Opening van Holland Festival met opera van Sem Dresden Leonide Massine als solist in „De driekante steek" VvK V Uiting van voorname geest Nog altijd een plezierig kijkspel MAANDAG 16 JUNI 1958 7 Feestelijke ouverture Holland Festival Holland Festival Haarlemse Stichting voor Kinderbewaarplaatsen Holland Festival Club zaterdag geopend Holland Festivalgids Succes in Wenen voor Gré Brouwenstijn Culturele uitwisseling in het noorden Haarlemse P.T.T. wint derde prijs Macmillan maakte een goede indruk in Amerika Bezoek was gunstig voor voortgezette coöperatie Conservatieven behouden Schotse Lagerhuiszetel Eisenhower's rechterhand Adams in opspraak Hij genoot een opvallend dure gastvrijheid Minister Luns in Londen Straalbommenwerpers uit Frankrijk naar Israel Koningin en Prins op Expo Als opening van het Holland Festival 1958 gaf de Nederlandse Opera zater dagavond in de Amsterdamse Stads schouwburg de wereldpremière van de nagelaten opera „Frangois Villon" van Sem Dresden, welke in juli over leden componist dit korte werk in drie tafrelen heeft geschreven in opdracht van het bestuur van de hoofdstad. De orkestratie is van Jan Mul. De feestelijke opening van dit elfde Holland Festival kreeg door de aan wezigheid van zeven ministers, de ex cellenties Struycken, Luns, Hofstra, Suurhoff, Cals, Vondeling en de gevol machtigde voor Suriname mr. dr. R. H. Pos. benevens de staatssecretarissen Veldkamp, Van der Beugel en Höppe- ner, extra reliëf. Tot de verdere autori teiten behoorden ook de Commissaris der Koningin in de provincie Noord holland, dr. M. J. Prinsen en de mili taire gouverneur van de hoofdstad bri gade-generaal G. Dijkstra, alsmede vele leden van het corps consulaire. Na afloop ontvingen burgemeester en wethouders van de hoofdstad de tal rijke gasten in de geheel vernieuwde foyer van de schouwburg, waar koude buffetten waren opgesteld. Talrijke Nederlandse en buitenlandse artiesten namen aan het bal deel. Zaterdagavond werd het Holland Festi val 1958 officieel geopend met de eerste opvoering van de nagelaten opera „Fran gois Villon" van Sem Dresden, die door Jan Mul georkestreerd is. De creatie door de Nederlandse Opera had plaats in de Amsterdamse Stadsschouwburg voor geno digden van het gemeentebestuur. Betreffende de aard en de inhoud van het werk zou ik kunnen verwijzen naar het artikel, dat ik er in ons blad van zaterdag aan Wijdde. Het omvat de aanleiding en tevens de bedoelingen van de componist. Dresden heeft Villon willen schetsen in de branding van zijn tijd en zijn omgeving, met al de tegenstellingen die tussen even en eeuwigheid denkbaar djn en met de boven zijn hoofd hangende fataliteit van een onafwendbare dodendans. Hij heeft de dichter zelfs wil len projecteren tegenover een schijnschoon idealisme, ver persoonlijkt in de laatste der troubadours, Charles hertog van Orleans, wiens tijd voorbij was, maar Vier der solisten van de Nederlandse Opera, die meewerkten aan de creatie van „Frangois Villon" van Sem Dres den ter opening van het Holland Festival 1958: Cora Canne Meyer, Ma ria van Dongen, Frances de Bossy en de vertolker van de titelrol, de bariton Hans Wilbrink. Ter vulling van het tweede deel van de openingsavond van het Holland Festival 1958, die met het elders od deze pagina besproken nagelaten werk van Sem Dres den begonnen was, heeft het Ballet van de Nederlandse Opera het publiek op een ver toning van „El sombrero de tres picos" onthaald. Het scenario voor „De driekante steek" werd door Martinez Sierra ontleend aan een novelle van Pedro de Alarcon, hier te lande vooral door de voordracht onder de titel „Frasquita" van Charlotte Kohier bekend geworden. Het ballet werd voor bereid tijdens de eerste wereldoorlog, toen het fameuze Russische gezel schap van Sergei de Diaghilev behalve op Zwitserland vrij wel alleen op Spanje was