T&icVl
BOUILLON
Twee teleurstellende noviteiten
van het Nederlands Ballet
Fragmenten uit Griekse tragedies
Residentie-Orkest met werk
van Pijper en Reger
Zesentwintig etsen van
Anton Heyboer
DONDERDAG 27 JUNI 1957
5
HOLLAND FESTIVAL
Verzending van zeepost
Tandartsenconfilct
Ets a Verghis in Amsterdam en Scheveningen
Zwitserse tweeling helpt Nederlandse huisvrouw
van kostelijk vlees
voor krachtiger soep!
35 ct per dubbel tablet
Gaat u met vakantie?
Kerkelijk Nieuws
Het is bijzonder jammer, dat het aandeel
van het Nederlands Ballet in het Holland
Festival 1957 wat de noviteiten betreft een
teleurstelling opleverde. Het is op zichzelf
niet zo erg en zelfs te verwachten, dat een
programma met ein enigszins „experimen
tele" inslag dat bij een eerdere gelegen
heid met een grote verrassing bekroond
werd tegenvallers bevat, al zou men bij
de voorbereiding selectiever te werk moe
ten gaan. Nee, het is vooral jammer, om
dat nu onze voornaamste dansgroep voor
een mogelijk internationaal forum een in
druk maakte, die geenszins overeenstemt
met wat in de loop van het gewone sei
zoen wordt bereikt. Het ergste was wel,
dat misschien door nervositeit voor de
komende premières of door een zekere
mate van overwerktheid het nieuwe
ballet van Rudi van Dantzig op de Sym
fonie nr. 29 van Mozart, in de Kunstmaand
Amsterdam onlangs met groot succes ten
doop gehouden, een zeer onbevredigende
uitvoering kreeg. Vooral de mannelijke le
den van het corps de ballet maakten van
het Allegro con spirito een ratjetoe. Waar
niemand echter blind voor kan zijn ge
weest, was de prachtige poging van Ma-
rianna Hilarides om de edelste kwaliteiten
van dit bewonderenswaardige werk hoog
te houden. Bij deze reprise nam Conrad
van de Weetering de plaats van Jaap Flier
in.
Sonia Gaskell heeft de (als Nederlander
in België geboren en in Australië bekend
geworden) danser Paul Grinwis, die deel
van het Ballet van de Markies de Cuevas
uitmaakt en als partner van Rosella High-
Linda Manez e
„De ontmoeting"
n Aart Verstegeri. in
(Oedipus en de Sfinx
tower in „Corrida" van Lichine optreedt,
in staat gesteld zijn choreografisch talent
te bewijzen, althans te beproeven. Hij
maakte op de Eerste Symfonie van Dimi-
tri Sjostakovitsj een „moderne" allegorie.
Ik gebruikte aanhalingstekens, omdat „De
Hoed" gekenmerkt wordt door modernis
men uit de dertiger jaren, zoals die hier
vooral door Duitse films zijn doorgedron
gen. Het is een zinnebeeldig verhaal over
misdadige eerzucht met een driestuivers-
moraal als apotheose. Het ballet, dat zich
als kunst wil doen gelden, heeft dergelijke
gekostumeerde vertoningen met in het oog
lopende, vooropgezette symboliek reeds
lang achter zich gelaten. Evenwel moet ge
zegd worden, dat Grinwis interessante
proeven heeft gedaan om het academische
bewegingsrepertoire met gymnastische
verwikkelingen uit te breiden. Vooral dank
zij de gespannen vertolking van de „eerste
rivaal" door Jaap Flier, die een complete
metamorfose van ambitieuze veroveraar
tot verbeten onderwereldfiguur doormaak
te, was er voor de toeschouwers nog wel
iets te beleven. Als het zich buitengewoon
„rekbaar" gedragende „geweten" heeft
Sonja van Beers die ondanks haar
jeugd reeds een indrukwekkende toneel
persoonlijkheid is de verwachtingen
omtrent haar toekomst versterkt. Als de
steeds de sterkste partij kiezende vrouw
toonde Willy de la Bye haar markante ca
paciteiten.
