Uncle Sam viert dit jaar
zijn 350ste verjaardag
Bourges-Manoury: „Slechts
zelden onwettige handelingen
Rumoer in Hilversum gevolg van
zwakheden van ons omroepbestel
Pleidooi voor Frans leger
Maar bezwarend materiaal blijft
van diverse zijden toestromen
VRIJDAG 5 APRIL 1957
9
J607- 1957
In Jamestown begon de Amerikaanse geschiedenis
Tumult over amnestie aan
24 communisten in Bonn
Vergadering van Bondsdag
tot heden verdaagd
Zwedens arfeeidsvrede weer
voor twee jaar getekend
Werkgevers en arbeiders
maakten nieuwe afspraak
Nieuwe Franse telescoop
Ambassadeur van Canada in
Cairo om het leven gekomen
Israel wenst prikkeldraad
langs de grens met Gaza
De Nederlands-Duitse
onderhandelingen heden
te Bonn hervat
Congres Vrouwenbond van
de Partij van de Arbeid
Waarom trok Washington
steun voor Assoean in?
Senator Fulbright vraagt
Dulles opheldering
Staking in Londense haven
Franse auto-industrie moet
helpen de franc te redden
Belang der luisteraars ondergeschikt
aan prestigekwesties
(Bijzondere correspondentie)
Miljoenen bezoekers verwacht men dit jaar in de rustige plaats Jamestown in de
Amerikaanse staat Virginia. Wat lokt al die mensen? Een tentoonstelling. Daar in
Jamestown heeft men ten koste van meer dan tachtig miljoen gulden een aantal
paviljoens ingericht, waar de geschiedenis van de Verenigde Staten, te beginnen met
de stichting van Jamestown, aanschouweiy k wordt voorgesteld. Tot 1 november blijft
de expositie geopend.
Waarom koos men Jamestown als stand
plaats voor de grote jubileumtentoonstel
ling? Het antwoord ligt besloten in de his
torie. De Engelse koning James I, opvol
ger van Elizabeth I, verleende in 1606 de
eerste octrooien waarbij Engelsen gemach
tigd werden om in Amerika koloniën te
stichten. Zijn onderdanen lieten er geen
gras over groeien. Reeds in mei 1607 ver
schenen er drie kleine schepen voor de
mond van een (toen nog) onbekende ri
vier. De streek maakte een goede indruk
op de Engelse avonturiers die ten getale
van 144 aan land gingen en op de linker
oever een nederzetting stichtten, die zij ter
ere van hun vorst Jamestown noemden,
terwijl zij de rivier de naam James-River
gaven. Dit Jamestown was de eerste met
welslagen bekroonde Engelse kolonie op
het huidige grondgebied der Verenigde
Staten. De Amerikanen beschouwen der
halve Jamestown als de bakermat van hun
nationaal bestaan.
Idylle
Reeds vóór de stichting van Jamestown
waren er echter Engelsen in Amerika ge
weest. Nu dit jaar de geschiedenis der
Verenigde Staten zo luisterrijk zal worden
herdacht, is het wel aardig om eerst een
blik te werpen op de voorgeschiedenis van
die machtige mogendheid. Dat voorspel
droeg zo nu en dan een bijna idyllisch ka
rakter! De man die er een belangrijke rol
in speelde, was Sir Walter Raleigh, gun
steling van koningin Elizabeth I en tevens
(Van onze correspondent in Bonn)
In de Westduitse bondsdag is tijdens de
behandeling van een voorstel om wegens
politieke delicten gevangen zittende com
munisten een algemene amnestie te ver
lenen, groot tumult ontstaan. Adenauer's
regeringspartij, de Christen-Democratische
Unie, is tegen zulk een amnestie, de socia
listen zijn er, met de vrije democraten,
voor. De socialistische afgevaardigde Weh-
ner, vergeleek de minister van Binnen
landse Zaken Schroder met wijlen Visjinski,
de vroegere openbare aanklager in de Sov
jet-Unie. De meeste leden van zijn fractie
verlieten heftig protesterend de zaal.
Minister Schroder zinspeelde in zijn ant
woord op Wehners politieke verleden. Hij is
tot in de oorlog communist geweest en
kort geleden werd hij er in een Zweeds
blad van beticht, dat hij in de oorlogstijd
als spion in Zweden zou hebben gewerkt.
