Tjo- duuA iA de tLajio tin o-o-k niet
2)e tfteCing)
biedt ook voor ouderen
DONDERDAG 26 JUNI 1958
Zomerbijlage
19
Vervolg van pagina 17
PRETPARK VOOR DE JEUGD
MET LEVENDE SPROOKJES
W UiiSi
gezaagde HollandAmerikalijnschip omringen. De vreemde Cor-
busiersymfonie van klank- en beeldexperimenten in 't Philips-
paviljoen is, het zij ruiterlijk erkend, onbegrepen aan ons voor
bijgegaan. Misschien ziet u er meer in, wij konden er echt niet
veel touwen aan vastknopen.
De Britse expositie bestaat uit twee delen: een regerings
paviljoen en een collectieve inzending van de industrie. Hoog
tepunt van deze inzending is (in de „Hall of Technology") een
model van de Zeta, Engelands nieuwste kernfusiereactor, waar
mee temperaturen opgewekt kunnen worden van vijf miljoen
graden Celsius aanzienlijk méér dan de oppervlaktetempe-
ratuur van de zon. Waterstofatomen smelten bij de enorme hitte
samen, een proces dat van fundamenteel belang is voor de ver
wezenlijking van die lang-gekoesterde wensdroom: het „tem
men" van de vernietigende krachten die vrijkomen bij de
explosie van een waterstofbom. Een volledig en fascinerend
overzicht van alle verworvenheden der moderne wetenschap
vindt men in het Paleis der Wetenschappen.
Van de Kongo, Zweden en Oostenrijk, Finland en Israel zijn de
paviljoens, die wij al eerder in uw aandacht hebben aanbevolen.
Zeer de moeite waard zijn ook de inzendingen van Liechten
stein en San Marino, de laatste in de vorm van een sprookjes
kasteeltje bovenop een steile heuvel gebouwd. Het Atomium
tenslotte, dat alles-overheersende bouwsel van gigantische
aluminium bollen, is van buiten veel indrukwekkender dan aan
de binnenkant. Volstaat u maar met een paar plaatjes van het
exterieur (uw fototoestel gaat toch zeker mee?) en loop er dan
rustig voorbij. Een tochtje naar boven met de snellift kost u
namelijk ongeveer vier gulden, een langzamer opstijging via de
roltrappen bijna een rijksdaalder. En veel belangwekkends is
er daarbinnen toch niet te zien. Zelfs het panorama uit de
bovenste bol valt tegen, omdat de ramen door weer en wind
vervuild zijn.
DAT BRENGT ONS meteen op het chapiter van de tarieven.
De wildste verhalen doen de ronde over fancyprijzen in de eet-
gelegenheden op de Expo. Zij zijn schromelijk overdreven.
Sommige restaurants, zoals dat in de top van het Atomium,
berekenen inderdaad buitensporige prijzen van veertig gulden
en meer voor een luxueuze maaltijd. Maar tientallen andere
vragen niet meer dan rond acht gulden voor een prima lunch
of diner. Wil men nog wat goedkoper terecht, dan zijn er de
zelfbedieningsrestaurants, waar men voor een gulden of vijf
zelf een redelijke maaltijd kan samenstellen uit tientallen ge
reedstaande gerechten. Het is beslist onwaar, dat alle gelegen
heden in dit genre volkscafetaria-kwaliteiten serveren. In het
Ontvangstpaleis bijvoorbeeld eet men werkelijk zeer goed in
de „Self-service". Overal over het Expoterrein verspreid staan
voorts friteskraampjes, ijscostalletjes en colabuffetten. Voor een
zakje patates, een half dozijn „smoutebollen" of een ijsje betaalt
men hier gewoonlijk niet meer dan vijf frank (rond veertig
cent). Een flesje limonade kost één frank meer. Alle restaurants
hebben overigens aan hun ingangen een volledige prijslijst
hangen, zodat men van tevoren kan zien, waar men aan toe is.
Het nuttigen van meegebracht proviand wordt in vrijwel geen
enkel etablissement toegestaan, maar zoals gezegd zijn er talloze
banken en stoeltjes, waar gij uw belegde broodjes, harde eieren
en bananen ongestoord en in een boeiende entourage kunt
opeten.