Zo mogelijk nog een grotere teleurstel
ling, omdat hierbij de herinnering de er
varen kijker parten speelde, was de Ne
derlandse première van „La Rencontre"
(De ontmoeting van Oedipus en de Sfinx)
door Davitl Lichine op suggestieve muziek
van Henri Sauguet, waarvoor Boris Koch-
no het idee leverde, dat in 1948 door het
Ballet des Champs Elysées zo opzienbarend
gerealiseerd werd. Men ziet hierin, hoe
Oedipus de mensheid van het verslinden
de monster in de woestijn verlost door de
opgegeven raadsels op te lossen. Dit ballet
kon tien jaar geleden gelden als een ver
vulling van het ideaal van Diaghilev: ge
durfd en nieuw" van vormgeving, afhan
kelijk van de samenwerking met beelden
de kunst en muziek. Dat wij thans geluk
kig de prioriteit aan de dans verlenen, be
hoeft de waarde van dit werk als zodanig
niet te verminderen. Overigens is het een
merkwaardig stijlprocédé dat Lichine hier
met prijzenswaardige consequentie heeft
togepast: een op klassieke motieven door
getrokken plastische bewegingstaal, waar
in de andere uitdrukkingsmiddelen zo
als het spreken simulerenderwijze zijn
opgenomen. Een belangrijk deel van de
oorspronkelijke „sensatie" (alweer zo'n
term uit de tijd van Diaghilev!) werd ge
vormd door de aankleding van Christian
Bérard, die door het Nederlands Ballet
schromelijk onvolledig werd nagebootst:
de entourage van het „circus" was te vaag
aangeduid, de imposante poort ter ver
plaatsing naar de sfeer van het oude Grie
kenland ontbrak geheel.
Bovendien bleek weer eens, dat men
niet straffeloos een choreografie van Li
chine, doorgaans berekend op de speciali
teiten van de eerste vertolkers, zonder
aanpassing door anderen kan laten uitvoe
ren. Toen bleek dat de aanvankelijk voor
Daniëlle Darmance en Youli Algaroff be
stemde rollen beter aan Leslie Caron en
Jean Babilée konden worden toevertrouwd,
heeft Lichine nog allerlei wijzigingen in
zijn zetting aangebracht. Dat is de kracht
en tevens de zwakte van dergelijke schep
pingen. Hoe dan ook, Aart Verstegen de
Nederlandse Oedipus miste de gewenste
(om niet te zeggen: noodzakelijke) atleti
sche, soms acrobatische allure, de hevige
fysieke geladenheid (die slechts in zijn ge
laatsmimiek volledig uitkwam) en ook de
technische exactheid. Aan die laatste eis
voldeed Linda Manez wel, zelfs briljant.
Maar zij is allerminst het voor de rol van
de 'aziatisch-mysterieuze Sfinx verlangde
type. Ondanks alle grime en haarvlechten
bleef een onmiskenbare lieverigheid over
heersen bij deze roofdierachtige verschij
ning. Haar koketterie was te zachtaardig.
Bovendien had men voor haar een nieuw
kostuum moeten ontwerpen, want zij is
nu eenmaal niet het fragiele wezen, dat de
toen amper zestienjarige Leslie Caron was.
En zo bleef de rol bij alle lenigheid letter
lijk en figuurlijk in de lucht hangen.
Na de pauze kwam het oude sprookje
„De Vuurvogel" van Michael Fokine in de
prachtige montering van Serge Grigoriev,
Ljoebov Tsjernitsjeva en Natalia Gontsja-
rova, waarmee tevens eer werd bewezen
aan de thans vijfenzeventigjarige compo
nist Igor Strawinsky, de reputatie van het
Nederlands Ballet gelukkig redden. Tot
de goede indrukken van de avond droeg
ook het Utrechts Stedelijk Orkest onder
leiding van Anton Kersjes een voor het
ballet bijna onmisbare dirigent! in be
langrijke mate bij.
David Koning
De heer J. van Loenen Martinet, adjunct
conservator, die het prentenkabinet van het
Amsterdamse Stedelijk Museum onder zijn
beheer heeft, was zo vriendelijk mij de
laatste aanwinsten, zesentwintig etsen van
Anton Heyboer, te laten zien. Men is in
Amsterdam en niet ten onrechte - nogal
enthousiast over deze aankoop, waarover
wij reeds eerder hebben bericht. Moge
ondergetekende dan al niet gauw warm
lopen voor een ogenschijnlijk zo individua
listische kunst, bij langere concentratie op
deze reeks moest ook ik wel sterk geboeid
worden door deze gespannen resultaten
van een met geest richten,van het gevoel.