Minister Schroder zei dat Wehner beter
had kunnen nalaten de schaduwen van
zijn eigen verleden op te roepen. Er ont
stond daarop zulk een kabaal, dat vice-
voorzitter Schneider, die de vergadering
leidde, de vergadering sloot en tot heden
verdaagde.-
Het gaat over het al of niet verlenen van
amnestie aan 24 gevangenen, die, wanneer
zij vrij gelaten worden, misschien weer
ondergronds aan het werk kunnen gaan.
Voorstanders van de amnestie menen dat
men in Oost-Duitsland misschien meer dan
13.000 politieke gevangenen zou vrijlaten
wanneer de communisten hier hun vrijheid
zouden herkrijgen.
Bondspresident Heuss heeft dezer dagen
de vroegere voorzitter van de communis
tische jeugdorganisatie Joseph Angerfort
voorwaardelijk in vrijheid laten stellen.
Het staat Angerfort vrij naar Oost-Duits
land te verhuizen. Wanneer hij blijft, moet
hij zich echter van politieke activiteit ont
houden.
(Van onze correspondent te Stockholm)
Gedurende twee jaar zal er in Zweden
arbeidsvrede heersen. Dit is het gevolg
van een overeenkomst tussen werkgevers
en werknemers. Deze nieuwe overeenkomst
behelst, dat voor het jaar 1957 een alge
mene salarisverhoging van twee percent
zal worden gegeven. In 1958 zullen de
arbeiders een verhoging krijgen van 2V2
percent. Aangezien de werkweek volgend
jaar van 48 uur op 47 uur wordt gebracht,
betékent dit in de praktijk, dat de arbeider
dan een uur minder per week werkt en
toch met een half percent meer loon naar
huis gaat. Bovendien is rekening gehouden
met een prijsstijging. Zou de index van de
kosten van het levensonderhoud, die in
1956 nog 142 bedroeg (1949 1001 boven de
150 komen, dan kunnen de arbeiders nieu
we onderhandelingen vragen
Gemoedelijk
Bij de loononderhandelingen is de ge
moedelijke toon opgevallen. In de dertiger
jaren hebben werkgevers en werknemers
in een reglement vastgelegd hoe verschil
lende conflicten moeten worden opgelost,
omdat men had ingezien dat een conflict
beide partijen kan schaden. Uit deze lang
durige besprekingen is vertrouwen ge
groeid en wederkerig respect. In grotere
mate voelen de werknemers hun verant
woordelijkheid
Dit is ook gebleken tijdens een wilde
staking in Gothenburg. Het kwam tot een
proces en de stakende arbeiders werden
veroordeeld zonder dat het vakverbond
iets voor hun verdediging deed. Men weet,
dat de afspraken moeten worden nage
komen en dat de markt niet te veel schom
melingen kan verdragen Het is ook in het
belang der werknemers niet meer te eisen
dan de produktie-stijging toestaat.
een ondernemend man en een voortvarend
ontdekkingsreiziger. On 25 maart 1584 ver
kreeg Raleigh van zijn vorstin „patenten"
die hem (ruim geformuleerd) het recht ga
ven om in Amerika „belangen" te verwer
ven. Eind april 1584 voeren reeds twee van
Raleigh's schepen via de Canarische eilan
den en West-Indië naar de oostkust van
de Nieuwe Wereld. Op 4 juli 1584 kregen
de schepen onder bevel van de kapiteins
Amadas en Barlow met als stuurman-gids
de Portugees Simon Fernandez land in
zicht. Zij zeilden nog een 200 kilometer
langs de kust in noordelijke richting. Ter
plaatse waar nu de kust van Noord-Caro-
lina is, liéten zij het anker vallen.
Het land maakte een uitstekende indruk
op de gezagvoerders. De bevolking was
gastvrij, openhartig en eerlijk. De blanke
mannen werden als geëerde gasten ontvan
gen. Een der tochtgenoten schreef, dat een
vriendelijker volk wel niet te vinden was.
Ook de Engelsen waren vriendelijk en fat
soenlijk, zodat wrijving en andere onaan
genaamheden uitbleven.
Hoe prettig, ja, idyllisch welhaast de be
trekkingen waren tussen die eerste Engel
sen in de (huidige) Verenigde Staten en de
Roodhuiden blijkt uit het volgende relaas.
Een groep Engelsen kwam tijdens een ver
kenningstocht in een Indiaans dorp. De
mannen waren moe en bezweet. De vrouw
van het opperhoofd trad hen tegemoet,
verwelkomde hen en zorgde voor hen ais
een moeder. Zij liet ons plaatsnemen (al
dus schreef een dier mannen) bij een groot
vuur, trok ons onze kleren uit, waste die
en droogde ze daarna. Een paar vrouwen
trokken ons de kousen uit en wasten die,
terwijl andere vrouwen onze voeten reinig
den met warm water. De vrouw van het
Opperhoofd gaf zich veel moeite om te
zorgen, dat er goed voor ons werd gezorgd.