De billijkste eethuizen en drinkgelegenheden vindt men vol
gens de Expo-gidsen in de Tuin der Attracties en in Vrolijk
België, maar stap ze niet in argeloos goed vertrouwen binnen,
want in Oberbayern bijvoorbeeld een „Bierstube" met
pseudo-folkloristische „Gemütlichkeit" voor vierduizend mensen
vraagt, men u voor een halve literspot bier met hoempa-
muziek doodkalm vijfendertig franken oftewel twee gulden
vijfenzeventig'. De vermakelijkheden in de reusachtige „Tuin
der Attracties" zijn in het algemeen niet of nauwelijks duurder
dan op een Hollandse kermis. Vijf franc voor een ritje in een
carroussel, een „reactorvliegtuig" of een achtbaan, tien tot
vijftien voor een reis van bijna drie minuten in een atomische
raket naar een kunstmatige Marssatelliet, zijn werkelijk geen
onoverkomelijke prijzen voor liefhebbers van dit soort sterke
sensaties. Kalme attracties voor de kleintjes zijn er ook in
overvloed, maar dat zal u nauwelijks interesseren, omdat ge
uw spruiten en zeker die onder de veertien jaar natuurlijk
thuis laat. „Vrolijk België" en de Attractietuin zijn overigens
's morgens en 's middags meestal oorden van trieste verlaten
heid. De gezellige drukte begint er pas tegen het avonddonker.
Maar dan zitten wij alweer lang in onze Expotrein naar huis
met onze mede-dagjesmensen indrukken uit te wisselen over
alles wat we gezien en genoten hebben. Misschien besluiten we
dan al, het deze zomer nog eens dunnetjes over te doen omdat
het achteraf beschouwd allemaal toch niet zo vreselijk veel geld
hoeft te kosten. Wellicht zien wij elkaar in de komende weken
dus nog wel eens terug onder de blinkende bollen van het
Atomium op de Heizelvlakte en daar zullen we het dan maar
op houden. HERMAN CROESEN
EEN DER FAVORIETE attracties van
de Efteling is uiteraard het kinderspoor
wegemplacement met zijn koddige sta
tionnetje, dat zo uit een Ollie B. Bommel
strip weggelopen kon zijn. In miniatuur-
locomotiefjes met trapbeweging rijden de
enthousiaste bezoekertjes twee aan twee
over een smalspoortraject van enkele
honderden meters, die hen voert door een
miniatuurlandschap met tunnels, wind
molens en ruïnes van roofridderburchten,
over ravijnen en viaducten en langs over
wegen, waar een mechanische pop de
spoorbomen bedient. Geen wonder, dat de
kinderen hier haast niet weg te slaan zijn
en met plezier geruime tijd in de rij staan
om hun beurt af te wachten. Daar er bij
vol bedrijf een twintigtal locomotiefjes
ingezet kan worden, duurt het wachten
overigens niet al te lang.
Via de speeltuin en een rustiek pleintje
met huisjes en een koddige houten pomp
komt men in het sprookjesbos, waar kron
kelige paadjes geflankeerd door muzikale
paddestoelen, leiden naar een verrukke
lijk witgepleisterd droomkasteeltje. Daar
achter een glazen wand in de torenkamer,
ligt de betoverde schone slaapster op een
met edelstenen versierd rustbed te wach
ten op de prins, die haar wakker zal kus
sen. Haar lange goudblonde haar flonkert
in de zon en als je goed kijkt, zie je haar
zelfs ademhalen. De techniek staat voor
niets!
Even verder, in het „diepst" van het
woud, prijkt het huisje van de heks van
Hans en Grietje met alles wat daarbij
hoort. Muren van krakelingen en panne
koeken. Hans in het mesthoek en een
troostende Grietje ervoor. Elke minuut
gaat knersend een ijzeren luikje in de voor
deur open en verschijnt de lelijke tronie
van de heks, terwijl haar tandeloze mond
de roemruchte woorden spreekt: „Knibbel,
knabel knuisje, wie knabbelt er aan mijn
huisje.
Zo doolt men verder door dit stille bos,
waar zachte stemmetjes van versteende
sprookjesfiguren de aloude legenden ver
tellen. Het verhaal van de Rode Schoentjes
en van de Zes Dienaren, van de Spreken
de Papegaai en Vrouw Holle, van Slimme
Jan en de tovenaar en nog vele andere.
De bloederige sprookjes zoals Roodkapje
zijn met opzet weggelaten om de kleintjes
geen nachtmerries te bezorgen. Anton
Pieck en andere bekende illustratoren van
kinderverhalen hebben de ideeën voor dit
„levende sprookjesboek" geleverd, waar
van de verwezenlijking kapitalen gekost
moet hebben, maar dat dan ook, archi
tectonisch en qua sfeer, enig in zijn soort
is in ons land en ver daarbuiten.
