PROFESSOR OTTO
VIJFTIC JAAR
B. DE KAT
Aannemers verdringen de
architect in Amerika
Alles blijft hetzelfde
Vertrouwelijke namen voor
schrikbarende krachten
DOUNREAY IN SCHOTLAND
Modern
maar niet modieus
Discrete portretten en
rustige interieurs
Erbij
HEEFT HET VERST ONTWIKKELDE
ATOOMCENTRUM TER WERELD
In tien jaar tien miljoen huizen
Veel, maar vervelend
Pijpenmuseum in Gouda
is weer geopend
Eddie Barnett
ZATERDAG 1 JUNI 1957
page/ vize
De enorme stalen bol van
het nieuwe atoomstation
te Dounreay in Schotland
(Van onze correspondent in Londen)
JOHN O'GROATS is de bedevaartplaats
van degenen, die van uitersten houden.
Want het onaanzienlijke vissersdorpje, dat
volgens de legende naar Jan de Groot, een
Nederlander uit de zestiende eeuw, is ge
noemd, wiens verdiensten verre van dui
delijk zijn, ligt aan de meest noordooste
lijke punt van het Britse eiland als tegen
voeter van Land's End, die andere uit
hoek. Het is er eenzaam, kaal en schraal,
zonder enige bescherming tegen de kille
wind. Op de boomloze velden staan de
grauwe stulpjes van de crotters, de Schot
se keuterboertjes, die er de schapenteelt
beoefenen. De lente komt hier laat. Overal
dartelen de lammetjes.
Om tien uur in de avond is het nog licht.
In de zomer wordt het nooit donker in dit
totnutoe „vergeten" gebied. De nieuwste
industriële omwenteling heeft hier echter
verandering gebracht. Want op de plek,
waar nog enkele jaren geleden het onoog
lijke boerderijtje ..Dounreay" stond, op de
rand van de diepblauwe baai met door
golvenschuim omspoelde rotsen, is thans
het verst ontwikkelde atoomcentrum ter
wereld verrezen. In zijn hart is men eigen
lijk nog bevreesd voor de atoomkrachten,
hoezeer ook in de kooi van hun kernreac
tor getemd. Vandaar dat zij huiselijk-klin-
kende naampjes zoals Bepo, Pluto, Dido en
Pippa dragen. De jongste aanwinst heet
Fred, een afkorting van de functies van
dit snelwerkende experimentele reactor
station, dat als een reusachtig alchemisch
retort voor elke atoom, die het verbrandt,
twee nieuwe te voorschijn tovert! Doun
reay wordt op deze manier een schier on
uitputtelijke bron van atoomenergie. De
nucleaire brandstof van de andere onder
zoekcentra en van de reactors van het type
Calder Hall voor de elektriciteitsopwek
king, welke alom in Engeland en ook el
ders zullen worden gebouwd, kan wellicht
tot tienmaal toe worden geactiveerd met
de in Dounreay te prepareren atoombrand
stof plutonium of thorium, waardoor te
vens het splitsingsproces kan worden ver
eenvoudigd, hetgeen tot een enorme be-
scale en zijn overbuurman Calder Hall met
hun trage omslachtige en ondoelmatige
kernprocessen vormden slechts de eerste
stap op een lange weg. Met Dounreay
maakt men thans een sprong naar het ver
ste punt dat op het ogenblik bereikt kan
worden. In dit nieuwe atoomstation met
zijn geweldige stalen bol van vijfenveertig
meter doorsnee groter dan de koepel
van de kathedraal van de St. Pauls in Lon
den wordt thans in feite een toekomst
fantasie voorbereid. Men werkt er aan me
thoden, die het mogelijk zullen moeten
maken, dat de mensheid zich voor duizen
den jaren niet meer zal behoeven te be
kommeren om de slinkende traditionele
krachtbronnen, zoals steenkool en olie.