Al is Heyboers taal een niet direct ver
staanbare voor ons, men voelt sterk de
menselijke behoefte werkelijk iets te zeg
gen. Dit werk is geen spelletje. Heyboer
toont zich aan Klee verwant. Misschien
heeft diens werk Heyboer een gebied ge
wezen, waarop hij zich het best kon ver
klaren. Dat was voor Heyboer vooral in
vormen en lijnen. Echter ook de kleur
bleek voor hem een expressiemiddel.
Het Stedelijk Museum heeft nu drie
etsen uit een even vroegere periode, waar
van in Haarlem wel iets vertoond is. Mij
boeide nu toch zeer een ets van IJmuiden
- „Garnalenkoken" genoemd. Daarna ging
de figuur uit Heyboers werk voor een tijd
verdwijnen. Het herinnert dan aan meer
zuiver grafische voorstellingen, waartoe.de
mens vaak zijn behoefte bewees bij het
verklaren van dingen. Het is in deze zaken
dat Heyboer zelfbereide kleuren ging toe
passen, kleuren die hij in zijn tekening al
met hun namen aangaf, namen als woord
tekens neergezet op een wijze die het
merkwaardig goed doet in het geheel. Zo is
het ook met zijn handtekening en een
vogeltje dat deze handtekening meestal
vergezelt. In Heyboers recente werk komen
de aanduidingen van figuren terug.
Traditioneel technisch bekeken zijn Hey
boers etsplaten nogal ruig behandeld. Hem
gelden in de eerste plaats zijn ideeën. Wan
neer die hem voldoende helder voorkomen
kan hij zich overgeven aan zijn gevoelig
heid, die bij het inkten en het drukken en
ook in de behandeling van het papier zo
bijzonder blijkt te zijn.
Het prentenkabinet gaat binnenkort
werk van Heyboer exposeren. Men kan
deze prenten echter nu al zien in de Galerie
Espace aan het Klein Heiligland te Haar
lem.
Bob Buys
ADVERTENTIE
Anton Heyboer
Het programma dat woensdag in de
Kurzaal te Scheveningen gegeven werd
door het Residentie-Orkest onder leiding
van Willem van Otterloo, vermeldde twee
werken die men in het concertseizoen
slechts zelden te horen krijgt: de Tweede
Symfonie van Willem Pijper en de Varia
ties en Fuga op een thema van Hiller door
Max Reger.
De Symfonie van Pijper (uit 1921) draagt
alle kenmerken van de periode waarin zij
onstaan is en waarvan deze componist in
Nederland de muzikale gangmaker was.
Met name valt mij dit op in di tweeslach
tigheid van een betrekkelijk primitieve
motoriek tegen ostinate figuren worden
vaak in zelfstandige maat en toonsoort
drieklankformaties geplaatst en ander
zijds door de „decadente" sfeer, gewekt
door Habanera-ritmiek en soloviooltrekjes
met portamenti (glijdende binding tussen
twee tonen). Ongetwijfeld zijn er prachtige
felle en poëtische momenten in dit stuk
Met de volgende schepen kan zeepost
worden verzonden. De data, waarop de cor
respondentie uiterlijk ter post moet zijn
bezorgd, staan achter de naam van het
schip. Argentinië: ms. „Argentina Star" 2
juli; Australië via Engeland 6 juli; Brazi
lië: ms. „Argentina Star" 2 juli; Canada:
ms. „Black Hawk" 3 juli, ss. „Rijndam" 4
juli en ss. „Statendam" 6 juli; Chili via
New York 4 juli; Indonesië: ms. „Oranje"
2 juli; Nqd. Antillen: ms. „Oranjestad" 2
juli; Ned. Nw. Guinea: ms. „Oranje" 2
juli; Nieuw Zeeland, via Engeland 6 juli;
Unie van Zuid-Afrika en Z.W. Afrika: ms.
„Edinburgh Castle" 6 juli; Brits-Oost-
Afrika via Frankrijk 6 juli. Inlichtingen
betreffende de verzendingsdata van post
pakketten geven de postkantoren.
van een zevenentwintig-jarige componist,
die daarmee een sterke vernieuwende wer
king o j de muzikale creativiteit en ont
vankelijkheid uitoefende. De zelfstandige
waarde van andere werken van Pijper, bij
voorbeeld zijn derde symfonie, lijkt mij
echter groter.
Van geheel andere aard is het slechts
veertien jaar eerder gesc' "oven variatie
werk -van Reger: welk een enorme rijk
dom en verscheidenheid aan uitingsvormen
bij ger'ng? verschillen van tijd en afstand
vertoont onze eeuw op ieder gebied! Deze
variaties zijn omstreeks dezelfde tijd als
„La Mer" van Debussy en „Petroesjka"
van Strawinsky geschreven. Het werk van
Reger is evenzeer typisch Duits als de ge
noemde stukken Frans en Russisch zijn.
