Verjaardag van de Haarlemse Stadsschouwburg gevierd met een grootscheepse opvoering van Shakespeare's „Richard de Tweede" Chefarine „4" ^l1 beroemde geneesmiddelen in 1 tablet doen wonderen! ALTIJD Reprise van „De Toverfluit" met twee verrassingen Massu dringt bij De Gaulle op een duidelijke uitspraak aan „Nu nog een grotere toneelruimte" 9 Burgemeester Cremers Dichterlijke dilettant Een dubbel"-rol Drie doden in het verkeer Spoedberaad in Athene over de kwestie-Cyprus Koning Paul onderbreekt vakantie in Oostenrijk Ministers Dulles en Luns hadden openhartig gesprek Protest tegen terugzending van verstekelingen Guinea wenst geen volledige breuk met Frankrijk frisse S, adem NEDERLANDSE OPERA WOENSDAG 1 OKTOBER 195& Advertentie De Nederlandse Comedie heeft ter gele genheid van het veertigjarig bestaan van de Haarlemse Schouwburg het konings drama „Richard de Tweede" van William Shakespeare, reeds in het vorige seizoen op het repertoire genomen, in de scherp zinnige vertaling van C. Buddjngh' op in drukwekkende wijze vertoond. Het is een stuk, waarin zoveel passages voorkomen waarbij men rechtop in zijn stoel gaat zit ten, dat men zich afvraagt: waarom werd dit nooit eerder in ons land opgevoerd? Het direct voor de hand liggende antwoord komt voort uit, de veronderstelling, dat de meeste mensen te weinig weten van de ge schiedenis van het middeleeuwse Enge land om in deze vereniging van twee hal ve tragedies (die van de titelheld en die van zijn tegenspeler Bolingbroke) vol doende stof tot aandacht te herkennen. Zelfs de vaak geuite suggestie, dat deze „vorstenschool" een soort waarschuwing aan de eerste Koningin Elizabeth zou hebben ingehouden, namelijk tegen de haar omringende vleiers en tegen de geva ren door onrechtvaardigheden als wille keurige belastingen en privileges, konden aan dit vooroordeel weinig veranderen. Overigens: deze vorstin zou zelfs men weet de datum: op 4 augustus 1601, ten overstaan van William Lambarde heb ben verklaard: „Ik ben Richard de Twee de, wist u dat niet?" Er zijn trouwens al lerlei andere aanknopingspunten met de elizabethaanse actualiteit: overeenkom sten vooral tussen Bolingbroke en Essex, zinspelingen op de Ierse expeditie en in het bijzonder de vraagstelling omtrent de on aantastbaarheid van het gezalfde ko ningschap. Aan de vooravond van de op stand van de graaf van Essex is het stuk in Londen vertoond. Elizabeth was, in haar omstreden positie, zo verstandig de opvoering niet te verbieden. Maar de cen sor beval dat de grandioze scène van de troonsafstand achterwege moest blijven.. Doch zelfs voor wie geen belangstelling heeft voor de politieke betekenis en de wijsgerige beschouwingen over het ko ningschap bij de gratie Gods of als boven de partijen staande uitvoerder van de wil van het volk, zelfs voor wie onverschillig tegenover de voorgeschiedenis van de zo geheten Rozenoorlog blijft, is „Richard de Tweede" een opzienbarende belevenis door de kernachtige wijze, waarop de strijd tussen de uiteenlopende concepties van de monarchie is gedramatiseerd tot een persoonlijk duel tussen de „zwakke" vorst en de „sterke" man, die zijn opvol ger zou worden. Hoe dieper men, vooral door de confrontatie met het levende beeld in het werk van Shakespeare doordringt, des t.e meer beseft men hoezeer hij mees terlijk stem gaf aan de idealen van de late renaissance: al zijn stukken, de komedies zo goed als de treurspelen en de gedeelte lijk berijmde kronieken, vormen illustra ties van de stelling dat de mens, als maat- gever van de verschijnselen op aarde, in alle dingen voorbeeldig maat moet weten te houden. Misschien ten overvloede, maar in ieder geval zeer treffend, komt dat nog eens extra tot uiting in de parabel van de tuinman (waarvoor door Philippe la Cha- pelle in deze voorstelling bewonderens waardig gehoor werd gevraagd) over „Het ordeloze voorjaar". Een prachtige verge lijking, want