Zij haastte zich om ons vleesspijs te geven.
Toen we schoon en droog waren, bracht ze
ons naar een plank bij de woning, waarop
graan, geroosterd wildbraad, gekookte en
gebakken vis, toebereide meloenen, diver
se wortelen en fruit voor ons gereedston
den. Toen enige Idianen van de jacht terug
kwamen met wapens in de hand en wij
even schrokken, joeg de vrouw van het
Opperhoofd die mannen weg, liet ze hun
pijlen en bogen breken en joeg nadien de
arme kerels opnieuw de poort uitTot
zover dit ooggetuigeverslag van een der
eerste ontmoetingen tussen Engelsen en
Roodhuiden in Virginia. Het moet inder
daad een aardig tafereel geweest zijn. Geen
der aanwezigen besefte toen en dit geldt
zowel voor de blanke als voor de rode
mannen welke gevolgen voor de rood
huiden en de blanken uit de verovering
van Amerika door de Europeanen zouden
voortvloeien.
Raleigh, een man die zijn wereldje ken
de, doopte het door ziin kapiteins ondekte
land Virginia om koningin Elizabeth I (die
als de „Virgin Queen", de „Maagdelijke
Koningin" bekend stond) te eren. James
town later gesticht lag in Virginia.
Aanvankelijk omvatte Virginia alle gebied
ten noorden van Florida. De staat kreeg
zijn tegenwoordige grenzen na de afsplit
sing van Carolina (1622) en Pennsylvanië
(1684). En het was, zoals wij zagen, bin
nen de grenzen van het tegenwoordige
Virginia, dat Uncle Sam 350 jaren geleden
het levenslicht aanschouwde.
John Cabot
BIJNA een eeuw vóór Raleigh hadden de
Engelsen Amerika bezocht. De grote ont
dekkingsreiziger, die de eerste tocht vol
bracht, heette John Cabot. Hij was Vene-
tiaan van geboorte, heette in Italië Gavot-
ta, doch ging onder de regering van Hen
drik VII i: Bristol wonen en verengelste
toen zij l naam. Cabot vatte het plan op
om benoorden Amerika om naar Indië
(Azië) te gaan. In mei 1497 vertr< hij en
in augustus van dat jaar keerde hij in
Engeland terug. De noordwestelijke door
vaart 1 hii niet gevonden, maar wel had
hij Labrador en Newfoundland ontdekt,
Newfoundland, dat eens Engelands oudste
kolonie in de Nieuwe wereld was en thans
Canada's jongste provincie is. Tct beloning
benoemde de Engelse koning Cabot tot
groot-admiraal, een functie waarvan hij
weinig ple' ier beleefde, want hstierf in
1498. Zün schip „The Matthew" gehe
ten is een der beroemdste schepen uit
de ontdekkingsgeschiedenis. Op de ten
toonstelling te Jamestown kan men in het
Engelse paviljoen een model (op een derd-
van de ware grootte) van „The Matthew"
zien.
De expositie
De geschiedenis der (huidige) Verenigde
Staten was van 1607 tot 1776 Engelse ko
loniale g-' Jiedenis. Dit is de reden, dat
Engeland het enige „buitenland" is, dat
met r n eigen paviljoen deelneemt aan de
jubileumtentoonstelling van Uncle Sam.
De Engelsen hebben die kans om hun
nauwe relaties met de Verenigde Staten te
demonstreren gaarne benut. Zij hebben er
veel belangwekkende dingen die deels
vei e tgaan buiten de directe Engels-
Amerikaanse betrekkingen tentoonge
steld. „The Matthew" noemden we reeds.
Er zijn voorts een paar handschoenen van
koningin Elizabeth te zien. Dan tal van do
cumenten betreffende de historie der
(voormalige) Amerikaanse koloniën en de
pun' 1 van overeenkomst tussen beide
landen op het stuk van wetten, recht, tra
ditie, godsdienst, en wat dies meer zij. Het
Engelse paviljoen in Jamestown is his
torisch gezien stellig niet het minst be
langwekkende!
Te betr uren is het, dat Ne Ierland niet
als voormalige „koloniale mogendheid" in
een eigen paviljoen het een en ander ten
toonstellen kon betreffende de historie
van zijn Amerikaanse koloniën. Of is het
vroegere I Jeuw-Amsterdam, het huidige
New York, minder belangrijk dan James
town in Virginia?
