DE STEM VAN ISRAEL
In de sier tuin
Voedingswaarde van de conserven
ONZE TUIN- EN KAMERPLANTEN
Een bundel van Hebreeuwse en
Jiddisje vertelkunst
Wat er bij inblikken en diepvriezen
verloren gaat
Litteraire
Kanttekeningen
11
Schuimige
sinaasappelvla
Textielnieuws Voorjaarsbeurs
Heropvoering van de opera
„Philomela"
Minister Staf vertrokken
uit Verenigde Staten
PERMANENT INVISIBLE
VRIJDAG 5 APRIL 1957
5
5Poor cle^Urouw
NOG MAAR ENKELE bladzijden was ik in het eerste verhaal van de door dr. J.
Melkman samengestelde en in samenwerking met I. S. Herschberg vertaalde bundel
„Meesters der Hebreeuwse Vertelkunst" (J. M. Meulenhoff) gevorderd, toen mij als
een teken van herkenning een Joodse „mop" te binnen schoot, die ik jaren geleden
in een essay van Willy Haas over de „Jüdische Witz" heb gelezen. Heel de tragedie
van het volk der vaderen, heel de doem van de diaspora, lag in de harde waarheid
van die éne „grap" besloten als een wrang-bittere pit: een vergeetachtige Jood - aldus
dan de „anekdote" - noteert in een hotelkamer zijn schamele bagage stuk voor stuk
voor het slapengaan - schoenen onder bed, kousen op stoel, hemd over leuning, das
over hemd - en eenmaal in bed gelegen voegt hij er ten slotte aan toe: ik in bed. Alles
klopt de volgende morgen, kousen en broek, hemd en das, tot hij zijn laatste aan
tekening controleert. Hij zoekt vergeefs in zijn bed, vindt zich niet, doorzoekt wan
hopig alle hoeken en kasten, maar blijft zoek. Ten einde raad doet hij bij de politie
aangifte van het onverklaarbare feit, dat hij gestolen is.
Minister Staf heeft tijdens zijn bezoek
van zeven dagen aan Amerika onder meer
de luchtbasis Fort Carswell in Texas be
zichtigd, waar hij de nieuwe middelgrote
bommenwerpers van het type B-58 Con-
vair heeft gezien.
Dat een zoet eiergerecht zeer smake
lijk kan zijn, zult u merken wanneer u
maakt een:
Schuimige sinaasappelvla 4 klei
ne of 3 grote eieren, 2 dl. sinaas
appelsap en Vi dl. citroensap,
ongeveer 100 g. witte basterdsui
ker (6 eetlepels).
De eidooiers met de suiker luchtig roe
ren, het vruchtensap toevoegen en deze
massa onder goed roeren op een zeer
zacht vuur, laten binden (de vla mag
vooral niet koken). De eiwitten stijf
slaan, de eiervla voorzichtig er door
scheppen en de massa nog even op een
zacht vuur laten gaar worden onder
voortdurend omleggen. De vla koud la
ten worden en geven met b.v. waaier
wafeltjes.
Men kan de vla naar verkiezing op
doen in wijde glazen of glazen schaal
tjes.
Ensemble van een romantisch nacht
gewaad en een négligé van pastelkleu-
rige nylon met zwarte nylon kantjes
gegarneerd.
Hij heeft in Washington gesproken over
projectielen als de „Honest John" maar
„niet over de ingewikkelder dingen, die
wellicht later zullen komen". Minister
Staf voegde eraan toe, grote verwach
tingen te koesteren, dat Nederland ze zelfs
vroeger dan verwacht zal krijgen.
Desgevraagd zei de minister nog, dat
Nederlandse troepen waarschijnlijk met
Amerikaanse troepen in Duitsland opge
leid zullen worden in het gebruik van de
projectielen. Nederlandse deskundigen
zouden misschien ook naar de Verenigde
Staten gaan.
rauwe uitgangsprodukten. Bij het rau
we produkt staan zij altijd ten achter.
In vergelijking met huishoudelijk ge
kookte verse produkten kunnen zij als
regel de toets der kritiek doorstaan. Een
punt bij de conservering is, dat de
groenten en vruchten zo kort mogelijk
na het oogsten worden verwerkt, waar
door verliezen tengevolge van „levend"
bewaren worden beperkt.
