VOOR WAT DE ZOMER ONS BELOOFT...
Badpakken zijn thans
meesterstukjes van coupe
Gaillardia's of
kokardebloemen
Een Spaans ezeltje
Uw geld of uw leven
Best geklede vrouwen
Tuin- en kamerplanten
ZATERDAG 27 APRIL 1957
Welk haasje woont in het hol onder
de boom? Volg de lijnen van de haas
jes af en je weet het.
Op de vergadering werd zó hard ge
schreeuwd dat Kareltje Mol, onder de
grond, er wakker van werd.
Opeens dacht hij aan het cadeautje
voor de muizenkinderen. Hij tastte er in
het donker naar. Maar wat was dat?
De balletjes waren verdwenen! Hij
hoorde wel iets anders en dacht eerst,
dat de muizen in zijn hol waren gekro
pen terwijl hij sliep. „Piepepiep", ging
het naast hem. „Hé, wie zijn daar? Wat
is dat?" vroeg Kareltje verbaasd. Toen
hij goed keek ontdekte hij twee piep
kleine vogeltjes die een vreselijke keel
opzetten. „Nou nou", zei Karei, „waarom
schreeuwen jullie zo? Ben je verdwaald?
Heb je honger? Waar zijn je vader en
moeder?" De kleine vogeltjes konden
nog geen woord praten en Kareltje be
sloot om boven de grond maar eens raad
te vragen.
Net toe hij zijn kopje uit de molshoop
stak, wilden de kraaien de veldmuis uit
de vergadering zetten omdat er alleen
maar mannen mochten komen. „Maar ik
kan jullie vertellen wie het zwarte mon
ster is", riep ze, „je zult het niet gelo
ven. Maar ik heb het bewijs. Hier zijn
z'n haren!"
Alle dieren kwamen in een kring om
haar heen staan en met snikkende s em
zei de veldmuizenmoeder: „het is r
vriend. een vriend van ons allem
Het is.De rest fluisterde ze.
„Wat? Kareltje? Kareltje Mol? Onze
vriend de mol?" riep iedereen. „Hier
ben ik", lachte Karei, want hij dacht dat
de dieren hem zagen aankomen en hem
daarom zo vrolijk riepen.
„Het monster! Het zwarte monster.
Houd hem. Weg met hem! Jaag hem
het bos uit!" klonk het van alle kanten.
„Waar? Waar dan toch?" vroeg Ka
reltje en hij keek verschrikt om zich
heen.
„Houd je maar niet van de domme,
mannetje. Zeg op, waar zijn de eitjes
van de merel?" „Eitjes? vroeg Karei,
„ik weet van geen eitjes. Ik wilde jullie
alleen read vraeen. Ik heb in mijn hol
twee kleine
„Piepeoiepepiep", ging het achter hem
en opeens keken twee kleine vogelkop
jes uit de molshooo, „Mereltjes, merel-
kindertjes!" riep moeder Merel en ze
vloog er op af, ..ze zijn van mij, ze moe
ten van mü zijn. Kijk maar, ze lijken op
mijn man!"
„Neem me niet kwalijk", zeiden de
kraaienagenter tegen Kareltje en ze lie
ten hem los „het was een vergissing. Het
zwarte monster bestaat niet".
„Jawel. jawel!" riep Kareltje, „het
bestaat wèl. Ik had twee heel leuke bal
letjes gevonden en in mijn kamer ge
legd en toen ik wakker werd waren ze
weg. Dat heeft natuurlijk dat zwarte
monster gedaan!"
Kareltje Mol begreep maar niet waar
om de dieren zo verschrikkelijk moesten
lachen om zijn verhaal. Ze rolden over
de grond toen hij vertelde dat er wèl
twee vogeltje waren, maar geen balle
tjes meer om mee te voetballen.