Doch hoe dit zij, nu Uncle Sam zijn ver-
jaardae luisterrijk viert, vonden wij het
wel inte-essant om het een en ander te
vertellen over gebeurtenissen die aan zijn
„officiële geboorte" zijn voorafgegaan.
(Nadruk verboden).
Te St. Michel-de-Provence in Frankrijk
wordt een telescoop gebouwd, die na
die van het observatorium op- de Mount
Palomar in de Verenigde Staten, de
grootste ter wereld zal zijn. De foto
geeft een beeld van het plaatsen van
de as in de koepel van het observato
rium. De spiegel voor de telescoop, die
anderhalve ton weegt, wordt op het
ogenblik in Parijs gepolijst.
OTTAWA/CAïRO/WASHINGTON (Reu
ter). De Canadese minister van Buiten
landse Zaken, Lester Pearson heeft ver
klaard dat de Canadese ambassadeur in
Cairo, Herbert Norman, om het leven is
gekomen tengevolge van een zenuwinstor
ting, die veroorzaakt is door overwerk,
overspanning en „een geval dat er op
nieuw op hem geloerd werd". Pearson zei
dat Norman erg terneergeslagen was „om
dat een of twee mensen in Washington be
paalde oude beschuldigingen inzake zijn
loyaliteit die jaren geleden al van de
baan waren opnieuw hebben opgehaald.
De redenen voor deze hernieuwde aanval
len kunnen wellicht duister zijn, maar de
gevoerde taktiek verlaagt slechts diege
nen die haar gebruikten".
Vorige maand verklaarde Pearson dat
Canada bij de Verenigde Staten zou pro
testeren tegen een rapport van een onder
commissie van de Amerikaanse Senaat, dat
„lasterlijke en onbewezen aantijgingen"
aan het adres van Norman bevatte. Hij zei
toen dat een in 1951 in Canada ingesteld
onderzoek heeft aangetoond dat de be
schuldiging dat Norman communist zou
zijn, ongegrond was.
In een bekendmaking van de Canadese
ambassade te Cairo wordt gezegd dat „in
de laatste tijd omtrent zijn persoon open
baar gemaakte beschuldigingen Norman
sterk hadden ontmoedigd". „In deze toe
stand van neerslachtigheid heeft Norman
zich blijkbaar van het leven beroofd", al
dus de bekendmaking. De gehuwde 48-ja-
rige ambassadeur was een deskundige op
het gebied van vraagstukken betreffende
het Verre-Oosten.
Deelneming
John Diefenbaker, de leider van de op
positie in het .Canadese parlement, heeft
verklaard dat „de tragische dood van Nor
man te wijten schijnt aan de neigingen tot
heksenjacht van bepaalde inquisiteurs
leden van het Congres in Washington, die
zich bij gebrek aan plaatselijke slacht
offers, gedrongen voelen Canadese ambte
naren te belasteren en te veroordelen".
De Amerikaanse minister Dulles heeft
zijn Canadese collega deelneming betuigd
met het overlijden van Norman. Dulles'
departement heeft indertijd verklaard het
niet eens te zijn met hetgeen in het rap
port van de senaatscommissie over Nor
man was gezegd.
In antwoord op vragen over de dood van
Norman heeft de commissie van de Ame
rikaanse Senaat in 'n verklaring gezegd dat
onderdanen van vreemde mogendheden,
die geen diplomatieke onschendbaarheid
bezitten, net als alle Amerikanen blootge
steld zijn aan de werkwijze van de com
missie. Zij zal met haar werkwijze voort
gaan omdat zij het haar plicht acht.
Voorts wordt meegedeeld, dat de commis
sie in de afgelopen weken verklaringen
heeft onderzocht over communistische ac
tiviteit in de Verenigde Staten, die van
grote betekenis kon zijn voor de bin
nenlandse veiligheid. Een verslaggever
riep uit: „Wie is jullie volgend slacht
offer?"
De beschuldging jegens Norman kwam
gedeeltelijk na een besloten zitting
aan het licht. De voorzitter der commissie,
Morris, had gezegd: „Wij zijn in het bezit
van verschillende rapporten van ate Ameri
kaanse geheime dienst, die vele gegevens
bevatten welke erop duiden, dat Herbert
Norman communist is".
JERUZALEM/CAIRO (Reuter/AFP).