Bij de meeste conserveermethoden in
de fabriek wordt een blancheerproces
toegepast, dat o.a. ten doel heeft om on
gewenste omzettingen van kleur en
smaak te voorkomen, het bakterie-
gehalte te reduceren en bij het inma
ken in blik tevens om lucht uit de pro
dukten te verdrijven.
Bij het blancheren komen verliezen
aan mineralen en in water oplosbare vi
tamines voor in een mate o.a. afhanke
lijk van de blancheermethode (men kan
blancheren in stoom of in water), van
de mate van verkleining van de groen
ten en van de temperatuur en de tijd;
deze laatste twee houden verband met
elkaar. Bij blancheren in water zal het
verlies aan oplosbare bestanddelen
groter zijn dan bij blancheren in stoom.
Aangenomen kan worden, dat gemid
deld 10 a 30 van het vitamine C ver
loren gaat bij deze noodzakelijke voor
bewerking. De verliezen een mineralen
zijn: 1075 van het calcium, 30
75 magnesium, 5090 kalium.
Tijdens het verhitten in blik bij af
wezigheid van lucht, in geëxhausteerde
blikken, treden vitamine B- en C-ver-
liezen op; blancheer- en steriliseerver-
liezen bedragen tezamen 40 a 50 Ook
van de mineralen gaan deels de oplos
bare bestanddelen in het kooknat over.
Wordt dit nat mee gebruikt, hetgeen bij
vruchtenconserven altijd, bij groente-
conserven soms het geval zal ziin, dan
gaan deze opgeloste stoffen niet voor
het lichaam verloren. Een ongunstige
omstandigheid is, dat tijdens de bewa
ring een verdere achteruitgang van het
vitamine C-gehalte verwacht moet wor
den. Deze achteruitgang verloopt hij
sommige produkten geleidelijk, bij an
dere het snelst in het begin van de op
slagperiode, variërend van 20 tot 30
procent. Het is dus raadzaam om, ook
al is bederf uitgesloten, de conserven-
voorraad tijdig op te maken en de oud
ste voorraad dan het eerst te gebruiken.
De voedingswaarde van gekookte
blikgroente kan men voor de praktijk
gelijk stellen aan die van gekookte
verse groente, mits de conserve niet te
oud is.
Ook bij deze vorm van conserveren
gaat een blancheerproces vooraf aan
het eigenlijke conserveren. Het blan
cheren van groente is hier niet alleen
noodzakelijk voor het behoud van een
goede kleur en aroma, maar niet in het
minst ter verhoging van de houdbaar
heid. In niet-geblancheerde bevroren
groenten kunnen de levensprocessen, zij
het in min of meer vertraagd tempo,
doorgaan. Hierdoor zou naast andere
waardeverminderingen tijdens de bewa
ring verlies aan voedingsstoffen optre
den, zoals vitamine C-oxydatie. Van
voldoende geblancheerde groenten gaat
tijdens invriezen en bewaren bij de
gebruikelijke temperaturen van 18
gr. C en lager, het gehalte aan voe
dingsstoffen niet achteruit. Bewaring
bij hogere temperaturen (b.v. 0 gr
C) geeft op de duur wel verdere ver
liezen, maar in de praktijk zal dit niet
van belang zijn, daar de diepvries bij
deze temperaturen niet bewaarbaar is.
Aangenomen wordt, dat het, wat
voedingswaarde betreft, niets uitmaakt
of men de produkten snel dan wel
langzaam invriest. Eigen diepvries zal
mits goed geblancheerd in dit op
zicht gelijkgesteld kunnen worden met
het fabrieksprodukt.
Zoals wij allen weten, moet het inge
vroren produkt nog toebereid worden
en wel gewoonlijk door koken. In
hoeverre treden hierbij nog verliezen
op? Deze zijn o.m. afhankelijk van de
hoeveelheid kookwater en de kooktijd.
Wordt de groente met weinig water ge
kookt en gedurende korte tijd, dan
zijn de verliezen aan mineralen en vi
tamines zeer gering, wellicht geringer
dan bij koken van verse groenten. Het
mag als bekend verondersteld worden,
dat de kooktijd van bevroren groenten
ongeveer 2/3 bedraagt van die van
verse groente (maximaal 20 minuten!
en dat een lange kooktijd zeer nadelig
kan zijn voor de consistentie van het
produkt.
Rauw te gebruiken produkten, zoals
vruchten, worden niet geblancheerd.
