Laatste dag van staatsiebezoek was de gezelligste Sterke oud-Nederlandse invloed in de Engelse samenleving Visite bij „doodgewoon "gezin een der hoogtepunten Omgekeerd hebben wij nu Britse gewoonten in ons dagelijks leven overgenomen VRIJDAG 28 MAART 1958 ii UNANIEME LOF VOOR ROTTERDAM Prins Bernhard opent Nederlands Instituut te Istanboel Geen nationale parade op Koninginnedag Zilte conversatie Op bezoek in een driekamerflatje Twintigduizend juichers Cadeaus voor de kinderen Door de „nieuwe stad Bij de zeebonken (Van een onzer redacteuren) Op maandag 31 maart zal het Nederlands Historisch-Archaeologisch Instituut te Is tanboel worden geopend door Prins Bern hard, die zich daartoe hedenmorgen per regerings-Dakota daarheen heeft begeven. De inrichting van dit nieuwe Nederlandse wetenschappelijke en culturele centrum, dat zal worden gevestigd in het Palais de Hollande, het oude uit de zeventiende eeuw daterende ambassadegebouw, is voor bereid door het te Leiden gevestigde Ne derlands Instituut voor het Nabije Oosten. De minister van Defensie heeft besloten dit jaar geen groot nationaal militair de- filé ter ere van de verjaardag van de Koningin te doen houden. In plaats daarvan zal op 30 april in Amersfoort, Arnhem, Assen, Ede, Eind hoven en 's-Hertogenbosch een parade of défilé worden gehouden door eenheden van de Koninklijke Landmacht. Défilés met kleinere formaties worden gehouden in Breda, Roosendaal en Zutphen. De luchtmacht zal voorts een paradevlucht boven ons land maken, volgens een nog nader vast te stellen vliegroute. De ma rine houdt traditiegetrouw haar parade in Den Helder. leiding, en een voorstellen van bestuurs leden in de hal. Toen trok men naar boven, waar in de kantine een groot gezelschap bijeen was. Alle officieren van in de haven liggende Engelse schepen er waren er zelfs uit Amsterdam voor overgekomen werden door dominee Popham Hosford aan de Koningin voorgesteld. Zij vroeg aan allen van welk schip zij afkomstig waren. Maar ook de gewone schepeling die mis schien min of meer toevallig aanwezig was, kreeg de kans van zijn leven, een glimlach en een paar woorden van Koningin Eliza beth. Uit de aard van de zaak was deze „rond gang" min of meer plechtstatig, maar vlak achter Koningin Elizabeth kwam Prins Philip en de gesprekken die hij aanknoopte met de zeevarenden waren onmiskenbaar van een vrolijk gehalte. Genoeglijk stond de Prins, wijdbeens, de handen in de zijde, te converseren met de zeebonken. Er werd meermalen hartelijk en luidkeels gelachen. Met commander D. W. Child, een wat wel gedane zeeman, oud-koopvaardij-officier, die in de oorlog in de marine-reserve dien de en nu een passagiersdienst met het toe ristenschip „Lady Margaret" tussen Rotter dam en Bazel onderhoudt, heeft Prins (Van onze correspondent in Londen) Nu de betrekkingen tussen Groot-Brittannië en Nederland in het middelpunt der belangstelling staan, is het een goede gelegenheid te herinneren aan de wijze waarop de twee overburen elkaar in de loop der historie hebben be- invloed. In de vroege middeleeuwen vestigden zich handels- en ambachtslieden uit de Nederlanden in Engeland, reeds vóór de Normandische verovering. De Engelse koning was een bondgenoot van Jacob van Hartevelde, de Vlaamse rebel. In die dagen waren Engelse handelaren gevestigd in Dordrecht, Middel burg ,en Brugge, en Vlaamse en Nederlandse in Engelse havenplaatsen. In die tijd hadden de Nederlanden op het gebied van de nijverheid een grote voor sprong op Engeland. In de zestiende, en vooral in de zeventiende en achttiende eeuw, heeft Nederland een diepgaande invloed op Engeland uitgeoefend, zowel in economisch als in cultureel opzicht. Handel "en godsdienststrijd brachten de beide landen nauw tot elkaar in de zestiende eeuw. Van alle buitenlandse