Scherpe verwijten in Velsens raad tegen burgemeester en fa. van Hattum Zeebad-IJmuidenfraai wapen in strijd tegen basisindustrie „Laakbare en ontoelaatbare handelingen-Velsen wijkt niet" artistiek „Liever miniatuur-New York dan fabrieksschoorstenen" Velsen kapittelt Beverwijk IJmond-verhoudingen ernstig geschaad Avonturiers op de rotsen Jeugd krijgt ruimte 7 Tegenspraken Geen goed woord Huizen gevraagd Onsportief Tekst „vrijhandelsverdrag" visserij aan senaat voorgelegd Liberiaan met ketelschade krijgt hulp van sleper „Zwarte Zee" Man en woord Nederlandse export van haring bedreiging voor Engeland Sabotage op Britse schepen communistisch werk? KENT U DAT GEVOEL van heerlijk uitrusten? WOENSDAG 13 MAART 1957 HET NIEUWE, uitermate moeilijk lijkende geschilpunt in de verhouding tussen Beverwijk en Velsen, die de afgelopen maanden enigermate tot rust scheen te komen, heeft gister avond in Velsens raad een ernstig debat gaande gemaakt: de kwestie Van Hattum en Blankevoort is aanleiding geworden tot een algemene ontstemming onder Velsens afgevaardigden, zowel jegens het beleid van burgemeester J. G. S. Bruinsma van Beverwijk als tegen de firma Van Hattum en Blanke voort. De voorgeschiedenis is bekend: Van Hattum had in principe een stuk grond aan het Brinioplein te IJmuiden aanvaard om er haar nieuwe kantoren op te trekken, Velsen maakte deze grond ten koste van veel offers bouwrijp tot de nieuwe burgemeester van Beverwijk enige weken terug in deze situatie sprong, door Van Hattum te bewegen toch maar in de oude plaats van vestiging te blijven. Waarop Van Hattum inderdaad beloofde te blijven en volgens het college van Velsen in feite contractbreuk pleegde. De narig heid werd verergerd doordat de Beverwijkse eerste burger deed voorkomen alsof het initiatief tot de nieuwe onder- Alle fracties zijn over deze aangelegenheid aan het woprd geweest en zij waren stuk voor stuk van oordeel, dat hier ontoelaatbare feiten zijn voorgevallen, al was de woordkeus verschillend en liep het begrip voor het standpunt van Beverwijks burge meester uiteen van nihil tot maar-net-voldoende. Er is tevens diverse malen op gewezen, dat de heer Bruinsma zijn stappen onder nam zonder zijn wethouders erin te kennen en tenslotte tot openbaarmaking overging, weer buiten zijn mede-collegeleden om. De tegenzet van Velsen in deze ongemakke lijke affaire wilde de heer Verbeek om-der-diplomatie-wille nog liever niet over het voetlicht brengen, al viel uit zijn woorden op te maken, dat noch de firma Van Hat tum, noch de Beverwijkse burgemeester „van Velsen af zijn". De heer Lips (A.R.), een der voorzich tigste critici in deze, begon met te zeggen, dat er niets juridisch vast staat - er is in feite geen contract opgemaakt, maar een wereldfirma van de renommée als Van Hat tum en Blankevoort, zou ook de morele zijde van de afspraken moeten onderken nen en zich daar aan houden, meende hij. Hij kon zich het standpunt van de Bever wijkse burgemeester enigszins indenken, die zich in de tijdens een vorig bewind eenmaal verkoelde verhouding tussen de gemeente Beverwijk en de firma Van Hat tum verdiepte en toen een mogelijkheid zag, om de firma alsnog in zijn stad te houden. Wel was voor de heer Lips be palend in deze zaak, wat er door Van Hattum gezegd is, toen de burgemeester haar benaderd had: ware toen de binding met Velsen ter tafel gekomen, dan zou een contact met Velsen en een uitpraten van de situatie een berg narigheid hebben voorkomen. „Er is geen enkel contact geweest" merk te de voorzitter van Velsens raad, bur gemeester mr. M. M. Kwint, die zich ver der de hele avond niet inliet met de dis cussies, bij interruptie op. De heer Lips zag de aantrekkelijkheden van het Beverwijkse aanbod voor Van Hattum ook wel, maar aan de andere kant vroeg hij zich af, of deze onderneming, die zich nog steeds niet definitief heeft terug getrokken van de Velsense grond, niet twee