Het verdient aanbeveling de vruchten
te omgeven met suiker of een suiker
stroop, die een afsluitende laag om de
vruchten vormt. Verlies aan voedings
waarde treedt bij invriezen en juiste
bewaring niet op. Bij het ontdooien
van sommige vruchtensoorten treedt
volgens Amerikaanse onderzoekers wel
vitamineverlies op. Jammer genoeg
juist bij aardbeien en tomaten.
Dat is een gelijkenis, een cellostreek van
Max Bruch, een stem die door de eeuwen
klinkt als een gesmoorde roep om verlos
sing, met een diepe weemoed, een branden
de hoop, een zucht, een snik. Het is de
ondertoon van het Hebreeuwse en Jiddisje
proza, dat zich moeizaam losmaakte van
zijn oud-testamentische oorsprong, van de
aartsvaderlijke taal, waarin was gezongen
en gebeden, geprofeteerd en geklaagd, hon
derden jaren lang en die zich eindelijk wist
te verjongen tot het levende woordmate
riaal van de kunst. In hoever enige ver
taling, in welke westerse taal ook, in staat
is deze oer-oude, oer-menselijke grondtoon
te reproduceren, laat ik in het midden.
Genoeg dat men hem hoort als een ge
dempte stemklank, Bijbels-Talmoedisch in
het verhaal van de „grootvader der moder
ne Hebreeuwse letterkunde, Mendel Moi-
cher Sforim, Chassidisch in de vertelling
van Isaac Leib Perets, geïnspireerd op de
taal van de Thora in de oud-joodse novelle
van David Frisjman - de stem van Israël.
Zij, die ouderen, waren allen uit „het
Oosten" geboortig, uit West-Rusland, Polen,
Galicië, zij kenden het ghetto van de kleine
provinciesteden sinds hun prille jeugdjaren.
Hun thema is dan ook het ghetto, de „neb-
bisj", de jood in zijn gedwongen afzonde
ring, de jood in zijn verworpenheid en zijn
onbuigzaamheid, zijn twijfel en zijn geloof,
zijn armoede en zijn hoop, zijn opstandig
heid en zijn berusting. De angst van de
jonge Hirschel in het verhaal van Berko-
witz, geschreven nog wel anno 1951, in het
nieuwe Israël, zijn beduchtheid voor het
leven der volwassenen, voor de grote we
reld, klaagt onopzettelijk de verfoeilijke
rassenhaat aan van eeuwen en eeuwen,
waaraan het verlichte Europa tot op de
huidige dag schuldig staat. Als de uit Gali
cië afkomstige en in Tel-Aviv gestorven
Asjer Barasj in 1943 een novelle „Achter
gebleven in Toledo" schrijft, dan is de In
quisitie, de verdrijving van de Joden uit
het vijftiende-eeuwse Spanje, niet anders
dan een vermomming van hetgeen zich met
satanische koelbloedigheid in onze tijd her
haalde.
Behoort dat tot het verleden? „Lo amoet
ki egjee" - ik wil niet sterven, maar leven
- heeft de gemartelde Joseph uit Barasj'
vertelling zich in de beproeving voor ogen
gehouden. In Hebreeuwse lettertekens
schreef hij het op papier, zoals Mozes de
geboden in het steen beitelde. Lees hóé hij
leefde en hoe hij ten slotte, waanzinnig
geworden, door het paard van de Infant
van Spanje vertrapt werd. Ik wil leven -
zegt het jonge Israël - en bouwt zich uit
het niet een staatsgemeenschap. Sjofman,
die - geboren in Wit-Rusland - in 1938 uit
Oostenrijk naar Palestina emigreerde, slaat
de herrijzenis van het oude volk in zijn
sferische schets „Chamien in de emeh*
(„Sirrocco in het dal Jezreël") als een won
der gade. Maar een gelukzalig wonder is er
voorlopig in het nieuwe Israël voor de ge-
plaagden evenmin weggelegd. In de vertel
ling van een oudere, van Jitsgak Sjenhar,
kan men lezen, hoe een staatkundige een
heid nog geen harmonie van ziel, zelfs niet
één van samenleven schept: daar is de
tegenstelling tussen de oosterse en de wes
terse joden, tussen de immigranten en de
in Palestina geborenen.
