PROFESSOR OTTO VIJFTIC JAAR B. DE KAT Aannemers verdringen de architect in Amerika Alles blijft hetzelfde Vertrouwelijke namen voor schrikbarende krachten DOUNREAY IN SCHOTLAND Modern maar niet modieus Discrete portretten en rustige interieurs Erbij HEEFT HET VERST ONTWIKKELDE ATOOMCENTRUM TER WERELD In tien jaar tien miljoen huizen Veel, maar vervelend Pijpenmuseum in Gouda is weer geopend Eddie Barnett ZATERDAG 1 JUNI 1957 page/ vize De enorme stalen bol van het nieuwe atoomstation te Dounreay in Schotland (Van onze correspondent in Londen) JOHN O'GROATS is de bedevaartplaats van degenen, die van uitersten houden. Want het onaanzienlijke vissersdorpje, dat volgens de legende naar Jan de Groot, een Nederlander uit de zestiende eeuw, is ge noemd, wiens verdiensten verre van dui delijk zijn, ligt aan de meest noordooste lijke punt van het Britse eiland als tegen voeter van Land's End, die andere uit hoek. Het is er eenzaam, kaal en schraal, zonder enige bescherming tegen de kille wind. Op de boomloze velden staan de grauwe stulpjes van de crotters, de Schot se keuterboertjes, die er de schapenteelt beoefenen. De lente komt hier laat. Overal dartelen de lammetjes. Om tien uur in de avond is het nog licht. In de zomer wordt het nooit donker in dit totnutoe „vergeten" gebied. De nieuwste industriële omwenteling heeft hier echter verandering gebracht. Want op de plek, waar nog enkele jaren geleden het onoog lijke boerderijtje ..Dounreay" stond, op de rand van de diepblauwe baai met door golvenschuim omspoelde rotsen, is thans het verst ontwikkelde atoomcentrum ter wereld verrezen. In zijn hart is men eigen lijk nog bevreesd voor de atoomkrachten, hoezeer ook in de kooi van hun kernreac tor getemd. Vandaar dat zij huiselijk-klin- kende naampjes zoals Bepo, Pluto, Dido en Pippa dragen. De jongste aanwinst heet Fred, een afkorting van de functies van dit snelwerkende experimentele reactor station, dat als een reusachtig alchemisch retort voor elke atoom, die het verbrandt, twee nieuwe te voorschijn tovert! Doun reay wordt op deze manier een schier on uitputtelijke bron van atoomenergie. De nucleaire brandstof van de andere onder zoekcentra en van de reactors van het type Calder Hall voor de elektriciteitsopwek king, welke alom in Engeland en ook el ders zullen worden gebouwd, kan wellicht tot tienmaal toe worden geactiveerd met de in Dounreay te prepareren atoombrand stof plutonium of thorium, waardoor te vens het splitsingsproces kan worden ver eenvoudigd, hetgeen tot een enorme be- scale en zijn overbuurman Calder Hall met hun trage omslachtige en ondoelmatige kernprocessen vormden slechts de eerste stap op een lange weg. Met Dounreay maakt men thans een sprong naar het ver ste punt dat op het ogenblik bereikt kan worden. In dit nieuwe atoomstation met zijn geweldige stalen bol van vijfenveertig meter doorsnee groter dan de koepel van de kathedraal van de St. Pauls in Lon den wordt thans in feite een toekomst fantasie voorbereid. Men werkt er aan me thoden, die het mogelijk zullen moeten maken, dat de mensheid zich voor duizen den jaren niet meer zal behoeven te be kommeren om de slinkende traditionele krachtbronnen, zoals steenkool en olie. Men is doende het splitsingsproces zodanig te verbeteren, dat uit één ton uranium een hoeveelheid energie kan worden verkre gen welke gelijk staat met die afkomstig van drie miljoen ton steenkool! Misschien zal daardoor reeds de volgende generatie beschikken over elektriciteit zo goedkoop als water De hele nieuwe industriële ontwikkeling hangt voor een groot deel af van wat er in het afgelegen Dounreay wordt „bekok stoofd". Het eerste doel is echter om zoge naamd verrijkt uranium te leveren, even tueel ook voor export. Europa