ijzers in het vuur wenst te houden. Hij zag inmiddels geen aangrijpingspun ten om een proces tegen de firma te be ginnen, maar nam wel aan, dat deze onder neming tenslotte verplicht zou zijn, de door Velsen gemaakte kosten voor haar reke ning te nemen. Tenslotte sprak hij de hoop uit, dat de deur nog niet geheel dicht is. Mevrouw H e y k o o p (Vrijheid) pakte de affaire iets steviger aan en stelde tegen over elkaar de verklaring van de burge meester in eerste instantie, dat hij niet naar Van Hattum is gegaan, wat hij later in een mededeling aan de pers herriep, terwijl Van Hattum zelf ook het initiatief naar de heer Bruinsma terugwees. Zij vroeg, of Van Hatturti wellicht ten gerieve van Vel sen „iets anders" op de nu al klaargemaak te grond bij het Brinioplein wil plaatsen. Feller nog werd de heer Van Os van de Abeelen (Arbeid), die herinnerde aan de aanloop tot deze kwestie: het mo ment, waaróp Velsen de plannen van Van Hattum voor een vestiging in IJmuiden opving en het spel daarna speelde zonder een zweem van leedvermaak jegens Bever wijk. Sindsdien is dat zo gebleven - van enige triomf aan Velsens zijde is nimmer sprake geweest en dit strikt-zakelijke ele ment is nu weer bijzonder actueel voor Velsen geworden tijdens de huidige betreu renswaardige ontwikkeling. Hij noemde het een grote dwaasheid, wanneer de beide gemeenten elkaar zouden dwarszitten op het punt van industriële vestigingen en stelde voorop, dat de IJmond moet bewijzen, een grotere gezamenlijkheid waard te zijn. In dit speciale geval echter had de heer Van Os het sterke vermoeden, dat de heer Bruinsma het initiatief tot het behouden van de firma Van Hattum had genomen en dat daar de sleutel tot de gerezen moeilijk heden ligt. „Wij, die al jaren lang alle moeite doen, om geen zaken verkeerd te laten lopen, wetend, dat zelfs onbelangrijke aangelegen heden van funeste invloed op de atmosfeer kunnen zjjn, achten het hoogst betreurens waardig, dat een nieuwkomer zich op deze wijze in dit wespennest heeft gestoken." Hij hoopte, dat Beverwijks burgemeester de les nu geleerd heeft, want het zou heel jammer zijn, aldus de heer Van Os, wan neer dit géval de afspiegeling zou zijn van de Beverwijkse meningen over de opvat tingen der burgemeesterlijke taak. Hij viel vervolgens de firma Van Hattum ongezouten aan met de opmerking, dat firma's als deze niet alleen een zuiver economische verantwoordelijkheid hebben, maar ook een maatschappelijke, zoals bij voorbeeld ettelijke grote bedrijven in de TJmond elke dag weer laten zien. De firma Van Hattum heeft in maatschappelijk op zicht (ongewild wellicht) een rol vervuld, sinds het ogenblik, waarop er met Velsen over de vestiging van het bedrijf daar werd gesproken. „Het gaat niet aan, noch op zakelijke, noch op morele gronden twee ijzers in het vuur te houden" meende de socialistische fractiepreeses, die weinig respect kon hebben voor het gebrek aan maatschappelijk verantwoordelijkheidsbe sef, dat hieruit gebleken is. De gemeente Velsen had naar zijn oor deel niets ontoelaatbaars gedaan en dat maakt haar sterk in dit geschil - Velsen „vrijde" nimmer om het bedrijf en over won zijn bezwaren om een plein deels op te offeren voor een nieuwe vestiging. De heer Van Dongen (C.H.U.) moti veerde zijn afkeuring van de gang van zaken met een opmerking over het gebrek aan overleg tussen Beverwijk en Velsen en hij vond de houding van de betrokken firma bijzonder onsportief. Met de vraag, of de heer Bruinsma ineens populair wilde worden en een herinnering aan de uitlating van de wethouder Verbeek „Een man een man, een woord een woord" besloot hij zijn oordeelvelling, die gevolgd werd door de eveneens onomwonden taal van de com munistische heer Kruisman, die het maar een ongehoord schandaal vond: „Als dit de manier van samenwerken is, heeft de nieuwe Beverwijkse burgemeester een bijzonder verkeerde koers gevaren". De heer Nuyens had