Daar is de oud-testamentische vroom
heid, die wantrouwend staat tegenover de
liberale realiteitszin der jongeren, daar is
het idealisme van een nieuw geslacht en
het scepticisme van de bejaarden, in wie
de diaspora té diepe sporen heeft nage
laten, dan dat zij zich onverdeeld zouden
kunnen overgeven aan een hoop op een
onbezwaard morgen. „Dit", denkt de jonge
Mesjoelam in het verhaal van Sjenhar,
„dit is het land der vaderen.Maar ja,
waarom sta je dan zo ontdaan en bevreesd
in het land? Het is leeg en woest.... En
het is goed dat het leeg en woest is, want
daardoor kunnen wij allen erheen terug
keren, terugkeer naar Zion kan alleen
in de wildernis". Het oude volk, dat op
nieuw moet beginnen, in de wildernis
dat is het geloof van de jongeren. Het oude
volk, dat door pogroms werd opgejaagd en
uitgemoord, in zijn eer werd gekwetst, in
zijn volksziel werd geschonden dat is
de onuitwisbare herinnering der ouderen.
Beide stemmen kan men in deze bundel
horen spreken. En wat ze te zeggen heb
ben is de joodse geschiedenis van een
eeuw, waarin de smart van enkele dui
zenden jaren samenklinkt met de hun
kering naar verlossing.
Ik weet het wel, ik had deze bundel al
leen naar zijn litteraire kwaliteiten moe
ten beoordelen. Uit dat oogpunt bezien
ADVERTENTIE
De Nederlandse minister van Oorlog en
Marine, ir. C. Staf, heeft donderdag voor
zijn vertrek uit New York met de „Nieuw
Amsterdam", een gesprek gehad met ver
slaggevers. Op de vraag of geleide projec
tielen het doel waren van zijn bezoek aan
Amerika antwoordde de minister: „Ik ben
ervan overtuigd, dat de NAVO-landen ze
zullen krijgen en ze zullen naar Neder
land gezonden worden in het verband van
de NAVO-verdediging".
Twee modellen uit de collectie van het Parijse mode-huis De Givenchy. Links een
jurk, waarvan de rok heel nauw om de knieën sluit. Het geheel, kwistig versierd
met strikjes, is van een licht wollen weefsel. De hals is hoog gehouden, een klein
strooien hoedje en een breed zwart collier bekronen deze schepping. Rechts een
van de „mantel-jurken" die de moderne vrouw worden gebóden om in het
middag-zonnetje te flaneren.
Het voorlichtingsbureau voor de voe
ding meld:
Omdat het gebruik van groenten- en
vruchtenconserven vooral in de winter
en het voorjaar in zwang is, zullen wij
ditmaal onze aandacht besteden aan de
voedingswaarde van enkele dezer pro
dukten. Het zal een ieder duidelijk zijn
dat de conserven, die een hitte-behan-
deling hebben ondergaan, niet dezelfde
voedingswaarde hebben als de verse,
valt er genoeg te loven. Maar onvermijde
lijk rijst achter het werk der kunst de
duistere achtergrond van de sociale wer
kelijkheid op: de oude (die, de hemel geve,
nooit terugkere) en de nieuwe, die met
„lo amoet ki egjee", het niet willen sterven
maar leven, tot een daad wil maken, móét
maken, in een der meest bedreigde zo
nes der wereld.
Kan men bij het lezen van een jonge
schrijver als Jishar lid van het Israë
lische parlement alleen een litterair ge
not smaken en vergeten wat daarginds,
waar de Arabische wereld op de loer ligt
en de Egyptische aandrijvers klaar staan,
gaande is? Mij is het niet gelukt. En zegt
het verhaal van de jongste auteur uit deze
bundel, van Jizhar, waarin een Israëlisch
soldaat in zijn tweestrijd tussen menselijk
geweten en nationale plicht aarzelt of hij
een Arabische „krijgsgevangene", een
armzalige herder, al dan niet zijn vrijheid
moet hergeven, niet genoeg van het dilem
ma, waarin het oude volk is komen te ver
keren? Maar goed, het hart wil het houden
bij de manmoedige ethiek van de chawer
Jaakov uit de vertelling van Sjenhar, van
deze werker die, al zijn beduchtheid ten
spijt, „zich inspant om enthousiasme op te
brengen, zijn vuist balt en tot een jongere
zegt: „Wij zullen jullie leren hoe men moet
leven een leven van schoonheid, van
rechtvaardigheid, van broederschap".