Hij begrijpt het nóg niet, maar ja,
hij is blij als hij lachende gezichten ziet
en daarom doet hij maar mee als hij nu
door het bos loopt en iedereen lachend
roept: „Daar gaat het zwarte molster!*'
Mies Bouhuys
JA, IEDEREEN in het bos was het er
over eens: Kareltje Mol was het vrien
delijkste dier van allemaal. Het was
eigenlijk jammer dat je hem zo weinig
zag, want hij had voor iedereen altijd
een aardig woord, speelde met kleine
dierenkinderen en was beleefd en be
hulpzaam voor oude dieren.
Als Kareltje in het bos rondliep was
iedereen tevreden en vrolijk. En omge
keerd hield Kareltje natuurlijk ook erg
veel van alle dieren. Vooral van de vo
gels. Het fluiten en zingen van vogels
miste hij wel eens onder de grond. En
daarom was hij op een morgen met zijn
kopje boven zijn molshoop verschenen
en luisterde naar het prachtige concert,
dat de merelvaders en moeders gaven
in de bomen en struiken boven Kareltje.
„Oo", zuchtte de zwarte mol, „wat
moet het heerlijk zijn om zó te kunnen
fluiten! Weet je wat? Ik ga toch eens
aan de merel hierboven vragen hoe ze
dat doet. „Nu woonde er een merel in
een struik vlak bij hem, nog geen twin
tig centimeter boven de grond. Kareltje
had al vaak naar haar zitten kijken zon
der dat ze het merkte. Kareltje Mol
bedacht dat hij, als hij op het heuveltje
verderop klom, net zo hoog kon komen
als de tak waarop hij de merel altijd
zag. Toen hij met veel moeite tegen het
heuveltje was opgeklomen merkte hij
dat ze er niet was. „Merel! Mevrouw
Merel!" riep Kareltje zacht, maar er
kwam geen antwoord. Kareltje wilde al
weer teruggaan naar zijn molshoop toen
hij opeens, vlak bij hem twee hele grap
pige dingetjes in een soort mandjj zag
liggen.
„Hé", zei Kareltje, „wat zijn dat nou
voor leuke balletjes? Wat zou je daar
mee kunnen doen? Weet je wat? Ik neem
ze mee.... De veldmuisjes onder de
grond zullen er heerlijk mee kunnen
spelen. Tsjonge jonge wat zullen ze daar
van opkijken als oom Karei met zo'n
prachtig cadeau aankomt".
Het was niet zo makkelijk om die
twee balletjes uit dat mandje te krijgen,
maar Kareltje was slim en hij schudde
net- zolang aan de tak tot het hele
mandje naar beneden viel met de twee
balletjes erin. Het mandje liet hij liggen
en hij verdween met zijn balletjes in z'n
molshoop.
Jammer, toen hij het holletje van de
veldmuisjes binnenging vond hij nie
mand. Moeder Veldmuis was zeker ook
met haar kinderen in de zon gegaan.
„Nou, dan bewaar ik het speelgoed maar
tot ze terugkomenêê, zei Kareltje en hij
sleepte de balletjes terug naar zijn eigen
slaapgang, waar hij meteen maar een
dutje ging doen want hij was moe ge
worden van het klimmen en sjouwen.
Ja, moeder Veldmuis was met haar
kinderen op pad. Ze wandelden onder
de lichtgroene struiken en stonden af en
toe stil om een praatje met familie of
kennissen te maken. Maar opeens
schrokken ze vreselijk. Vlak boven hun
hoofd klonk een gil. Het was een merel,
dat hoorde je meteen!
„M'n eitjes! M'n mooie mereleitjes!
Wie heeft mijn eitjes gestolen? Wie heeft
mijn nest verwoest?" klaagde de stem
van. de merel.
Het stond meteen zwart van de die
ren om het merelnest dat uit de boom
was gevallen. „Opzijopzij", krasten
de kraaien die altijd voor politieagent
speelden als er iets gebeurd was.