als voorzitter van de Katholieke fractie ook geen goed woord over voor de affaire, al toonde hij begrip voor het aanvechtbare spelletje, dat de firma Van Hattum en Blankevoort had ge speeld, door twee gemeenten tegen elkaar uit te spelen. Hij meende met het college, dat er be paald sprake is van een rechtsgeldige overeenkomst aangaande de grond in Vel sen en de woorden vah wethouder Verbeek „Ik ontbond deze overeenkomst niet" had hij dan ook zeer ernstig opgevat: Van Hattum heeft inmiddels gevraagd om „de procedure" op te schorten en gaf daarmee dus te kennen, dat er een overeenkomst is, maar wanneer men, zo zei de heer Nuyens, de zaken van hun sentiment en ressenti ment ontdoet, is het denkbaar, dat Van Hattum twee aanbiedingen tegen elkaar afweegt en de voordeligste kiest - denk baar echter alleen, zolang de fatsoenlijke weg wordt bewandeld. En dat was volgens de heer Nuyens nu net niet gebeurd: door twee elementen is de kwestie laakbaar en onaanvaardbaar geworden. De suggestie van burgemees ter Bruinsma als zou Van Hattum naar hem zijn toegekomen omschreef de heer Nuyens als laakbaar, omdat het een leugen bleek te zijn, de manier, waarop er twee ijzers te vuur werden gehouden, noemde hij onaanvaardbaar. Hoewel, nogmaals: dit gebeurt meer in de handel en hoeft als zodanig niet „onnet" te zijn, maar alleen maar, zoals hij later zou opmerken „link". handelingen bij Van Hattum had gelegen terwijl Van Hattum deze opvatting ontkende en het initiatief bij de heer Bruinsma legde. Deze laatste gang van zaken bleek achteraf de juiste te zijn en binnen het Velsense college van B. en W. groeide een ontstemming tot wrevel, die; in de raad van gisteravond weerklank vond, toen men bij de ingekomen stukken de correspondentie sinds januari 1957 aantrof, waaruit ver scheidene pijnlijke détails naar voren kwamen. Wethouder van Openbare Werken R. Verbeek (Arbeid), die het stand punt van het college vertolkte, spaarde noch de Beverwijkse burgemeester, noch de retirerende firma en uit de raad werd de heer Bruisma deels van leugens beticht, deels van laakbare feiten, die ook wel weer met een zekere mildheid beoordeeld werden, omdat hij de „vergissingen" beging in dienst van zijn gemeente, maar die toch anderzijds hevige critiek ontmoetten, omdat hij als „nieuwkomer" zonder kennis van zaken in een nogal tere kwestie roerde met het resultaat, dat er naar veler opvatting grote schade werd aangericht in de IJmond-verhoudingen. er iets te vuur staat en dat het Velsense college bjjzonder misnoegd is over de af faire, hoewel het in wezen het college niet interesseert, wat er met Van Hattum en Blankevoort nu verder gebeurt. Uit de onmiddellijke aanvragen om hui zen voor het personeel is destijds wel ge bleken, zo zei de wethouder, dat Van Hat tum het onderste uit de kan verwachtte, maar het college is op zijn qui-vive geweest te dezen aanzien. Dat alles tolerabel zou zijn in zakelijke verhoudingen, deed voor de wethouder weinig ter zake: voor hem was het fatsoen geschonden tussen twee instanties en de critiek van bijvoorbeeld de heer Van Os op burgemeester Bruinsma werd dan ook door het college van Velsen ten volle onder schreven. Er kwam een tweede ronde van na an derhalf uur debat - de heer Nuyens had gehoord, dat er tijdens de Nieuwjaars receptie van burgemeester Bruinsma reeds bepaalde afspraken met industriëlen waren gemaakt, verhalen, waarvan later niets bleek te kloppen en hij verdedigde ten slotte enigermate de „linke" manier van handelen, waarbij de kwalijke betekenis van dit populaire woord door het college werd onderstreept en de heer Nuyens er gauw „flink" van maakte; de heer Van O s stelde vast, dat zowel de Beverwijkse burgemeester als de firma Van Hattum te ver zijn gegaan en het gesprek eindigde met een ontkenning van de wethouder, als zouden er bepaalde verplichtingen, voort vloeiend uit de geschonden overeenkomst, door de wederpartij