aan gewezen, uit welke omstandig heid het idee voortkwam de Iberische folklore te adop teren. Dit plan kon verwezen lijkt worden dank zij de medewerking van de compo nist Manuel de Falla en van de schilder Pablo Picasso, maar vooral doordat de aan gewezen choreograaf, Leo nide Massine, zich door intensieve studie onder leiding van de zigeuner Felix Marti nez de voornaamste karakteristieke Spaan se bewegingsstijlen eigen wist te maken. Door de vele historische verwantschappen oieek het zeer goed mogelijk deze met t.e academische techniek te verenigen. Ook vroeger waren er wel balletten ver- oond met Spaanse dansen, doch deze .adden tot dusverre in de romantische re- ues altijd dienst gedaan bij wijze van kleurige intermezzo's. Massine slaagde erin een volledige integratie te bereiken. In zijn soort is „De driekante steek" waarvan deeerste uitvoering werd ge geven in 1919 in het Alhambra Theater (toepasselijker kon het niet) te Londen een nog onovertroffen meesterwerk. Men kan het zowel qua historische betekenis als door de aard van gedanste pantomime op één lijn vergelijken met „Petroesjka" van Michael Fokine, de door Massine vereerde vernieuwer van de verstarde traditie. En hbewel dit genre alweer tot de verleden tijd behoort, moet men toch zeggen dat deze balletkomedie met haar logisch in de luchtige handeling verweven divertis sementen springlevend is gebleven. Het kan bovendien gelden als een model voor de idealen, welke Diaghilev voor ogen stonden: de gelijkwaardige samenwerking van de vier kunsten, die in het danstheater •an bod kunnen komen. Het is aan derge- ijke collectieve creaties te danken ge weest, dat de dans zich uit de voorheen ondergeschikte positie tot de primaire fac- lor in het ballet heeft kunnen ontwikkelen. Dat men destijds de naam van de choreo graaf in een adem kon noemen met ge- •eputeerde figuren uit de hoger geappre- 'serde kunsten was reeds een enorme ooruitgang. En terecht! Op een doorlopend het oog ':oeid houdende manier is het oorspron- 'ijk vrij ingewikkelde verhaal vereen- ligd uitgewerkt tot een amusant be- Dingsspel voor afwisselend en tezamen redende solisten en ensembles. De ge- •hiedenis van de dorpsburgemeester, een rde rokkenjager, die deerlijk de dupe vordt van zijn poging om de bekoorlijke nolenaarsvrouw te verleiden, is hier bij onder spectaculair met authentieke type- mgsmiddelen gerealiseerd. Voor het pu- J<ek werd de attractie nog verhoogd door- ""assine, nota bene bijna veertig jaar hij er voor het eerst in optrad, zelf de rol van de molenaar vervulde. De voor stelling wordt nog één keer in Amster dam en twee keer in Den Haag herhaald en men mag niet verzuimen een van die reprises bij te wonen. Te zelden immers heeft de Nederlandse balletliefhebber ge legenheid gehad de waarlijk grote vertol kers in actie te zien. En Massine die nooit eerder op onze planken verscheen hoewel hij de gehele wereld heeft afge reisd! mag dan niet meer de door acro batische souplesse en axactheid uitmun tende duivelskunstenaar van vroeger zijn, hij brengt zoveel persoonlijke autoriteit mee, dat hij ofschoon reeds boven de zestig nog steeds als een kampioen op dit terrein kan gelden. Men neme alleen maar zijn gespannen allure tijdens de openingsscène, waarin hij een gekooide vogel tot zingen probeert te verlokken. Of men zie de speelse evo luties in de koradin, een traditionele dans van verliefde toenadering en ontwijking. De pirouettes in de farUcca zullen vroeger wel sneller zijn geweest, maar het thans verkregen effect met de geaccentueerde voetvariaties is bewonderenswaardig. Bien parado! mocht men roepen bij zijn elegante traversias. Zelden of nooit heb ik een danser ge zien, die tevens zo'n volmaakte acteur mag worden genoemd Als leermeester heeft hij het Ballet van de Nederlandse Opera aangevuld met enkele krachten van het