Men is doende het splitsingsproces zodanig
te verbeteren, dat uit één ton uranium een
hoeveelheid energie kan worden verkre
gen welke gelijk staat met die afkomstig
van drie miljoen ton steenkool! Misschien
zal daardoor reeds de volgende generatie
beschikken over elektriciteit zo goedkoop
als water
De hele nieuwe industriële ontwikkeling
hangt voor een groot deel af van wat er
in het afgelegen Dounreay wordt „bekok
stoofd". Het eerste doel is echter om zoge
naamd verrijkt uranium te leveren, even
tueel ook voor export. Europa is op dit
gebied voorlopig geheel van Engeland en
de Verenigde Staten afhankelijk. De Brit
ten hebben zeer zeker hun grote kans aan
gegrepen met hun ongeëvenaarde atoom
programma. Het voornaamste doel van het
nieuwste splitsingsproces speelt zich af
binnen de reactor in een ruimte van slechts
60x60x60 centimeter, waar de enorme hit
te ontstaat rond de centrale uraniumladin-
gen. Deze zijn omgeven door een ..deken'
naar de oppervlakte gepompt) worden op
geborgen in speciaal geconstrueerde on
deraardse gewelven, welke de eerstko
mende tweeduizend jaar niet meer zullen
worden geopend. Het materiaal wondt
daarheen overgebracht en verder behan
deld door middel van op een afstand wer
kende instrumenten. Zoals reeds eerder is
gemeld, zal Engelands eerste atoomreactor,
bestemd voor een duikboot, in Dounreay
worden gebouwd. Tevens is het onderzoek
gaande naar reactors van „hanteerbare"
omvang voor tankers alsmede voor klei
nere schepen.
ENGELANDS wetenschappelijke pio
niers, hebben zich als moderne monniken
van de buitenwereld afgezonderd op een
plek. die verder van Londen verwijderd is
dan Milaan, maar zij doen dit geïnspireerd
door het besef, dat zij iets groots verrich
ten, namelijk de toekomst van de mens
heid helpen verzekeren. De bouw van
Dounreay heeft tussen de tweehonderd en
tweehonderd vijftig miljoen gulden gekost.
Hoewel atoomonderzoek het doel is van
dit centrum, zal het later vijftienduizend
kilowatt bijdragen tot de elektriciteits
voorziening.
LONDEN, juni. - Hier in Engeland, ik
kan het u verzekeren, is alles hetzelfde
gebleven. Sedert een maand of acht was ik
hier niet geweest, maar Engeland heeft
daar geen aanleiding in gezien om zichzelf
enige uiterlijke wijzigingen op te leggen.
Of zelfs innerlijke. Aan de ingang van het
land, op het vliegveld van Londen, zitten
nog altijd die voorkomend-vlegelachtige
ambtenaren, die de meestal argeloze be
zoeker van Engeland een rijtje impertinen
te vragen stellen. Ik weet niet of zij van
de niet argeloze bezoeker tóch eerlijke
antwoorden verwachten, maar zij geven
in elk geval de bonafide reiziger iedere
keer weer het mooie gevoel, dat men een
sympathie voor Groot-Brittannië niet ge
heel ongestraft mag koesteren.
Het verkeer in Londen, die eindeloos
grote stad, is zo mogelijk nog iets drukker
geworden. De benzine-distributie is nu
kort geleden opgeheven en het aantal
auto's in de stad is ontstellend. Omdat er
zo weinig brede straten zijn is het. nog
veel moeilijker om van het ene punt naar
het andere te komen dan in Parijs en
bovendien rijdt de Engelsman - in een
„kinderewage" óf in een „slee" - heel lang
zaam. En dit land zou zichzelf niet zijn, als
men er niet een prominente dame uit de
omgeving van de hoofdstad kan tegen
komen, bezig aan haar wekelijkse expeditie
naar enkele dure winkels, een cocktail
party en een tea-party, die verklaart: „Het
wordt toch echt tijd, dat ze al die vracht
auto's uit de stad gaan weren. Het wordt
je zo langzamerhand onmogelijk gemaakt
om voor je plezier naar Londen te komen."
