De eigenwijze zwaluw MIEP DIEKMAN ïïlaJke-uji tetemMe kwes,ie POPPENKAST MAMIE" Bonte Ankuba NIEUWE UITGAVEN ZATERDAG 9 NOVEMBER 1957 Erbij PAGINA ZES „!k houd van boeken met een open einde" BEST GEKLEDE MAN maakt reclame TUIN- EN KAMERPLANTEN l van een ander gezicht Raadsel f IN DE WERELD van het boek is plot seling een nieuwe naam opgedoken: Miep Diekmann. Haar boek: „De boten van Brakkeput", werd onderscheiden als het beste kinderboek van 1956. Een onbekende schrijfster, die weliswaar reeds had ge publiceerd, maar toch nog vrij onopge merkt was gebleven, trad daarmee in het middelpunt van de belangstelling. Ik heb haar één dezer dagen opgezocht in haar woning in Den Haag: DEN HAAG is grijs en lelijk als het regent, ook de Zwarte weg, waar Miep Diekmann woont, met de hoge, statige huizen. Midden op de brug, die ik overmoest om naar no 11 te gaan, bleef ik even staan en zag hoe de regen kringetjes maakte in het stille water van de gracht. Toen liep ik door, en belde. Precies op de afgesproken tijd! Miep Diekmann deed zelf open: een lange, slanke vrouw met donker haar, en vriendelijke ogen. Ze ging me voor naar haar kamer op de 2e etage, een leuk artistiek, ingericht ver trek. Onwillekeurig had ik, door het lezen van haar boeken, verwacht een West- Indische vrouw te zien. Het tegendeel was waar en daarom mijn vraag: „Hoe komt het, dat zovele van uw boeken op Cura sao spelen?" „Van mijn negende tot mijn veertiende jaar heb ik op Curagao gewoond.Een tijdlang ging ik naar een missieschool, die alleen door negermeisjes werd be zocht. Daar heb ik de atmosfeer ingezogen, die u, naar ik hoop in mijn boeken terug vindt". „Wanneer is u begonnen met schrijven"? „Dat weet ik niet helemaal precies meer. Als kind droomde ik ervan schrijf ster te worden. Niet lang na mijn eind examen gymnasium heb ik regelmatig de pen op papier gezet. Mijn eerste boeken schreef ik voor oudere meisjes, later ben ik speciaal voor kinderen gaan schrijven". „Waarom?" „Waarom?" Ik zou met een tegenvraag kunnen antwoorden. Waarom schrijft een dichter, die altijd gedichten heeft geschre ven, ineens een novelle of een roman. Hij voelt zich er toe aangetrokken. En zo was het bij mij ook". Heeft u als kind voorkeur voor een bepaalde schrijver of schrijfster gehad?" „Dat geloof ik niet. Natuurlijk las ik als ieder kind: „Bruintje de Beer" en „Ollie B. Bommel", maar dat mijn voor keur naar één schrijver of één schrijfster of één bepaald boek uitging, kan ik niet zeggen. Bij ons las mijn vader altijd voor uit Heyermans en Dickens; ik was toen nog heel klein en begreep er niet veel van". Ze lacht héél even als ze dit zegt, maar wordt meteen weer ernstig en speelt met de cigaret, die ze in haar hand houdt. Ze heeft mooie handen met hele lange vingers. Ik moet verder vragen, want zij wil geen stilte, daarom: „Wilt u, behalve dat u natuurlijk een boeiend ver haal vertelt, uw lezertjes nog iets méér zeggen?" „Ik probeer altijd een bepaald facet van de werkelijkheid, dat de kinderen nog niet kennen, te evoceren. Zo is Matthijs uit: „De boten van Brakkeput" een Hollandse jongen, die geconfronteerd wordt met een Curagaos milieu. Een kinderboek mag volgens mij niet vollediguit de fantasie geschreven worden, maar moet berusten op een realiteit". „Mag ik u nog een vraag stellenEen meisje, dat uw boek gelezen had, vertelde me dat ze, toen ze het boek uit had, zo graag had willen weten hoe het verder ging met Matthijs en zijn vriendjes. Ze vond dus eigenlijk, dat uw boek niet uit