zijn erkend. Inmiddels kwam de raad in rustiger water met het Zeebad IJmuiden, welk punt wij elders op deze pagina behandelen. ADVERTENTIE CAMERA'S FLITSAPPARATUUR ROLFILMS enz. Kennemerlaan 5 - Tel. 5705 - Dmuiden Alles voor de Foto-amateur Stille Omgang van 23 op 24 Maart In café „De Zon" heeft de Wijk aan Zeese afdeling van het genootschap „Stille Omgang" haar jaarvergadering gehouden, die uitermate slecht werd bezocht. De voorzitter, de heer A. Schellevis, deelde mede, dat de omgang voor de bad plaatsbewoners is vastgesteld in de nacht van zaterdag 23 op Zondag 24 maart. Men gaat met autobussen naar Amster dam waar in de kapel O. L. Heer op Solder een H. Mis wordt opgedragen. De penningmeester de heer H. Schelle vis meldde een batig saldo van f 80,54. De aftredende bestuursleden de heren H. J. Schellevis en J. v. d. Mey werden herkozen. In de kascontrolecommissie wer den benoemd de heren J. C. v. d, Mey én B. Schellevis. De minister van Buitenlandse Zaken heeft aan de Eerste Kamer overgelegd de tekst van de op 18 augustus 1956 te 's-Gra- venhage tussen Nederland, België en Luxemburg gesloten overeenkomst betref fende de vrijmaking der uitwisseling van voortbrengselen van de visserij. De wens, dat deze overeenkomst aan de uitdrukke lijke goedkeuring van de staten-generaal zal worden onderworpen, kan door of na mens een der Kamers of door ten minste vijftien leden der Eerste of dertig leden der Tweede Kamer te kennen worden ge geven uiterlijk op 10 april 1957. In deze overeenkomst is het gehele han delsverkeer in produkten van de visserij, met uitzondering van gepelde garnalen, per 1 maart 1956 vrijgemaakt. Het Liberaanse schip „Los Caribos" dat zich hedennacht op het noordelijk deel van de Atlantische Oceaan in moeilijkheden bevond, blijkt ketelschade te hebben. De Nederlandse sleepboot „Zwarte Zee" die zich in de nabijheid bevindt, spoedt zich er voor eventuele assistentie heen. Zes man van het schip van-fortuin „Goudzoeker", dat op de kust van Portu gees Timor schipbreuk heeft geleden, hebben in Darwin (Australië) het verhaal van hun avontuur gedaan. De mannen hadden een zeereis van 300 mijl in een jol van 16 voet overleefd, om tenslotte tegen de rot sen geworpen te worden van Kaap Fourcroy aan de zuidwestpunt van het eiland Bathurst, in de Ti- mor-groep. AIIp zes bevinden zich in het ziekenhuis te Dar win, waar hun toestand vooruit gaat. Zij zijn sterk uitgeput na 15 dagen op mosselen en cocosnoten geleefd te hebben. De mannen zijn Verity Gill uit Singapore, Allan Addison en zijn broer Ro bin uit Nieuw-Zeeland, Chong San Yap uit Malak- ka, Arthur Danaher uit Ierland en James Burke uit Canada. Verity Gill, een journa list, vertelde aan United Press dat de „Goudzoeker" aan de grond liep toen zij aan land bezig waren wild te schieten voor proviand. Kapitein W. J. Havens uit Sydney liep naar Dilli, maar de bemanning bleef vijf dagen op het wrak. Uit wanhoop werd be sloten kledingstukken en kostbaarheden te verkopen om meer voedsel te kopen, alvorens te trachten Dilli zelf te bereiken. Maar de jol had geen motoren en de stormwind stuwde het scheepje in een zuidelijke richting zeewaarts. Met slechts een klein zakkompas en zonder zee kaart slaagden zij er in hun koers naar Darwin te verleggen. Op een dag za gen zij een vliegtuig over komen, vertelde Gill. Om middernacht van de zelfde dag zagen zij het baken van de vuurtoren van kaap Fourcroy. „We dachten dat waar een vuurtoren was, ook een vuurtorenwachter moest zijn en dus kregen we moed en aten meer dan ons kleine rantsoen veroorloofde". Maar toen zij tenslotte aan land ge waad waren nadat hun jol op de rotsen stukgeslagen was, ontdekten zij dat de vuurtorenniet be mand was. Gill zei, dat zij er in slaagden enige cocosnoten te pakken die uit de boot aan land gespoeld waren en toen zij een paar walla bies (kleine kangeroes) za gen dachten zij dat zij op het vasteland