Ballet der Lage Landen, hetgeen onhoffe- lijkerwijze niet in het programma stond vermeld tot prima prestaties weten te inspireren. Men kon vaststellen, dat de rit mische pantomime de Nederlanders van nature zeer goed ligt. Als uitblinkers moe ten Marie-Rose Bastiaens, Yvonne Joce- lyn (in de jota) en Hans van Manen wor den genoemd. Johan Verdoner was niet on aardig als de burgemeester op groteske vrijersvoeten. Een vergissing was het echter van Mas sine om van de waarschijnlijk elders niet bestaande gelegenheid te profiteren om zijn dochter Tatjana een hoofdrol te laten ver vullen. Weliswaar benaderde zij enigszins de naar moorse trant wiegende gratie van de molenaarsvrouw, doch haar capricieu- ze koketterie wist zij geen ogenblik waar te maken en slechts flauw te suggereren, waarbij zij geen partij werd in dit blijspel van hartstochtelijk magnetisme. Ook haar techniek (zij is volgens de methode van Cecchetti opgeleid en kreeg toneellessen van Maurice Escande) laat geen bijster sterke indruk achter. Daardoor verslapte telkens de spanning, die door de sevillia- na was gewekt en door het vermakelijke „stierengevecht" weer werd opgevoerd. „De driekante steek" voldoet als plezie rig kijkspel nog steeds, hetgeen mede te danken is aan de frisse charme der aan kleding door Picasso en aan de geestige, meeslepende muziek, die door het orkest van de Nederlandse Opera onder leiding van André Rieu kleurig en pittig ten ge hore werd gebracht. David Koning Ten bate van de Stichting Kinderbe waarplaatsen te Haarlem geeft Rineke Reuter op woensdagavond 18 juni een uit voering in de Renaissancezaal van het Frans Halsmuseum. Zij zal declameren en enkele liederen ten gehore brengen. Het programma begint om 8 uur. die, aangetrokken door het genie van Vil lon, in deze figuur de dageraad van een verjongde kunst erkende, die de innerlijke strijd tussen goed en kwaad, tussen zonde en vergeving, levensecht en eerlijk zou weergeven. Al deze confrontaties vormen in de algemene conceptie een onmisbare achtergrond, want hoe dan ook, met alle uitzonderlijke eigenschappen die hem tot een buitenbeentje maakte, was Villon een kind van zijn tijd. Nu echter, bij de reali satie van het werk, heb ik de indruk ge kregen, dat de Villon, zoals wij hem ken nen uit zijn gedichten, niet compleet uit de verf komt, overwoekerd als hij wordt door het onvermijdelijke bijwerk. Bovendien lijkt het mij dat het voor velen bezwaarlijk zal zijn uit het spel het complex van zijn wezen te herkennen. Het komt wel tot uitdrukking in vele van zijn teksten, vooral in zijn ballade der tegenstellingen: „Ik sterf van dorst, nabij de waterbron" (waar van elke regel de gespletenheid van zijn ziel tekent en waarvan men de synthese ervaart in het „je ris en pleurs" ik lach in tranen). Maar als men ervan uitgaat, dat het operagenre de poëzie in actie, dus een spel is en dat is het heus geen klein beetje heeft Dresden als librettist mijns inziens wel iets te weinig getracht deze contraversen dramatisch voor te stellen. Uiteraard had hij dan met zijn vrije fan tasie moeten gaan romantiseren, ten koste van de sobere geschiedkundige gegevens. Het mooie woord alleen doet het tenslotte niet in een opera. Tenzij deze in hoofdzaak bedoeld is voor een erudiet publiek, dat een zuivere cultuurhistorische evocatie verwacht en liefst niet om de tuin geleid wordt met al te vrije fantasieën. Want zo gezien wekt de conceptie groot respect. Overigens heeft Dresden in de scènes, die in de verdachte kroeg spelen met de kom panen van de dichter en met de vrijmoedige Parijse meisjes een samenspel ontworpen, dat de regie prachtige mogelijkheden bood, die dan ook een treffend resultaat op leverden. Gegeven nu het werk, zoals het gecon cipieerd werd en zoals het in ieder geval blijk geeft van de hoge ontwikkeling en de voorname geest van de