Israel zal misschien besluiten een afraste
ring langs de 48-kilometer lange grens
tussen Israel en het gebied van Gaza op
te richten, indien de UNO haar plannen
tot het bouwen van een dergelijke ver
sperring niet uitvoeren, aldus heeft een
woordvoerder van het Israëlische mi
nisterie van Buitenlandse Zaken te Je
ruzalem meegedeeld.
Deze ambtenaar zei, dat zijn regering
nog altijd bij de bevelhebber van' de UNO-
politie, generaal-majoor Burns, aandringt
op het aanleggen van prikkeldraadver
sperringen door de UNO.
De Amerikaanse ondersecretaris van de
UNO, dr. Ralph Bunche, heeft na een be
zoek van twee dagen aan het gebied van
Gaza in Cairo verklaard, dat de bevel
hebber van een Israëlische patrouille, met
wie hij aan de bestandsgrens gesproken
had, had gezegd, dat er zich geen moeilijk
heden meer hebben voorgedaan sedert de
legering van de UNO-troepen langs de be
standslijn.
Vandaag beginnen te Bonn onderhande
lingen tussen de voormalige minister van
Buitenlandse Zaken mr. J. W. Beyen en
prof. Erich Kaufmann, over de Nederlands-
Duitse kwesties. In maart is de eerste ron
de van deze onderhandelingenreeks in
Bonn begonnen, toen minister Luns daar
met zijn Westduitse ambtgenoot Von
Brentano geconfereerd heeft. De tweede
ronde, die daarop volgde, bestond uit sa
menkomsten van technici en adviseurs, die
de derde ronde der onderhandelingen
voorbereidden.
Oud-minister mr. J. W. Beijen wordt bij
deze eerste besprekingen terzijde gestaan
door twee deskundigen van het departe
ment van Verkeer en Waterstaat, ir. C. in
't Veld en mr. G. Hubée. Voorts nemen
aan de besprekingen deel dr. H. J. Levelt,
hoofd van de Directie Europa van het mi
nisterie van Buitenlandse Zaken, en mr.
J. I. M. Welsing, hoofd van de afdeling
Midden-Europa van dat ministerie. De
eerste besprekingen worden naar ver
klaard wordt om praktische redenen in
Bonn gehouden. De leiders der onderhan
delingen, de heren Beyen en Kaufmann,
hebben onlangs op de Hoge Veluwe hun
eerste informele ontmoeting gehad en
daarbij is overeen gekomen, dat de des
kundigen voor de verschillende vraagstuk
ken al naar gelang van de praktische wen.
selijkheid in Bonn of in Den Haag zullen
samen komen.
PARIJS/TUNIS/RABAT/ALGIERS (Reu
ter/ AFP/UP) De Franse minister van
Defensie, Maurice Bourges-Manoury, heeft
donderdag op een bijeenkomst in Parijs
naar aanleiding van berichten over marte
lingen, executies en vergeldingsacties van
Franse militairen in Algerije verklaard, dat
„onwettige handelingen" slechts zelden
voorkomen. Hij voegde hieraan aan, dat hij
„niet kan toestaan, dat men over het
Franse leger zegt wat men wil". Men dient
dit echter niet door censuur of in beslag
nemen van kranten tegen te gaan, doch
door gerechtelijk optreden.
Parijse avondbladen publiceerden don
derdag een brief van de deken van de
juridische faculteit in Algiers, Jacques Pey-
rega, aan Bourges-Maunoury, waarin hij
verklaart zelf gezien te hebben hoe een
parachutist een mohammedaanse gevan
gene neersloeg en dood schoot. Ook ver
meldde hij gevallen van mensen, die zoge
naamd op de vlucht neergeschoten zou
den zijn.
Een delegatie van de M.R.P. heeft don
derdagavond aan premier Mollet documen
ten over gemelde onwettigen handelingen
in Algerije overhandigd. De leider van de
delegatie, de vroegere minister van Finan
ciën Pflimlin, verklaarde tegenover de
pers, dat hoewel de M.R.P. veel van de
berichten tendentieus en overdreven acht,
er een aantal gevallen is, dat te denken
geeft, dat er excessen gepleegd zijn.
Het Franse talmen bij het verlenen van
financiële steun aan Tunesië zal de sym
pathie, die Tunesië voor de Algerijnse
nationalisten gevoelt, niet kunnen ver
minderen, aldus heeft de Tunesische pre
mier Habib Bourguiba in een radiorede
verklaard.
„Indien wij wegens gebrek aan finan
ciën bepaalde ontwikkelingsprojecten moe
ten stopzetten zullen wij uitzien naar hulp
van andere zijde", zo voegde hij hier aan
toe.