invloeden was die van Nederland het sterkst. Het is niet overdreven te zeggen dat Engeland van 1600 tot 1750 met een aantal instellingen werd verrijkt, waarbij die in Holland als voorbeeld golden. Ook de Britse denkbeelden op het gebiea van architectuur, kunst, wetenschap, landbouw, filosofie, theologie en recht werden uit Nederland beïnvloed. Overal werkte die Nederlandse activiteit door. Nieuwe methoden op het gebied van het bankwezen, geld en verzekeringswezen waren meestal aan de Nederlandse ontleend. De eerste voorzitter van de Bank van Engeland was een Nederlander! Het destijds machtige „Holland" dipoeg het zijne ertoe bij om Engeland van een landbouwstaat in een modern, industrieel handelsland te veranderen. Veel werd er in dit opzicht tot stand gebracht tijdens de regering van stadhouder koning Willem III, die overigens, wegens zijn karakter, in Engeland allerminst geliefd was. De Hollandse maritieme traditie overscha duwde somstij ds de Engelse. Nederlandse ondernemingsgeest moest wel in botsing komen met de Britse. Wegens deze wed ijver namen de Engelsen zoveel over van de Nederlanders, die door Engelands in wendige troebelen een tijdlang aan de spits lagen. De Engelse nijverheid in East Anglia was nagenoeg geheel gebouwd op Nederlandse ervaring. Industrie Met de toeneming van de welvaart on derging ook de Engelse architectuur een sterke Nederlandse invloed, hetgeen aan de oostkust nog valt waar te nemen. Oud- Hollandse blauwe tegels werden bij ladin gen naar Engeland verscheept en men treft ze nog overal aan. De vluchtelingen die tijdens de tachtigjarige oorlog naar Enge land overkwamen, brachten grote wel vaart. Zij waren pioniers in de textiel-, glas- en leder-industrie. Er waren belang rijke Nederlandse kolonies in Norwich, ColcHe'ster, Rye, Canterbury en Southamp ton. Wevers vestigden zich voornamelijk in Colchester en introduceerden baai en andere nieuwe stoffen in Engeland. Onder invloed van onze zeevaart zijn vele Neder landse woorden en uitdrukkingen in het Engels opgenomen zoals jacht, sloep, schipper en boom. Maar de Britse naijver leidde ertoe dat het woord „Dutch" een scheldwoord werd. Architectuur De grootste Engelse bouwmeester Chris topher Wren onderging de invloed van Jacob van Campen en Hendrik de Keyser. Met De Keyser was hij bevriend. Zijn voornaamste medewerker was de Neder lander Willem Talman. Ook de betimme ringen van Wren's Gt. Paul's kathedraal, Philip geruime tijd staan praten. Com mander Child droeg een groot aantal on derscheidingen op zijn uniformjasje, die natuurlijk de aandacht van de Prins trok ken. Prins Bernhard voegde zich later bij hen, nadat Commander Child reeds aan Prins Philip had verteld dat hij Prins Bernhard in 1942 in Londen had ontmoet. Hij was daar niet weinig trots op. Ook met leden van de Engelse kolonie onderhielden de hoge bezoekers zich. Maar al te gauw kwam het moment van vertrek. Beneden in de hal overhandigde dominee Popham Hosford aan Koningin Elizabeth en Koningin Juliana een fotokopie van de 250 jaar oude stichtingsoorkonde van de kerk. Twee negenjarige meisjes kwamen naar voren om de vorstinnen bloemen aan te bieden en daarmee was ook dit bezoek ten einde. en van andere beroemde kerken in de Londense City, zijn door een Nederlander ontworpen. Het toenemend gebruik van baksteen was een gevolg van Nederlandse invloed. Ook bij de aanleg van de grote tuinen volgde men het Nederlandse voor beeld. Droogleggingen en indijkingen aan de oostkust waren hoofdzakelijk het werk van Hollanders. Men vindt in die streek nog altijd veel Nederlandse plaats- en persoonsnamen en er zijn ook nog steeds Nederlandse aannemersfirma's werkzaam, De Nederlandse waterbouwkundige Cor nelius Vermuyden werd in de Britse adel stand verheven. Huizen in het „Holland