„Hier" riep er opeens één, „hier, kijk
dit eens!" In zijn snavel had hij een paar
zwarte glanzende haren die hij vlak bij
het nest had ontdekt. Alle dieren beke
ken elkaar van top tot teen. Nee, nie
mand had zulke haren. De muizen wa
ren grijs, de eekhoorn was rood, de ha
zen waren bruin en de pad die helemaal
vooraan stond had niet één haartje.
„Een onbekend dier", mompelde een
oude haas, „dat is altijd gevaarlijk".
„Een dier?" vroeg het eekhoorn
vrouwtje, dat zelf pas kinderen had,
„noem je dat een dier, die nesten uit
haalt van een ander? Ik noem het een
monster!"
„Wie zei daar monster?" kraste een
kraai, „wie had het daar over een zwart
monster?"
„Ja ja, het is een zwart monster",
piepten de muizen en iedereen had op
eens iets gemerkt of gezien van het
zwarte monster. „Alle kinderen in huis",
riepen de kraaien, en alle mannelijke
dieren onmiddellijk vergaderen. We
moeten een besluit nemen!"
Alle dierenmoeders duwden hun kin
deren voor zich uit naar huis. De mui-
Dit ezeltje kan je maken van pijpe-
schoonmakers en kurken. De kurken be
vestig je aan de schoonmakers door er
een gaatje in te prikken en daar de
schoonmaker in te steken.
Waarschijnlijk bent u in gedachten al
bezig vakantieplannen te maken. Er
wacht ons immers binnenkort weer een
vaak al te korte periode van niets
doen en genieten en we willen die het
liefst doorbrengen daar waar de zon
uitbundig schijnt. Of we ons echter naar
een gegarandeerd zonnig strand ergens
in het zuiden begeven of dagtrips onder
nemen in Kennemerland, bij de plannen
makerij zal zeker de vakantiegarderobe
worden betrokken. Misschien bent u
handig genoeg zelf iets te ontwerpen;
in het andere geval kunnen wij u ga
randeren, dat het zomerseizoen in de
winkels al volop is begonnen. U kunt
nu het best keus maken in badpakken,
shorts en strandjurken, die in al hun
kleurengloed een bar grote verleiding
vormen.
In geen voorafgaand jaar is de strand
kleding zo modieus en geperfectioneerd
geweest als thans. Dit geldt voor wat men
ziet in buitenlandse collecties, maar zeker
ook voor wat fabrikanten van sport- en
strandkleding in eigen land dit voorjaar
hebben uitgebracht.
Badpakken zijn niet langer omhulsels,
waaraan we zelf vorm moeten geven, maar
meesterstukjes van coupe met een binnen-
constructie, die het lichaam steun geeft,
foutjes wegwerkt en er terdege toe bij
draagt ons een nimfachtig uiterlijk te ver
lenen. Vergeleken met enkele jaren ge
leden zijn de badcostuums beslist decenter
geworden: van boven en van onderen een
stukje erbij. In Amerika lanceert men zelfs
pakjes met pijpjes, zo lang als een short
en men gaat zelfs zo ver, dat men het bad.
costuum driekwart mouwtjes geeft wel
weer een beetje te veel van het goede.
plissérokjes genieten bij de jongeren met
slanke figuurtjes veel aftrek. Wil men wat
molligheid camoufleren, dan zijn de mo
dellen met een vertikaal ingerimpeld voor
pand geschikt ofwel die met een overrokje.
Is men verre van slank, dan zal het lastex
pak met bijvoorbeeld donkerder gekleurde
zijpanden een ranker silhouet suggereren.
Er bestaat zo'n ruime keus ook al in de
lagere prijsklassen voor ieder type fi
guur, dat we ons het strand van de naaste
toekomst kunnen voorstellen als bevolkt
met louter aantrekkelijk geklede zonne-
baadsters. En wist u, dat het Nederlandse
badpak, zowel in katoen als lastex, het
goedkoopste in Europa is?