Een grote trekpleister is uiteraard ook
de roeivijver waar men voor de luttele
som van dertig cent een halfuur kan spe
levaren op een uitgestrekte plas van knie
diepte. Ongelukken zijn dus vrijwel uitge
sloten, maar natte jurken en broeken zijn
uiteraard aan de orde van de dag. Om de
controle te vergemakkelijken, steken alle
zeventig kano's en veertien grote roeibo
ten steeds gelijktijdig van wal en worden
zij, als hun halfuur om is, via een luid
sprekerinstallatie, ook weer gezamenlijk
teruggeroepen. Dat op tijd terugkomen
heeft nogal eens wat voeten in de aarde,
maar toch hoeven de gegadigden hier toch
ook zelden langer dan een uur op hun
beurt te wachten. Grote speelweiden om
zomen deze watersportvijvers, vanwaar
men, lui in het gras liggend, de vaak zotte
capriolen van de vele „zondagsroeiers" in
ogenschouw kan nemen. Wie nog natter
wil worden, kan in een ruim, modern
zwembad terecht, terwijl er voor de kleu
ters naast de speeltuin een uitgestrekte
betonnen bassin voor het geliefkoosde poot-
jesbaden beschikbaar is.
Een Efteling-service, die bijzonder op
prijs gesteld wordt, is het tennispark, waar
men niet slechts voor een uur of langer
een baan kan huren, maar ook rackets,
tennisschoenen en ballen, deze laatste te-
STRAKS, als we weer middenin de schoolvakantietijd zitten, komt er
wellicht een dag, dat gij de verzuchting zult slaken: wat moet ik vandaag
nu weer verzinnen om de kinderen bezig te houden? Misschien ook hebt
ge jonge logé's in huis, die vermaakt moeten worden en tenslotte kan
men niet elke dag naar het strand, Kraantjelek of de Kennemerduinen
trekken, vooral niet als het kroost onderling aanamerkelijk in leeftijd
verschilt. Dan is het tijd om eens aan een aagtochtje te denken. Naar
Artis of Madurodam bijvoorbeeld, of als het even kan naar De Efte
ling, het Brabantse Disneyland, waarover u van vrienden en kennissen
al zoveel geestdriftige verhalen gehoord hebt. En met reden, want dit
prachtige recreatieoord biedt vrijwel alles, wat jongens of meisjes zo van
vier tot vijftien jaar slechts van het leven verlangen kunnen: een sprookjes-
bos, een ponnymanege, een poppentheater, een speeltuin, een kinder
spoorweg, een kanovijver, een fraai zwembad en tientallen andere attrac
ties tegen over het algemeen zeer schappelijke prijzen. Als u het handig
itJimiïssuiiuejifciii en uctiimi, uez-e laaisie ia- - 7 7 j j ,7
gen het alleszins schappelijke tarief van inpikt, hoeft het ook verder geen duur uitje te woiden, zoals tvij u straks
respectievelijk twee kwartjes per stuk, per hopen aan te tonen. En wanneer ge bepaalde hoogtijdagen zoals de
paar en per half dozijn. In de onmiddellij- week van de Tilburgse kermis vermijdt, kunt ge er ook als volwassene ÏM
ke nabijheid hiervan ligt de fraaie sier- ecn Bijzonder plezierige dag beleven, want slechts een gedeelte van dit 1=
tuin met vele zeldzame planten en strui- 9 0
ken, goedonderhouden grasgazons en een honderd vijftig hectaren grote complex is tot pretpark voor de jeugd vage-
klaterende „sprookjesfontein". Jammer richt. De rest bestaat uit lommerrijk bos, grote speelweiden en uitge- m
alleen, dat men dit aantrekkelijke hoekje strekte waterpartijen, waar het ook voor ouderen prettig toeven is. Boven-
heeft menen te moeten ontsieren met een d{en Reeft De Efteling een voortreffelijk restaurant met een groot zonnig
vlucht tamme duiven die, bijzonder sma- s. 0
keloos, oranje, gele en knalblauw geverfd terras wat afzijdig ligt en waar men in alle rust en stilte een uitstekende
zijn alsof het' paaseieren waren. Estheti- maaltijd genieten kan, zoals wij u uit eigen ervaring kunnen verzekeren.