was. Wat vindt u zelf daarvan?" Even aarzelt Miep Diekmann met haar antwoord, maar zegt dan resoluut: „Ik houd van boeken met een open einde, open als het leven zelf". HET REGENT NIET MEER, de zon schijnt zelfs een beetje, als ik buiten kom. Alles is niet zo somber en grijs meer, ook minder lelijk. Weer blijf ik op de brug staan, en dan gaat het mij net zo als Mat thijs uit: „De boten van Brakkeput", want ik kijk naar het houten dek en als je lang naar die strepen er tussen kijkt", gaan ze bewegeneerst langzaam vlug vlugger helemaal over het hout heenzoals water". E. H. Het Amerikaans kleermakersgilde heeft opnieuw een lijst opgesteld van de tien best-geklede mannen in Amerika. De kleermakers hebben er geen ranglijst van gemaakt, maar een die er als volgt mtziet: President Eisenhower is de best-geklede politicus.. De best-geklede staatsman is oud-president Truman, de best-geklede Amerikaan in de wereld van de muziek is Guy Lombardo en de best-geklede filmster is Frank Sinatra. Verder volgen Earl Cohen in de afdeling financiën, Ricardo Montalban in de groep theater, Henry Cabot Lodge (UNO), Larry Mack (zakenlui), Howard Miller (TV) en Joseph Kennedy (society). NEEM een knappe actrice van een jaar of vijfenvijftig. Geef haar de juiste make-up en ze ziet er op de plan ken uit als een bloeiende jonge vrouw. Het kan ook anders! Neemt u eens een jong meisje, dat algemeen geldt als een schoonheid. Geef haar geen make-up en maak de belichting ongunstig. Dan kan die jeugdige schoonheid er op het tele visie-scherm uitzien als haar groot moeder! MAKE-UP is soms beslist onmisbaar. Zelfs harde, stoere mannen en ervaren verkiezingsredenaars doen er goed aan, hun neus niet op te halen voor een make-up-behandeling als zij binnen het bereik van de televisie-camera komen. Vooral vroeger, toen de t.v.-camera min der goed was dan tegenwoordig, was „T.V.-opmaak" beslist noodzakelijk om het effect der redevoeringen te behou den. Zo kregen Nixon en andere candi- daten enige jaren geleden een volledige make-up-behandeling aleer ze hun tele- visie-verkiezingsspeeches afstaken. De inzet van die verkiezingsstrijd was het ambt van President der Verenigde Sta ten! T.V.-ingewijden hebben zelfs ge zegd, dat de kwaliteit der make-up- behandelingen de uitslag der verkiezin gen beïnvloed heeft! En niet alleen in de Verenigde Staten, ook in andere landen doet een politiek spreker wel eens iets aan zijn make-up vóór hij zich laat uit zenden via de televisie-zenders! Ook „gewone mensen" moeten steeds voor ogen houden, dat de televisie-came ra een apparaat is, dat weinig genade kent. Zou men x ooit een televisie-inter view willen afmmen of zoudt u als figu rant worden ingeschakeld by een televi sie-opname, zeg dan niet NEEN, als een gedienstige geest u nog snel wat olie, crème of poeder wil toedienen. Zegt u wel NEEN, dan zou liet kunnen gebeuren, dat uw gezicht weinig in de smaak zou val len by mensen, die u voordien wel waar deerden. Zonder make-up kan de T.V.- camera iemand tien jaar ouder en vyf kilo zwaarder maken. Er waren in den beginne actrices vertelde Irene Kent, die veel make-up voor de Canadese televisie verzorgde die een nachtmerrie kregen, nadat ze haar eigen gezicht (via kinescoop-opname) op het T.V.-scherm hadden gezien. Anderen echter waren aangenaam verbaasd, de comédienn" Araby Lockhart bij voorbeeld. Araby zei: Het is onbegrijpelijk, maar op het scherm valt mijn gezicht heus mee! Dit woord „onbegrijpelijk" wordt begrij pelijk, als men weet, dat de T.V.