Zij meent dat heel eerlijk. Winkeliers en
OP 11 juni wordt in het
Tuinhuis van de Amsterdamse
Kunsthandel Santee Landweer
een tentoonstelling van wer
ken van prof. Otto B. de Kat
geopend. Het is al weer lang
geleden dat De Kat een eigen
tentoonstelling hield en het is
dus verantwoord dat hij met
zijn werk opnieuw in het licht
treedt. Voor dit exposeren be
staat echter nog een zeer spe-
ttrr v v nu uuviJ. tv/u ucri ulxv/i lilv txo «J vtvu/i uvu juiv.rvu.rr j i j-, in
sparing zal leiden. Het zal de eerste keer van tweeduizend staven natuurlijke ura-
zijn. dat plutonium als brandstof zal wor- nium. De afkoeling en hitteoverbrenging
den gebruikt.
IN DOUNREAY wordt inderdaad een
stoutmoedige poging ondernomen om de
belangrijkste op het gebied van de kern
energie openstaande vragen tot oplossing
te brengen. In april 1958 hoopt men dit
centrum, dat ook nog een reactor voor ma
teriaalonderzoek omvat, in volle omvang
te laten functioneren, waarbij Engeland
dan een voorsprong van een jaar zal be-
- zitten op Amerika, dat een dergelijk proef
station bouwt.
De bestaande atoomcentrales van Wind-
juni vijftig jaar en uit ver
plichting tegenover zijn vrien
den, die deze verjaardag met
hem zullen vieren, meende hij
van zijn kant iets te moeten
laten zien.
VIJFTIG JAAR is voor de
meeste schilders nog betrek
kelijk jong. Ik geloof niet dat
het onze gewoonte moet wor
den iedere vijftigjarige kunste
naar te huldigen. De Kat ech
ter bereikte Verleden jaar al
een belangrijk punt in zijn
(Van onze correspondent in Washington)
Het Amerikaanse instituut van architec
ten bestaat dit jaar een eeuw en om dit
feit te vieren zijn tal van architecten
ook collega's uit het buitenland naar
Washington gekomen. Het grote museum
in de Amerikaanse hoofdstad, de National
Gallery of Arts, heeft aan een zeer interes
sante tentoonstelling gastvrijheid verleend:
„Honderd jaar architectuur in Amerika",
die zeer instructief is, voor ieder, die een
indruk wil krijgen van het goede (en nu en
dan ook het gruwelijke) dat hier in een
eeuw is gebouwd. Het grootste deel van
de tentoonstelling bestaat uit grote foto's
in zwart en wit doch het laatste zaaltje
bevat onder de verzamelnaam „tien ge
bouwen in Amerika's toekomst" prach
tige, als transparanten geëxposeerde, kleu
renfoto's. Hier zit men een aantal van de
beste scheppingen van Frank Lloyd Wright,
Saarinen, Mies van de Rohe en anderen
die de bezoeker ervan overtuigen, dat het
de goede kant uitgaat met de architectuur
in de Verenigde Staten.
Doch wanneer die bezoeker thuis komt
en zijn krant opslaat dan vindt hij daarin
de redevoeringen, die bekende architecten
op hun congres in Washington hebben ge
houden. Weg is dan ineens het optimisme,
dat het laatste zaaltje van de tentoonstel
ling wellicht in hem heeft gewekt! Die ar
chitecten houden namelijk allerminst
feestelijke redevoeringen tijdens dit jubi
leum. Zeker, ook zij hebben in het alge
meen wel grote waardering voor gebou
wen als op die kleurendia's staan afge
beeld. Maar als zij eerlijk zijn dan moe
ten zij erkennen, dat die goede scheppin
gen heel grote uitzonderingen zijn en dat
de architect in Amerika vrijwel alleen aan
bod komt bij het bouwen voor zeer welge
stelde particulieren of bij opdrachten van
grote maatschappijen.