inderdaad: het nieuwe ge luid van een vernieuwing in de beschaving Met een niet zelden schalkse terzijde heeft burgemeester mr. O. P. F. M. Cre mers dinsdagavond de voorstelling van „Richard de Tweede" ingeleid, een welkom toeroepend aan allen die ter viering van het veertigjarig bestaan der stadsschouw burg te Haarlem de gast van het gemeen tebestuur waren. Hij releveerde allereerst, de aanwezigheid der provinciale autori teiten: dr. J. M. Prinsen, Commissaris der Koningin in Noordholland en echtgenote de heren W. Merkx en W. Mensing, leden van Gedeputeerde Staten en de heer Van Dokkum, griffier van de Provinciale Sta- 'en en hun dames. Hun aanwezigheid wekt bedachten aan een provinciale schouw burg, aldus burgemeester Cremers, maar de Haarlemse schouwburg blijft toch een Haarlemse zaak, het vergaat haar niet al? de H.O.V., die N.Ph.O. werd.... Dat de veertigjarige overigens van meer dan locale betekenis is zag de burgemees ter bevestigd in de aanwezigheid van dc burgemeesters van Bennebroek, Bever wijk, Bloemendaal. Haarlemmermeer, Vel- sen en Zandvoort, vergezeld door hun echtgenotes. Hoevelen van hun gemeente naren zijn in de loop der jaren al niet to neel in Haarlem gaan zien. Uit Alkmaar en Leiden komen de belangstellenden, ja zelfs uit Amsterdam! De Haarlemse stads schouwburg heeft vele vrienden, onder de acteurs en onder het publiek. In de directeur, de heer H. Deinum. huldigde de burgemeester de niet aflaten de toewijding van hem en zijn staf om de schouwburg tot een der meest vooraan staande in ons land te maken. De burge meester zegde de heer Deinum daarvoor dank en roemde de vaardigheid van zijn personeel dat bij een minimale bezetting een maximumprestatie levert. Bij alle vreugde om wat reeds is bereikt teneinde de outillage tot in de perfectie op te voe ren blijft nog de onvervulde wens het to neel zodanig te vergroten, dat ook groots geprojecteerde voorstellingen in de vjjfdc stad des lands mogelijk zjjn. Dat is nog steeds niet het geval. Burgemeester Cre mers noemde een reeks namen van steden kleiner dan Haarlem, die er in dit opzicht heel wat beter aan toe zijn. Het houdt het gevaar in, dat de Haarlemse schouwburg op den duur haar aantrekkingskracht op de toneelgezelschappen verliest. In een gelukwens van de Rijksschouw burg-commissie. waarin de hoop werd uit gesproken op de spoedige voltrekking der uitbreidingsplannen, ontwaarde de burge meester dezelfde goede bedoelingen, die ook het gemeentebestuur koestert. Alleen de financiële belemmeringen zijn er nog niet mee uit de weg geruimd „Maar misschien als het gouden feest van de stadsschouwburg gevierd wordt, zó besloot burgemeester Cremers, mis schien begroet ik u dan op een nieuw en groot toneel!" kondigde zich aan. Northumberland is er in dit stuk groot en vastberaden de woordvoerder van. Door een naar het mij voorkomt inten sieve samenwerking van regisseur Dou glas Seale (van de Old Vic) en de ontwer per van decors en kostuums Finlay James bood het toneelbeeld bij alle (gemakkelijk te volbrengen) wisselingen van ruimte en tijd de voortdurende mogelijkheid om de letterlijk en figuurlijk uiteenlopende ele menten hun logische samenhang te doen behouden. Treffend kwam van het klate rende begin tot het bittere einde de riva liteit tussen de beide groepen reeds in de ter aankleding gekozen kleuren tot uitdruk king: de elegante frivoliteit van de genot zuchtige hofkliek tegenover de trotse een voud van de „protestanten". Zo hebben reeds de kleren andere mannen van de partijen gemaakt. De tegenstelling is in de mise-en-scène suggestief doorgetrok ken. Men zag Richard de Tweede zich ver slingeren als de slappeling, die zichzelf niet onder controle kan krijgen. Boling broke daarentegen was van hoofd tot voe ten, met behoud van zijn feodale deugden, de met fiere kracht en eerlijke argumen ten gewapende strijder, die onder alle om standigheden voor zijn recht