-make- up andere eisen stelt darj de toneel-make- up. Op het oneel ziet men de spelers van enige afstand. Daarom moet de grimeur hun trekken accentueren. Op het televi sie-scherm ziet men de spelers vaak in close-ups en daarom moeten zij „natuur lijk" worden gegrimeerd. Kortom, ook al is de opname-techn'ek de laatste jaren verbeterd, toch stelt de televisie bijzon dere eisen aan de make-up, die men niet mag verwaarlozen, wil men goede resul taten verkrijgen. Anna Russell Met ontzetting herinnerde Anna Rus sell een in het begin der jaren vijftig gevierde New-Yorkse actrice»zich haar eerste T.V.-make-up-ervaringen. In mijn eerste T.V.-rol, dat was als Lady Brack nell in Wilde's stuk „De Ernst van Ernst", maakte ik kleine kinderen aan het schrik ken, want de kleur van mijn vlees werd Nog in 1770 bepaalde het Engelse parlement, dat iedere vrouw (dus ongeacht of zij getrouwd, ongetrouwd of weduwe was) zich schuldig maakte aan tovenarij en dienovereenkomstig zou worden gestraft, als zij door het gebruik van parfum, verf, valse haren, kunsttanden, hoge hakken en wat dies meer zij een man tot een huwelijk „ver leidde". Bovendien zou zulk een huwe lijk als ongeldig worden beschouwd. Mevrouw Eisenhower heeft een cadeau aanvaard van zeventien bevervelletjes (ter waarde van 1800 dollar) en zij heeft daar op eigen kosten een bontjas van laten ma ken. Toen de jas klaar was, liet zij zich erin fotograferen op de stoep van het Witte Huis. Dat een bekend base-ball speler zich laat fotograferen als hij een bepaald soort yoghurt eet, of een charmante filmster in advertenties schoonheidsmiddelen aan prijst.... dat is tot daar aan toe. Maar iedereen beseft wel, dat base-ball-speler en filmster hun faam alleen maar gebrui ken voor bijverdienste. Mevrouw Eisenhower heeft natuurlijk niet de minste behoefte aan een bijverdien ste van 1800 dollar. Dat zij niettemin aan deze reclame meewerkte, kan men alleen maar verklaren uit een zekere goedhartig heid. Eerst had zij er niet aan gewild, maar toen een bever-vanger uit de staat Maine haar een brief stuurde waarin hij haar vertelde over de moeilijkheden in zijn branche.toen liet Mamie zich over reden. Haar bedoelingen zullen wel goed zijn geweest, doch zij schiep hiermee een gevaarlijk precedent, of eigenlijk was 't niet eens meer een precedent. President Eisen hower heeft voor zijn boerderij in Gettys burg eens een tractor aanvaard en bij een andere gelegenheid een aantal angus- koeien. Zulke cadeaus worden heus niet gegeven uit liefde voor de president, maar omdat de gever drommels goed weet, dat de aanbieding van die geschenken in de kranten zal worden vermeld en omdat de president met zulk een tractor of zo'n koe ook gefotografeerd zal worden. Dat levert de gever een prachtige reclame op, waar hij veel minder voor hoeft te betalen dan voor advertenties! Er zijn dan ook heel wat protesten op gegaan, toen mevrouw Eisenhower reclame ging maken voor beverbont. Het strookt niet met de stijl van het Witte Huis en de distinctie van het presidentsambt, wanneer ambtswoning en hoogste functie in dienst worden gesteld van de reclame. door de camera „vertaald" in paars en blauw. Als de spelers tijdens de repe tities zo nu en dan een korte pauze hiel den, gingen we met zijn allen een kopje koffie drinken. We zagen er door de make-up uit als een troepje hartpatiënten en de kellner dorst ons haast niet te be dienen, omdat hij bang was, dat wij ter plaatse zouden kunnen overlijden. Eens trad ik op in