In de laatste tien jaar zijn er ongeveer
tien miljoen huizen gebouwd in dit land
en het overgrote deel daarvan is het werk
geweest van aannemers, die reeksen en
reeksen van gelijksoortige, comfortabele
woondoosjes hebben neergepoot op terrei
nen, die eerst met bulldozers afschuwelijk
kaal zijn gekrabd. Deze superaannemers
hebben enorme verdiensten gemaakt met
hun „luxe concentratie-kampen", waar de
bevolking gretig introk. Voor onafzienbare
tijd is veel mooi land vooral in de omgeving
van de grote stden van Amerika's Oost
kust, deerlijk geschonden. De auto heeft
het mogelijk gemaakt dat de vaders dage
lijks uit deze woonkampen naar hun werk
in de stad trekken. Het landschap wordt
verder gehavend door benzine-stations op
ieder kruispunt en door enorme terreinen
geschieden niet door middel van koolzuur-
gas, zoals in Calder Hall, maar door een
vloeibaar metaal (sodiumpotassum). Alle
voorzorgen worden genomen om ongeluk
ken te voorkomen. Indien het toch mis
gaat, hetgeen praktisch uitgesloten wordt
geacht, dan is er nog altijd de stalen bol,
welke de omgeving voor de gevolgen van
een atomische brand zal behoeden. De
door de reactor afgewerkte gevaarlijke
stoffen (voor zover niet geneutraliseerd en
door een enorme, onder de zeebodem ge
boorde tunnel afgevoerd en via ver uit de
tart door in do roten tatert
tot leraar aan 's lands eerste
onderwijsinrichting op het ge
bied van de beeldende kunst.
Dit is immers een functie
waarvoor verlangd mag wor
den, dat men kan terugzien op
een belangrijk oeuvre. Ik ge
loof dat De Kat hierover al
beschikte.
Men kan veronderstellen dat
iemand, die moet schrijven
over zijn directe voorganger
aan dit dagblad, geneigd is
vriendelijk te schrijven. Be
denk echter dat ik dat al meer
dan vijfentwintig jaar geleden
gedaan zou hebben over De
Kats werk, indien ik me tot
schrijven in staat had gevoeld.
De Kat heeft blijkbaar al kort
na het voltooien van zijn stu
dies zich sterk genoeg geacht
om op te treden. Want het
werk van deze niet zoveel
oudere figuur, met wie ik pas
veel later in kennis kwam en
bevriend geraakte, boeide ons,
jongens van de tekenschool,
die iedere tentoonstelling in
het Steflelijk Museum bezoch
ten. Wij troffen bij de Onaf-
hankelijken, de vereniging die
voor de oorlog voor zeer velen
een springplank betekende, in
De Kats vertegenwoordiging
uitzonderlijk werk. Het was
nooit geheel te passen in de
ons reeds bekende vakjes van
„-ismen". Het had iets on-
Hollands en kon toch ook
moeilijk Frans waarvoor we
al een voorkeur hadden ge
noemd worden. Het leek ons
modern, echt van deze tijd,
zonder modieus te zijn en het
getuigde daarbij van een dege
lijke vakkennis, iets wat op
leerlingen van toén nog in
druk maakte. Dit was nu eens
een figuur om op te blijven
letten. Maar daar we te ver
legen waren om persoonlijk
contact te zoeken we dach
ten, in ons respect, dat hij veel
ouder was verloren we hem
toch uit het oog, toen hij min
der optrad. Ik zag nog omsla
gen voor het tijdschrift Wen
dingen, die ook van zeer eigen
opvattingen getuigden. Later
ontmoette ik bij De Kats col
lega Sjollema een iets meer
traditioneel opgezet schilde
rijtje van een koorknaapje, dat
me niettemin weer ongemeen
boeide door ingehouden en
toch gloeiende kleur. Na de
oorlog, met de oprichting van
de Hollandse Auquarellisten-
kring, waarvan De Kat nog
steeds secretaris is, kwam de
persoonlijke kennismaking en
daarmee het besef van het for
maat waartoe hij inmiddels ge
groeid was. Dat was toen een
gedegen, echter nooit benauwd
opgevatte traditionele wijze
van schilderen in een altijd
beschaafde en vaak warme
kleur. De Kat heeft zich in die
moeilijke oorlogsjaren gelijk
zovelen, gehecht aan zekerhe
den om het schilderen te kun-
waar onder kermis-achtige lichtjes
tweedehands auto's aan de man worden ge
bracht.
