Kortere werkweek nu nog
niet te verwezenlijken
Geef mij maar
Nescafé
Nescafé
Beschermt de Auteurswet
Atomium-afbeeldingen?
Nescafé
Moderne Zonnekoning in de Pyreneeën
r
Van dag tot dag
Bij geleidelijke invoering is stijging
van nationale inkomen noodzakelijk
^"Hoe is het ontstaan?
WOENSDAG 23 JULI 1958
J
Incident op station te
Amsterdam
Politie moest Denen uit
trein verwijderen
DE S.E.R. CONCLUDEERT:
Luchtpostzegels
IJzeren paal op de rails
gelegd
Locomotief beschadigd
J. J. F. Kemming
€)p de
<^raatótocl
Oude man met 5200 op
zak was zijn huis kwijt
Ministeriële dank voor
de huisvesting van
gerepatrieerden
Dit woord:
ADMIRAAL
Een in 1955 door de regering gevraagd
rapport over de mogelijke verkorting van
de arbeidstijd is thans door de S.E.R. uit
gebracht. Het is thans 1958 en de conclusie
ligt voor de hand, dat de S.E.R. niet over
éénnachtsijs is gegaan en zich niet heeft
laten beïnvloeden door factoren, die te
voorschijn geroepen werd en door conjunc
tuurschommelingen of zeer tijdelijke om
standigheden. De verkorting van de ar
beidstijd is dan ook niet een aanpassings
maatregel of een noodvoorziening, tenein
de de spanningen op de arbeidsmarkt te
regelen, doch een uitvloeisel van een alge
meen geldend, internationaal verlangen tot
verwerkelijking van een culturele voor
waarde.
Natuurlijk hebben omstandigheden van
produktie- en arbeidsbehoefte te maken
met de arbeidstijd en moet rekening ge
houden worden met de tendenzen van
nationale welvaart bij de wijziging van de
arbeidsduur in algemene zin, doch het uit
gangspunt ligt niet in deze factoren. Het
ligt uitsluitend in het maatschappelijk-cul-
turele vlak en is voorzien van een filoso-
fisch-sociale grondslag, gelegd door de ont
wikkeling der maatschappelijke levensom
standigheden.
Ofschoon de bewoordingen van het
S.E.R.-advies wel doen vermoeden dat dit
uitgangspunt is aangehouden, verraden zij
hier en daar toch een neiging tot annexatie
van het onderwerp in het complex van
regelende economische voorzieningen. Dat
men adviseert, niet voor 1962 tot verkor
ting van de arbeidsweektijd over te gaan,
moet meer als een slag in de lucht dan als
een serieuze mogelijke kansberekening
worden gezien, daar dit advies uitsluitend
gebaseerd is op de nationale welvaarts
mogelijkheden, terwijl het probleem zelf
vastverbonden is met een internationale
sociale evolutie, evenals indertijd de her
waardering van de arbeid ten opzichte van
het kapitaal en alle daaruit voortvloeiende
sociale hervormingen van internationale,
ideologische oorsprong waren.
Een merkwaardige uitlating in het ad
vies is ook, dat het motief tot arbeidsver-
korting voornamelijk gevonden wordt in
het verlangen naar meer vrije tijd en veel
minder in de lichamelijke en geestelijke
gezondheidseisen. Want het verlangen naar
meer vrije tijd is een kwestie van geeste
lijke gezondheid. De geestelijke ontwikke
ling van de moderne mens eist meer vrije
tijd, omdat de geest werkzamer, meer be
last en hongeriger is geworden. Daarom is
het een culturele eis des tijds, dat de werk
nemer meer tijd krijgt voor geestelijke
ontspanning en ontwikkeling. Of iedere
werknemer die vrije tijd cultureel zal be
steden en in welk opzicht daaraan van
overheidswege iets kan worden gedaan, is
weer een ander onderwerp, dat buiten de
adviserende opdracht van de S.E.R. gele
gen is.
Prins Antoine van Bourbon en herto
gin Elisabeth van Württemberg zijn
deze week te Altshausen in het huwe
lijk getreden. Deze opname werd ge
maakt toen het paar de huwelijksge
schenken bezichtigde.