auteur, rest ons met bewondering te gewagen van de wijze waarop hij het een muzikale gestalte gaf. De „muzikant" Dresden, die in zijn laatste levensjaren een zo verrassende composito rische bedrijvigheid ontplooid heeft (laat ik alleen maar wijzen op zijn meesterlijk ora torium „La tentation de St. Antoine") heeft in zijn zwanezang hoge troeven uit gespeeld, die zowel van zijn dramatische als van zijn lyrische gerichtheid sterke getuigenis afleggen. Moest ik daaromtrent, afgaande op al mijn impressies, in details treden, dan zou ik tevens moeten gewagen van de beide orkestrale intermezzo's en daar heb ik mij ternauwernood een oordeel over kunnen vormen, wegens het storend gebabbel van een deel van het publiek, dat blijkbaar alleen gekomen was om te zien en niet om te luisteren en dus volop de kans kreeg de tatermolen te roeren zodra het doek gevallen was. Voor dit soort „operaliefhebbers" is „Frangois Villon" niet geschreven. Maar ik kan toch niet nalaten te wijzen op de muzikale spanning van Villon's ballades in elk der drie taferelen, op het prachtige menuet in het tweede en op het heerlijk klinkende ensemble van vrouwenstemmen in het derde. Van het effect van het slotkoor een lofzang op de dichterlijke muze van Villon had ik meer verwacht. Het leek mij daar een fout van de regie de groepen gescheiden en op de achtergrond te houden, hoewel Dresden duidelijk aangeeft, waarschijnlijk ook uit muzikaal-praktische overweging, dat het gehele koor naar voren moet treden tot aan het voetlicht. Bovendien zou dit dan ook stroken met de bedoeling Villon vol komen te laten verdwijnen in de nevels van het onbestemde, hiermee aanduidend dat hij er lichamelijk, niet meer is, maar dat. zijn werk hem overleeft. Overigens kan met grote lof gewaagd worden van het begrip waarmee en over de wijze waarop regisseur Wolf-Dieter Ludwig het werk van Dresden in scène heeft gezet, uit de schetsmatige indicaties van het libretto een actie opbouwend (vooral in I en III) die echt toneel gewor den is. Over het kroegdecor (I en III) zou men, gelet op het tijdeigene, kunnen dis cussiëren. doch wat Nicolaas Wijnberg voor het tweede tafereel aan het hof van Charles d'Orléans als toneelbeeld op bouwde, is buitengewoon prachtig en fan tasierijk te noemen. De kostuums waren minder geslaagd. De muzikale leiding was aan Alfred Eichmann toevertrouwd. Wat de dirigent uit het orkest haalde, bracht verrassing op verrassing, niet het minst betreffende het aandeel van Jan Mul in deze partituur. Mul heeft het werk van zijn leermeester op een alleszins verant woorde manier in orkestrale kleuren over gebracht. Het is een briljante partituur geworden, die de kenmerkende eigenschap pen van Dresden nergens verloochent en die tevens blijk geeft van een subtiel ge voel voor verhoudingen tussen het vocale en het instrumentale element. We kunnen gerust zeggen, dat Jan Mul in deze mon tering met buitengewoon succes een hoofd rol gespeeld heeft. De bariton Hans Wilbrink, die in de titelrol bij de Nederlandse Opera debu teerde, toonde met deze creatie, behalve zijn voortreffelijke vocale eigenschappen, Zaterdagmiddag heeft mr. P. J. Mijkse- naar in een van de benedenzalen van het I.C.C. (Internationaal Cultureel Centrum) in Amsterdam de Holland Festival Club geopend. In zijn toespraak zei de heer Mijksenaar zich te verheugen over het feit, dat deze keer de belangstelling zo veel groter was dan de afgelopen jaren. Misschien kwam dat door het weer, of door de prettige muziek, of door de vele glazen sherry, sinaasappelsap en wijn, die al gevuld op de bar stonden, om de gasten na het openingswoord meteen de gelegen heid te geven hun dorst te lessen. Dat ge beurde dan ook. Vele bekenden hieven het glas om gastheer Jo Elsendoorn toe te drinken, waarbij mevrouw Rika Hopper niet achter bleef. Vervolgens bracht de