Is men een verwoed zwemster dan blijft
toch altijd wollen of katoenen tricot de
aangewezen dracht. Voor het zonnebad
kan men zich dan even omkleden. Sinds
kort zijn ook nylon crêpe mousse pakken
in de handel. Zij bezitten het voordeel
goed om het lichaam te sluiten en snel te
drogen. Tevens zijn ze zon- en zeewater-
bestendig.
Het ziet er naar uit, dat het sterk ge
rimpelde katoenen pakje veld gaat ruimen
voor een meer gladde, vloeiende lijn. Der
gelijke tuniekachtige pakjes ziet men op
buitenlandse stranden veel dragen. Ze be
antwoorden volledig aan de „flou" lijn, die
thans zo populair is lijn dus, die het
lichaam niet strak, maar vloeiend omsluit
en soepel en beweeglijk is.
De lastex pakken vertonen vaak asym
metrische lijnen of schuine draperieën.
Het laatste nieuws zijn de pakjes met in
geweven ruiten of strepen van gouden,
zilveren of gekleurde lurexgarens, die
zon-, zeewater- en wasecht zijn, zodat het
glinstereffect ook na een duik in zee be
houden blijft. In Amerika en Italië wordt
veelvuldig met dergelijke glinsterdraden
gewerkt.
Afknoopbare schouderbandjes vergezel
len de costuums. Kiest u er een van ka
toen, dan kunt u een ensemble vormen
door er een rok en jasje of bolero van de
zelfde stof bij te kopen (of te maken). U
kunt er dan mee de boulevard op of de
stad in.
KLEINE DESSINS zijn bij die katoen
tjes in de mode, vaak heel romantisch zo
als bloempjes, vlinders of takjes, dan wel
meer abstracte voorstellingen in gedurfde
kleurencombinaties, ontworpen door schil
ders. Of wilt u nog wat anders: harlekijn
ruiten in bonte kleuren. Maar u bent ook
volgens de laatste voorschriften gekleed in
een effen katoenen costuum. De kleuren
hiervan zijn marine (in plaats van zwart),
coral rood, tomaat, turkoois, diep rose of
ijsblauw.
De short heeft dit seizoen heel korte
pijpjes en geen omslag. Pantalons zijn
driekwart of zevenachtste lang, hebben
nauwe pijpen met geestige splitjes of ze lij
ken op de broek van de overall van Ame
rikaanse vliegers, met twee klepzakken op
het bovenbeen en naadzakken opzij.
Voor kampeer, en watersport kan men
tuniekachtige jasjes kiezen, die men over
de pantalon draagt of een plezierige ge
streepte poncho met wijde afstaande col.
Een geheel nieuw kledingstuk is de blou-
son: een jakmodel met een blousende rug,
die glad om de heupen sluit. Weer een an
der seizoennieuwje: blazers in clubstrepen,
bijvoorbeeld in blauw met groen, begrensd
door een smalle lijn of in grove pied de
poule dessins of pastelkleurige strepen.
Al hebben we nog niet, zoals Italië, zon-
nejurken, pakjes en pantalons van stro in
alle mogelijke pastelkleurtjes, er zijn in de
Nederlandse collecties zoveel andere mo-
dieuse nieuwjes te vinden, dat men er,
mits de keus goed wordt overwogen, best
in voor de dag kan komen, zelfs op het
meest mondaine buitenlandse strand.
Tineke Raat
De statistieken der levensverzekering
maatschappijen hebben slecht nieuws voor
de Amerikaanse mannen: in 1900 leefde de
vrouw in dit land gemiddeld nog geen drie
jaar langer dan de man, in 1930 leefde zij
bijna vier jaar langer en nu bedraagt het
verschil zes of zeven jaar. Gaat men na
hoeveel mensen er sterven tussen de 40
en de 50, dan blijkt, dat de verhouding
tussen mannen en vrouwen 17 tot 10 is.