sche bezwaren kan men voorts ook koes- Vooral de uit achttien gerechten bestaande Brabantse koffietafel is hier m
teren tegen de kermisachtige stoomcarous- een gerenommeerde specialiteit. Wie het wat zuiniger wil doen, die kan H§
den ornamenten en krullen midden opgeen °ok in het theehuis terecht waar alleen dranken en belegde broodjes te M
idyllisch bosplekje is neergezet en daar krijgen zijn. Weliswaar deelt men het terrasje van dit etablissement dan
volkomen detoneert. Overigens echter is met honderden joelende kinderen, die rondrennen, zodat theehuis en om- 1=
men er wonderwel in geslaagd, de diver- geving vrijwel constant in een dichte stofwolk gehuld zijn, maar wie daar- jij
over valt is een kniesoor. Dat kleine inconvenient wordt trouwens ruim-
schoots goedgemaakt door het plezier dat men beleeft aan de verrukking
waarmee de jeugd zich op de aangrenzende speeltuin stort, waar alle
attracties, inclusief de draaimolen en de ruim twintig meter lange glijbaan,
gratis zijn. Temidden van al het getol en gewoel staat, op een barokke is
sokkel, het befaamde „Ezeltje strekje" dat na inworp van een dubbeltje
onder luid gebalk een goudstuk van chocola produceert.
•m—
Het sprookjesbos wemelt van de wonder
lijkste figuren, zoals deze stenen reus uit
het verhaal van de Zeven Dienaren, wiens
neus door een enorme wesp belaagd wordt.
Een zacht stemmetje uit een verborgen
luidspreker vertelt het bijbehorende
sprookje.
se attracties en bouwsels in te passen in
het bestaande landschappelijk schoon,
zonder de natuur geweld aan te doen en
dat is een zeer zeldzaam verschijnsel in
dergelijke massarecreatieoorden, waar
ogen en oren van de bezoekers voortdu
rend op een zware proef gesteld worden
door; kakelbonte reclame-aanprijzingen en
brullende luidspreker-installaties. Ook in
De Efteling heeft men een „stem-van-de-
Reus" maar deze dient alleen om zoek
geraakte kinderen weer zo snel mogelijk
met hun ouders of groepsleiders te ver
enigen. De noodzakelijke aanwijzingen en
richtingsbordjes zijn klein en sierlijk en
soms uitgevoerd als een sprookjesfiguur,
zoals die nu al internationaal vermaarde
kabouter die, over zijn schouder wijzend,
decent fluisterend: „Kleine boodschap!"
zegt.
NOG EEN ANDER VOORDEEL heeft
De Efteling boven zijn soortgenoten el
ders: zijn grootte. Op honderdvijftig hec
taren kan men heel wat publiek bergen,
zonder dat ieder van die mensen het ho
peloze gevoel krijgt in de menigte te ver
drinken. Bovendien zijn de verschillende
attracties en vermaakscentra listiglijk zo
veel mogelijk over de terreinen verspreid
zodat men zelfs op zeer drukke dagen al
tijd nog wel ergens een rustig plekje kan
vinden om even uit te blazen van al dat
kindergewoel. En dat zegt wat als men
weet, dat er op topdagen vaak zo'n twee
honderd toeringcars en meer dan acht
honderd particuliere auto's op de beide
parkeerterreinen staan, om van de dui
zenden die per openbaar vervoermiddel of
per brommer komen, nog maar niet te
spreken!
Wie daar niet van terug heeft, die doet
het beste, op een maandag of zaterdag te
gaan: dan is het in De Efteling zelfs in
het hoogseizoen altijd wat minder druk.
BLIJFT TENSLOTTE: de kosten. Gaat
ge op eigen gelegenheid per trein, dan
kost een retour van Haarlem naar Den
Bosch of Tilburg u ruim een tientje (kin
deren 5,15). Daar komt dan nog bij een
busretour van een dezer steden naar De
Efteling (ongeveer 1 tot 1,50) plus een
entree in het pretpark van een gulden per
persoon. Totaal dus ongeveer 12,50 per
volwassene en 6,50 per kind. Maakt men
gebruik van de speciale dagkaarten van
de spoorwegen, dan kosten trein- en bus
retour plus entpee voor De Efteling bij el
kaar slechts 9,15 (kinderen 5.05). De
meeste attracties in
't park zelf zijn, zo
als gezegd, gratis of
kosten ten hoogste
een paar dubbeltjes.