C. J. E. Dinaux
De Nederlandse Opera had tegemoet
komend aan het verlangen, dat is uitge
sproken naar oorspronkelijke muzikaal-
dramatische kunst van Nederlandse bo
dem, het voornemen in april opnieuw een
opvoering te geven van de opera „Philo
mela" van Hendrik Andriessen en Jan
Engelman. De première van dit werk had
plaats in Amsterdam in het Holland Festi
val in 1950. Daarna is het nog enige keren
opgevoerd, ook in Den Haag en Rotter
dam, maar in de herfst van dat jaar moest
het, wegens personeelswisseling van het
repertoire worden genomen. Omdat de
dirigent Paul Pella echter is ingevallen
voor een zieke collega en bovendien het
nieuwe seizoen met zijn gezelschap „Fo
rum" in Enschedé moet voorbereiden,
heeft hij geen gelegenheid thans ook „Phi
lomela" .voor te bereiden. In verband
daarmede is thans besloten de opvoeringen
van dit werk te geven in het begin van het
seizoen 1957-1958.
overalls nu een veel langere levensduur
kunnen hebben.
MENGINGEN VAN NYLON met ka
toen voor zomerjurken zullen u wel be
kend zijn. Zowel hierin als in de dessi
nering van de veredelde katoentjes, die
vrijwel niet gestreken hoeven te worden,
valt heel wat moois te bewonderen.
Grappige en hartveroverende katoenen
stofjes in kleine, zonnige en speelse des
sins, speciaal voor kinderen tussen vier
en vijftien jaar, zorgen voor een eigen
stijl ten behoeve van deze groep. Voor
het eerst in de geschiedenis van de tex
tiel is er tinneroy, die men dubbel P.V.
noemt, hetgeen betekent poolvast en
pletvrij ribfluweel. Door een bijzondere
nabewerking met in water oplosbare
thermohardende plastics, die tot in de
kern van de vezels doordringen, is dit
mogelijk geworden.
Schortenstoffen hebben hun eeuwige
bloempatroon ingeruild voor meer ge
durfde dessins, vaak met bijpassende
ingeweven randen.
Nog even wat kleingoed? Dan moeten
we de lingerie noemen, die ieder seizoen
romantischer en weelderiger wordt.
Thans is het laatste nieuwtje onderjur
ken met kanten stroken, die geborduurd
zijn met goud- of zilverkleurige perma
nent mooi blijvende lurexgarens.
Er zijn volop chenille spreien met bij
passende peignoirs. Ook de zo moderne
suède en imitatie suède jasjes, zelfs in
steenrood, grijs, ijsblauw en nuances
van groen, worden te kust en te keur
aangeboden. Blousons voor heren en
kinderen zijn een soort overhemden,
vaak in ruitdessin, met gebreide boor
den en manchetten.
We zagen tapijten met de eigenschap,
dat de poolpluizen door een speciale
binding niet ingetrapt kunnen worden.
Tufton tapijten maakt men van katoen
of kunstvezels. Het zijn tapijten, die niet
geweven of geknoopt worden, maar op
speciale machines worden vervaardigd,
zodanig, dat er lussen in een onderweef
sel worden geprikt. Vijftig procent van
de Amerikaanse tapijten blijken aldus
vervaardigd te worden. Een rubber
onderlaag fixeert de garens en zorgt,
dat de kleedjes niet kunnen wegglijden.
Weer anders zijn de Tretford tapijten,
die in alle richtingen te snijden zijn en
niet rafelen.
Voor een aangename afwisseling bij
het bedden opmaken zorgen tijken,
doorweven met goudkleurige lurex-
draden. Lichtecht gordijnvelours, effen
of met een streep heel bescheiden ge
nuanceerd, is liefst in vijftig nieuwe
tinten op de jaarbeurs aan te treffen.
Op P.V.C. (polyvinylchloride) basis
ontwikkeld is een leerdoek, dat suwide
heet. Het dient tot meubel- en wandbe-
kleding, is krasvrij en afwasbaar.
We moesten maar met deze, vrij be
knopte opsomming volstaan. Mocht u
zelf de jaarbeurs bezoeken, dan moet er
toch iets te ontdekken overblijven?