een programma, waarin een voortreffelijke garnalensla werd opge diend. Ook de garnalen hadden tevoren een make-up-behandeling ondergaan. Zij hadden een blauwe kleur gekregen. Se dert die voorstelling (vertelde Anna Rus sell) zijn mijn gevoelens voor garnalen principieel gewijzigd! DE CAMERA'S zijn sedert die blauwe- garnalen-jaren veel verbeterd, maar toch is het make-up-probleem een vraag stuk van de eerste orde gebleven Rood bij voorbeeld komt slecht door. Irene Kent zei: Toch moet men de actrices wat rouge geven, omdat ze het prettig vinden. De camera bekommert zich weliswaar nau welijks om dat rood, maar de speelsters voelen zich meestal behaaglijker als ze wat kleur op de wangen hebben! Irene Kent kent het T.V.-make-up-vak goed. Aanvankelijk werkte ze als schoon heidsspecialiste in Hollywood en Toron to. In New York ging ze later een cur sus in T.V.-make-up volgen. Toen begon z te werken voor de Canadese televisie. Ze behandelde veel acteurs en actrices. Vrouwen en mannen van diverse pluima ge, beeldschone blondines en roetzwarte kannibalen. Soms „deed" ze er dertig tot veertig op één avond. Vaak ook moest ze 's middags al beginnen om de spelers tijdig te kunnen afleveren voor de avond voorstelling. Mannen (vertelde Irne) zijn bewerkelij- ker dan vrouwen. Althans vaak. Een baard van een halve dag kan al voldoende zijn om een man te doen lijken op een schipbreukeling op een verlaten eiland, die in drie weken niets aan zijn baard deed. Kale kruintjes zijn oök vaak een probleem! Als een acteur een valse baard of snor moet dragen, moet die heel wat zorgvuldiger worden aangebracht dan voor een toneelvoorstelling, omdat bij een close-up de indruk moet worden gewekt, dat de snor of de baard werkelijk „na tuurlijk" zijn. Een goede imitatiebaard kostte mij soms (zei Irne) anderhalf uur! Gezichtsgroeven en rimpels, die voo, het toneel moeten worden geaccentueerd, moeten bij de T.V.-make-up juist heel licht getekend worden. Alles heeft z'n tijd door Per Olof Ek- ström, uitgegeven door De Tijdstroom in Lochem, is een boerenroman, die in Zwe den speelt. Een eenvoudig winkelmeisje wordt bemind door de rijke boerenzoon John en door een arme knecht, die werkt op de boerderij van J hn's ouders. Zij zelf houdt van de knecht, maar door een misverstand gelooft deze niet in Vera's liefde en vertrekt naar de stad. Om dan toch maar met iemand te kunnen trou wen geeft zij haar hand aan de rijke boe renzoon. Zoals de lezers kunnen verwach ten, wordt dit geen gelukkig huwelijk, want Vera's hart is nog steeds bij de ar me Erland, die zo nu en dan weer in het dorp komt en uiteindelijk met een half wijze vrouw trouwt. De grote krachten van hartstocht, die door het wijde en een zame Zweedse land worden gevoed, woe den inmiddels voort en het einde is voor alle partijen treurig. Een agrarische ro man van de klassieke soort, die naar on ze smaak gevoegelijk onvertaald had kun nen worden gelaten. De bontbladige Aukuba japomca is een groenblijvende heester, die het zo nauw niet neemt; men kan ze zowel in potten binnenshuis als in de volle grond van de tuin kweken. Aukuba japonica noemt men ook wel de Japanse broodboom; er komen verschillende soorten voor, maar de bonte vormen zullen wel het meest voldoen. In de kamers verlangen ze niet zo veel warm te; het is zelfs mogelijk hen in een onver warmde hal te kweken. Ze hebben ook niet veel licht nodig; een gemakkelijke plant dus die op een zeer ongunstige plaats nog kan voldoen. Overigens weet ze zich ook