is op dit gebied voorlopig geheel van Engeland en de Verenigde Staten afhankelijk. De Brit ten hebben zeer zeker hun grote kans aan gegrepen met hun ongeëvenaarde atoom programma. Het voornaamste doel van het nieuwste splitsingsproces speelt zich af binnen de reactor in een ruimte van slechts 60x60x60 centimeter, waar de enorme hit te ontstaat rond de centrale uraniumladin- gen. Deze zijn omgeven door een ..deken' naar de oppervlakte gepompt) worden op geborgen in speciaal geconstrueerde on deraardse gewelven, welke de eerstko mende tweeduizend jaar niet meer zullen worden geopend. Het materiaal wondt daarheen overgebracht en verder behan deld door middel van op een afstand wer kende instrumenten. Zoals reeds eerder is gemeld, zal Engelands eerste atoomreactor, bestemd voor een duikboot, in Dounreay worden gebouwd. Tevens is het onderzoek gaande naar reactors van „hanteerbare" omvang voor tankers alsmede voor klei nere schepen. ENGELANDS wetenschappelijke pio niers, hebben zich als moderne monniken van de buitenwereld afgezonderd op een plek. die verder van Londen verwijderd is dan Milaan, maar zij doen dit geïnspireerd door het besef, dat zij iets groots verrich ten, namelijk de toekomst van de mens heid helpen verzekeren. De bouw van Dounreay heeft tussen de tweehonderd en tweehonderd vijftig miljoen gulden gekost. Hoewel atoomonderzoek het doel is van dit centrum, zal het later vijftienduizend kilowatt bijdragen tot de elektriciteits voorziening. LONDEN, juni. - Hier in Engeland, ik kan het u verzekeren, is alles hetzelfde gebleven. Sedert een maand of acht was ik hier niet geweest, maar Engeland heeft daar geen aanleiding in gezien om zichzelf enige uiterlijke wijzigingen op te leggen. Of zelfs innerlijke. Aan de ingang van het land, op het vliegveld van Londen, zitten nog altijd die voorkomend-vlegelachtige ambtenaren, die de meestal argeloze be zoeker van Engeland een rijtje impertinen te vragen stellen. Ik weet niet of zij van de niet argeloze bezoeker tóch eerlijke antwoorden verwachten, maar zij geven in elk geval de bonafide reiziger iedere keer weer het mooie gevoel, dat men een sympathie voor Groot-Brittannië niet ge heel ongestraft mag koesteren. Het verkeer in Londen, die eindeloos grote stad, is zo mogelijk nog iets drukker geworden. De benzine-distributie is nu kort geleden opgeheven en het aantal auto's in de stad is ontstellend. Omdat er zo weinig brede straten zijn is het. nog veel moeilijker om van het ene punt naar het andere te komen dan in Parijs en bovendien rijdt de Engelsman - in een „kinderewage" óf in een „slee" - heel lang zaam. En dit land zou zichzelf niet zijn, als men er niet een prominente dame uit de omgeving van de hoofdstad kan tegen komen, bezig aan haar wekelijkse expeditie naar enkele dure winkels, een cocktail party en een tea-party, die verklaart: „Het wordt toch echt tijd, dat ze al die vracht auto's uit de stad gaan weren. Het wordt je zo langzamerhand onmogelijk gemaakt om voor je plezier naar Londen te komen." Zij meent dat heel eerlijk. Winkeliers en OP 11 juni wordt in het Tuinhuis van de Amsterdamse Kunsthandel Santee Landweer een tentoonstelling van wer ken van prof. Otto B. de Kat geopend. Het is al weer lang geleden dat De Kat een eigen tentoonstelling hield en het is dus verantwoord dat hij met zijn werk opnieuw in het licht treedt. Voor dit exposeren be staat echter nog een zeer spe- ttrr v v nu uuviJ. tv/u ucri ulxv/i lilv txo «J vtvu/i uvu juiv.rvu.rr j i j-, in sparing zal leiden. Het zal de eerste keer van tweeduizend staven natuurlijke ura- zijn. dat plutonium als brandstof zal wor- nium. De afkoeling en hitteoverbrenging den gebruikt. IN DOUNREAY wordt inderdaad een stoutmoedige poging