district" dragen nog vaak Nederlandse namen. Schilderkunst In onze gouden eeuw was de belang stelling voor onze Hollandse schilders overweldigend. Sommigen waren bijzon der geliefd, zoals Albert Cuyp, wiens ge hele collectie zich vrijwel in Engeland bevindt. Van Dyck werd er hofschilder. Met Peter Lely en anderen legde hij de grondslag voor de Engelse school van por tretschilders. Er zijn waarschijnlijk meer Nederlandse schilderijen in Engels parti- Engelse sportleven. Op het balkon van het Rotterdamse stadhuis namen de koninklijke be zoekers de huldebetuigingen van de bewoners der Maasstad in ontvangst. culier bezit dan waar ook ter wereld. Dit bleek enkele jaren geleden bij de aan onze schilderkunst gewijde tentoonstelling. Erasmus, en Grotius vooral, maar ook Huygens en Boerhaave deden hun invloed in Engeland gelden, omgekeerd waaiden er ook veel denkbeelden van Engeland naar ons over. De naar ons land uitge weken John Locke zette hier de geesten in beweging. Met de pakketboten, die in Brielle aankwamen, werden stapels En gelse boeken meegestuurd, die grif hun weg vonden. De eerste Engelse kranten werden wegens de censuur in Neder land gedrukt. Er wordt beweerd dat Von del geïnspireerd werd door Milton's „Pa radise Lost". De Hollandse „Spectator" van Justus van Effen volgde het gelijk namige Engelse blad na. Hij leverde een aanzienlijke bijdrage om de Engelse litte ratuur in ons land bekendheid te geven. Aan het eind van de achttiende eeuw en gedurende de gehele negentiende eeuw overvleugelde Engeland ons land. Er kwam een einde aan ons nauwe samengaan, ten koste van Nederland. Onmiskenbaar heerste er in die tijden bij ons diep wan trouwen ten opzichte van Engeland, waar van misschien nog altijd iets is blijven hangen. Maar de nieuwe omstandigheden hebben Engeland en Nederland in onder linge afhankelijkheid en Atlantisch en Europees deelgenootschap weer tot elkaar gebracht. In de kiem was dit reeds het geval gedurende de donkere bezettings jaren en de bevrijding. Fish and chips Wie, zoals wij, in Engeland woont, wordt bij een bezoek aan ons land getroffen door tal van Engelse invloeden in het dagelijkse leven in Nederland. Veelal zijn het klei nigheden, maar ze zijn daarom niet min der kenmerkend. Zoute haring lijkt ver drongen te worden door de gebakken vis en patates frites (chips) en de gerookte haring of kipper deed zijn intrede. Madu- rodam is kennelijk ingegeven door Engel se voorbeelden. De steeds sterkere be oefening van de balletkunst krijgt zeker een aansporing uit Engeland. Men ziet in Nederland vrouwen sigaretten op straat roken, iets dat in Engeland veelvuldig voorkomt. Zij doen tegenwoordig ook boodschappen met een rieten mandje aan de arm, zoals elke Engelse huisvrouw. Bij het verkeer is de Britse invloed opval lend. Onze treinen hebben de groene kleur van het zuidelijke Engelse net gekregen en de naambordjes op de stations, gemak kelijk van (de coupé's uit te lezen, zijn overgenomen uit Engeland. Onze zware solide fietsen kregen mede onder Britse invloed een lichtere toets. Dan zijn er de zebra's en knipperlichten, rechtstreeks aan Engeland ontleend. Ons onderwijs, ook het universitaire, ondergaat langzaam maar zeker een Engelse invloed. Omgekeerd dienen onze moderne auto wegen, met name die in Rotterdam, als patroon voor de Engelsen. En op sportge bied droegen wij sinds de oorlog korfbal bij als aanwinst voor het toch al zo rijke In het waterloopkundig laboratorium te Delft.. Vanaf de platforms boven water bekijken de koninklijke gasten het model van de Europoort het In het perscentrum in Rotterdams stadhuis hebben de binnen- en buiten landse journalisten vannacht, voor zij afscheid van elkaar namen na drie ook voor hen uiterst vermoeiende dagen, onder elkaar de voorlopige