opkomt. Vier kant en onverzettelijk, de verfijning der omgangsvormen als overbodige weelde beschouwend, was Northumberland (een goede rol van Henk Rigters) als de mas sieve heraut van de in opkomst zijnde „der de stand" in het strijdperk geplaatst. Voor „het volk" heeft Richard slechts verach ting. Bolingbroke toont reeds een zekere tegemoetkomendheid, hoezeer hij zich zijn prinselijke waardigheid bewust is. „Richard de Tweede" is tegen deze so ciologische achtergrond de tragedie van de verkwister, die niet alleen het geld van zijn onderdanen maar ook zijn tijd verdoet en daarom door zijn tijd wordt uitgesto ten. Hij maakt op alle denkbare manieren misbruik van het in de middeleeuwen hei lige principe van zijn souvereiniteit als „Gods uitverkoren plaatsvervanger". In de waan van zijn traditionele onfeilbaar heid en onaantastbaarheid vergooit hij zijn edele mogelijkheden. Hij beseft slechts de ceremoniële waardigheid van zijn hoge ambt en acht daardoor zijn lichtzinnig heid, zijn tirannieke willekeur volkomen gedekt, immers slechts verantwoording schuldig zijnde aan „het hemelse ge recht". Zijn autoriteit is een grillige, on berekenbare buitenkant. Hij mist het in nerlijke tegenwicht, het verworven plichts gevoel tegenover het geschonken voor recht. Geniaal heeft Shakespeare in dit fascinerende drama „om de konings macht" zijn „manisch-depressieve" ka rakter (deze psychologische aanduiding neem ik van prof. Bachrach over) gete kend, zoals zich dat manifesteert in de con frontaties met. de eerst verbannen doch on stuitbaar teruggekeerde Bolingbroke, een held „uit één stuk" en nog zonder zijn verscheurdheid. Richard (van Bordeaux, zoals hij in de geschiedenis voortleeft) is in Shakespea re's visie een decadente dilettant. De ro mantische opvatting, volgens welke hij een „dichter" en geen „staatsman" zou zijn, miskent het element dat zijn onder gang bewerkstelligt: hij reageert zijn emoties af, hij vlucht in woordenrijke fan tasie, doordat zijn dadendrang is verlopen, zijn energie verslingerd. Ondanks zijn bij na kinderachtige aanstellerij, zijn capri- cieuze humeurigheid, zijn soms verwijf de pose, zijn esthetische overspannenheid kan hij onze sympathie behouden als een door onzekerheid uitgeholde „instelling". Daardoor is hij enerzijds boeifend als sym bool van een uitgediende v&rm, die om een levenskrachtige inhoud vraagt, ander zijds door de scherpe ironie waarmee hij zijn rol blijft spelen, want „spelen" is het inderdaad, totdat hij wordt afgezet en er „niets meer" van hem overblijft, zodat hij moet sterven. De ironie bepaalt de toon van het gehele stuk, bij Richard nog eenmaal als een verterende steekvlam op schietend in de „scène" van zijn jammer lijk zelfbeklag in de kerker. De ironie spreekt evenzeer uit de aspectwisselingen der situaties en klinkt als bijtende spot (zeer fraai, om niet te zeggen tè fraai, dankzij Paul Huf) uit de mond van de stervende John van Gaunt (eigenlijk: Jan van Gent). Zo staat de vertolker van Richard de Tweede dus voor de taak een dubbele rol te vervullen. Han Bentz van den Berg mist hiervoor de technische superioriteit, waardoor men meer een onvoldoende machtige acteur te zien kreeg dan een krachteloze koning die met acteren poogt te redden wat zichzelf reeds reddeloos heeft ondermijnd. Voortdurend gaf Bentz van den Berg blijk deze figuur, moeilijker te realiseren dan Hamlet misschien, tot op het merg doorvoeld en tot in de diep ste lagen doordacht te hebben. Hij wist de door inleving en analyse gevonden karak tersegmenten ook wel tot een eenheid sa men te voegen, die authentiek aandeed, maar bij alle spanning ontbrak het for maat. Daardoor begrensd door te ge ringe mogelijkheden waren de afstan den te klein aan weerszijden van het wet telijk vastgestelde evenwicht: hij zat (om een parafrase van een beeldspraak in het stuk te geven) onvoldoende hoog te paard om een rampzalige val