wel in een normaal verwarmde kamer aan te passen; dat kan men zien in de restaurants waar deze bonte planten veel gebruikt worden. In uw tuin zult u er ook veel plezier van hebben; ze dienen dan in de volle grond gepoot te worden en hebben een veen achtige grondsoort nodig. Zanderige grond dient men te verbeteren; de hovenier kan dat ook wel voor u doen. Geef die Auku- ba's vooral een beschutte standplaats; op de volle wind zouden ze in strenge win ters dood kunnen vriezen. Dat kan men allemaal voorkomen door ze een beetje be schut te plaatsen. G. Kromaijk g prullenmand een op maat geknipt kar- 8 5 tonnen bodempje te leggen. 8 Schillen, verlepte bloemen, bladeren en mogelijke andere vochtige afval 8 8 kunnen dan nooit vlekken op de echte 8 8 bodem van de prullemand maken. 8 8 Hoedeveertjes zult u weldra kunnen 8 8 kopen van geweven stof. Zij zijn be- f 8 doeld om gedragen te worden op op- 8 g vouwbare hoedjes. 8 XX^OOCXXOOOOOCXXXXXXXXXXXJCOOOOOCOCXDOOOCXXODOOCOOODOCOOCd Het hof der bekoorlijke meisjes door Wilhelm Speyer, uitgegeven door H. P. Leopold's Uitgeversmaatschappij N.V. in Den Haag, is het voorbeeld van een wei nig pretentieuze maar juist daarom charmante en aantrekkelijke historische roman. Het verhaal speelt aan het hof van een denkbeeldig, maar daarom niet ondenkbaar, Duits vorstendom in het jaar 1805, toen Napoleon bezig was zijn Europese politiek vorm te geven. Of schoon de voornaamste figuren vermoe delijk niet hebben bestaan, kan het boek met recht een historische roman worden genoemd, omdat de beschrijving van het tijdsbeeld met veel gevoel voor histori sche gegevenheden is tot stand gekomen. Aan het hof van de jonge, eenvoudige her tog Johann Christoph zijn twee politieke stromingen: één pro en de ander contra Napoleon, de voormannen van deze rich tingen zijn respectievelijk de kanselier en de kabinetschef. Vooral de laatste, de door de hertog geprotegeerde, ambitieuze Voss, is door de schrijver met veel begrip en liefde getekend. Politieke belangen doen de hertog zijn zuster uithuwelijken aan een familielid van de tsaar, maar om het evenwicht te bewaren wil hij de dochter van zijn opperstalmeester, Ulrike van Murray, doen trouwen met een Napoleon tische maarschalk. Beide vrouwen wen sen de voor haar gekozen oplossing ech ter niet te aanvaarden en zo ontstaat een belangenstrijd, die de vrouwen weten te winnen. De politieke leiders worden tegen hun wil in het complot betrokken en het geheel geeft Speyer gelegenheid een ver antwoord en aantrekkelijk tijdsbeeld van het begin van de negentiende eeuw te geven. Hermien Manger zorgde voor een goede vertaling van dit luchtige en in weerwil van de tijdsomstandigheden onbezorgde boek, dat tevens met een wel dadig aandoende humor is geschreven. „Ik kijk wel uit", zei de zwaluw, „je kunt me nog meer vertellen. Ik houd van mijn gemak." Met open snavels keken de honder den zwaluwen die op het weiland ver gaderden, haar aan. De oude zwaluwen die de grote reis naar het zuiden al meer gemaakt hadden, schudden hun kopjes, maar de jonge zwaluwtjes die allemaal een beetje opzagen tegen de grote reis keken vol bewondering naar haar. „Mejuffrouw.zei één van de oud ste zwaluwen plechtig, „als u niet mee wilt gaan moet u dat zelf weten. Als u liever bevriest of omkomt van honger is dat uw zaak. Maar stookt u geen jonge vogeltjes op om hier te blijven." „Pardon", zei de eigenwijze juf frouw zwaluw, „ik stook niemand op en ik ben ook helemaal niet var plan om te bevriezen of om te