De ontbossing in de buurt van Washing
ton is waarlijk triest. Het bouwen is veel
goedkoper wanneer men eerst alle bomen
omver haalt en zijn de bomen eenmaal
verdwenen dan spoelt de goede grond
vlot weg tijdens de hevige onweders die
in dit gebied vaak voorkomen. Eindelijk
gaat men proberen, hier iets tegen te doen.
In een district van Maryland, juist ten noor
den van de Amerikaanse hoofdstad, heeft
men een „anti-bulldozerwet" aanhangig
gemaakt .De bedoeling daarvan is, dat de
overheid in het vervolg zal bepalen, hoe
veel van de bomen op een bepaald perceel
bouwterrein niet mogen geveld. Beter laat
dan nooit!
l/ÖJi
Van september 1955 tot heden is het
Pijpenmuseum „De Moriaan" in Gouda
wegens restauratie voor bezoekers gesloten
geweest Dinsdagavond is het museum op
de Westhaven met enige plechtigheid her
opend. Voor de gasten van buiten de stad
toonde een pijpmaker, hoe een echte
Goudse pijp, de pijp, die wordt beschouwd
als het symbool van genoeglijkheid, ge
moedelijkheid, huiselijkheid en vrede,wordt
vervaardigd.
Het pijpenmuseum is nu dus weer voor
bezoek opengesteld.
bedrijven moeten er dan maar iets anders
op vinden, zegt zij, vervolgend met de
verklaring, dat toch ook de conservatieve
regering in feite uit nauwelijks gecamou
fleerde „roden" bestaat.
In een zeer groot hotel in het West End
van de stad kreeg ik de sleutel toegewezen
voor kamer 689. De portier overhandigt
het kleinood met een zuur gezicht en een
stemgeluid, waarin de bijklank ligt van:
„Zo broer, nou heb je me het weer lastig
genoeg gemaakt. Laat ik je niet nog eens
zien." De lift brengt de mens naar de zesde
verdieping en daar wordt men, met. de
bagage in eigen hand aan zijn lot over
gelaten. Na lang zoeken door honderden
meters slecht verlichte gang bereikt men
kamer 689 en het blijkt, dat het bed van
de vorige bezoeker - die een woelwater
moet zijn geweest - nog niet weer is op
gemaakt. Een mopperend oud kamermeisje
doet dat een half uur later. En voor dit
alles betaalt men twintig gulden per nacht.
De volgende dag ben ik even naar een
cricketwedstrijd gaan kijken, op Lord's,
dat enorme bolwerk van de Britse cricket
cultuur. Op een weekochtend zaten daar
zeker tienduizend mensen geboeid naar
het spel te kijken, dat voor de Engelsman
nauwelijks meer een spel is. Een religie,
hebben sommigen gezegd. Een Engels elftal
speelde tegen elf West-Indiërs, vrolijke,
luide jongens die het spel voornamelijk
een feest lijken te vinden en het dan ook
zo spelen. In de geest hoort men juichende
calypso's over het mooiste grasveld van
Engeland schallen. Als ik in de bus terug
rijd naar de stad, wil de conducteur weten
hoe de stand was in de wedstrijd en gaat
dit nieuws ogenblikkelijk doorgeven aan
de chauffeur. Zij blijven er een paar minu
ten, al rijdend, over doorpraten. Dan roe
pen een paar passagiers, dat zij nog willen
betalen voor ze bij hun doel zijn. De con
ducteur draait zich onwillig om. Ze hadden
het geld ook wel ergens kunnen neerleg
gen, vindt hij.