Tineke Raat
ADVERTENTIE
Wagenweg 29 Haarlem
Tel. 20518
HAUTE COIFFURE
in combinatie met
DOUBLE COUPE
Een ideale coiffure,
bestand tegen ons
vochtig en winderig
klimaat
VOOR DE GOEDE OPMERKER zijn
er weer heel wat nieuwtjes op de Tex-
tieljaarbeurs te Utrecht te ontdekken.
De beurs is zodanig opgezet, dat er een
sterke ruimtewerking is verkregen,
waardoor de geëtaleerde textielwaren
sterk in het oog springen.
We zullen dan maar met de deur in
huis vallen met een vondst, die de vele
breilustige Nederlandse dames zeker
zal aanspreken: reeds opgewonden brei-
wol, verpakt in een cellophaan zakje,
dat gemakkelijk te openen en te sluiten
is en waarin de wol ongerept en zonder
in de war te raken blijft rusten tot het
laatste draadje is opgebreid. Het kan
niet anders of iedere breister moet dit
snufje, dat thans reeds door drie wol
fabrikanten wordt gelanceerd, met
'vreugde begroeten.
Voor rheumapatiënten of voor lieden,
die weliswaar gezond zijn, maar veel in
de winderige buitenlucht verkeren, be
staat er een 100 wollen jaegerwol, die
de elektrostatische oplading van de huid
bevordert en een sterke warmte-ontwik-
keling teweegbrengt.
We hebben vorige week geschreven
over Engelse gestikte dekens met tery-
lene vulling. Dat Nederland op dit ge
bied zijn mannetje staat, is op de jaar
beurs te zien in dekens met terlenka
(Nederlandse terylene), een produkt van
de AKU. Ook als slaapzakvulling of als
voering van sport- en winterkleding is
terlenka een geschikt materiaal, dankzij
de hoge permanente kroezingsgraad.
De Nijma heeft nu ook een speciale
vulvezel voor dekens en kussen ontwik
keld onder de naam nymkron, een
acrylvezel, die eveneens vederlicht,
donswarm en onverwoestbaar is. Voorts
is deze hygiënisch, gemakkelijk wasbaar
en motvrij.
Nu we toch bij de synthetische mate
rialen zijn aangeland: bedrieglijk echt
synthetisch bont wordt door verschil
lende firma's getoorid. Voorts zijn er
veel toepassingen van 55 °/o terlenka met
45 wol te vinden, zowel in kleding
stukken als in stoffen. Een geheel nieu
we menging is 70 °/o terlenka met 30 °/o
Een etalage op de Utrechtse
Voor jaarsbeurs.
spun-rayon voor japonstoffen eri. Spun-
rayon, die nagenoeg geen strijkbout
meer behoeft, is ook al een resultaat
van de laatste onderzoekingen. Enkalon,
de Nederlandse nylon, is nu in verschil
lende geperfectioneerde toepassingen te
zien: in handbrei-garens, sokken, tapij
ten, uniformen en ondergoed, om maar
een allegaartje te noemen.
Banlon is een nylonvariatie, die elas
tisch is gemaakt en een golvend en kroe
zend garen is geworden, waarvan men
warm ondergoed breit. Voor bedrijfs
kleding dient vekalon: een menging van
80 °/o katoen en 20 enkalon. Het is
een uiterst sterke stof gebleken, zodat
De vroegbloeiende rotsplantjes staan
nu allemaal in volle feestdos. Ook de
Iberis sempervirens de altijd groen-
blijvende Iberis heeft van het zachte
weer geprofiteerd en bloeit. Het is een
zeer mooie vaste plant waarvan men zo
wel op de voorgrond in de border als
in een rotstuintje plezier kan hebben.
Het plantje is volkomen winterhard. U
hoeft het niet tegen felle kou te be
schermen, al is het nuttig het zo te po
ten dat het niet op de felle wind staat.
Het zou anders aan één kant helemaal
kaal worden en dat moet men zien te
voorkomen. Ook al staan die plantjes nu
De „keizerin" in haar gloriejaren.
in volle bloei, u kunt ze nog wel bij de
bloemist bestellen. De meeste rotsplant
jes worden met een goede kluit afgele
verd en zullen van het verplanten niet
veel te lijden hebben. Vergeet niet ook
een paar gele en blauwe primula's te
bestellen. Poot beide kleuren door
elkaar heen. Houdt u er maar rekening
mee, dat ze wel een licht schaduwplekje
verlangen en dat ze houden, van een
goed vochtopgevende grondsoort: wat
bosgrond is uitstekend.
G. Kromdijk