proefbalans opgemaakt van het toen juist geëindigde staatsiebezoek van het Britse vorstelijke paar en daarbij met algemene stemmen geconcludeerd dat Rotterdam als sluitpost van de begroting de beste beurt gemaakt heeft. En dat niet alleen, omdat de Maasstad zich op deze laatste dag van het Koninklijk bezoek mocht koesteren in een ouderwets „Oranjezonnetje", zonder hetwelk zulk een luisterrijke gebeurtenis het toch eigenlijk niet stellen kan. Dat was slechts een prettige bijkomstigheid die Rotterdam zijn hoge bezoekers, kon offreren. Maar nog veel aangenamer getroffen had het vooral de Britse journalisten dat de „Rotterdamse dag zoals zij het uitdrukten: „zq warm-menselijk" was geweest, zo'weldadig arm aan het plechtstatige vertoon dat bijvoorbeeld een groot deel van de ontvangst in Den Haag de dag tevoren gekenmerkt had. En zo was het ook, want de Rotterdammers, van hoog tot laag, waren de lieftallige Britse vorstin en haar rijzige, sympathieke echtgenoot tegemoetgetreden zoals zij nu eenmaal zijn: nuchter, gemoedelijk en met een eerlijke eenvoud die wars is van alle overbodige ceremoniële omslag. Waarbij dan nog kwam dat deze laatste dag, van journa listenstandpunt beschouwd, verreweg de beste kopij opleverde. Dat bleek al in de morgenuren toen de Koninklijke stoet met de beide vorstinnen en de Prinsessen Beatrix en Irene op weg van Delft naar Rotterdam, in afwijking van het officiële programma stilhield voor een nieuw flatgebouw, „Stadt en Lande" in Overschie aan de grens van Rotterdam,waar Koningin Elizabeth een be zoek wilde brengen aan de woning van een „gemiddelde Nederlander", de dertigjarige B.B.-ambtenaar J. L. Dodemont. Uiteraard wonden. Later op de middag, bij een be zoek aan bet „Bouwcentrum" konden zij de praktijk vah dit nieuwe Rotterdam nog eens toetsen aan de theorie. Hier toonde de directeur van de Dienst Stadsontwikkeling, ir. C. van Traa hun namelijk met behulp van een maquette en een enorme over zichtskaart van Rotterdam, hoe diep die wonden wel waren en hoe grootscheeps de wederopbouw wordt aangepakt ook in ver band met de Europoort-plannen. „In deze stad is driemaal zoveel ver woest als in uw zwaar-getroffen Coventry," zei ir. Van Traa ter illustratie van zijn betoog, dat overigens nog een onverwachte was het bezoek voor dit jonge gezin geen volkomen verrassing, want reeds maan dag waren de heer Dodemont en zjjn jonge vrouw door het gemeentebestuur ingelicht over de zeer bijzondere onder scheiding, die hun te wachten stond. Na tuurlijk was dit nieuws als een lopend vuurtje door de buurt gegaan met het resultaat, dat heel Overschie, jubelend en zwaaiend om het flatgebouw stond samen gepakt toen de vorstelijke visite arriveerde.. Overigens had het maar weinig gescheeld of de arts, die mevrouw Dodemont onder behandeling heeft, had geen toestemming voor het bezoek kunnen geven. Zij moet namelijk volstrekte rust houden totdat haar tweede baby geboren is. De eerste, de vijftien maanden oude Paultje, zat echter te kraaien van plezier in zijn kinderstoel toen de Prinsessen Beatrix en Irene hem uit een inderhaast gerequireerd koektrom meltje de ene biscuit na de andere op voerden, terwijl de beide vorstinnen, ge zeten op de „mooie stoelen" wat babbelden met mevrouw Dodemont. Bij dit onge dwongen gesprek, waarbij Koningin Eliza beth grote belangstelling aan de dag legde voor de inrichting van deze kleine woning, trad Koningin Juliana als tolk op. Daarna werd de woning bezichtigd, waarbij de hoge bezoeksters zich tot grote vreugde van de wachtende menigte ook nog even op het kleine balkonnetje ver toonden. Beide vorstinnen zeiden, het wel een aardige flat te vinden, maar veel te klein voor een gezin van bijna vier personen: een woonkamer, een slaapkamer en een douchecel vonden zij beslist te wei