Voor de leeftijd van 50 tot 60 jaar is de
verhouding nog ongunstiger voor de man
nen: 18 tot 10. De gemiddelde leeftijd van
de Amerikaanse weduwe is 51 en zij kan
dan in de regel nog rekenen op een wel
verzorgd, doch eenzaam bestaan van twin
tig jaar.
De Amerikaanse schrijfster Hannah Lees
heeft een oproep tot de vrouwen gericht
om de man.te sparen. Zij meent dat de
vrouwen het leven van hun echtgenoot
aanmerkelijk zouden kunnen verlengen,
indien zij aan hun man lieten merken, dat
zij meer prijs stellen op omgang en ont
spanning, samen met hem, dan op zijn
geld en geschenken. Wanneer de man twee
Blauw lastex badcostuum, gegarneerd
met een rode en witte band.
Het moderne servies „2000", dat wordt gebruikt door de Sjah
van Perzië en zijn gemalin.
mee naar huis, samen met wat vuurwerk en de spaghetti, toen
in China en thans in Italië het volksvoedsel.
Maar het geheim van het pottenbakken bewaarden de Chi
nezen. Het moest nog eens ontdekt worden, door de Berlijnse
Alchemist Friedrich Böttger, die Wilhelm van Pruissen had
wijsgemaakt dat hij goud kon maken. IJzeren Wilhelm hield
hem aan zijn woorden en toen er geen goud uit de ovens kwam
moest Böttger vluchten. Hij kwam terecht bij August de Ster
ke, koning van Saksen, die met meer geduld wachtte op het
goud van de alchemist. Het werd geen goud, het werd porse
lein en het paleis van de Sterke August in Meissen werd de
eerste Europese porseleinfabriek: Augustus verdiende er goud
mee. Hij ruilde ook porselein soms voor een vendel soldaten,
soms voor een prinses voor een van zijn mannelijke gezinsleden.
Madame de Pompadour, de geliefde van Lodewijk de Vijftien
de, koning van Frankrijk, stichtte in Sèvres in Frankrijk een
concurrerende porseleinfabriek want dit volksmeisje wist
haar duitjes goed te beleggen. Porselein bleef het vaatwerk van
de zeer rijken, tot in 1880 Philip Rosenthal met een paar dollar
op zak terug kwam uit Amerika naar Duitsland. Hij was het
die eenvoudig wit porselein het enig betaalbare eigen
handig van decoraties ging voorzien. Dat was zijn eerste nieuw
tje. Het tweede was dat hij de tot dan toe altijd ronde borden
eens een andere vorm ging geven: twaalfzijdig. Elke vakman
beloofde hem een strop, omdat niemand van niet zuiver ronde
borden zou willen eten, meenden zij. Rosenthal richtte een groot
diner aan in Berlijn, bracht zijn gasten met een voortreffelijke
maaltijd in de goede stemming en zei na afloop tot zijn gasten:
hoe vond u uw bord? Ze vonden het zo mooi, dat dit eerste
revolutionaire bord nog altijd over heel de wereld wordt ver
kocht. Het servies heet „Maria", naar de vrouw van Philip
Rosenthal en omdat dit eerste servies wit is werd het Maria-
Weiss genoemd. Compleet bestaat het per persoon uit 276 delen,
maar men kan het per bord, per schaal, per kop of schotel
kopen en dus het servies bijeen sparen.
Tegelijkertijd verscheen het servies Sanssouci: barok met veel
kleur en bloemranken. En veel goud. En iedereen die in die
tijd heel chic wilde zijn koos tussen deze twee serviezen en
alle jonge mevrouwtjes die elkaar op een etentje uitnodigden
maakten er elkaar jaloers mee. Want het mooi verzorgen van
de tafel behoorde toen tot de goede toon en dat gaat weer zo
worden. Ook hotels en restaurants zijn thans niet meer tevreden
met de grote dikke witte en vooral saaie borden.