ondernomen om de belangrijkste op het gebied van de kern energie openstaande vragen tot oplossing te brengen. In april 1958 hoopt men dit centrum, dat ook nog een reactor voor ma teriaalonderzoek omvat, in volle omvang te laten functioneren, waarbij Engeland dan een voorsprong van een jaar zal be- - zitten op Amerika, dat een dergelijk proef station bouwt. De bestaande atoomcentrales van Wind- juni vijftig jaar en uit ver plichting tegenover zijn vrien den, die deze verjaardag met hem zullen vieren, meende hij van zijn kant iets te moeten laten zien. VIJFTIG JAAR is voor de meeste schilders nog betrek kelijk jong. Ik geloof niet dat het onze gewoonte moet wor den iedere vijftigjarige kunste naar te huldigen. De Kat ech ter bereikte Verleden jaar al een belangrijk punt in zijn (Van onze correspondent in Washington) Het Amerikaanse instituut van architec ten bestaat dit jaar een eeuw en om dit feit te vieren zijn tal van architecten ook collega's uit het buitenland naar Washington gekomen. Het grote museum in de Amerikaanse hoofdstad, de National Gallery of Arts, heeft aan een zeer interes sante tentoonstelling gastvrijheid verleend: „Honderd jaar architectuur in Amerika", die zeer instructief is, voor ieder, die een indruk wil krijgen van het goede (en nu en dan ook het gruwelijke) dat hier in een eeuw is gebouwd. Het grootste deel van de tentoonstelling bestaat uit grote foto's in zwart en wit doch het laatste zaaltje bevat onder de verzamelnaam „tien ge bouwen in Amerika's toekomst" prach tige, als transparanten geëxposeerde, kleu renfoto's. Hier zit men een aantal van de beste scheppingen van Frank Lloyd Wright, Saarinen, Mies van de Rohe en anderen die de bezoeker ervan overtuigen, dat het de goede kant uitgaat met de architectuur in de Verenigde Staten. Doch wanneer die bezoeker thuis komt en zijn krant opslaat dan vindt hij daarin de redevoeringen, die bekende architecten op hun congres in Washington hebben ge houden. Weg is dan ineens het optimisme, dat het laatste zaaltje van de tentoonstel ling wellicht in hem heeft gewekt! Die ar chitecten houden namelijk allerminst feestelijke redevoeringen tijdens dit jubi leum. Zeker, ook zij hebben in het alge meen wel grote waardering voor gebou wen als op die kleurendia's staan afge beeld. Maar als zij eerlijk zijn dan moe ten zij erkennen, dat die goede scheppin gen heel grote uitzonderingen zijn en dat de architect in Amerika vrijwel alleen aan bod komt bij het bouwen voor zeer welge stelde particulieren of bij opdrachten van grote maatschappijen. In de laatste tien jaar zijn er ongeveer tien miljoen huizen gebouwd in dit land en het overgrote deel daarvan is het werk geweest van aannemers, die reeksen en reeksen van gelijksoortige, comfortabele woondoosjes hebben neergepoot op terrei nen, die eerst met bulldozers afschuwelijk kaal zijn gekrabd. Deze superaannemers hebben enorme verdiensten gemaakt met hun „luxe concentratie-kampen", waar de bevolking gretig introk. Voor onafzienbare tijd is veel mooi land vooral in de omgeving van de grote stden van Amerika's Oost kust, deerlijk geschonden. De auto heeft het mogelijk gemaakt dat de vaders dage lijks uit deze woonkampen naar hun werk in de stad trekken. Het landschap wordt verder gehavend door benzine-stations op ieder kruispunt en door enorme terreinen geschieden niet door middel van koolzuur- gas, zoals in Calder Hall, maar door een vloeibaar metaal (sodiumpotassum). Alle voorzorgen worden genomen om ongeluk ken te voorkomen. Indien het toch mis gaat, hetgeen praktisch uitgesloten wordt geacht, dan is er nog altijd de stalen bol, welke de omgeving voor de gevolgen van een atomische brand zal behoeden. De door de reactor afgewerkte gevaarlijke stoffen (voor zover niet geneutraliseerd en door een enorme, onder de zeebodem ge boorde tunnel afgevoerd en via ver uit de tart door in do roten tatert tot leraar aan 's lands eerste onderwijsinrichting op het ge bied van de beeldende kunst. Dit is immers een functie waarvoor verlangd mag wor den, dat men kan terugzien op een belangrijk oeuvre. Ik ge loof dat De Kat hierover al beschikte. Men kan veronderstellen dat iemand, die moet schrijven over zijn directe voorganger aan dit dagblad, geneigd is vriendelijk te schrijven. Be denk echter dat ik dat al meer dan vijfentwintig jaar geleden gedaan zou hebben over De Kats werk, indien ik me tot schrijven in staat had gevoeld. De Kat heeft blijkbaar al kort na het voltooien van zijn stu dies zich sterk genoeg geacht om op te treden. Want het werk van deze niet zoveel oudere figuur, met wie ik pas veel later in kennis kwam en bevriend geraakte, boeide ons, jongens van de tekenschool, die iedere tentoonstelling in het Steflelijk Museum bezoch ten. Wij troffen bij de Onaf- hankelijken, de vereniging die voor de oorlog voor zeer velen een springplank betekende, in De Kats vertegenwoordiging uitzonderlijk werk. Het was nooit geheel te passen in de ons reeds bekende vakjes van „-ismen". Het had iets on- Hollands en kon toch ook moeilijk Frans waarvoor we al een voorkeur hadden ge noemd worden. Het leek ons modern, echt van deze tijd, zonder modieus te zijn en het getuigde daarbij van een dege lijke vakkennis, iets wat op leerlingen van toén nog in druk maakte. Dit was nu eens een figuur om op te blijven letten. Maar daar we te ver legen waren om persoonlijk contact te zoeken we dach ten, in ons respect, dat hij veel ouder was verloren we hem toch uit het oog, toen hij min der optrad. Ik zag nog omsla gen voor het tijdschrift Wen dingen, die ook van zeer eigen opvattingen getuigden. Later ontmoette ik bij De Kats col lega Sjollema een iets meer traditioneel opgezet schilde rijtje van een koorknaapje, dat me niettemin weer ongemeen boeide door ingehouden en toch gloeiende kleur. Na de oorlog, met de oprichting van de Hollandse Auquarellisten- kring, waarvan De Kat nog steeds secretaris is, kwam de persoonlijke kennismaking en daarmee het besef van het for maat waartoe hij inmiddels ge groeid was. Dat was toen een gedegen, echter nooit benauwd opgevatte traditionele wijze van schilderen in een altijd beschaafde en vaak warme kleur. De Kat heeft zich in die moeilijke oorlogsjaren gelijk zovelen, gehecht aan zekerhe den om het schilderen te kun- waar onder kermis-achtige lichtjes tweedehands auto's aan de man worden ge bracht. De ontbossing in de buurt van Washing ton is waarlijk triest. Het bouwen is veel goedkoper wanneer men eerst alle bomen omver haalt en zijn de bomen eenmaal verdwenen dan spoelt de goede grond vlot weg tijdens de hevige onweders die in dit gebied vaak voorkomen. Eindelijk gaat men proberen, hier iets tegen te doen. In een district van Maryland, juist ten noor den van de Amerikaanse hoofdstad, heeft men een „anti-bulldozerwet" aanhangig gemaakt .De bedoeling daarvan is, dat de overheid in het vervolg zal bepalen, hoe veel van de bomen op een bepaald perceel bouwterrein niet mogen geveld. Beter laat dan nooit! l/ÖJi Van september 1955 tot heden is het Pijpenmuseum „De Moriaan" in Gouda wegens restauratie voor bezoekers gesloten geweest Dinsdagavond is het museum op de Westhaven met enige plechtigheid her opend. Voor de gasten van buiten de stad toonde een pijpmaker, hoe een echte Goudse pijp, de pijp, die wordt beschouwd als het symbool van genoeglijkheid, ge moedelijkheid, huiselijkheid en vrede,wordt vervaardigd. Het pijpenmuseum is nu dus weer voor bezoek opengesteld. bedrijven moeten er dan maar iets