waren. Ze vonden ook een verlaten vliegveld, een schuur en een tractor, maar zagen geen mensen. „Drie dagen dwaalden we zoekend rond voor we ons realiseerden dat we op een eiland waren. Toen be sloten we acht mijl terug te lopen naar het onbe mande baken en het bui ten bedrijf te stellen in de hoop aandacht te trekken", aldus Gill. Hij zeide dat hun enige wapen een padvindersmes was en zij stelden het licht buiten actie door de koperleiding die er naar toe liep door te snijden. Hun dagen van wan hopig dwalen namen maandag een eind toen zij een man hoorden schreeuwen. Het was Jack Jensen, een lid van een mijnkamp op het schiereiland, die na sporen gevonden te heb ben bij het groepje terecht was gekomen. Gill en zijn makkers zijn vanochtend vroeg door een sleepboot van de marine in Darwin afgeleverd en in het ziekenhuis opge nomen. Het debat ging voort met het antwoord van wethouder Verbeek, die openbaar heid van deze aangelegenheid met zijn mede-gemeentebestuurderen nodig achtte, om legendevorming te voorkomen. Hjj achtte het geheel in wezen een zeer simpele zaak: alles draait om het gezegde „Een man een man, een woord, een woord". Dat was althans de opvatting van de gemeente Velsen. Hij wilde in zoverre met het in de raad getoonde begrip voor de opvattingen van burgemeester Bruinsma meegaan, ten aanzien van de poging dier- zijds om een gemaakte blunder tegenover Van Hattum, die daardoor de gemeente zou gaan verlaten, te herstellen. Ware dit dan ook fatsoenlijk gespeeld, de heer Verbeek had er geen enkel bezwaar tegen gehad, maar het ontbreken van elk contact over een kwestie, waar Velsen al diep in ge moeid was, zat hem dwars en de „afkeu renswaardige houding" van de Beverwijkse burgemeester heeft de heer Verbeek dan ook, naar hij meedeelde, in een persoonlijk onderhoud met deze magistraat uiteengezet. Toen kwam dus de burgemeester met de drogreden, dat hij niet naar Van Hattum was gegaan, maar andersom en daarna zou een spoedvergadering van het Beverwijkse college worden gehouden, die nog steeds niet gekomen is. Ook Van Hattum is onder het oog ge bracht. dat het dubbele spel ontoelaatbaar werd geacht en ook hierop is een antwoord uitgebleven. Velsen tolereert inmiddels niet, dat de zaak in Beverwijk hangende blijft, tot de raad eventueel heeft goedgekeurd, wat de burgemeester deed, om het dan buiten Velsen om ter goedkeuring by Gedepu teerde Staten voor te leggen. Hij wilde liever niet spreken over een tegenzet van Velsense zijde, om zijn kaarten niet te zeer bloot te geven, maar deelde wel mede, dat VELSENS RAAD heeft zich gisteravond niet alleen door de ietwat onwelriekende kluif van de „kwestie van Hattem" heengebeten ten aanhore van een drukschrijven- de publieke tribune, maar ook het plan voor het Zeebad-IJmuiden is ter tafel ver schenen, dat wel met loffelijke aantekeningen uit de raad tenslotte aanvaard is, als een doordacht idee ten aanzien van de ontwikkeling van het IJmuidense strand, maar ook als een waardevolle „kroongetuige" tegen de plannen voor een eventuele tweede basisindustrie in het IJmuidense duin. Dat daarbij de plannen voor de bouw van torenflats in het uitbreidingsgebied „Zeewijk" eveneens aan de orde kwamen, was niet verwonderlijk en dat tussen de bedrijven door verscheidene details van het Strandplan zijn besproken en nader toegelicht, maakte deze discussie tot een con structief en aantrekkelijk geheel. Waarin het college en de Strandcommissie met de verdiende eer gingen strijken, een plan te hebben ontworpen, dat voor de toekomstige ontwikkeling van het IJmuidense strand hopelijk leidinggevend zal blijken te zijn en dat het enige waardige antwoord is op de onzalige plannen om het duingebied met fabrieken vol te stoppen en het achterland onder smook en roet te bedelven. Mevrouw Wielink, sprekende namens de socialistische fractie, heeft niet alleen haar vreugde onder woorden gebracht over het