Er zijn mensen die, zodra ze een nieuw
boek in de winkel gekocht hebben, daar
direct aan ruiken, omdat de lucht van het
papier, van de lijm, van het bindwerk en
zovoorts voor hen iets wezenlijks onthult
over de inhoud van het werk. Zo kan deze
muziek op haar beurt de lucht van in grijs
linnen gebonden, iets vergeelde, met go
tische letters gedrukte theorieboeken op
wekken: de harmonieleer van Louis en
Thuille te vinden in alle conservato-
riumbiblotheken en de „Gradus ad
Parnassum" van Fux, een schoolvos uiter
aard. Reger is, in de beperkte, niet in de
ruime zin van het woord, een meester ge
weest. Hij vertegenwoordigt een bepaald
type Duits muzikantendom, iemand die
met een soort gulzig welbehagen werkte
in de materie die hij zo „gründlich" be
heerste. Inderdaad componeerde hij, staan
de aan verschillende werken tegelijk, wan
delend van de ene lessenaar naar de an
dere, hier een tegenstem invoegend, daar
een begeleidingsfiguur met chromatische
doorgangsnoten verrijkend enzovoort. Hij
is als musicus "verwant aan Hindemith, die
hetzelfde gemak, dezelfde vakbeheersing,
paart aan grote produktiviteit, die ook een
meester is in het contrapunt, de techniek
van stemcombinaties. Hindemith's werk
heeft eerder de verve, de onverschilligheid
en soms het wijde uitzicht van deze tijd.
Over Regers kwaliteiten kan men het eens
zijn: zijn werk vakmanschappelijk gekund.
Hoe men die eigenschappen waardeert
hangt af van de waardering voor de per
soonlijkheid die zich ervan bedient.
De uitvoeringen die het Residentie-Or
kest van deze beide, ieder in hun soort
zeer veeleisende werken gaf, stonden op
een bijzonder hoog peil. Bij Pijper kon
men de -itmische gespannenheid, de
kleurenrijkdom der partituur ondergaan,
bij Reger door Van Otterloo feilloos uit
het hoofd gedirigeerd de exactheid be
wonderen waarmee het „hoor"-spel van
stemmen en tegenstemmen geregeld is.
Vermelding verdient tenslotte een uit
voering door de Engelse pianist Clifford
Curzon van Beethovens vierde pianocon
cert om de gereserveerd-expressieve speel-
trant, waarmee hij dit met interpretatie
tradities beladen stuk nieuwe waarde wist
te geven, geheel in stijl begeleid door het
tot een kleine bezetting gereduceerde or
kest.
>or
Sas Bunge
„Het ziet er niet naar uit, dat de moei
lijkheden tussen ziekenfondsen éh tand
artsen spoedig tot een einde zullen komen,
zolang partijen het niet eens kunnen wor
den over de omvang van het geschil, waar
over dient te worden gearbitreerd. De Ne-
derlandsche Maatschappij tot Bevordering
der Tandheelkunde staat, mede op grond
van ingewonnen rechtskundige adviezen,
op het standpunt dat de arbitrage dient te
geschieden over de oorspronkelijke uit
gangspunten. De ziekenfondsen daaren
tegen menen dat de arbitrage zich zal moe
ten beperken tot de bij het afbreken der
onderhandeling ingenomen standpunten."
Dit deelt de Koninklijke Nederlandsche
Maatschappij tot Bevordering der Genees
kunst mee in een communiqué.
Daarin wordt voorts gezegd: „Nadat de
Koninklijke Nederlandsche Maatschappij
tot Bevordering der Geneeskunst reeds
eind april het denkbeeld van arbitrage had
geopperd en de Nederlandsche Maatschap
pij tot Bevordering der Tandheelkunde dit
middel al op 3 mei daaraanvolgend had
aanvaard, duurde het nog tot 20 mei, voor
dat de ziekenfondsen van hun zijde met
de mededeling kwamen, arbitrage accep
tabel te achten.
Intussen blijkt, dat van bepaalde zieken
fondszijde de reeds aanvaarde arbitrage
thans weer minder gewenst wordt geacht.