komen van hon ger. Het enige wat ik van plan ben is die grote reis niet te maken." „Dus u blijft hier, mejuffrouw?" „Nee, meneer opperzwaluw, ik blijf niet hier. Het enige verschil met jullie is dat ik niet vlieg, maar me laat vlie gen!" „Hé., wat?" De snavels van de zwa luwen om haar heen vielen nog wijder open. „Jazeker", knikte juffrouw zwaluw, „u moet weten dat ik vlakbij een vliegveld geboren en getogen ben." „Juist", knikte de opperzwaluw, „natuurlijk bent u bij een vliegveld ge boren. Hoe zou u anders ooit hebben leren vliegen?" „Nee, meneer de opperzwaluw, niet bij een zwaluwvliegveld, maar bij een mensenvliegveld „Een mensenvliegveld? Juffrouw, u bent niet goed wijs. Heeft u wel eens een mens bekeken? Dan moet u me eens wijzen waar de vleugels zitten." Juffrouw zwaluw zuchtte. „Vrese lijk", zei ze, „om met zulke domme vogels te moeten spreken, maar goed: ik zal het u uitleggen, de mensen ma ken zelf vogels, vogels waar je in kunt zitten, met wel dertig of veertig men sen. Heeft er dan nooit één van jullie zo'n grote ronkende zilvervogel ge zien?" „Ooo. dat? Zijn dat ze?" Opeens wist iedereen welke vogels juffrouw zwaluw bedoelde. Ze begonnen er el kaar Qver te vertellen met grote vleu- gelzwaaien en -eel gepiep en ge schreeuw. Ze vergaten helemaal waar om juffrouw zwaluw over die vogels was begonnen, tot opeens de opperzwa luw om stilte riep en zei dat het tijd was om te vertrekke.:. „Is iedereen klaar? Is iedereen bereid om de reis te maken?" vroeg hij voor het laatst. „Ik niet", piepte juffrouw zwaluw en ze wipte elegant omhoog, cirkelde bo ven het weiland vol zwarte vriendjes en vriendinnen en riep ze van boven af toe: „Ik maak de reis per zilveren mensenvogel. Ik wacht jullie wel op in Afrika. Tot daar!" Weg was juffrouw zwaluw, vol ver bazing en bewondering nagestaard door de zwaluwfamilies. In een grote zwerm vertrokken ook zij even later, onderweg praatten ze voortdurend over juffrouw Zwaluw en vooral toen de reis heel moeilijk werd en iedereen dood moe was dachten ze aan dat eigen wijze vogeltje dat zelf niet vloog, maar zich vliegen 'iet. Toen ze in Afrika aankwamen en eerst een dagje rust hadden gehouden gingen ze op zoek naar het mensenvliegveld, want daar zouden ze juffrouw zwaluw toch moeten vinden. Maar ze vonden haar niet, niet de eerste dag, niet de tweede dag, niet na drie dagen en ook niet na een week. Langzamerhand vergaten ze haar. Ja, waar was juffrouw zwaluw? Ze was, precies zoals ze zich had voorge nomen naar het vliegveld gegaan en had daar de zilveren mensenvogels eens aandachtig bekeken. Welke zou ze nemen om haar naar Afrika te brengen. Juffrouw zwaluw wist niet dat er op de wereld nog meer landen be staan dan Afrika. Afrika en Neder land, dat waren de enige landen die ze kende. Ze koos het mooiste toestel uit, vloog naar binnen en verstopte zich onder één van de blauwe stoelen, waarop even later de mensen jingen zitten. De deur ging dicht, de motor begon te ra zen en een kwartiertje later zweefde de zilveren vogel in de lucht. Ze vond het een gek gevoel om nu eens gevlogen te worden, niet zo leuk als ze gedacht had, maar ja, je werd er niet moe van en daar ging het om. Honger kreeg ze wel en ze was blij toen de zilveren vogel zijn twee poten met een bons op de grond zette. „Zie zo", zei ze, „en nu naar de heerlijke Afrikaanse rupsjes en kevertjes." Over de hoofden van de passagiers heen vloog ze naar buiten, maar daar kreeg ze de schrik van ha jr leven. Een snerpende koude wind blies