De Deense spoorwegen hebben de Neder
landse spoorwegen opheldering gevraagd
over een incident, dat zaterdag op het sta
tion te Amsterdam zou hebben plaatsge
had.
Volgens de lezing van de Deense spoor
wegen zou een groep Denen, die in de
Scandinavië-expres had plaatsgenomen,
daaruit door de politie verwijderd en daar
bij mishandeld zijn.
Van de zijde van de Nederlandse Spoor
wegen vernemen wij, dat een groep Denen
had plaatsgenomen in de trein op plaatsen,
die gereserveerd waren. De plaatjes „ge
reserveerd" werden door hen van de zit
plaatsen afgetrokken. Toen een conducteur
hun vroeg om deze plaatsen te verlaten,
werd daaraan geen gevolg gegeven. Er
werd toen door het treinpersoneel assisten
tie van de politie ingeroepen, die, volgens
de verklaring van de spoorwegen, met
zachte drang de Deense reizigers verzocht
de gereserveerde plaatsen te verlaten.
Hieraan werd gevolg gegeven.
Een der reizigers bleef zich evenwel ver
zetten. De politie heeft toen van een gum
mistok gebruik moeten maken.
Van een algemene en verplichte arbeidstijdverkorting van 48 tot 45 uur per week,
ingevoerd onder de huidige omstandigheden en bij gelijkblijvend loon, moet een niet
onaanzienlijke vermindering van de produktie per manjaar worden verwacht. Aldus
de eenstemmige mening van de Sociaal-Economische Raad in een advies, dat op
verzoek van de staatssecretaris van Sociale Zaken is uitgebracht. Bij een algemene
vermindering van de wekelijkse arbeidstijd van 48 tot 45 uur verwacht de S.E.R.
afhankelijk van de vorm van de verkorting van de arbeidsduur en van de wijze van
invoering een vermindering van het produktievolume van 3 pet. bij een zesdaagse
werkweek en van 5 a 6 pet. bij een vijfdaagse werkweek, zulks bij een situatie van
volledige werkgelegenheid.
Het voornaamste motief voor arbeids
tijdverkorting onder de huidige omstan
digheden is volgens de S.E.R .het verlan
gen naar meer vrije tijd, waardoor ook
van een algemene welvaartsvermeerde
ring kan worden genoten. Bepaalde symp
tomen wijzen er volgens de raad op, dat
ook in ons land momenteel weer een
punt bereikt is, dat de neiging van de
werknemer niet uitsluitend naar loonsver
hoging, doch ook naar arbeidstijdverkor
ting uitgaat. Met reden is namelijk aan te
nemen, dat zeker 50 pet. een vrije zater
dag boven loonsverhoging stelt. Uitzonde
ringen wellicht daargelaten acht de
S.E.R. het verder uit een oogpunt van li
chamelijke en geestelijke gezondheid van
de werknemers onwaarschijnlijk, dat een
verkorting van de arbeidstijd noodzake
lijk zou zijn.
Het is derhalve volgens de mening van
de S.E.R. niet zoals in Frankrijk, waar de
werktijdverkorting tot 40 uur per week
leidde tot overwerkbetaling van 125 pet.
Werd in Frankrijk de 40-urige werkweek
dus gebruikt om via een omweg tot loons
verhoging te komen, de S.E.R. is van oor
deel, dat als in ons land de arbeidersbe
weging aandringt op werktijdverkorting
ook inderdaad het oog gericht is op kor
ter werken en niet op een versluierde
loonsverhoging via extra overwerk-uit-
keringen.