Van, verantwoordelijke Franse zijde zou
Bourguiba hebben vernomen dat Frankrijk
het inhouden van financiële steun aan
Tunesië zou willen toepassen als middel
tot het uitoefenen van pressie inzake
Algerije.
De premier vroeg de Tunesiërs, geen
vijandige houding tegenover Fransen of
andere vreemdelingen in Tunesië aan te
nemen. „Elke aanval op een Fransman of
een vreemdeling is een aanval op mij per
soonlijk", zo zeide hij. „Als hoofd van de
regering ben ik in de eerste plaats ver
antwoordelijk voor de veiligheid in Tu
nesië."
Premier Guy Mollet van Frankrijk heeft
donderdag laten blijken, dat zijn regering
zich aan haar politieke koers zal houden,
ondanks de critiek, de problemen van de
Algerijnse opstand en de toenemende in
flatie. In een redevoering tot de American
Club van Parijs bevestigde de premier op
nieuw, dat hij stand zal houden. „Hoeveel
het ons ook moge kosten de Franse poli
tiek ten opzichte van Algerije zal niet
worden gewijzigd door financiële over
wegingen", verklaarde hij.
Frankrijk en Marokko hebben overeen-
De vrouwenbond van de Partij van de
Arbeid houdt voor de zesde maal zijn
tweejaarlijks congres, ditmaal in Krasna-
polsky te Amsterdam. Gisteren, op de eer
ste dag van de bijeenkomst die geleid
wordt door de bondsvoorzitster, mej. mr.
A. E. Ribbius Peletier, waren ruim 662 af
gevaardigden van de 398 afdelingen tel
lende bond aanwezig.
In haar openingswoord zei de voorzit
ster, mej. Ribbius Peletier, onder meer dat
de bond thans ruim 49.000 leden telt, ver
tegenwoordigende een derde deel van de
partij. Het verheugde de spreekster te
kunnen constateren, dat thans zeven vrou
wen deel uitmaken van de Tweede Kamer
fractie. In de Eerste Kamer is dit aantal
van 1 op 2 gekomen. Zij memoreerde de
totstandkoming van de wet op de Algeme
ne Ouderdomsvoorziening en gaf een op
somming van de sociale voorzieningen, die
op stapel staan.
Nadat de heer G. Ruygers, sprekende
namens het bestuur van de P.v.d.A., gewe
zen had op het nog steeds groeiende ar
beidsterrein voor de vrouwenbond, sprak
mej. Mary Saran als vertegenwoordigster
van de Internationale der Socialistische
Vrouwen, waaraan de Nederlands socialis
tische vrouwen sinds het begin hebben
deel gehad. De tweede buitenlandse gaste,
mej. L. Blieck, bracht de groeten over van
de socialistische vrouwen uit België.
De rest van de dag werd onder meer ge
wijd aan de behandeling van ingediende
voorstellen en de verkiezing van het hoofd
bestuur.
stemming bereikt over de samenstelling
van een commissie, die een onderzoek
moet instellen naar de juridische aspecten
van de onderschepping van vijf Algerijnse
opstandelingenleiders in oktober, zo is uit
goedingelichte kringen in Rabat vernomen.
In de commissie, die spoedig in Genève
zal bijeenkomen, zullen onder meer drie
neutralen zitting hebben, namelijk een
Pakistani, een Italiaan en een Bc j, zo
weet het Marokkaanse blad „Al Alam" te
melden.
Zware strijd
Bij een gevecht tussen 400 opstande
lingen en 100 man Franse troepen in het
berggebied tussen Constantine en Philippe-
ville zijn ten minste 25 Franse soldaten
om het leven gekomen. Dertien man wer
den gewond en enkelen zijn .door de re
bellen gevangen genomen. Regen en laag
hangende volken maakte het de Franse
luchtmacht onmogelijk aan de strijd deel
te nemen. Een verliescijfer van 25 doden
op een dag is een der hoogste, dat sinds
het uitbreken van de opstand aan Franse
zijde is opgegeven. Vijftig opstandelingen
zouden bij deze strijd zijn gesneuveld.
Het rapport deelde verder mede, dat
„verscheidene andere Fransen vermist
worden". De strijd duurde nog voort in het
bergachtige gebied, toen Franse verster
kingen al onderweg waren naar het toneel
van de strijd.