Limonade, koffie en
andere dranken zijn
er - zeker in 't thee
huis - niet duurder
dan in een normaal
populair café, en de
proviand kunt ge
desgewenst zelf mee
nemen. Een gezin
met twee jonge kin
deren komt met een
reiskas van vijfen
dertig a veertig gul
den royaal aan zijn
trekken. Waarom
zoudt ge uw sprui
ten zo'n extratie niet
eenmaal gunnen: ge
zult er zelf geen spijt
van hebben en uw
kinderen een heer
lijke dag bezorgen.
De tuinder van tegenwoordig kan met
weinig mensen zijn bedrijf exploiteren
dankzij de mechanisatie, die ook hier haar
intrede heeft gedaan, zelfs (men zie de
foto) voor het wieden. Overigens blijft de
strijd tegen het onkruid veel inspanning
vergen in de „fruitjungle" (zoals de an
dere afbeelding laat uitkomen).
HET KWEKEN VAN FRUIT is een be
zigheid, die onze verre voorzaten reeds
met smaak en veelal ten eigen profijte be
dreven, stammoeder Eva daargelaten,
Rond de stad Hamburg was al in het jaar
achthonderd een bescheiden fruitteelt en
in Nederland zijn uit de vroege middel
eeuwen „keuren" bekend, die marktover-
schotten gedurende bepaalde overvloedi
ge jaren in rechte banen poogden te lei
den: in 1388 bijvoorbeeld vaardigde de
stad Hoorn een ordonnantie uit, waarbij
werd bepaald, dat appelen en peren „per
hele mudde" moesten worden aangevoerd
uit het rijke land rond deze Zuiderzeestad,
want het was een zo speculatieve zaak ge
worden, dat iedere boer uit de Westfriese
ommelanden een stukje van zijn land be
gon te beplanten met het gewas, waarvan
de vruchten door stedeling en vloot gelij
kelijk werden begeerd en waarvan de op
brengst menige weidebouwer tot een
fraaie welstand dreef.
FRUIT IS bijna overal in den beginne
een zaak geweest van erfbeplanting rond
de boerderijen, hetzij voor eigen gebruik,
hetzij voor een kleine bijverdienste in de
stad. De oorsprong van wat nu in West-
Friesland een van de bekendste ooftgebie-
den is geworden, ligt dan ook in het zeer
grijze verleden. De bewijzen zijn nog in
de stad zélf: de Appelsteeg van Hoorn, de
Bangert middenin de stede Medemblik te
rug te vinden. En in de vergeten jaren dat
Hoorn zo rond 1100 niet meer was dan wat
boerderijen aan een lage dijk, die zich van
de' ene hoge plek naar een volgende kron
kelde, moeten er al fruitbomen hebben ge
staan in dit land van riet en buitendijkse
onlanden, soppende weiden en een immen
se Hollandse lucht. De boeren uit die da
gen en de dagen erna waren niet alleen
boer, maar reder tevens, handelaar in niet
geringe mate en bovendien nog fruitteler
want van één Hoornse familie uit de veer
tiende eeuw is bekend, dat haar zes zo
nen en vijf dochters zich met vreugde en
goede resultaten wijdden aan de scheep
vaart, de landbouw, de veeteelt, de war-
moezerij en de commercie op Duitsland.
Hier is hij dan, de vermaarde „kleine bood-
schap"-kabouter, die de jeugdige bezoe
kers van De Efteling discreet fluisterend
aan bepaalde plichten herinnert.
OVER BESSEN, rode noch zwarte, is
echter in de tuinbouwkronieken niet veel te
vinden. Wel loopt daar plotseling de naam
van ene Jan Heesjes binnen, die een bon-
gers bezat buiten Hoorn (zoals zich de
fruitteelt allengs verder van de stad af
ging verplaatsen) en die bessenboompjes
moet hebben geplant en geplukt. Zodat hij
de vader zou kunnen zijn van al die hon
derden fruitkwekers, die nu op smalle ka
vels vruchtbare grond hun bomen met
DDT bespuiten, hun sla en postelein oog
sten en onder de bessenboompjes, welke
als onderhout van vele boomgaarden fun
geren, wieden voor een rijke oogst.