Verder blijft het leven hier vreselijk
duur. Een pakje sigaretten kost twee gul
den. En een fabrieksdirecteur heeft mij
gisteren het huis laten zien, dat hij net
gekocht heeft. Het is, naar Nederlandse
begrippen, een soort verbeterde woning
wetwoning en hij heeft daar vijfenzeventig
duizend gulden voor moeten betalen. Le
vensmiddelen zijn ook verre van goedkoop.
De winkelier overhandigt ze u met een
ongeïnteresseerd gebaar.
Het is een vreemd land, dit. Maar de
sympathie blijft leven, ondanks alles. En
bij het vertrek van London Airport, zegt
de immigratie-ambtenaar met een dan op
eens stralende glimlach: „Zag ik u gisteren
niet op Lord's, sir?" En alles is weer goed
tussen ons. A. S. H.
Negenentwintig dagen en negenen
twintig nachten heeft Eddie Barnett in
eenzame afzondering op een ruim 20
meter hoge paal doorgebracht. Deze
Amerikaan, een vurig supporter van het
„Washington Senators"-honkbalteam,
was namelijk uit pure wanhoop over
de matige resultaten van zijn favorieten
in een 65 voet hoge paal geklommen,
waarna hij de belofte aflegde dat hij
daar zou blijven, totdat zijn ploeg een
drietal overwinningen achter elkaar zou
hebben behaald. Woensdag slaagden de
„Washington Senators" er voor de eer
ste keer sinds Barnett zijn belofte deed
in voor de derde achtereenvolgende
maal te winnen, waarna Eddie zijn hoge
zitplaats heeft verlaten.
nen volhouden. Hij had daar
bij voldoende eigens weten te
bewaren. Men mocht echter
aannemen, dat dit eigene zich
toch op den duur weer meer
op de voorgrond zou stellen.
PAS TOEN eigenlijk vernam
ik dat De Kat lang in België
had gewoond. Ik kon me dat
goed voorstellen: zat hij, ge
zien wat in beide landen leek
te gelden voor de oorlog, al
niet halverwege tussen Frank
rijk en Nederland met zijn
wijze van werken? Met de ons
bekende Vlaamse expressio
nisten had hij weinig te ma
ken. Er bleken daar door en
kele uit België nog tijdens de
oorlog overgekomen kunst
boekjes ook andere schilders te
bestaan. Men noemde ze „ani-
misten". Dat waren schilders
van de intimiteit van meer
alledaagse menselijke onder
werpen, schilders en ook
beeldhouwers voor wie een
formalistische problematiek
(inbegrepen het avonturen
daarmee) minder het doel was
dan het getuigen van het ge
wone leven. In Frankrijk be
stond eenzelfde groepering?
Beide groeperingen werden ge
vormd door de generatie, die
direct na de grote ontdekkers
kwam. Zij steunden voor een
wel kunstbeschouwers die één
en ander afdeden met de sneer:
„Oh, Ecole de Paris, dat!"
DE KAT behoorde tot die
weinige Nederlandse „animis-
ten" en moet in België een
tijdlang een voor zijn werk
gunstig klimaat gevonden heb
ben. Van de geest van de „ani-
misten" kan men hier verder
iets terug vinden in het werk
van de hier wél populaire
Sluijters, verder bij Buning,
Oepts, Sjollema, Jeanne Bieru-
ma Oosting en ook jongeren
als Jacob Kuijper, Cor Dik en
nog verschillende anderen als
men wil. Hun werk komt wel
voor in openbare verzamelin
gen, maar wordt te weinig ge
toond. Het is immers alweer
„bon ton" te zeggen dat het
voorbij is en andere modernen
nu onze aandacht vragen,
daarbij vergetende dat deze
richting hier nooit de aandacht
heeft gekregen die zij ver
diende.