haar ge woon weg en alles om haar heen was bedekt met zacht wit spul dat ze niet kende. Het leek net of de lucht vol scherpe naaldjes zat die aan alle kanten door haar dunne verenpakje heenprik- TUtS Vul van links naar rechts de woordjes van de volgende betekenis in: 1. een dunne plank; 2. een nachtvogel; 3. niet droog4. een dier dat vaak mensen nadoet; 5. Kookt men eten in; 6. daarin zat Noach; 7. woont in Rus land; 8. zegt tok- tok. Als je het goed gedaan hebt staat er op de rij van 1 tot 8 een naam van een ker- Welk soort vissen staan in deze vissen? ten. Juffrouw Zwaluw begreep dat dit Afrika niet kon zijn, maar ja, eten moest ze toch en daarom ging ze er op uit, op zoek naar wormpjes en kevers. Binnen een uur had ze begrepen dat er geen sprake was van wormpjes en kevers in dit koude witte land waar de grond zo hard als steen was. Binnen een dag had ze begrepen, dat ze zou bevriezen en omkomen van honger als ze niet maakte dat ze wegkwam en bin nen twee dagen wist ze van niets meer en zat ze koud en verstijfd op een tele foondraad boven het vliegveld. De der de dag wist ze zelf niet meer of ze leefde en de vierde viel ze als een speelgoedvogeltje uit de draad. Eén van de piloten die op weg was naar zijn toestel zag haar vallen. Hij raapte het verstijfde vogeltje op en nam het mee naar het vliegtuig. Alle passagiers be moeiden er zich mee, ze warmden het zwaluwtje in hun handen en toen het de oogjes opendeed kwamen ze met kruimeltjes koek en een beetje brood in melk geweekt, zodat het langzaam weer bijkwam. „Waar ben ik?" vroeg juffrouw zwaluw zwakjes, maar niemand in het vliegtuig kon haar verstaan, ze bleef maar stil in elkaar gedoken zit ten bij één van de passagiers en was verbaasd dat ze niet was omgekomen. Eindelijk, na meer dan een dag vlie gen zette de zilveren vogel zijn voe ten weer met een bons op land. De deur ging op *.i en daar, over de hoof den van alle passagiers heen scheen de warme zon van Afrika naar binnen. Juffrouw zwaluw kreeg tranen in haar ogen van blijdschap en ze riep met haar zwakke stemmetje: „hallo! hal lo!" tegen de vriendjes die ze overal zag zitten. Maar niemand herkende haar, ze lachten dat broodmagere vo geltje dat geen stem en haast geen veertjes meer had uit. Hoe durfde zo'n scharminkel hun aan te spreken! Pas na een paar dagen toen juffrouw zwaluw weer een heel klein beetje op zichzelf ging lijken geloofden ze het. Nou, je begrijpt dat er toei belachen werd om juffrouw zwaluw die niet vlie gen wou en het allemaal veel beter wist. Ze zal er de hele winter nog over moeten horen. En dat is lang, hoor! Mies Bouhuys Een kastgewoon een houten kast, een kast met een gordijntje en daarin wonen dag en nacht Jan Klaassen en zijn vrouw Katrijntje. Ze zijn zo ouc(, stokoud, zó oud als honderd kindren bij elkaar en dat is oud, hoor. Reken maar! Hun hoofden zijn gemaakt van hout en alle, alle dagen wordt hij door haar, of zij door hem hard op dat hoofd geslagen. Katrijn is zoek en Jan loopt weg, de diender komt en geeft ze straf, ze gillen als twee varkentjes, maar 't loopt altijd goed af Ik blijf er elke dag haast staan, ik krijg door het gordijntje als ze tenminste thuis is, hoor - een handje van Katrijntje. Mies Bouhuys Van lege luciferdoosjes - kun je leuke poppenmeubels maken. Kijk maar eens goed naar de tekeningen. Je kunt ze het beste met plastic plakband aan el kaar bevestigen en met een gekleurd stukje papier overplakken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1957 | | pagina 18