Jan Heesjes is vijf eeuwen dood. En de
rode en zwarte bessen moeten dus onge
veer zolang in dit land bekend zijn. Hoe
wel ze nimmer een belangstelling hebben
genoten als thans: de sapindustrie, de
jamfabrieken, het buitenland en ons eigen
Schiedam vechten met gelijke ernst om
de opbrengst van die lage bessenstruiken,
in Zeeland, Zuid Holland en hier! Ze zul
len er dit jaarr als de zaken zich ontwik
kelen zoals ze zich laten aanzien, heel wat
van krijgen, want het fruit staat er best
voor. En menige tuinder denkt er over,
zijn „bessenareaal" nog maar weer wat
verder uit te breiden, al geeft het heel wat
rompslomp. Achthonderd hectaren pere
bomen, duizend met appels en vijfhonderd
hectaren kleinfruit met bessen in de
eerste plaats geven tenslotte een aar
dige berg fruit en een hele rist flesjes vol
vruchtensappen, die zich de laatste jaren
een stijgende plaats in de belangstelling
der mensheid hebben weten te veroveren:
in West-Duitsland alleen al is het gebruik
van alcoholvrije zomerdranken met veer
tig percent gestegen naar men aan
neemt in niet geringe mate door de pro
paganda tegen alcohol-bij-het-snelver-
keer.
DE WESTFRIEZEN zouden, als volgend
voorjaar het vijftigjarig bestaan van
de tuinbouwveiling in Zwaag bij Hoorn
wordt gevierd, een nog veel „groter"
jubileum kunnen gaan opzetten het
vijfhonderdjarig bestaan namelijk van
de bessenteelt in deze landouwen.
Met een bessenkoningin of een stok
oud besje als symbolen. De bessen van
Andijk en Beemster, van Winkel en van
Venhuizen zijn namelijk bijna even
lang in dit vette land als de oude stad
jes en liggen in de oksels der Zuider
zeedijken, die zich (op het veel oudere
Medemblik na) de afgelopen zomers
beijverd hebben in het herdenken van
dagen, waarop eeuwen geleden gra
ven of koningen met stadsrechten
kwamen .aandragen. Bessen en ander
ooft vormen het sappig onderwerp
van bijgaand verhaal, waarvoor wij
met dankbaarheid gebruik maakten
van de uitvoerige gegevens, die de
heer K. Dekker, de Rijkstuinbouwconsu-
lent in Hoorn, in het hoofd bleek te
hebben. En de aanleiding tot dit ver
haal ach, die is wellicht te vinden
in de aparte bekoring van deze oude
tuinbouwstreek met haar veelheid van
historische gegevens en haar zoete
hoornen des overvloeds, die zich over
enkele weken weer gaan openen.
TERUG ECHTER naar Hoorn, Blokker
en Zwaag, terug naar een smalle asfalt
weg, die kronkelend door de rustige we
reld kruipt en waar een historisch bewijs
te vinden is voor de stelling, dat fruitteelt
voortkomt uit boerenerf beplanting: aan
een wegje, dat „de Kere" heet ligt een
boerderij met een ingemetselde steen,
waarop een goedbedoelde doch iets ondui
delijke koe onder enige vruchtbomen
graast. „De Gare Goedsbogert" staat er
op de steen. Deze dateert uit 1600 en de
familie Gaargoed, die haar liet inmetse
len, heeft er speciaal de heer K. Dekker,
Rijkstuinbouwconsulent in deze contreien,
een groot plezier mee gedaan, want mede
uit deze relikwie heeft hij zijn nauwkeu
rige theorie over ontstaan en verloop van
de Noordhollandse fruitteelt opgebouwd.
We zijn met hem meegegaan naar de
twee hectaren, die de tuinder Boelis in
Zwaag thans exploiteert een stukje
grond, dat als een smalle, lange streep
tussen twee andere tuinderijen in van de
weg afloopt en dat in duizendvoud links en
rechts herhaald wordt: stukjes grond,
waarop soms maar net een woonhuis ge
bouwd kon worden en die daarachter dan
propvol fruitbomen, kassen en bessen-
struiken werden geplant.
Boelis zag het voor het komende seizoen
gunstig in voor de fruitliefhebber, maar
minder profijtelijk voor zichzelf en zijn
twee helpers: hard werken tegen een la
ge prijs, omdat de oogst groot en over
vloedig zal zijn. In elk opzicht, want zowel
de perziken in de kas als de kruisbessen
onder het hogere geboomte droegen over
dadig en de eerste pluk van groen fruit
voor de fabrieken kan binnenkort al be
ginnen. De koelcellen van de veiling staan
al klaar om het fruit zo nodig op te van
gen, want fruittelers in deze streek zijn
gretige gokkers, die onder de mijnklok zit
ten, een flinke prijs kunnen laten lopen
omdat zij terecht of ten onrechte hopen op
een nóg hogere koers de volgende week.