Vermindering van de produktie per man
leidt onafwendbaar tot een vermindering
van het reële inkomen per hoofd van ae
bevolking. Indien dit gevolg van een ar
beidstijdverkorting echter zou worden
aanvaard hetgeen dus zou betekenen,
dat vermeerdering van de vrije tijd ho
ger wordt gewaardeerd dan het daarme
de gepaard gaande inkomensverlies
dan zou doorvoering van een arbeidstijd
verkorting op korte termijn kunnen vol
gen, aldus de S.E.R. Een arbeidstijdver
korting met handhaving van het reële in
komen en zonder wijziging in de verdeling
van het nationale inkomen, is slechts mo
gelijk voorzover de uit de"-arbeidstijdver
korting voortvloeiende produkt.ieverminde-
ring per hoofd tenminste gecompenseerd
wordt door een stijging van de produktie
per hoofd. Aangezien er echter ook nog
een .ander raantal verlangens leven, zoals
een weduwen- en wezenverzekering, een
verhoogde vakantiebijslag, de afschaffing
kinderbijslag voor het eerste en tweede
kind, de onderwijsverbetering, de verho
ging der woninghuren, de afschaffing van
resterende subsidies op levensmiddelen,
welke uit een stijging van het nationale
inkomen per hoofd dienen te worden ver
wezenlijkt, hangt de omvang van de in een
bepaald tijdsbestek mogelijke arbeidstijd
verkorting af van de in die periode uit de
stijging van het nationale inkomen be
schikbaar komende middelen enerzijds en
van de middelen, die voor realisering van
de arbeidstijdverkorting en van de overi
ge verlangens nodig zijn anderzijds.
De S.E.R. concludeert dat een algeme
ne vermindering van de arbeidstijd van
48 tot 45 uur per week een volledige ver
wezenlijking van de overige verlangens in
een periode van drie jaar niet mogelijk
is, en in een periode van vijf jaar slechts
onder zeer gunstige omstandigheden.
Daarbij zijn buiten beschouwing gelaten
de gunstige effecten van een eventuele
verhoogde bereidheid tot werken, een
vermindering van het verzuim, maatrege
len op het gebied van verbetering van de
interne organisatie in de ondernemingen
en een wijziging in het beloningsstelsel.
De S.E.R. is van mening dat de uit een
arbeidstijdverkorting voortvloeiende pro-
duktievermindering zo gering mogelijk
moet zijn. Daarom wordt voor dit moment
een algemeen verplichte invoering van
een arbeidstijdverkorting afgeraden en
wordt gepleit voor een geleidelijke en ge
differentieerde invoering per bedrijfstak
of onderneming. Enkele S.E.R.-leden vroe
gen zich echter af, of het in de praktijk
wel mogelijk zal blijken te zijn in de ene
bedrijfstak arbeidstijdverkorting toe te
passen en in de andere niet.
Bij geleidelijke invoering zo onder
streept de S.E.R. kan de latente pro-
duktiviteitsreserve geactiveerd worden,
terwijl daarentegen bij verplichte invoe
ring thans niet de juiste psychologische
sfeer geschapen zou kunnen worden, no
dig voor een zo gunstig mogelijke invloed
van de niet-kwantificeerbare factoren.
De directeur-generaal der PTT maakt
bekend, dat de verkoop van luchtpostze
gels van 15 en 25 door de filatelis
tische dienst van het districtspostkantoor
te 's Gravenhage per 1 oktober 1958 of zo
veel eerder als de voorraad mocht zijn
uitgeput, wordt gestaakt. Deze zegels
kunnen nog tot en met 31 december 1959
voor de frankering van luchtpoststukken
worden gebruikt. Met ingang van 1 janu
ari 1960 worden ze buiten gebruik gesteld
en voor de frankering ongeldig.
Advertentie
Nescafé is niet te
evenaren: in de kop
geeft Nescafé de lekkerste
koffie! Dat bewijzen geur,
kleur en bovenal... smaak!
De ontwerper van het Atomium, het
bouwwerk, dat de wereldtentoonstelling
te Brussel beheerst, heeft in een kort ge
ding voor de president van de Haagse
rechtbank geëist, dat voor het in omloop
brengen van afbeeldingen en tekeningen
van zijn geestesprodukt auteursrechten
betaald zullen worden. De Belgische in
genieur Waterskeijn voert dit proces bij
wijze van proef tegen een Haags cartogra
fisch bureau dat op een plattegrond van
de stad Brussel het atomium heeft afge
beeld. Indien de president de eis toewijst,
zal ir. Waterskeijn dergelijke processen
gaan voeren tegen talrijke Nederlandse
en buitenlandse ondernemingen, die af
beeldingen van het Atomium bij hun re
clame gebruiken zonder daarvoor
auteursrechten aan de ontwerper te beta
len.
De ontwerper, die werd vertegenwoor
digd door de Haagse advokaat en procu
reur mr. M. P. Bloemsma, beriep zich op
de Nederlandse Auteurswet van 1912, die
werken van letterkunde, wetenschap of
kunst tegen verveelvoudiging en open
baarmaking beschermt. Het Haagse bu
reau vertegenwoordigd door mr. F. H.