Westfriese Cobi Schreijer enige Hollandse balladen ten ge hore. De stemming was uitmuntend. Men sen van allerlei nationaliteiten dansten, praatten en dronken wijn met elkaar. De club was geopend en zal ongetwijfeld ge durende het festival, zoals de heer Mijk senaar hoopte, „a home for alle the fo reigners" worden. Voor een ieder, die alles over het Hol land Festival wil weten, verwijzen we naar een gids, waarin alle gebeurtenissen, die van 15 juni tot 15 juli plaats hebben, uitvoerig worden besproken. Dit boekje is bij de bespreekbureaus van het festival verkrijgbaar. Het bevat een voorwoord van mr. H. J. Reinink en teksten van Wil lem Andriessen, Marius Flothuis, Henk Badings. Hans Keiler, Martine Cadieu, Jan Mul en Bert Voeten. Het door Dick Elffers typografisch ver zorgde boekje, met talrijke foto's van ar tiesten en plattegronden van zalen, zal zeker voor menigeen een goede handlei ding en straks een aardige herinnering zijn. (Van onze correspondent in Wenen) De opera „Tosca" van Puccini behoort tot het vaste repertoire van de Weense Opera, waarvoor dan in de twee hoofdrol len meestal gasten uit Italië worden ge- engageerd. Zaterdagavond leerde Wenen een geheel nieuwe, niet-Italiaanse Tosca kennen, die op een warme, lyrische en diep-menselijke manier door Gré Brou wenstijn werd gezongen en gespeeld. Ook door haar edele verschijning en nobel spel maakte zij een overweldigende indruk. Technisch feilloos en diep ontroerend klonk vooral haar „gebed". De rol van Cavaradossi werd prachtig door de Ita liaan Di Stefano vertolkt. De leider van de Weense Opera, Herbert von Karajan dirigeerde. 't Publiek en de gehele Oostenrijkse mu- ziekcritiek betreuren het ten zeerste, dat de Nederlandse kunstenares slechts één avond kon optreden. De contacten tussen Groningen en Oost- Friesland worden verder uitgebreid. Op het ogenblik is er een uitwisselingsten toonstelling van beeldende kunst tussen de steden Groningen en Oldenburg. Het is de bedoeling in oktober te komen tot een uitwisseling van orkesten. De Groninger Orkest Vereniging zal dan in Duitsland concerteren en het Oldenburgs orkest in Groningen. Ook met Bremen is een der gelijke uitwisseling in voorbereiding. ook verrassend lenige spelkwaliteiten. Ver der moeten wij noemen Guus Hochman als Charles d'Orléans, Greet Koeman als Marie d'Orléans, Maria van Dongen, Cora Canne Meyer, Frances de Bossy en Anny Delorie, als het vrouwelijk element in de taveerne, benevens Chris Scheffer, Jos Burchsen en Siemen Jongsma als gezellen van Villon, Gerard Holthaus, Rudolf Kat, Gé Gene- mans, Gee Smith en Chris van Woerkom als figuren uit de kring van de hertog, die zonder uitzondering hun taak in deze lang niet eenvoudige première uitstekend ver vulden. Want als geheel had de vertoning een zeer vlot verloop. Alleen de tweede helft van het korte ballet (een dodendans) deed wat losjes geïmproviseerd aan. Het is jammer dat men voor de choreografie nu aan Margot van Wilgenburg opgedra gen geen specialist in de dansvormen van de renaissance heeft aangetrokken. Zo is dan het Holland Festivale 1958 ge opend op een wijze, die ons zelfrespect en ons vertrouwen op eigen kracht kan ver hogen. En wat nu de zo briljant aange diende opera betreft, zij moge stimulerend werken om het poëtisch oeuvre van Villon nader te leren kennen. Wat dan van de weeromstuit belangstelling zal doen groeien voor de muzikale fantasie, die Sem Dres den om dit dichterleven weefde en die hij ons als testament na zijn rijk kunstenaars leven nagelaten heeft. Jos. de Klerk Vader en dochter Massine in „De drie kante steek" (tegen het decor van Pablo Picasso) op de openingsavond van het Holland Festival. Brandweerwedstrijden De zaterdag in het wandelbos „Groe- nendaal" in Heemstede gehouden wed strijden voor bedrijfsbrandweerkorpsen uit Noord-Holland (klasse 3A), werden