papiertje
krabbelde. „Daar is ze van
Nog één keer een uitzonderlijk beroep, pardon, ambt en
wel dat van een jonge, charmante Frangaise. De tijd, waarin
een Jeanne d'Arc kon opstaan, mag dan voorbij zijn, dit meisje
is het levende bewijs, dat de geest van Frankrijk nog lang
niet gestorven is.
maandag tot vrijdag."
Natuurlijk trof ik haar niet
thuis, dat was ook te veel van
het geluk gevergd. De portier
van het universiteitsgebouw
had Marinette die dag nog
niet gezien. Maar een juist
passerende student kon mij
van dienst zijn. „Ik ben er bij
na zeker van, dat we haar in
de bibliotheek kunnen vinden",
zei hij. En hij bracht me door
een labirinth van gangen naar
een statige zaal vol u hebt
het vast al geraden boeken.
„Daar zit ze", stelde de jongen
voldaan vast. Ik keek in de
richting, die zijn vinger aangaf
en moest even slikken.
Hoogedelachtbare heren bur
gemeesters, die mij wellicht
de eer aandoen dit stukje te
lezen: excuseert u mij. Ik had
mij een zekere voorstelling ge
vormd van het meisje, dat zich
tot het burgemeestersschap
voelde aangetrokken wat al
te ernstig, al te zakelijk voor
haar leeftijd, een beetje ouwe
lijk zelfs, kortaf, autoritair,
misschien zelfs enigszins hoog
hartig. En wat zag ik? Een
lief studentje. Goed, maar niet
overdreven opgemaakt, fijne
wenkbrauwen, bruin haar met
een natuurlijke golf, vriende
lijke ogen met een tikje spot
erin. En nu ik toch zo bezig
ben, laat ik me niet meer
weerhouden: gekleed in spor
tieve blouse en wijde rok. Die
rok zag ik overigens pas, toen
ze ging staan om mijn bege
leider gelegenheid te geven
mij aan haar voor te stellen.
Of nee, op dat moment kon ik
eigenlijk alleen maar naar
haar grote bruine ogen kijken.
Zal ik nu maar liever op een
ander chapiter overgaan?
We moesten op gedempte
toon praten, maar ik miste
geen woord.
„Het is niet zo vreemd als
het lijkt", verklaarde Mari
nette. „Onze familie heeft van
geslacht op geslacht de burge
meesters geleverd voor Cha
langon. Mijn vader was het
dus ook, tot einde 1953. Toen
kreeg hij als landbouwexpert
een vererende opdracht van de
regering en die nieuwe func
tie was onmogelijk te combi
neren met het ambt van maire
Hij heeft in de gemeenteraad
gezegd: „Als jullie per se een
Roman als burgemeester wil
len hebben, zullen jullie mijn
dochter moeten nemen". Dat
had, eerlijk gezegd, wel even
wat voeten in aarde, maar ook
al uit praktische overwegin
gen papa heet ook M. Ro
man, zodat het drukwerk niet
hoefde te worden veranderd
zijn de raadsleden ermee ak
koord gegaan. Enfin, de stuk
ken zijn naar de prefect ge
stuurd en een paar maanden
later was de zaak in orde."
„En hoe doet u het nou? Ik
heb toch begrepen, dat u de
hele week in Lyon bent en al
leen het weekeinde in Cha
langon doorbrengt."
„Dat is ook zo, maar och, zo
heel veel schokkends gebeurt
er echt niet bij ons. Het is nog
pas een keer voorgekomen, dat
de wethouder-gemeentesecre
taris mij hier moest komen
opzoeken, omdat mijn hand
tekening nodig was."
Er mogen dan van Marinette
Roman geen revolutionaire
beslissingen worden vereist,
het eenvoudige ambt van plat
telandsburgemeester brengt
toch zoveel vraagstukken mee,
dat de studie haar wel eens
zwaar valt. Deze welgestelde
boerendochter vat haar taak
uiterst serieus op. Weliswaar
worden de lopende zaken door
de wethouders behartigd, maar
ze blijft zich van alles op de
hoogte houden onj straks als
volwaardig functionaris de
teugels in handen te kunnen
nemen.