plan en de hoop op goedkeuring van hogere instanties uitgesproken een hoop, die wethouder Verbeek deelde en zelfs aanwakkerde door te zeggen, dat er in hogere regionen al meer voor deze oplossing wordt gevoeld dan voor een basisindustrie maar zij verheugde zich met vele anderen ook over de nieuwe vormgeving van de stad IJmuiden in „Zeewijk". Waar torenflats ruimte zullen kunnen scheppen, een ruimte, die naar haar smaak al wat eerder tot stand kan komen, als men bij wijze van proef een dergelijke hoogbouw alvast in het nog groeiende Duinwijk zou kunnen toepassen. Er bleven inmiddels ook voor haar nog enige vragen over ten aanzien van de grondverwerving, de spoorlijn naar IJmui den Zeebad en diverse andere onderdelen van de plannen, maar in het grote geheel was zij enthousiast, met de heer De Jong (A.R.), die uit het plan had geleerd, hoe juist het is verzet te bieden tegen de drei ging van een tweede basisindustrie en die de strandcommissie dan ook dankbaar was voor de serieuze vervulling harer taak. Hij ried aan, de plannen van de naburige bad plaatsen eveneens in het oog te houden en zo mogelijk een coördinatie toe te passen met behoud van de eigen IJmuidense sfeer en kleur. Met alle andere raadsleden pleit te hij voor een goede oplossing voor de strandhuisjes, die volgens dit strandplan van het strand moeten verdwijnen, maar een riant plekje krijgen aan het zuidelijke einde van de ontworpen boulevard op een duinry. Een oplossing overigens, die over het al gemeen wel waardering vond bij de raad. Schadeloosstelling Voorts meende hij een mogelijkheid te zien, de strandpachters van nu schadeloos te stellen, door hen de exploitatie van de toekomstige dagverblijven aan het strand bij voorkeur toe te vertrouwen. Het ver loren strandje tussen de pieren wilde de heer De Jong toch nog proberen te redden, door het water van het Noordzeekanaal door middel van filters te reinigen en de bouw van gewone woningen in het strand plan leek hem niet ondienstig desnoods volgens het MAVEM-systeem, uitneembaar dus. Het Pieter Vermeulenmuseum zou er wellicht ook een voortreffelijk plaatsje kunnen vinden, dacht de heer De Jong zo. De heer W a 11 h u i s (C.H.U.) vatte zijn oordeel over de torenflats puntig samen in de woorden: „Beter een miniatuur-New York dan een tweede basisindustrie". Waarschuwend voor de consequenties van dergelijke hoogbouw zag hij deze toch als een opgelegde oplossing het strandplan zelf achtte hij doelmatig en esthetisch ver antwoord en ten aanzien van het strandje tussen de pieren kon hij zich wel aanslui ten bij de vorige spreker. Donker De heer Van Leeuwen (Kath.) zag enige donkere wolken boven het strand plan drijven: de verlegging of vergroting van de pieren, de defensiebelangen en daarboven het ontbreken van enige gods dienst-ruimte. Hij was voorts niet geest driftig voor de inmenging van de Velser Gemeenschap ten aanzien van de ontspan ning in dit „Zeebad", was kennelijk be ducht door een van boven opgelegd ver maak en zag de Velser Gemeenschap niet als de rechte initiatiefneemster in deze. De heer J. Visser (A.R.) vroeg zich af, wat de overheid zal doen, als de basisindustrie niet komt en het terrein dus „vrij wordt gegeven" voor menselijke recreatie: de mo gelijkheid is dan niet uitgesloten, dat dit zeebad wordt ingeschakeld voor de ont spanning' van de randstad Holland en dan is het de vraag, of bijvoorbeeld de boule vard niet moet worden doorgetrokken en de capaciteit van het plan niet dient te worden uitgebreid. Over de torenflats had hij enige beden kingen ten aanzien van de hoge huren dezer hoge en dus dure huizen. Het was voor hem de vraag, of men voor deze flats bewoners zal kunnen vinden, tenzij er een tweede „Velserbeek" van gemaakt wordt, maar dan zag de heer Visser toch echt liever vriendelijke eengezinswoningen door het duin verstrooid. De heer VanLeusen (Arbeid) veroor loofde zich enkele opmerkingen