Helaas hebben de ziekenfondsen op deze
wijze een vertraging van bijna twee maan
den veroorzaakt. De verzekerden zijn hier
van de dupe. Indien de ziekenfondsen dan
ook de arbitrage in de gebruikelijke vorm
blijven verwerpen en de tandartsen dien
tengevolge niet binnenkort hun medewer
king aan de ziekenfondsen kunnen her
vatten, moet aan de verzekerden de drin
gende raad worden gegeven hun regel
matige tandheelkundige verzorging niet te
verwaarlozen. De ziekenfondsen kunnen
namelijk nooit door administratieve maat
regelen en financiële tegemoetkomingen
het tandbederf voorkomen, terwijl de tand
artsen niet bij machte zullen zijn een
maandenlange achterstand in te halen."
ADVERTENTIE
Sinds enige tijd brengt een beroemde Zwit
serse tweeling prettige veranderingen in vele
Nederlandse keukens: zij demonstreren hoe
men vlug en handig soep kan maken. Die
veel en veel fijner is van smaak! Slechts met
behulp van wat kokend water bereidt deze
tweeling een bouillon, die de ideale „basis"
vormt voor alles wat fijn-pikant moet
smaken. Dus ook sausen, ragouts, hachees
en noemt u maar op. De naam van de
tweeling?natuurlijk: Knorr Bouillon.
Samen vormen zij het dubbele tablet waarvan
u een hele liter heerlijke zuivere bouillon
kunt maken! Getrokken van kostelijk rund
vlees en uitgezochte groenten; heerlijk licht
met zout en kruiden afgemaakt. Dank zij
de zorg en vakkundige toewijding van de
Zwitserse Knorr koks! Als extra hulp biedt
Knorr u nog een leuk geïllustreerd boekje
aan, met 17 handige vlug-klaar recepten: alle
met die parelende Knorr bouillon als smaak-
verfijner U kunt het zó aanvragen: sluit een
postzegel van 10 ct met uw naam en adres, in
een gefrankeerde envelop en adresseer:
Knorr, Postbus 1700 te Amsterdam. U ont
vangt het Knorr boekje dan thuis.
ZWITSERLAND
Vervaardigd onder licentlo on control» van Knor» A.G. Thayngen o Zwitserland, door Mondo N.V. Brussel
Met een stem als een cello heeft de ac
trice Elsa Verghis van het Grieks Nationaal
Theater in Athene woensdagavond in de
kleine zaal van het Amsterdams Concert
gebouw de Griekse tragedie doen herleven
en duidelijk gemaakt, dat het Grieks aller
minst een dode taal is. Met een keuze uit
het werk van de drie voornaamste klas
sieke Griekse treurspeldichters, Aeschylus,
Sofokles en Euripides, trad zij voor de
derde keer in ons land op. Zij herhaalt dit
recital in Scheveningen, daarna gaat zij
terug naar Epidaurus, waar zij met het
Nationaal Theater deelneemt aan het jaar
lijks festival van Griekse tragedies. Dit
festival in Epidaurus is een traditie ge
worden zoals het Shakespeare-Festival in
Stratford-on-Avon.
Traditie: is dat eerbied voor de grond
leggers van de Europese cultuur alleen? In
de goed bezette zaal gisteravond hebben
weinig mensen gezeten, die het hedendaags
Grieks kunnen verstaan. In de laatste mi
nuten voor de voorstelling begon had ieder
een voldoende gelegenheid elkaar aan te
kijken. Dat deed men dan ook en ik geloof
nooit, dat ik de enige was, die probeerde
met een paar vooroordelen af te rekenen.
Waarom gaat men naar een voorstelling
waarvan men het onderwerp misschien
kent, maar een zeer essentieel bestanddeel,
het woord, niet kan begrijpen? Er was een
lichte bevrijding toen het doek opging. In
de ogenblikken, dat men zich tussen de
scènes op zijn eigen stoel voelde zitten,
ontdekte men verrast, dat die bevrijding
steeds groter werd. Tenslotte was er een
sterk en langdurig applaus, zo overtuigend,
dat Elsa Verghis twee keer haar handen
op elkaar voor de borst legde, hetgeen een
uit Azië stammend gebaar is om bijzon
dere erkentelijkheid te tonen voor de ge
concentreerde aandacht.