Meyer uit Den Haag, beriep zich even-
Advertentie
Nescafé is niet te
evenaren: in de kop
geeft Nescafé de lekkerste
koffie! Dat bewijzen geur,
kleur en bovenal... smaak!
eens op de Auteurswet, en wel op artikel
18, waarin staat dat deze bescherming
niet geldt ten aanzien van gebouwen, wel
ke blijvend op of aan de openbare weg
zichtbaar zijn. Mr. Bloemsma bracht
daartegen in, dat het Atomium niet op of
aan de openbare weg staat, maar op het
afgesloten terrein van de Expo. Boven
dien zo zei hij, is het Atomium niet een
blijvend, maar een tijdelijk gebouw, dat
te zijner tijd zal worden afgebroken. „Ze
ker net zoals de Eiffeitoren?" vroeg de
president van de rechtbank.
Mr. Meyer antwoordde, dat het AtO'
mium wel degelijk beschouwd moet wor
den als een blijvend bouwwerk. Het stads'
bestuur van Brussel heeft toestemming
gegeven, dat het nog tien jaar na de ten
toonstelling zal blijven staan. Bovendien
zo zei hij, is het karakter van ieder bouw
werk van een dergelijke omvang blijvend.
Dat het te zijner tijd misschien zal wor
den afgebroken, doet daaraan niets af.
De Eiffeltoren was ook tijdelijk, maar
staat al sinds 1889. Mr. Meyer was voorts
van mening, dat het Atomium wel op en
aan de openbare weg staat, omdat het bij
na in zijn geheel zichtbaar is van alle
openbare wegen in de omgeving en om
dat het gebouwd is op een splitsing van
twee bestaande openbare boulevards, die
slechts voor de duur der tentoonstelling
voor het openbaar verkeer gesloten zijn.
Hij meende dan ook dat het Atomium door
de Auteurswet niet tegen nabootsing be
schermd is en vroeg daarom de eis af te
wijzen.
Eis afgewezen
De president heeft hedenmorgen de eis
van de ontwerper afgewezen en hem ver
oordeeld in de kosten van het geding. Hij
achtte geen inbreuk op de Auteurswet aan
wezig, daar er geen sprake is van open
baarmaking of verveelvoudiging van een
werk Hij beschouwde 't Atomium als een
bouwwerk, dat blijvend zichtbaar is ge
plaatst op of aan de openbare weg.
Nabij Steenwijk hebben onbekenden
een ijzeren paal op de spoorbaan gelegd.
Een goederentrein reed op deze versper
ring, waardoor de locomotief werd be
schadigd. De trein ontspoorde echter niet.
Na een kort oponthoud kon de trein zijn
reis vervolgen. De spoorwegrecherche en
de gemeentepolitie van Steenwijk stellen
een onderzoek in.
Zelfs hartje winter is het
niet overal in de Pyreneeën
koud. Wanneer de zon maar
even schijnt, weten professor
Félix Trombe en zijn twaalf
assistenten nog zoveel hitte te
vergaren, dat zij een ijzeren
plaat van een centimeter dikte
binnen vijftien seconden met
brandgaten kunnen doorzeven.
De prof zelf was te druk (of
te belangrijk) om mij uit te
leggen hoe hij deze hitte
schijnbaar uit het niets pro
duceert. Via de dorpsschoen
maker van Mont Louis, die
tevens de correspondentie ver
zorgt voor de plaatselijke
V.V.V., kom ik in contact met
een van de assistenten, een
jongeman met evenveel ken
nis van zaken als enthousias
me voor zijn werk. Zijn nogal
technische explicatie wordt
mij pas geheel duidelijk, nadat
ik onder zijn geleide het waar
schuwingsbord „Streng ver
boden toegang" mag negéren
en voor de eerbied afdwingen
de installatie sta, waarmee
de warmte van de zon wordt
gevangen.