nig. „Misschien krijgen we nog wel eens wat groters," zei de gastvrouw waarschijn lijk min of meer uit beleefdheid, want in haar hart zal zij wel tevreden zijn met het nieuwe pasverworven optrekje. Hartelijk namen de hoge bezoeksters tenslotte afscheid van mevrouw Dodemont en haar zoontje om zich weer bij hun ge volg te voegen, dat inmiddels een bezoek gebracht had aan de conciërgewoning in hetzelfde flatgebouw, waarna de tocht naar Rotterdam in open auto's werd voort gezet. Overschie zong hun ten afscheid een hartgrondig „Oranje böven" toe Vorstelijk bezoek aan de familie Dodemont in Overschie. De anderhalf jarige Paul en zijn ouders tezamen met Koningin Elizabeth en Koningin Juliana. Inmiddels was voor het Rotterdamse Jadhuis, op de Coolsingel, op de daken der hoge zakenpanden aan de overkant en zelfs op de stellingen van een in aanbouw zijnde semi-wolkenkrabber een mensenmassa samengestroomd van volgens voorzichtige politieschattingen tenminste twintigduizend koppen, die allemaal tegelijk begonnen te jubelen toen eerst de vorstinnen en de beide Prinsessen, en drie kwartier later ook de Prinsen Philip en Bernhard voor het statige vroedschapshuis arriveerden. Nog vóór de lunch, die in de Burgerzaal gebruikt werd en waaraan, als niet-Rotter- damse gasten onder meer minister Luns en zijn voorganger mr. Stikker, alsmede de ambassadeurs van de Commonwealth landen aanzaten, verschenen de Konink lijke bezoekers nog even op het balkon van het stadhuis om de kijkers en vooral de duizenden schoolkinderen in de voorste gelederen nogmaals hartelijk toe te wuiven. Na het noenmaal overhandigde burge meester Van Walsum uit naam der ge meente enige geschenken voor de kinderen van het Engelse koninklijke paar, voor prins Charles een legpuzzle met twee beel den van de haven en voor prinses Anne een drietal bundels met oude kinderliedjes en snelletjes. De teksten der liedjes zijn in het Engels vertaald door de vrouw van de burgemeester, mevrouw mr. J. M. van Wal- sum-Quispel. Voor hun vertrek zetten de hoge gasten in de burgemeesterskamer hun handteke ning in het gouden boek der stad. Een pagina daarvan was voor deze gelegenheid versierd met een voorstelling van de „Bri tannia" en met Rotterdamse stadsbeelden, de raadhuistoren en het bouwcentrum. Om kwart over drie begon een grote rij toer door de stad, waarbij de Britse gasten gelegenheid kregen, zich een indruk te vor men van de vaart en de allure, waarmee Rotterdam zich herstelt van zijn oorlogs- De maquette van Rotterdams nieuwbouw werd door Koningin Elizabeth aandachtig bekeken bij haar rondgang door het Bouwcentrum. vrolijke noot kreeg toen de spreker in het vuur van zijn vertoog plotseling uit het Engels in het Nederlands overging, om zichzelf, tot grote vreugde van zijn toe hoorders, de vraag te stellen: „Wat is „fabrieken" ook weer in het Engels....?" Na de bezichtiging van het Bouwcentrum waar de voorzitter, ir. Van Ettinger, eerder een uiteenzetting had gegeven van de acti viteiten van deze instelling, volgde als laatste programmapunt van deze middag een bezoek aan de „British Mission te Seamen", het Engelse zeemanstehuis in de Maasstad. Daar in het gebouw van de „Vliegende Engel", zoals „The Missions" aan de Pieter de Hoochweg populair onder de zeelieden wordt genoemd, zal men nog lang napraten over dat merkwaardige halfuurtje in de late middag van 27 maart 1958, toen Ko ningin Elizabeth en Prins Philip, vergezeld van Koningin Juliana en de Prinsessen Beatrix en Irene, The Missions bezochten. De bisschop van Fulham en de predikant van The Missions, Reverend W. Popham Hosford, verwelkomde de hoge gasten in het portaal van het kleine zeemanskerkje van St. Mary. Er volgde een korte rond-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1958 | | pagina 11