Men heeft blijkbaar echter
goed begrepen dat voor het
kunstonderwijs een figuur als
De Kat uitermate geschikt
moest zijn. Hij is in de kracht
van zijn leven. Hij staat met
beide benen in onze heden
daagse maatschappij. Hij is een
goed vakman. Hij toont begrip
belangrijk deel op die ontdek
kingen, betrachtten wel een
synthese daarvan. Hun meest
aanwijsbare voorganger is ech
ter toch vooral Bonnard, al
gaven zij er vaak blijk van
geleerd te hebben van Matisse
en enkele anderen. In Neder
land leefde onder maar enke
len eenzelfde geest. Dit vond
ten dele zijn oorzaak in het
feit dat men hier doodeenvou
dig te weinig wist van de mo
gelijkheden, die door grote
Fransen geopend waren. Na
men als die van Bonnard en
Vuillard hadden hier niet de
minste klank. Men sprak wel
van „oppervlakkig Frans" en
zelfs na de oorlog waren er
voor wat zijn eigen richting
niet mocht zijn. En De Kat
staat niet stil, zodat zijn leer
lingen aan hem kunnen zien
hoezeer een kunstenaar op
veroveringen uit blijft.
DE KAT schilderde rustige
interieurs, discrete portretten
en prettige landschappen. Toch
is er een onrust in hem speur
baar. Hij is erop bedacht het
bijzondere en soms moeilijke
in zijn medemens te ontdek
ken en te verklaren om met
zichzelf tot groter klaarheid
te komen. Ik ken enkele stads
gezichten van hem die niet
op het eerste gezicht uitnodi
gend zijn. Men beseft daarin
dat De Kat zich soms een een
zame voelt.
De Kat schilderde een „Hom
mage a Goya" en dat is niet
de zaak van een vriendelijk
interieurschilder. De Kat ex
perimenteerde voorts. Ik her
inner me naakten van een
kleur ,die boven de realiteit
wilde uitkomen. De Kat kan
hunkeren naar een gevoelsver-
houding ten aanzien van zijn
onderwerpen, zodat een feller
reageren verwacht kan wor
den. Het meer puur schilder
kunstige avontuur laat hem
toch niet geheel los: hij zoekt
zijn vorm te verbreden en de
intensiteit van zijn kleur op te
voeren. De resultaten van zijn
experimenten met de grafiek
zijn hem hierbij behulpzaam.
Hij abstraheert en bedoelt
daarmee te distilleren. Maar
vooraf dient hij nog steeds zijn
sensaties te registreren in olie
verf of waterverf in direct
contact met de natuur. Hoe
boeiend is hij voor mij al met
die registratie. Vooral in de
waterverf, waarmee hij soms
de intensiteit van een Jong
kind bereikte. Om tot drama
tiek te komen zal hij de ogen
van het onderwerp soms moe
ten afwenden om zich niet te
laten misleiden door het uiter
lijk der dingen en zijn eigen
visie gemakkelijker ingang te
verlenen. Ik zag dit in etsen
van hem gebeuren.
Mogelijk heeft zijn werk op
de Rijksacademie voor Beel
dende Kunsten hem tot groter
eenzaamheid gebracht en heeft
deze positie de kans geschon
ken op nog meer verdiepte
kunst van hem. Persoonlijk
heb ik het sterke vermoeden
dat deze benoeming naar twee
kanten in gunstige zin uit
werkt. Deze mijlpaal in De
Kats maatschappelijk bestaan
is tevens een mijlpaal in zijn
schilderkunstige ontwikkeling.
Op zijn vijftigste verjaardag,
een klein jaar na die benoe
ming, meende ik dat te kun
nen constateren en het leek
me daarom gerechtvaardigd
ter gelegenheid van deze ver
jaardag iets over De Kat te
schrijven. Op zijn tentoonstel
ling hoop ik werk te ontmoe
ten dat mijn beweringen waar
kan maken.