anders op vinden, zegt zij, vervolgend met de verklaring, dat toch ook de conservatieve regering in feite uit nauwelijks gecamou fleerde „roden" bestaat. In een zeer groot hotel in het West End van de stad kreeg ik de sleutel toegewezen voor kamer 689. De portier overhandigt het kleinood met een zuur gezicht en een stemgeluid, waarin de bijklank ligt van: „Zo broer, nou heb je me het weer lastig genoeg gemaakt. Laat ik je niet nog eens zien." De lift brengt de mens naar de zesde verdieping en daar wordt men, met. de bagage in eigen hand aan zijn lot over gelaten. Na lang zoeken door honderden meters slecht verlichte gang bereikt men kamer 689 en het blijkt, dat het bed van de vorige bezoeker - die een woelwater moet zijn geweest - nog niet weer is op gemaakt. Een mopperend oud kamermeisje doet dat een half uur later. En voor dit alles betaalt men twintig gulden per nacht. De volgende dag ben ik even naar een cricketwedstrijd gaan kijken, op Lord's, dat enorme bolwerk van de Britse cricket cultuur. Op een weekochtend zaten daar zeker tienduizend mensen geboeid naar het spel te kijken, dat voor de Engelsman nauwelijks meer een spel is. Een religie, hebben sommigen gezegd. Een Engels elftal speelde tegen elf West-Indiërs, vrolijke, luide jongens die het spel voornamelijk een feest lijken te vinden en het dan ook zo spelen. In de geest hoort men juichende calypso's over het mooiste grasveld van Engeland schallen. Als ik in de bus terug rijd naar de stad, wil de conducteur weten hoe de stand was in de wedstrijd en gaat dit nieuws ogenblikkelijk doorgeven aan de chauffeur. Zij blijven er een paar minu ten, al rijdend, over doorpraten. Dan roe pen een paar passagiers, dat zij nog willen betalen voor ze bij hun doel zijn. De con ducteur draait zich onwillig om. Ze hadden het geld ook wel ergens kunnen neerleg gen, vindt hij. Verder blijft het leven hier vreselijk duur. Een pakje sigaretten kost twee gul den. En een fabrieksdirecteur heeft mij gisteren het huis laten zien, dat hij net gekocht heeft. Het is, naar Nederlandse begrippen, een soort verbeterde woning wetwoning en hij heeft daar vijfenzeventig duizend gulden voor moeten betalen. Le vensmiddelen zijn ook verre van goedkoop. De winkelier overhandigt ze u met een ongeïnteresseerd gebaar. Het is een vreemd land, dit. Maar de sympathie blijft leven, ondanks alles. En bij het vertrek van London Airport, zegt de immigratie-ambtenaar met een dan op eens stralende glimlach: „Zag ik u gisteren niet op Lord's, sir?" En alles is weer goed tussen ons. A. S. H. Negenentwintig dagen en negenen twintig nachten heeft Eddie Barnett in eenzame afzondering op een ruim 20 meter hoge paal doorgebracht. Deze Amerikaan, een vurig supporter van het „Washington Senators"-honkbalteam, was namelijk uit pure wanhoop over de matige resultaten van zijn favorieten in een 65 voet hoge paal geklommen, waarna hij de belofte aflegde dat hij daar zou blijven, totdat zijn ploeg een drietal overwinningen achter elkaar zou hebben behaald. Woensdag slaagden de „Washington Senators" er voor de eer ste keer sinds Barnett zijn belofte deed in voor de derde achtereenvolgende maal te winnen, waarna Eddie zijn hoge zitplaats heeft verlaten. nen volhouden. Hij had daar bij voldoende eigens weten te bewaren. Men mocht echter aannemen, dat dit eigene zich toch op den duur weer meer op de voorgrond zou stellen. PAS TOEN eigenlijk vernam ik dat De Kat lang in België had gewoond. Ik kon me dat goed voorstellen: zat hij, ge zien wat in beide landen leek te gelden voor de oorlog, al niet halverwege tussen Frank rijk en Nederland met zijn wijze van werken? Met de ons bekende Vlaamse expressio nisten had hij weinig te ma ken. Er bleken daar door en kele uit