In zijn inleiding tot een aantal door hem
in het Engels vertaalde stukken van Sofo
kles schrijft E. F. Watling onder meer: „Zo
ver als ons bekend is creëerde Sofokles als
eerste die steeds weer verrassende paradox
in het toneelspel, de paradox, waarin wij -
precies wetend wat er zal gebeuren - aan
het overwegen blijven hoe en waarom het
gebeurt en waarin wij het steeds weer
kunnen zien gebeuren als nieuw en on
voorzien". Elsa Verghis heeft, geholpen
door de eveneens aan het Grieks Nationaal
Theater verbonden acteur Nikos Dendrinos,
deze paradox in haar hele recital waar
gemaakt. Het was indrukwekkend. Zij ver
tolkte Clytemnestra uit Agamemnon en
Elektra uit Choefora, welke beide stukken
tot Aeschylus' bekendste trilogie „Oresteia"
behoren, het meest van alle Griekse treur
spelen gewaardeerd door de hedendaagse
Griekse theaterbezoekers. Als Clytemnestra
was ze koud, leep en hard, als Elektra on
middellijk daarop bijna breekbaar, ontroe
rend in de treurzang bij het graf van haar
vader. In hetzelfde stuk onderging zij bij
de ontmoeting met haar broer Orestes na
een lange scheiding een metamorfose naar
uitbundige blijdschap, waarvoor de kleine
zaal te klein was. In de sterk gepassioneer
de stukken bleek deze besloten ruimte toch
wel te beperkt. De stukken zijn geschreven
op de open ruimte. Ondanks de sterkere
relatie tussen toeschouwer en acteur door
geïntensiveerde mimiek in de nieuw-
Griekse versie moet het theater van Epi
daurus of dat aan de voet van de Acropolis
de enig werkelijk bevredigende speelruimte
zijn.
Vervolgens gaf zij gespannen gestalte aan
Antigone in het psychologisch conflict na
de keuze tussen het goddelijk en het ko
ninklijk decreet. Tenslotte liet zij een
hartstochtelijke, heel sterk van binnenuit
gespeelde Medea zien. Vooraf werden de
scènes steeds door jhr. dr. F. D. E. van
Lennep compact en helder toegelicht. Elsa
Verghis stond op een klein platform, dat
geflankeerd werd door twee zuilen tegen
een donkere achtergrond. Nikos Dendrinos
fungeerde steeds als de bij de situatie het
meest betrokken tegenspeler. Hij speelde
zeker, zijn stem klonk vaak als een orgel
in de laagste registers, hij stelde zich ech
ter steeds aan Elsa Verghis ondergeschikt.
Haar voordracht, versterkt met mimiek en
gebaar, moest het verhaal vertellen. En dat
gebeurde! Zij heeft een prachtige buigzame
stem en een expressief gezicht. De zetting
is nagenoeg verwant aan die in de oudheid.
Het is voornamelijk de expressie, de mi
miek, die aan de wijze van vertolken ruim
tweeduizend jaar geleden is toegevoegd in
de nieuw-Griekse versie. Er is daardoor
een grotere intimiteit ontstaan tussen ge
hoor en spelers. De voorstellingen vroeger
hadden een statisch karakter, getuige de
geschiedschrijvers. De acteurs waren door
hun zware kleding en vooral door hun hoge
toneelschoenen beperkt in hun bewegingen.
Doordat ook voortdurend een masker werd
gedragen, dat naar vaste typen was be
schilderd, werd de mimiek uitgesloten en
concentreerde de acteur zich vooral op een
sterk geaccentueerde voordracht. Dit ele
ment is overigens bewaard gebleven.
Hoewel de meesten onder het gehoor de
woorden afzonderlijk niet hebben kunnen
begrijpen, is de handeling doorzichtig ge
worden door een gevarieerd, lyrisch stem
gebruik. Elsa Verghis heeft deze voordracht
tot een indrukwekkende belevenis gemaakt.
Johan Voskuil
Indien uw dagblad opgezonden moet
worden naar uw vakantie-adres, be
richt het ons dan minstens twee dagen
voor uw vertrek en wel als volgt:
Naam:
vast adres:
van: t/m
naar
De abonnees, die per week betalen
wordt verzocht het abonnementsgeld
voor de vakantieweken vooruit aan de
bezorger te willen voldoen.
De ADMINISTRATIE
Ned. Herv. kerk
Beroepen te Duisburg (Dl.) H. Rietberg
te Losdorp (Gron.).
Bedankt voor Beilen jhr. C. v. Eysinga
te Aalsum (Fr.) voor Duisburg (Dl.) H.
Rietberg te Losdorp.
Geref. kerken art. 31 K.O.
Bedankt voor Musselkanaal H. Pool,
kand. te Zeist (nad. besl.).
Doopsgez. Broederschap
Beroepen te Warns B. K. Homan te
BlokzijL