Bob Buys
Deze keer wordt u verzocht veertig
woorden van ieder negen letters te be
denken, die kloppen met de enigszins ver
borgen omschrijving welke u hieronder
aantreft. Als u die veertig woorden onder
elkaar zet, vormen de middelste letters
van boven naar beneden (dus de vijfde
letter van ieder woord) een zin, die be
trekking heeft op de puzzelliefhebberij.
De omschrijving van de veertig woorden
luidt: 1. Iets, waar men zich niet op moet
laten nemen. 2. Op die manier spelen hon
den vaak met elkaar. 3. Velen verzamelen
dit voorwerp, anderen sturen het de deur
uit. 4. Een lege stoel is een.... stoel. 5.
Vroeger zei men dat, als men kennis
maakte. 6. Waar vaders zich mee amu
seren. 7. De boerderijhond is er heer en
meester. 8. Dit heeft zeer veel belang. 9.
Daar wordt wel eens in gelogen. 10. Waar
men uw pasfoto critisch bekijkt. 11. Wan-
neem men deze bezit, wordt dat na zijn
dood zeker ontdekt. 12. Geestdodende
vrijetijdsbesteding. 13. Het woord is
verveling. 14. Flauw eigenlijk om dat niet
eerder te 15. Dat geeft donderen. 16.
Zoiets volgt meestal na een bezetting. 17.
In Iran gebruikt men daar echte Perzen
voor. 18. Uit gewoonte wordt dit woord
vaak vervangen door meestal. 19. Iemand,
die vaak door de politie moet worden ge
zocht. 20. Lieden die zich ten onrechte ge
dragen als heer en meester. 21. Vaak ge
schilderd, doch in werkelijkheid altijd nog
het bekoorlijkst. 22. Een drank die menige
receptie tot een feest zou maken. 23. Hin
derpalen die niet altijd palen zijn. 24.
Waarop men kan zien wanneer deze puzzel
uiterlijk moet zijn ingezonden. 25. De
aanduiding van no 24 is jaarmeter. 26. Een
vrouw die zo is, is een lust voor het oog.
27. Tenminste, wanneer men oog heeft
voor.... 28. Datgene wat men doet wan
neer men iets doet. 29. Eerbetoon. 30. Dat
wordt men in Delft, onder meer. 31. Een
zonsondergang aan zee is dikwijls.... 32.
Waarmee men wegen bedekt voordat het
echte wegen zijn. 35. Adellijk mineraal. 34.
Daarop kunt u gaan zitten, als u auto
panne hebt. 35. Een papiertje dat altijd
zijn geld waard is. 36. Dit adjectief heeft
niets met ingenieurs te maken. 37. Waar
uw overbuurman woont. 38. Een klein
mysterie. 39. Dat gebeurt meestal met be
trekkingen. 40. Het is niet dat u som
mige woorden niet vindt.
Om in aanmerking te komen voor een
van de drie geldprijzen ad f 7,50, f 5,
en f 2,50, dient men uiterlijk dinsdag 17
uur de oplossing per briefkaart in te zen
den aan een van onze bureaus in Haarlem,
Grote Houtstraat 93 en Soendaplein; in
IJmuiden, Lange Nieuwstraat 427.
Oplossing vorige puzzel: 1. Zwickau, 2.
Dzjidda, 3. Béziers, 4. Amazone, 5. Vo
gezen, 6. Maritza, 7. Gablonz.
Prijswinnaars vorige puzzel: 7,50, me
juffrouw G. Helmond, van Kinsbergen-
plein 45 Haarlem, 5,mejuffrouw J. E.
Heemskerk, Herculesstraat 25 Haarlem,
2,50 H. van Rigteren, Gen. Cronjéstraat
40 rood, Haarlem.