niet alleen begunstigd door stralend zo merweer, maar hadden, mede dank zij de perfecte organisatie van het plaatse lijk brandweerkorps ook een bijzonder voorspoedig verloop. De wedstrijden wa ren uitgeschreven door de Nederlandse Vereniging van Brandweercommandanten in samenwerking met de Koninklijke Ne derlandse Brandweervereniging. Zij dien den om twee korpsen uit het district Noord Holland aan te wijzen, die in september mogen deelnemen aan het landelijk toer nooi. De plaats waar dit zal worden ge houden is nog niet vastgesteld. Als wedstrijdopgave voor zaterdag gold het bestrijden van een brand die was uit gebroken in een behangerswerkplaats, waarbij het vuur op twee aangrenzende lokalen was overgeslagen. De jury be stond uit de heren C. Kakes, J. Overboom en J. G. Buiters uit Zaandam; T. de Boer uit Koog aan de Zaan en C. Büthker en H. Haandriksma uit Heemstede. Gelet werd op de tijdsduur, nauwkeurig werken en de wijze, waarop de vuurhaard door de korpsen werd aangevallen. Er werd tel kens gebruik gemaakt van eigen mate rieel. Alleen de pomp werd door de Heem- steedse brandweer bediend. Dertien korp sen hebben aan deze wedstrijd deelgeno men. Omstreeks één uur begonnen zij en reeds voor vijf uur konden zij worden be ëindigd. Aan 't einde bracht de heer C. Kakes de dank der organisatoren over aan het ge meentebestuur van Heemstede, dat zo wel willend is geweest het bos voor de wed strijden beschikbaar te stellen. Spreker kon zich hiervoor geen mooiere plaats in Nederland bedenken. Niet minder groot was zijn lof aan het adres van het Heem steeds brandweerkorps, dat zich voorbeel dig met de voorbereidende werkzaamhe den heeft belast. De burgemeester van Heemstede mr. A. G. A. ridder van Rappard reikte de prij zen uit, nadat hij de wedstrijden eerst bij zonder geslaagd had genoemd. Ook toon de de burgemeester zich zeer gevoelig voor de lof die de gemeente voor „Groenen- daal" was toegezwaaid. Hij adviseerde de deelnemers zich er zo mogelijk door een korte wandeling van te overtuigen, welk een mooi bezit dit bos voor Heemstede is. Vervolgens maakte mr. Van Rappard de uitslag bekend. Deze was: 1. Chemische Fabrieken, Naarden, 693 pnt.; 2. Philips (tweede groep), Huizen, 680 pnt.; 3. P.T.T. Haarlem, 673 pnt.; 4. Teerunie, Hoorn, 671 pnt.; 5. Pieter Schoen, Zaandam, 666 pnt.; 6. Verkade (eerste groep), Zaandam, 665 pnt.; 7. Bensdorp, Bussum, 654 pnt.; 8. Philips (eerste groep), Huizen, 645 pnt.; 9. P.T.T., Bussum, 640 pnt.; 10. Van Gel der, Velsen 639'/2 pnt.; 11. Sluis, Wees' perkarspel, 607 pnt.; 12. Verkade (tweede groep), Zaandam, 579 pnt; 13. P.T.T Hilversum, 447 pnt. De commandanten van de vier best ge klasseerde korpsen ontvingen uit handen van de burgemeester een medaille. Aan de landelijke wedstrijden in september zal dus worden deelgenomen door de bedrijfs- korpseh vèn de Chemische Fabrieken uit Naarden en de eerste groep van Philips uit Huizen. Van onze correspondent in Washington) Veel tastbaars is er niet uit de bus ge komen, na Macmillans bezoek aan Wash ington. De Britse premier heeft in hoofd zaak gehamerd op het aambeeld van de onderlinge samenhang. Het was ook niet zijn bedoeling om iets definitiefs te sme den. Hij heeft alleen getracht van de Amerikanen meer steun te krijgen bij zijn streven naar een groter economische sa menwerking in de toekomst tussen de lan den van de vrije wereld. Reeds maanden werken deskundigen van verscheidene lajiden in de richting van nauwere economische coöperatie en het laat zich aanzien, dat deze werkzaam heden nog wel enkele manden voortgezet zullen worden. In elk geval kan men geen reslutaten verwachten alvorens, na de zo mer, de conferentie van het Britse Ge menebest is opgehouden. In Amerika heeft Macmillan er de nadruk op gelegd, dat experts bij dergelijke voorbereidingen on misbaar zijn, maar