PORSELEIN IMMERS is niet zo duur meer. Minstens even
belangrijk is, dat porselein sterk is veel sterker dan aarde
werk, al is het dunner. Met een porseleinen kopje kan men
stevig op het tafelblad timmeren het blijft heel. Men kan een
porseleinen kopje of bordje ook op de grond leggen en er met
het volle gewicht op gaan staan, er komt geen barstje in. En
bovendien is het glazuur van porselein zo sterk en glad, dat er
geen krasje in kan komen waar zich bacteriën kunnen nestelen.
Vandaar, dat in alle laboratoria porselein vaatwerk wordt ge
bruikt
zenkinderen kropen huilend onder de
grond. „Vooruit!" riep hun moeder,
„vooruit! Monsters zijn altijd op muizen
uit. Misschien is het wel een kat!"
Opeens stond één van de kinderen stil
in het gangetje voor hun huis. Met grote
zwarte kraalogen keek het naar de
muur. „Moeder!" riep hij, „moeder
daar!" Alle muizen tsonden verstijfd van
schrik, want langs de muur zagen ze
dezelfde zwarte gladde haartje als die
bij het merelnest, maar moeder Muis zag
nóg iets. Op de grond waren heel duide
lijk de sporen de graafhandjes van Ka
reltje Mol te zien. „Kareltje! Zou Karel
tje. Het was bijna niet te geloven,
maar ja, die zwarte haren en die sporen!
Ze duwde haar kinderen in huis, deed
de deur op slot en ging terug naar bui
ten. Hoe verschrikkelijk het ook was
om een vriend te verraden, ze moest
vertellen wat ze ontdekt had!
(Van een medewerkster)
Het „Custom tailors guild of America"
I heeft de film-actrice Audrey Hepburn
en de voormalige Amerikaanse ambas
sadeur in Italië, mrs. Clare Boothe Luce,
uitgeroepen tot de best geklede vrouwen
van Amerika.
De anderen zijn: Rosalind Russel
(theater), de hertogin van Windsor (so
ciety), Denise Lor (televisie), Maria Cal-
las (opera), Marge Champion (dans),
Jean Martin (grammofoonplaten), Esther
Williams (sport) en Jacqueline Cochran
(zakenleven).
Nieuw servies met modern decor.
Veelkleurig gestreepte poncho met
hoge, wijde col, gedragen over een
short in hetzelfde dessin
Het meest populair zijn de katoenen
pakjes, die eigenlijk meer als strand- en
flaneerkleding dienst doen. Een onderzoek
heeft uitgewezen, dat in steden dicht bij de
kust (zoals Haarlem) een enorme voor
keur naar die katoentjes uitgaat en dat
velen er verscheidene bezitten, want men
wil graag ieder seizoen meedoen met de
mode. Pof broekjes en kittige ballerina- of
BLANK EN DOORSCHIJNEND als een eierschaal, met een
gouden rand van fijn gegraveerde arabesken en in het midden
een grimmige gouden leeuw zo waren de borden, schalen,
terrines, koppen en schotels, die Soraya uitzocht toen ze haar
huishouden op ging zetten samen met de ja-in-sja, de keizer-
der-keizers van Perzië. Een servies, dat een wit-gedekte tafel
doet schitteren van rijkdom, maar keizerin Soraya was natuur
lijk bang voor het breken en daarom bestelde ze nóg een servies
voor dagelijks gebruik, en dat is dan zonder gouden randen en
gouden leeuwen; het is gewoon een servies dat u en wij ook
zouden kopen. Het is niet duur en we zouden jonge paartjes die
willen trouwen best willen aanraden er een beetje voor te
sparen want eten van een smaakvol servies is een vreugde.