Intussen heb ik dan tevens
in mijn oren geknoopt, dat
het laboratorium van profes
sor Trombe gevestigd is in het
oude fort Mont Louis, dat in
dertijd door maarschalk Vau-
ban op last van Lodewijk IV,
de Zonnekoning, werd ge
bouwd. Vijandige Spanjaar
den maakten nogal eens van
de bergpas gebruik om Frank
rijk venijnige speldeprikken
toe te dienen en daar moest
maar eens een eind aan ko
men. Een op zestienhonderd
meter hoogte gelegen vesting
zorgde daar afdoende voor.
Nu moet ik u bij voorbaat
excuus vragen voor een nood-
Van oudsher heeft de mens zich al bezig gehouden met het
vraagstuk hoe gebruik kan worden gemaakt van de massale
warmte, die de zon uitstraalt. In verscheidene landen is dit
probleem de laatste jaren wetenschappelijk aangepakt, het
meest spectaculair in Frankrijk, waar een nijpend gebrek aan
brandstof voor het opwekken van energie heerst.
zakelijke herhaling van de
technische uitleg, die ik ge
kregen heb. Ik beloof u het
niet te ingewikkeld te zullen
maken anders begrijp ik
het trouwens zelf niet meer.
Op een der muren van het
fort is thans een spiegel van
dertien bij tien meter opge
steld, een fantastisch mozaïek,
bestaande uit vijfhonderden
zestien even grote delen. Zo
dra de zon boven de toppen
van de Pyreneeën uitkijkt,
vangt deze spiegel de stralen
op en dirigeert ze naar een op
een afstand van vijfentwintig
meter staande parabolische
dus holle spiegel, gemaakt
van vijfendertighonderd stuk
ken gewoon vensterglas. Van
hieruit slaan de zonnestralen
terug naar één punt, de zo
genaamde zonne-oven, in het
brandpunt waarvan een hitte
opgehoopt wordt van 3500°
Celsius.
De gehele apparatuur is zo
danig geconstrueerd, dat elke
minuut zonneschijn kan wor
den benut. De eerste, platte
spiegel volgt door een gecom
pliceerd stelsel van foto-elek
trische cellen en automatische
motoren de zon op haar baan
langs de hemel, zodat de stra
len er voortdurend onder de
zelfde hoek in vallen. De para
bolische, ontvangende en
terugkaatsende spiegel staat
vast.
„Als u nu even mee naar
binnen komt, zal ik u de
warmte laten zien", zegt de
jonge specialist. Aangezien dat
schouwspel me nog nooit voor
ogen is getoverd, volg ik hem
met begrijpelijke nieuws
gierigheid.
Een exacte beschrijving van
het interieur mag u van mij
niet eisen. Ik zie in de zolde
ring weer een holle spiegel en
vlak daaronder lopen twee
rails, waarop een klein wa
gentje kan worden voortbe
wogen.
Mijn leidsman presenteert
mij een Gauloise en we steken
op. „Let nu op", waarschuwt
hij. „Nu ziet u nog niets onder
de spiegel, maar" hij blaast
een krachtige rookwolk naar
het centrum „daar hebt u
het brandpunt".
Doordat het licht de fijne
rookdeeltjes vat en weer
kaatst, ziet men de van de
spiegel neerslaande stralen in
een punt bijeenkomen en van
daar in dezelfde hoek uiteen
gaan, aldus twee met de pun
ten op elkaar staande kegels
vormend.
„Ik zou u niet aanraden
daar uw vinger tussen te hou
den, als u er de kans toe had",
zegt de assistent droogjes.
„Hij zou in een fractie van een
seconde verdwenen zijn".
Dat ben ik dan ook hele
maal niet van plan. Wie
's morgens wel eens zijn vin
gers heeft gebrand aan het
scheerwater, kan zich nog
maar moeilijk een verzamel
de energie van vijfendertig
maal kookhitte voorstellen.
Het is bepaald heel wat en dat
wordt me even later bewezen,
wanneer in een voorzichtig
onder het brandpunt gescho
ven metselsteen binnen een
flits van tijd een flinke brand-
plek smelt. En om me hele
maal te overtuigen: een onge
definieerd poeder, dat tot
2400° Celsius in vaste toe
stand blijft, gaat eerst smel
ten en begint vervolgens te
vlammen.
Buiten haast ik me de bijna
zwarte beschermende bril af
te zetten. Knipperend in het
echte zonlicht begeven we ons
naar een kantoortje, waar we
ons gesprek voortzetten.