dat niettemin veel af hangt van de regeringsleiders in de ver schillende landen. Zij moeten de richting aangeven, stimuleren, aanvoeren. Het leek wel, alsof hij president Eisenhower op een discrete manier tot groter leiderschap wil de aanzetten. Macmillan heeft in het contact met Amerikanen het voordeel dat zijn moeder in Amerika geboren is. Zijn vader was een Schot. Toen hij een rede hield in de ge boortestaat van zijn moeder, in Indiana, wees hij erop, dat hij met zijn geboorte Churchill had nagevolgd. Churchill had ook een Amerikaanse moeder. LONDEN (Reuter) Macmillan is za terdag in Londen teruggekeerd. Hij heeft besprekingen gevoerd met president Eisen hower en de Canadese premier, Diefenba ker. De besprekingen waren informeel, zon der agenda, en er zijn ook geen com muniqués uitgegeven. Communiqués, zo zei Macmillan bij aankomst, hebben al leen maar zin, als bepaalde besluiten zijn bereikt in een vorm die voor publikatie geschikt is. De premier zal deze week ver moedelijk een verslag over zijn reis uit brengen in het Lagerhuis. Macmillan zei nog niet te weten wan neer hij naar Parijs zal gaan voor bespre kingen met generaal De Gaulle. Volgens de diplomatieke medewerker van de „Sun day Times" gaat Macmillan eind juni naar Parijs, in ieder geval voor de aan komst te Parijs op vijf juli van de Ameri kaanse minister van Buitenlandse Zaken Dulles. ARGYLL (Reuter) De Britse conser vatieve (regerings) partij heeft bij een tus sentijdse verkiezing in het Schotse district Argyll haar zetel behouden, doch haar meerderheid was slechts de helft van die welke zij bij de algemene verkiezingen in 1955 had behaald. De zetelverdeling in het Lagerhuis is thans: conservatieven 335 ze tels, socialisten 281 zetels, liberalen zes ze tels en onafhankelijken acht zetels. (Van onze correspondent in Washington) Eisenhower is in 1952 aan het bewind gekomen na een verkiezingscampagne, waarin hij en zijn medestanders aan het volk beloofden een einde te maken aan „de vuile boel te Washington". Daarmede be doelden zij vooral de praktijken van som migen in Truman's regering, die al te vlot ijskasten en bontjassen aannamen van lieden, die bijzonder goed of extra clement behandeld wilden worden. Sherman Adams Eisenhower's rechterhand, heeft zich h ;.o in 1952 opgeworpen als een der voor mannen in Eisenhower's reinigingsdienst en toen Eisenhower gekozen was, schreef Adams dat vooral toe aan het feit, dat het volk ernaar verlangde, dat eerbaarheid en onkreukbaarheid zouden terugkeren in Washington. Adams bekleedt naast president Eisen hower een positie die overeenkomt met die van kolonel House naast president Wilson of die van Harry Hopkins naast president Roosevelt: een figuur met nauwelijks om schreven functie, de man achter de scher men, die „het oor heeft van de president", de man wiens steun hoogst belangrijk is en wiens medewerking onmisbaar kan zijn. Adams die destijds zo hoog van de toren geblazen heeft over de komende republi keinse zuiveringsactie, wordt thans zelf beschuldigd van onzuivere praktijken. Een commissie van onderzoek uit het Congres heeft aan het licht gebracht, dat Adams en zijn vrouw enige malen te Bos ton in een duur hotel hebben gelogeerd en dat de rekening van tweeduizend dollar is betaald door Bernard Goldfine, een textiel- miljonair. Goldfine heeft verklaard, dat Adams een oude vriend van hem is, die hij in dat hotel gastvrijheid heeft bewezen. Adams beweert, dat hij en zijn vrouw in de mening verkeerden, dat Goldfine een suite in dat hotel voor vrienden en beken den ter beschikking had. De Congrescom missie vond de zaak verdacht, omdat Gold fine in moeilijkheden was geraakt met twee inkoopinstanties. Adams heeft toe gegeven, dat hij de regeringscommissies driemaal benaderd heeft met het oog op Goldfine's moeilijkheden. Hij zegt echter alleen inlichtingen