België nog tijdens de oorlog overgekomen kunst boekjes ook andere schilders te bestaan. Men noemde ze „ani- misten". Dat waren schilders van de intimiteit van meer alledaagse menselijke onder werpen, schilders en ook beeldhouwers voor wie een formalistische problematiek (inbegrepen het avonturen daarmee) minder het doel was dan het getuigen van het ge wone leven. In Frankrijk be stond eenzelfde groepering? Beide groeperingen werden ge vormd door de generatie, die direct na de grote ontdekkers kwam. Zij steunden voor een wel kunstbeschouwers die één en ander afdeden met de sneer: „Oh, Ecole de Paris, dat!" DE KAT behoorde tot die weinige Nederlandse „animis- ten" en moet in België een tijdlang een voor zijn werk gunstig klimaat gevonden heb ben. Van de geest van de „ani- misten" kan men hier verder iets terug vinden in het werk van de hier wél populaire Sluijters, verder bij Buning, Oepts, Sjollema, Jeanne Bieru- ma Oosting en ook jongeren als Jacob Kuijper, Cor Dik en nog verschillende anderen als men wil. Hun werk komt wel voor in openbare verzamelin gen, maar wordt te weinig ge toond. Het is immers alweer „bon ton" te zeggen dat het voorbij is en andere modernen nu onze aandacht vragen, daarbij vergetende dat deze richting hier nooit de aandacht heeft gekregen die zij ver diende. Men heeft blijkbaar echter goed begrepen dat voor het kunstonderwijs een figuur als De Kat uitermate geschikt moest zijn. Hij is in de kracht van zijn leven. Hij staat met beide benen in onze heden daagse maatschappij. Hij is een goed vakman. Hij toont begrip belangrijk deel op die ontdek kingen, betrachtten wel een synthese daarvan. Hun meest aanwijsbare voorganger is ech ter toch vooral Bonnard, al gaven zij er vaak blijk van geleerd te hebben van Matisse en enkele anderen. In Neder land leefde onder maar enke len eenzelfde geest. Dit vond ten dele zijn oorzaak in het feit dat men hier doodeenvou dig te weinig wist van de mo gelijkheden, die door grote Fransen geopend waren. Na men als die van Bonnard en Vuillard hadden hier niet de minste klank. Men sprak wel van „oppervlakkig Frans" en zelfs na de oorlog waren er voor wat zijn eigen richting niet mocht zijn. En De Kat staat niet stil, zodat zijn leer lingen aan hem kunnen zien hoezeer een kunstenaar op veroveringen uit blijft. DE KAT schilderde rustige interieurs, discrete portretten en prettige landschappen. Toch is er een onrust in hem speur baar. Hij is erop bedacht het bijzondere en soms moeilijke in zijn medemens te ontdek ken en te verklaren om met zichzelf tot groter klaarheid te komen. Ik ken enkele stads gezichten van hem die niet op het eerste gezicht uitnodi gend zijn. Men beseft daarin dat De Kat zich soms een een zame voelt. De Kat schilderde een „Hom mage a Goya" en dat is niet de zaak van een vriendelijk interieurschilder. De Kat ex perimenteerde voorts. Ik her inner me naakten van een kleur ,die boven de realiteit wilde uitkomen. De Kat kan hunkeren naar een gevoelsver- houding ten aanzien van zijn onderwerpen, zodat een feller reageren verwacht kan wor den. Het meer puur schilder kunstige avontuur laat hem toch niet geheel los: hij zoekt zijn vorm te verbreden en de intensiteit van zijn kleur op te voeren. De resultaten van zijn experimenten met de grafiek zijn hem hierbij behulpzaam. Hij abstraheert en bedoelt daarmee te distilleren. Maar vooraf dient hij nog steeds zijn sensaties te registreren in olie verf of waterverf in direct contact met de natuur. Hoe boeiend is hij voor mij al met die registratie. Vooral in de waterverf, waarmee hij soms de intensiteit van een Jong kind bereikte. Om tot drama tiek te komen zal hij de ogen van het onderwerp soms moe ten afwenden om zich niet te laten misleiden door