WASHINGTON (AFP/UP) De Ameri
kaanse Democratische senator Fulbright
heeft zich in de woordenstrijd gemengd die
ontstaan is na het verschijnen van een
levensbeschrijving van minister Dulles
tussen John Beal, schrijver van de biogra
fie, en Dulles zelf. Hij zegt niet te kunnen
begrijpen dat er een dergelijk verschil van
mening tussen Dulles en Beal kan bestaan
over de redenen die de minister konden be
wegen de Amerikaanse hulp voor de dam
bij Assoean in te trekken. Het departement
van Buitenlandse Zaken heeft, naar Ful-
brights zeggen, beloofd hem op korte ter
mijn een volledig verslag van Dulles hier
over te doen toekomen. Beal noemt de in
trekking van de toezegging tot steun een
zet van de kant van Dulles in de koude
oorlog. Dulles daarentegen verklaart dat
de Amerikaanse regering er geenszins de
bedoeling mee gehad had „de Sovjet-Unie
te dwingen haar kaarten op tafel te leg
gen". Namens het State Department is ver
klaard dat het boek van Beal „geen ge
autoriseerde biografie" is. Dulles heeft
laten weten geen commentaar te hebben
„over de juistheid van karakterbeschrij
ving, analyses van de politiek en de ach
tergronden van deze politiek".
De speciale ondercommissie van de Ame
rikaanse senaat die een onderzoek instelt
naar de politiek ten aanzien van het Nabije
Oosten (waarvan Fulbright voorzitter is),
zal na ontvangst van Dulles' verslag beslis
sen of het in het openbaar behandeld dient
te worden.
LONDEN (Reuter) In een groot deel
van de Londense havens ligt het werk stil
als gevolg van een staking van ladingkler
ken, zonder wie de havenarbeiders niet
kunnen werken. Op meer dan veertig sche
pen kan niet worden gewerkt. Volgens de
leiders zal de staking van de 1600 lading
klerken meer dan 18.000 havenarbeiders
het werken onmogelijk maken. De lading
klerken hebben het werk neergelegd uit
solidariteit met de ladingklerken in Til
bury, die staken uit protest tegen het te
werk stellen van niet-georganiseerd perso
neel.
Op verzoek van de Franse regering heb
ben de grootste vijf Franse autofabrieken,
Renault, Citroën, Peugeot, Panhard en
Simca, besloten hun produktie te verhogen
en tweederde van de verhoging uitsluitend
voor de export te bestemmen.
Door de gemeenschappelijke poging in
deze richting zal de schatkist volgens mi
nister Ramadier aan extra deviezen op
honderd miljoen dollar mogen rekenen.
Ramadier heeft dan ook een dringend be
roep op de directies der Franse auto-
fabrieken gedaan, door een eensgezinde
actie te helpen voorkomen, dat de franc
zal moeten worden gedevalueerd.
Dat de vrees voor de toekomst van de
Franse franc niet ongegrond is, blijkt ook
uit het tekort van Frankrijk bij de Euro
pese Betalingsunie, dat over maart ten
minste 100 miljoen en misschien zelfs 140
miljoen dollar zal bedragen, het hoogste
tekort sedert 1952.
De koppen boven een artikel in de van
daag verschenen Radiogids (VARA) doen
meer onbeheerste verbolgenheid over de
voorlopige uitslag van de concurrentie
strijd met de AVRO om de amusements
programma's vermoeden dan uit het arti
kel zelf spreekt. Onder het opschrift
„VARA krijgt er in het komende seizoen
een zendavond bij' (En de AVRO betaalt
het!) - Showboat (nu „kaperschip") vanaf
september op dinsdagavond" zet de Vara
uiteen, dat aanvankelijk met de voorzitter
van de Avro overleg is gepleegd over de
vraag of Avro alleen een „kapitein" wilde
overnemen of dat zij het „gehele schip
wilde stelen". Dat laatste werd door de
voorzitter van de Avro van de hand gewe
zen met de opmerking, „dat de Avro dan
toch wel de demonstratie van geestelijke
armoede zou geven", terwijl de voorzitter
van de Avro ook uitdrukkelijk vaststelde,
dat de gezamenlijk gemaakte afspraken
moesten worden nagekomen en dat men
geen medewerkers bij elkaar zou wegtrek
ken.