aangaande de in het strandplan naar zijn smaak te recht ontbrekende kerken: Zeewijk ligt tenslotte straks vlakbij en als er eengezins huizen gaan komen, wordt het hele plan een vergissing, want dan komt men subiet ruimte tekort. Wethouder Verbeek (Arbeid) noemde het plan een positief element in de be sprekingen pro en contra een tweede basis industrie en pakte bij het behandelen van de voordelen van de torenbouw één voor deel uit de grote hoop: de grotere ruimte, die de jeugd zal krijgen in het ruimere groen rond de hoge flats. De eengezins woningen zijn dan wel het ideale Neder- landsè huistype, maar zij kunnen ten eerste niet altijd gerealiseerd worden wegens grondgebrek, maar bovendien is het andere alternatief de drie- of vier-lagige flats ook niet overal ideaal. Want daar is bij voorbeeld een lift niet rendabel in een torenflat wel, zodat het wooncomfort voor ouden van dagen met een sprong omhoog gaat. En niet alleen voor hen. Ten aanzien van de grondverwerving was de wethou der na de ervaringen met de belangrijkste eigenaresse in dit ressort, de familie Van Tuyll, niet pessimistisch: de gemeente heeft daar altijd weer begrip ontmoet voor haar plannen. De spoorlijn naar het strand, die in het streekplan opgenomen is, zal afhan gen van de mogelijkheden, die de N.S. er in zien, maar zij zal niet zonder belangrijke kunstwerken tot stand kunnen komen, meende de heer Verbeek. Niettemin zou het de gemeente aange naam zijn, niet slechts uit een oogpunt van een prachtige strandverbinding, maar ook omdat de nieuwe wijk „Zeewijk" daarmee een fraaie communicatie zou krijgen. Een tentenkamp als voorloper van het zeebad, zoals een der raadsleden suggereerde, vond gehoor bij de heer V erbeek in de we tenschap, dat vele duizenden IJmuiden als een ideaal gebied beschouwen om er in het duin hun tentje op te slaan. Het optreden van de Velser Gemeen schap in deze planologie achtte de heer Verbeek juist: het feit alleen al, dat er bestuursleden van deze organisatie in de strandcommissie zitting hadden, wijst in een bepaalde richting en de doortrekking van de boulevard, desnoods naar het Bloe- mendaalse strand kon geen genade bij de wethouder vinden, omdat zich dan een „zondagse renbaan" zou gaan vormen, die de rust van het strandleven zou vernieti gen: „vijftien kilometer per uur en dan gauw de auto wegzetten" merkte hij glim lachend op. Ongezond Ondanks de oude herinneringen, die er ook voor hem aan het „eerste strand" ver bonden bleken te zijn, was de heer Verbeek met het oog op de hygiëne toch fel gekant tegen handhaving van dit stukje tussen pier en strekdam als zwemoord: een apart zoetwaterbad tegen het duin of een zonne bad zou nog wat zijn, maar zwemmen in zee is ten enenmale onverantwoord met het oog op de vuil-lozing door het kanaal. De fasen, waarin het plan werkelijkheid zal worden, waren ook voor hem nog een open vraag de opzet echter moet niet al te commercieel worden en men zal het zo moeten zien te regelen, dat de gemeente een fikse vinger in de pap houdt, opdat niet de rendabele etablissementen en on dernemingen wèl en de minder winst gevende zaken niét worden begonnen. De sombere wolken van de heer Van Leeuwen zag de wethouder minder donker, de driehonderd meter, zijnde de afstand tussen het strand en het toekom stige Zeewijk vond de wethouder een dui delijke reden om kerkbouw in het plan Lagerhuislid waarschuwt: Een conservatief Lagerhuislid, Sir Ro bert Bothby, heeft dinsdag bij de behan deling van een wetsvoorstel inzake de ver lening van staatssteun aan de visserij ver klaard, dat de door Engeland verlangde uitsluiting van alle voedingsmiddelen van het voorgestelde Europese vrijhandelsge- bied veel te ver zou gaan. Uitsluiting bij voorbeeld van haring zou voor het Britse gemenebest geen voordeel opleveren, maar de genadeslag betekenen voor de Engelse haringuitvoer naar het Europese vasteland. Deze exporthandel