Liefhebbers zouden overigens ook kunnen sparen voor het gala
servies van de sjah, of van de keizer van Ethiopië, de maha-
radja van Indore, de koningin van Griekenland, president Eisen
hower, of zelfs de paus. Want al deze borden kan men ook in
ons land kopen voor honderdtwintig gulden per bord: het
duurt dan wel even voor een jong paartje een servies bij elkaar
heeft natuurlijk.
Het overdadigst zijn de borden van Haile Selassie, want hij
riep zelfs de vertegenwoordiger van de porseleinfabriek bij zich
en zei: er moet veel goud op meer goud dan op elk ander bord
dat u ooit gemaakt heeft. En hij dacht even na en zei: maakt
u dan ook een servies voor de kroonprins met iets minder
goud. En serviezen voor de ambassades kijkt u dan maar of
u nog wat goud over hebt.
De moderne serviezen zijn gecreëerd door grote kunstenaars,
het servies „2000" en het servies „E" en het servies „Rhytmus",
alle drie van de beroemde Amerikaanse ontwerper Raymond
Loewy. Loewy's ontwerpen werden bekroond onder andere door
het Newyorkse museum voor moderne kunst. En na hem gingen
de Fransman Peynet van de geestige tekeningetjes Les Amo-
reux de Twee Verliefden en de Fin Tapio Wirkkala por
selein ontwerpen, de een sierschaaltjes en vaasjes, de ander ser
viezen van strakke en zuivere vorm. Zij zijn de voorgangers in
de nieuwe ontwikkeling van porselein en hun werk is bij ken
ners al even beroemd als de vazen van de Chinese Ming dynas
tie, en het Europese porselein van Meissen en Sèvres.
Gaillardia's pleegt men ook wel eens
kokardebloemen te noemen; het zijn eigen
lijk overjarige planten, maar bepaalde
soorten kan men ook heel goed als een
jarige zomerbloemen kweken. Het is nu
tijd de zaden te bestellen en ze direct na
ontvangst te zaaien. U hebt er geen kassen
of broeibakken voor nodig; ze laten zich
niet zo best verplanten. Daarom kunt u
veel beter direct ter plaatse in de volle
grond zaaien. Zoek er dan een zonnig
hoekje voor op, want ze houden van de
zon. Stop het zaad niet te diep in de grond.
Het is al voldoende als het onder de op-
pervlakte_ zit. Na opkomst zal wel blijken
dat de plantjes toch nog te dicht op elkaar
staan. Dan moet u dunnen. De plantjes
hebben een onderlinge afstand van onge
veer tien centimeter nodig. De geelrood-
bruine bloemen zijn allerliefst, keurige
snijbloemen waarvan men veel plezier zal
hebben. Ze houden wel van een voedzame
grond. Wanneer u wat oude stalmest kunt
onderspitten is dat nuttig. Bevat de grond
voldoende humus dan bereikt u ook goede
resultaten met de bekende rose tuin- en
gazonkorrelmest.
G. Kromdijk
PORSELEIN WORDT GEMAAKT van een mengsel van
kwarts, veldspaat en kaolien, vrij zeldzame bodemsoorten, die
men moet mengen en net als goede wijn moet laten rijpen. De
.legende wil dat veertienhonderd jaar geleden het porselein ont
dekt werd door een arme Chinese schaapherder die tegen de
gure stormen, die over de Aziatische steppe bliezen, beschut
ting had gezocht in een kuil, en er een vuurtje stookte. Zijn
voetstappen in die kuil hadden de witte kaolien met de klei
vermengd en toen het vuurtje was opgebrand waren die voet
stappen verstold tot prachtige witte porselein-vormen. Dat was
het begin van het kunstzinnig handwerk der Chinezen: het
maken van vazen en schalen en potten van porselein.
Marco Polo, de Venetiaanse ontdekkingsreiziger, die tot het hof
van de grote Khan in Peking doordrong, bracht van die vazen