te hebben ingewonnen en een gesprek voor Goldfine te hebben gearrangeerd. Gunsten voor Goldfine zou hij niet hebben gevraagd. Waarschijnlijk komt de Congrescommissie vandaag (maandag 16 juni) weer bijeen en een lid heeft doen doorschemeren, dat er nog „sappiger" bijzonderheden aan het licht zullen komen. Tot dusverre houdt Eisen hower Adams de hand boven het hoofd en, al kan „informatie-vragen" al een vorm van pressie zijn men moet, zolang niet anders is bewezen, de mogelijkheid open laten, dat Adams geen grove interventie heeft gepleegd ten bate van zijn demon- stratief-gastvrije vriend. Toch zou het juister zijn geweest, indien Adams zich geen gunsten had laten be wijzen door iemand, die steun kon ge bruiken om uit een moeilijk parket te komen. Vooral wanneer men een positie als die van Adams bekleedt, kan men het met het aanvaarden van cadeaus en van „gast vrijheid" niet gauw genoeg nemen. (Reuter) Democraten en invloedrijke leden van de Republikeinse partij eisen het aftreden van Adams. Het zal de vraag zijn of de president weerstand kan bieden aan de stroom van protesten. Men zegt al, dat de kansen van de Republikeinse partij bij de Congresverkiezingen in november ern stig zijn benadeeld. Het Witte Huis wil het bericht bevestigen noch ontkennen dat Adams ook een overjas van 700 en een oosters kleed van 2400 dollar van Goldfine heeft gekregen. Adams heeft het geval met de hotel rekeningen toegegeven. Hij ontkent echter, dat Goldfine ooit een voorkeursbehande ling door de regering genoten heeft. De Nederlandse minister van Buiten landse Zaken mr. J. Luns, is maandag per vliegtuig te Londen aangekomen, voor een verblijf van twee dagen. Minister Luns zal te Londen besprekingen voeren met zijn Britse ambtgenoot Selwyn Lloyd. TEL AVIV (Reuter) Frankrijk zal straalbommenwerpers van het type „Vau- tour" aan de Israëlische luchtmacht leve ren, zo heeft een woordvoerder van het ministerie van Defensie te Tel Aviv be kendgemaakt. (Vervolg van pag. 1) Om elf uur precies volgde het eerste bezoek aan de tentoonstelling, waar onder meer het Nederlandse paviljoen, dat deze dag voor alle andere bezoekers gesloten was, bezichtigd werd. Met man en macht was er vannacht gewerkt om de diverse inzendingen in dit paviljoen, vooral de iet wat smoezelig geworden stoffen in de tex- tielafdeling, voor de komst van de hoge gasten te fatsoeneren. Ook het befaamde golfslagbassin in de afdeling waterbouw kunde, dat de laatste weken nogal onfrisr rook tengevolge van het feit dat vele Ex- pobezoekers er etensresten, vruchtenschil- len en ander afval in werpen, kreeg een haastig opfrissertje. Een Nederlandse des kundige heeft na een grondig onderzoek van de oorzaken der vieze luchtjes een chemisch „tegengif" samengesteld, dat vannacht in het bassin is uitgestrooid. Vanmorgen waren de geurtjes volkomen verdwenen. Koningin en Prins waren vergezeld van prins Albert van België en werden voor het met vlaggen versierde paviljoen ont vangen door de commissaris-generaal voor Nederland op de wereldtentoonstelling, mr. H. J. van Walsem. Leerlingen van de Nederlandse school in Brussel, getooid met rood, wit en blauwe vlaggetjes en oranje sjerpen, vrolijke carillonklanken die de Rotterdamse beiaardier F. Tim mermans over het gigantische Expo-ter- rein uistrooide: het deed allemaal sterk denken aan een echte Nederlandse konin ginnedag. Onder de velen die aan de vorstin en de Prins werden voorgesteld bevonden zich ook de drie Nederlandse architecten die het paviljoen van Nederland schiepen. Voorafgegaan door twee Nederlandse „hostesses" bezocht het hoge gezelschap vervolgens de afdelingen in het Nederland se paviljoen. Duizenden juichten de ko ninklijke bezoekers toe toen zii over het aangelegde polderlandschap '-Jdpn

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1958 | | pagina 11