geeft juist thans een krachtige opleving te zien, maar zou een invoerrecht van 10 percent, dat voor Engelands voornaamste con current - Nederland - niet zou gelden, niet overleven. Een compromis ten aanzien van dit punt zal volgens Bothby nood zakelijk zijn, indien Engeland aan het voor gestelde vrijhandelsgebied deelneemt. Van regeringszijde werd in antwoord hierop medegedeeld, dat men zich nog niet kon uitspreken over de kwestie van haring en het Europese vrijhandelsgebied. Opge merkt werd echter, dat de waarde van de haringuitvoer naar de landen van de Euro pese betalingsunie slechts een zeer klein gedeelte uitmaakt van de totale uitvoer. Het ziet er niet naar uit dat opneming van haring in het vrijhandelsgebied een ramp zou zijn, zo werd van regeringszijde mede gedeeld. Volgens de „Daily Express" zou een grote communistische organisatie met interna tionale vertakkingen bij de Britse koop vaardij zijn ontdekt voor het verwekken van oproerigheid en het plegen van sabo tage. Scotland Yard zou een handleiding van een geheime agent in beslaggenomen hebben. Hieruit verklaart het blad de sabotagegevallen die zich onlangs aan boord van Britse schepen zouden hebben voorgedaan. ADVERTENTIE Onze beddenafdeling heeft de ideale matras die U dat vorstelijke gevoel óók geeft. Vraag er eens naar bij WONINGINRICHTING BEVERWIJK specialisten sinds jaren! overbodig te achten: daar zorgt het achter land wel voor. Er is nog even nagekaart over deze kwes tie het samenspel tussen particulier initiatief en overheid zal harmonisch ge speeld moeten worden, meende de wethou der in zijn tweede repliek. Jeugd De raad kon zich volkomen met het plan verenigen en ging over tot een verhoogd krediet voor een verhard speelveld in het Gijzenveltplantsoen, dat daar wordt aan gelegd, omdat de nabije scholen geen gym zaal noch een speelplaats rijk zijn en de jeugd buiten schoolverband ook dringend om een wijkplaatsje verlegen zit, terwijl bovendien des winters een ideaal ijsbaantje gewonnen zal zijn. De heer V a n O s vroeg, of dit in een in cidenteel plan is, of dat er meer op stapel staat en daaruit kwam een algemeen plei dooi voor meer „ademruimte" voor Velsens jeugd los, zodat wethouder De Boer in den brede kon ingaan op dit probleem. Zijn collega de heer A s c h o f f (C.H.U.) had daarvoor al het een en ander opge merkt over de financiering van dit en der gelijke projecten, waarbij hij zich liet ont vallen, dat de bestedingsbeperking ook wel eens zo gezien mag worden, dat juist daardoor bijzondere gebieden als de IJ mond vooruit geholpen kunnen worden. De heer De Boer onderkende in het „dure speelveldje" een economisch be lang: het wordt nu ten koste van vrij wat geld verhard, maar als het gras was ge bleven, was het in enkele maanden kapot geweest en bovendien zijn de vakleer krachten accoord met deze verharding, omdat er diverse activiteiten op uitge voerd kunnen worden terwijl bovendien na schooltijd de jeugd eveneens prachtig ge bruik kan maken van deze en dergelijke velden. In groter verband kondigde de wethou der nog veel meer plannen voor recreatie in de bebouwde kom aan, die bijvoorbeeld voorliggen in de strook tussen de Zeeweg en de Van Ostadestraat. Zonder dat het veel geld hoeft te kosten zouden de speel plaatsen van de scholen al dienstbaar kun nen worden gemaakt, merkte de wethouder op. Het raadsstuk werd dan ook zonder stemming geaccepteerd. De raad heeft verder deze lange avond de heer D. Floor als nieuwe communis tische afgevaardigde in de plaats van de heer Schilling zien installeren en hem de belofte horen afleggen en hem aan het einde zien kiezen in het ÏJmond-advies- college, eveneens op de zetel van de heer Schilling. Voorts werden vele grondtransacties af gesloten en diverse administratieve scho lenkwesties behandeld, die weinig of geen discussie gaande maakten.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1957 | | pagina 11