Ik hoor dan, dat er elders
ter wereld wel hogere tem
peraturen door opvanging van
zonnewarmte zijn bereikt,
„maar door zijn omvang is dit
de krachtigste zonne-oven",
verklaart de Fransman. „Ik
hoef u natuurlijk niet te ver
tellen wat het voor Frankrijk
zou betekenen, wanneer wij
overal de energie van de zon
konden aanwenden, bijvoor
beeld voor het opwekken van
energie. Ons land moet een
groot percentage van de be
nodigde brandstof invoeren.
Alleen al met behulp van deze
zonneoven kunnen wij zestig
kilogram ijzer per uur smel
ten of nuttige hoeveelheden
salpeterzuur produceren".
„Waarom is het laborato
rium in Mont Louis geves
tigd?"
„Dit is het zonnigste plekje
van Frankrijk. Het is moge
lijk hier tweehonderdvijftig
dagen per jaar te opereren".
Op vele plaatsen elders
heeft men zich met dergelijke
proeven geoccupeerd, in India,
in de Verenigde Staten, in Rus
land. Het laatste land heeft
zelfs een bijzonder groots plan
op stapel gezet. Ergens in de
Oeral bouwt men een toren
van vijfenveertig meter hoogte
waarop een geweldig water
reservoir komt te staan. Daar
omheen lopen op drieëntwin
tig concentrische railsringen
honderden spoorwagens met
spiegels langzaam met de zon
mee. Door terugkaatsing ont
staat ook hier een brandpunt,
dat per uur dertien ton over
verhitte stoom kan voortbren
gen, waarmee turbines ter op
wekking van elektriciteit wor
den aangedreven. In welk sta
dium van uitvoering dit plan
zich momenteel bevindt, is
niet bekend. Rusland doet wel
eens meer geheimzinnig.
„Een paar jaar geleden heeft
een onderzoeker uit Beiroet
op een tentoonstelling in Ame
rika een verplaatsbaar zonne-
fornuisje gedemonstreerd. Het
bestond uit een holle spiegel
ter grootte van een paraplu.
Met de terugkaatsende hitte
kon je in korte tijd een com
pleet maal bereiden".
We lopen terug naar het
dorp en ik kijk voor het laatst
met ontzag naar de spiegels
op de fortwallen. Hij volgt
mijn blik en zegt met een
zucht: Dit is nog maar een
klein begin. Stel u voor wat
we in Algerië zouden kunnen
doen".
Mijn vrouw's sterren
Ik heb van kind af aan een naïeve be
langstelling in de sterren behouden en
raak opgewonden als ik eenvoudige aan
schouwelijke voorstellingen lees als:
„Wanneer de zon een pingpongbal was
en op het Muntplein hing, was de aarde
een erwt op de Ceintuurbaan en Pluto een
pruim in Amsterdam-Zuid, en de eerste
vaste ster een tennisbal voorbij Moskou".
Ik pleeg op zulk een ogenblik mijn vrouw
te roepen en tot haar te zeggen: „Stel je
voor, lieveling, als de zon een pingpong
bal was en op het Muntplein hing...."
Mijn vrouw valt mij dan in de rede.
„Dat is onzin en je weet het. De zon is
geen pingpongbal en.
„Maar luister dan. De aarde zou dan.
„Laat me met rust met die nonsens".
„Maar het is geen nonsens. Als de zon
een pingpongbal was op het Muntplein.
„Het is gelogen", zegt mijn vrouw. „Wan
neer ik in de krant de rubriek „W at d e
Sterren ons te Zeggen Hebben"
lees, geloof jij het ook niet".
„Maar dat i s onzin. Waarom zou dins
dag een goede dag voor zaken doen zijn
voor mensen die geboren zijn tussen 13
maart en 15 april en in het Sterrenbeeld
De Automaat thuis horen? Horoscopen zijn
oplichterij".
„En de zon op het Muntplein? Is dat
soms waar?"
En daarmee is mijn huwelijk op een
doodlopend spoor gekom,en, periodiek.
Want zijn gelooft niet in mijn sterren en
ik geloof niet in haar sterren.
„Astrologie is oplichterij", leg ik haar
uit. „Hoe kunnen nu de planeten en de
sterren iets te maken hebben met inkopen
doen op dinsdag?"