het uiter lijk der dingen en zijn eigen visie gemakkelijker ingang te verlenen. Ik zag dit in etsen van hem gebeuren. Mogelijk heeft zijn werk op de Rijksacademie voor Beel dende Kunsten hem tot groter eenzaamheid gebracht en heeft deze positie de kans geschon ken op nog meer verdiepte kunst van hem. Persoonlijk heb ik het sterke vermoeden dat deze benoeming naar twee kanten in gunstige zin uit werkt. Deze mijlpaal in De Kats maatschappelijk bestaan is tevens een mijlpaal in zijn schilderkunstige ontwikkeling. Op zijn vijftigste verjaardag, een klein jaar na die benoe ming, meende ik dat te kun nen constateren en het leek me daarom gerechtvaardigd ter gelegenheid van deze ver jaardag iets over De Kat te schrijven. Op zijn tentoonstel ling hoop ik werk te ontmoe ten dat mijn beweringen waar kan maken. Bob Buys Deze keer wordt u verzocht veertig woorden van ieder negen letters te be denken, die kloppen met de enigszins ver borgen omschrijving welke u hieronder aantreft. Als u die veertig woorden onder elkaar zet, vormen de middelste letters van boven naar beneden (dus de vijfde letter van ieder woord) een zin, die be trekking heeft op de puzzelliefhebberij. De omschrijving van de veertig woorden luidt: 1. Iets, waar men zich niet op moet laten nemen. 2. Op die manier spelen hon den vaak met elkaar. 3. Velen verzamelen dit voorwerp, anderen sturen het de deur uit. 4. Een lege stoel is een.... stoel. 5. Vroeger zei men dat, als men kennis maakte. 6. Waar vaders zich mee amu seren. 7. De boerderijhond is er heer en meester. 8. Dit heeft zeer veel belang. 9. Daar wordt wel eens in gelogen. 10. Waar men uw pasfoto critisch bekijkt. 11. Wan- neem men deze bezit, wordt dat na zijn dood zeker ontdekt. 12. Geestdodende vrijetijdsbesteding. 13. Het woord is verveling. 14. Flauw eigenlijk om dat niet eerder te 15. Dat geeft donderen. 16. Zoiets volgt meestal na een bezetting. 17. In Iran gebruikt men daar echte Perzen voor. 18. Uit gewoonte wordt dit woord vaak vervangen door meestal. 19. Iemand, die vaak door de politie moet worden ge zocht. 20. Lieden die zich ten onrechte ge dragen als heer en meester. 21. Vaak ge schilderd, doch in werkelijkheid altijd nog het bekoorlijkst. 22. Een drank die menige receptie tot een feest zou maken. 23. Hin derpalen die niet altijd palen zijn. 24. Waarop men kan zien wanneer deze puzzel uiterlijk moet zijn ingezonden. 25. De aanduiding van no 24 is jaarmeter. 26. Een vrouw die zo is, is een lust voor het oog. 27. Tenminste, wanneer men oog heeft voor.... 28. Datgene wat men doet wan neer men iets doet. 29. Eerbetoon. 30. Dat wordt men in Delft, onder meer. 31. Een zonsondergang aan zee is dikwijls.... 32. Waarmee men wegen bedekt voordat het echte wegen zijn. 35. Adellijk mineraal. 34. Daarop kunt u gaan zitten, als u auto panne hebt. 35. Een papiertje dat altijd zijn geld waard is. 36. Dit adjectief heeft niets met ingenieurs te maken. 37. Waar uw overbuurman woont. 38. Een klein mysterie. 39. Dat gebeurt meestal met be trekkingen. 40. Het is niet dat u som mige woorden niet vindt. Om in aanmerking te komen voor een van de drie geldprijzen ad f 7,50, f 5, en f 2,50, dient men uiterlijk dinsdag 17 uur de oplossing per briefkaart in te zen den aan een van onze bureaus in Haarlem, Grote Houtstraat 93 en Soendaplein; in IJmuiden, Lange Nieuwstraat 427. Oplossing vorige puzzel: 1. Zwickau, 2. Dzjidda, 3. Béziers, 4. Amazone, 5. Vo gezen, 6. Maritza, 7. Gablonz. Prijswinnaars vorige puzzel: 7,50, me juffrouw G. Helmond, van Kinsbergen- plein 45 Haarlem, 5,mejuffrouw J. E. Heemskerk, Herculesstraat 25 Haarlem, 2,50 H. van Rigteren, Gen. Cronjéstraat 40 rood, Haarlem.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1957 | | pagina 20