In Chalangon heerst de op
vatting, dat een echtverbinte
nis geen rechtsgeldigheid be
zit, wanneer de acte niet door
een Roman is getekend. Van
daar, dat nu al enige jaren de
huwelijken op een zaterdag
worden gesloten; Marinette is
dan thuis en fungeert ambts
halve als ambtenaresse van de
burgerlijke stand.
Deze zomer hoopt ze voor
goed naar haar dorp terug te
keren, niet alleen in het bezit
van haar graad, maar tevens
als gediplomeerd sociaal werk
ster en verpleegster. Ze weet,
dat Chalangon geen burge
meester kan gebruiken als or
nament achter een bureau.
Niet alle boeren zijn even rijk
als de Romans; ze wil vooral
voor de in minder gunstige
omstandigheden levende in
woners iets trachten te zijn.
„De huisvesting van de land
arbeiders moet nodig worden
verbeterd", zei ze bezorgd. „Ik
zal er mijn uiterste best voor
doen."
Tijdens mijn korte bezoek
aan haar geboortedorp had ik
uit opmerkingen van enkele
mensen, die ik sprak, wel kun
nen opmaken, dat men best
tevreden is met „mademoiselle
le maire". Er blijven echter
nog een paar problemen. Zal
Marinette, als ze eenmaal is
afgestudeerd, niet een werk
kring zoeken in de stad? Daar
is toch carrière te maken voor
een meisje met een titel?
„Beslist niet", verklaarde ze
mij. „Ik zou het werkelijk als
een soort verraad aan Chalan
gon beschouwen. Onze familie
woont er al honderden jaren.
Ik hoor er thuis."
„Maar neem me niet
kwalijk, dat ik dit onderwerp
ter sprake breng u ziet er
niet uit, dat u nooit zult gaan
trouwen. Wat dan?"
Zag ik een spottend of al
leen maar een vrolijk licht in
haar ogen?
„Wat dan?" herhaalde ze.
„Wat dan nog! Dan heeft Cha
langon een getrouwde burge
meester! Vindt u dat zo
weemd?"
De raad van Europa zal dit jaar aan de
ongeveer twintig bestaande studiebeurzen
van drieduizend gulden een aantal beur
zen tot een totaal bedrag van negentig
duizend gulden toevoegen voor medici die
zich op de hoogte willen stellen van nieuwe
methoden in Europese landen en voor on
derzoek in het belang van geheel Europa.
Kandidaten voor deze beurzen moeten zich
voor 15 maart melden bij de Dienst voor
culturele betrekkingen van het ministerie
van Onderwijs, Kunsten en Wetenschap
pen, Prinsessegracht 15, voor de oude, en
bij dr. C. van den Berg, directeur-generaal
van de internationale betrekkingen op het
gebied van de openbare gezondheidszorg,
flatgebouw „Willemspark", Zeestraat 73,
voor de nieuwe beurzen. Beide adressen
zijn in Den Haag.
ADVERTENTIE
Alle merken, dus ruime keuze
ENGEL, Gr. Houtstr. 181, Tel. 14444
De berichten uit geheel Europa blijven
melding maken van de nog immer zeer
hevige koude. In Parijs kwamen vele
sterfgevallen ingevolge de koude voor.
In Grenoble is de president van het Hof
van Appèl op weg naar het paleis van
Justitie plotseling van koude doodgeble
ven. Ook uit Spanje, Boven-Italië en de
Balkan worden zeer lage temperaturen
gemeld. Er valt hier ook veel sneeuw.
In de republiek San Marino ligt de
sneeuw anderhalve meter hoog. In een
bosch van de Transsylvanische Alpen
zijn vijftien houthakkers door 'n sneeuw
storm overvallen. Toen men hen na da
genlang zoeken had gevonden, lagen zij
onder een laag van veertien voet sneeuw
bedolven.