„En wie zegt dat er een nevel in Orion
is die driehonderd miljoen lichtjaren weg
is?"
„Dat is waar", antwoorde ik.
„Zaken doen op dinsdag is ook waar",
antivoordt zij-
Ik weet natuurlijk, dat ik gelijk heb en
zij niet. Van die nevel zo ver weg is w aar.
Het staat in het boek over de astronomie
en ze hebben de afstand gevonden met
spectroscopen en de parallax en professor
Einstein en de radiotelescoop. Er zijn hon
derden professoren die er borg voor staan
dat die nevel zo ver weg is. Het ding be
staat op zichzelf weer uit miljoenen zon
nen. elk zo groot als onze zon. Toch ver
schijnt de hele nevel slechts als een vaag
lichtpuntje op een fotografische plaat in
de grootste telescoop. Ik leg dit alles mijn
vrouw uit.
Maar zij komt met fakir Ben AH die de
rubriek in haar krant schrijft en die haar
voorspelt dat deze week in het midden
gunstig zal zijn voor belangrijke beslis-
sinoen op huishoudelijk gebied.
We praten al niet meer tegen elkaar. Ik
blijf bij mijn nevels en zij blijft bij haar
fakir. Tot nog toe heeft niemand absoluut
bewijs kunnen leveren waarop de ander
moet toeneven. Alleen heeft zij de beste
kansen. Want haar fakir heeft voorspeld:
Conflicten en misverstanden met hen die
u nastaan".
En tot dusver^ is dat meer aanwijsbaar
gebleken dan mijn nevel.
H. B. Fortuin
Een 80-jarige Amsterdammer, die aan
geheugenstoornis lijdt, kwam op het poli
tiebureau in de Spaarndammerstraat, om
dat hij zijn adres had vergeten. De politie
keek vreemd op omdat uit het vestzakje
van de man niet minder dan vijf bankbil
jetten van honderd gulden staken en uit
zijn andere zakken nog meer biljetten, to
taal 5200. Men gaf de oude baas de raad
het geld op een bank te zetten om diefstal
of verlies te voorkomen. „Ik draag het
geld bij me, omdat mijn kinderen erop
azen", zo verklaarde hij oprecht. Na lang
aandringen is hij met een brigadier naar
het postkantoor gegaan, waar hij een
spaarbankboekje heeft genomen met
5000. De politie bracht hem vervolgens
na een telefoontje met het bevolkingsre
gister, naar huis.
De minister van Maatschappelijk Werk,
mej. dr. M. A. M. Klompé, heeft de ge
meentebesturen haar dank betuigd voor
hun medewerking aan de hulpverlening
voor de gerepatrieerden, in het bijzonder
wat de huisvesting betreft. De minister
verzoekt haar dank over te brengen aan
degenen, die zich na haar beroep destijds
onmiddellijk bereid hebben verklaard ge
repatrieerden in hun woning op te nemen
en mede te werken aan de leniging van
de nood van deze vaak zwaar getroffen
groep Nederlanders.
Nu het einde van de repatriëring nadert
en voor alle nog komende repatrianten
voorlopige huisvesting aanwezig is, be
hoeft op de door particulieren aangeboden
plaatsen geen verder beroep te worden ge
daan.
Wie Frans kent zal wellicht geneigd
zijn het woord admiraal in verband
te brengen met het werkwoord admirer
dat: bewonderen betekent. Maar de
woorden hebben niets met elkaar te
maken. Wel hebben wij het uit het
Frans overgenomen, maar oorspron
kelijk is het een Arabisch woord. In
die taal betekent amir of emir: bevel
hebber. Een bevelhebber ter zee is een
amir al ma en sommigen menen dat
daarvan het slotwoord is weggevallen.
Anderen achten het waarschijnlijker
dat het woord amir met een Latijns
achtervoegsel zijn reis door West-Euro
pa is begonnen en voor die opvatting
pleiten allerlei vormen als amiraldus,
amirant, amirarius en ettelijke andere.
Bovendien werd het woord vroeger
veelvuldig gebruikt voor bevelhebber
te land. De Sicilianen en Genuezen
hebben het het eerst gebruikt voor
^vlootvoogd.