Het is duidelijk, dat er een verschil van
interpretatie over die laatste overeenkomst
bestaat tussen Vara en Avro. En wij gelo
ven, dat de Vara de betekenis van deze
afspraak overschat ten aanzien van het
gebeurde met de medewerkers van haar
Showboat. Er is immers niet veel anders
gebeurd, dan dat er een aantrekkelijke
vacature bij de Avro kwam, dat de Va ra-
medewerker Karei Prior daarop sollici
teerde en werd aanvaard en dat vervolgens
de heer Prior, die nu tot taak kreeg ver
strooiingsprogramma's voor de Avro samen
te stellen, daartoe heeft „gesproken" met
artisten, die hij kende. Deze artisten zijn
alleen per seizoen als Varamedewerkers te
beschouwen, want zij werken op contrac
ten van een bepaalde tijdsduur. Daarna
zijn zij vrij om die contracten al of niet
te hernieuwen. Tenslotte is niet alleen de
omroep daarin vrij, maar ook de betrokken
acteurs, conférenciers en humoristen zijn
dat. Wanneer men de zaak nuchter bekijkt,
dan dient men het zelfs toe te juichen, dat
in het aanstaande radioseizoen het geijkte
schema, dat nu al jaren de verstrooiings
programma's van de Nederlandse omroep
heeft beheerst, wordt doorbroken.
Dit redelijke inzicht blijkt ook aan het
slot van het artikel in de Radiogids, nadat
het Varabestuur zich daarin bevrijd heeft
van, overigens wel begrijpelijke, opgekrop
te gal:
„Is dit alles nu een verlies voor de
VARA? Wij menen van niet. Stellig zou
den wij enkele van de artiesten die nu
naar de AVRO zijn gegaan, gaarne in ons
programma hebben gehouden. Maar het
gebeurde dwingt ons nu op iets snellere
termijn dan wij anders wellicht gehandeld
zouden hebben, te komen tot een radicale
wijziging van ons zaterdagavondprogram
ma. Die verandering was toch noodzakelijk.
Reeds in het begin van het lopende seizoen
hebben wij besloten dat dit het laatste
jaar zou zijn van de Showboat in zijn te
genwoordige vorm en dat wij heel andere
plannen moesten ontwerpen. Die plannen
hebben wij nu gereed.
Als wij de hele aangelegenheid een beet
je realistisch bekijken, dan mogen wij zeg
gen, dat er in ieder geval sprake is van
winst voor de luisteraars. Want de luiste
raars zullen nu op dinsdagavond zo onge
veer het bestaande VARA-zaterdagavond-
programma te horen krijgen en zij zullen
daarnaast op de zaterdagavond een nieuw
en stellig belangrijk verbeterd programma
voorgezet krijgen".
Dat laatste kan elke onbevooroordeelde
luisteraar slechts aangenaam zijn. Intussen
moet het ons van het hart, dat al die con
troversen over in wezen toch eigenlijk on
belangrijke verenigingsaangelegenheden
ons rijkelijk overdreven voorkomen. Gis
teren bijvoorbeeld nog ontvingen wij een
met dereproducties van de handtekeningen
der afzenders opgesierd communiqué van
mevrouw Conny Stuart en van de heren
Cees de Lange (als eerste ondertekenaar),
Alexander Pola, Joop Doderer, Ko van
Dijk, Rijk de Gooier en Johan Kaart. Ge
noemde artisten verklaren, dat uitsluitend
artistieke motieven en geen zakelijke over
wegingen hun overgang naar een andere
omroepvereniging hebben bepaald. Wij zijn
geneigd naar aanleiding van deze plechtige
verklaring slechts de titel van een vroegere
Avro-rubriek in herinnering te roepen:
„Men kan het geloven of niet".
Meer dan eens hebben wij ons doen ken
nen als voorstanders van een waarlijk na
tionaal omroepbestel. De deining over de
bezetting van bepaalde verstrooiingspro
gramma's heeft eens temeer bewezen, dat
het Nederlandse radioprogramma een
speelbal is in handen van slechts elkander
vliegen afvangende verenigingsbesturen.
Voor de Nederlandse radioluisteraar is
echter niet het welzijn van bepaalde om
roepverenigingen belangrijk, maar uitslui
tend de kwaliteit van de geboden program
ma's. Het kan de doorsnee-luisteraar niets
schelen voor welke microfoon een artist
optreedt, maar slechts dat hij deze artist
te horen krijgt. In enkele gevallen moet
helaas worden geconstateerd, dat de luiste
raar er slechts belang bij heeft, dat een
artist niet te horen is. Deze waarborg
wordt echter niet gegeven in een stelsel,
dat slechts bestaat bij de gratie van onder
ling gemaakte afspraken en een eventueel
te tonen goede wil tot samenwerking. Die
zekerheid kan in het geheel niet gegeven
worden in een stelsel, waarin de meerdere
of mindere bekwaamheid der omroepbe-
sturen geheel afhankelijk is van de toe
vallige samenstelling van de groepering
waaruit zij voortkomen.
H. Bartman