te kunnen maken. Prachtig vond ik evenwel de scène, die aan het weerzien van Bolingbroke vooraf ging, aanzienlijk veel te zwak daarente gen de begroeting van Engelands grond na de terugkeer van het Ierse avontuur. Goed was ook de angstige vlucht in fan tasmagorie en dientengevolge misplaatst flakkerend optimisme naarmate de feite lijke nood hoger steeg. Hoe subliem sluit daarbij aan de scène met het vergruisde spiegelbeeld, die de onlangs overleden Shakespearekenner Justus Meyer overbo dig achtte, al besefte men in deze opvoe ring toen pas wezenlijk, dat de mateloos heid van deze majesteit een te geringe doorslag had gegeven. In alle opzichten voor zijn taak bere kend was de Henry Bolingbroke, later Hendrik de Vierde, van Johan Schmitz, eveneens in alle opzichten een veel een voudiger mens. In het begin zag en hoor de men van hem het ferme pathos van de hoogmoedige held, vervolgens de vast beradenheid van de in ballingschap tot een „uitgebalanceerd" voor zijn taak be rekende en rechtschapen edelman, die met zijn klaarblijkelijk gezag de „nieuwe orde" kwam vestigen. Daarbij liet Schmitz voldoende ruimte over om zijn al ter ego de fout te laten maken, waardoor de kiemen van zijn ondergang konden bin nendringen. Van de verdere, zeer grote bezetting moet in de eerste plaats Johan Fiolet nog worden genoemd, die met mar kante humaniteit de overigens gevaarlij ke afzijdigheid, heen en weer getrokken tussen de polen van gevoel en verstand, fijnzinnig gestalte gaf. Shireen Strooker was als de koningin de enige sprekende vrouw in het stuk en als zodanig zeker aanvaardbaar. Het pleit voor Fiolet dat hij het gemis van de hertogin van York, die uit de rolverdeling was geschrapt, nau welijks heeft doen gevoelen. Deze rol werd aanvankelijk door Mimi Boesnach ge speeld en men heeft in het programma kunnen lezen wie de japon ontwierp die zij daarbij droeg. Als de Nederlandse Comedie het hierbo- vengeschetste dilettantisme van Richard de Tweede heeft willen accentueren door hem met dilettanten te omgeven, dan is zij in deze ongerijmde opzet wonderlijk goed geslaagd. Er waren nog wel enkele behoorlijke prestaties, maar het is toch wel een droevige toestand, dat „het eerste gezelschap des lands" een dergelijk werk niet tot in de kleinste rollen behoorlijk kan bezetten. Volmondig zij toegegeven, dat de vele proeven van rederijkerskunst de dialogen niet gemakkelijk maken, maar dat mag toch geen excuus zijn voor de ten beste, of liever ten slechtste, gegeven overgangen tussen Vondeliaans brallen en stuntelige onverstaanbaarheid. Maar goed, dat waren de enige wanklanken tij dens een, in eerste en laatste instantie, dankzij het scheppend vermogen van Sha kespeare, indrukwekkende feestvoorstel- ling. David, Koning De Nederlandse Opera te Amsterdam is het nieuwe seizoen ingegaan met een paar reprises van monteringen, die uiteraard sinds hun creatie aanzienlijke wijzigingen hebben ondergaan wat betreft de bezet ting en de algemene muzikale leiding. Dit is ook het geval met „De Toverfluit" van Mozart, vijf jaar geleden uitgevoerd onder ■Josef Krips, daarna onder Alexander Krannhals herhaald en vernieuwd en ten slotte onder Alfred Eichmann met enig persoonlijk accént voortgezet. Daar intus sen de bezetting ook nogal wat verande ringen onderging, zal de bezoeker, die Mozarts laatste opera sinds vijf jaar van de Nederlandse Opera niet meer bijwoon de, in de jongste opvoeringen weinig meer herkennen van wat hem in de herinnering bijgebleven is, behalve dan de mooie decors van Emil Preetorius en een paar markante rollen, zoals de Papagena van Nel Duval (die sindsdien nog aan guitigheid gewonnen Burgemeester mr. O. P. F- M. Cremers wenst de directeur van de Stads schouwburg, de heer H. Deinum geluk. In het midden dr. J. M. Prinsen, com missaris der Koningin in de provincie Noordholland. Op de spoorlijn LeeuwardenGroningen is het 6-jarig dochtertje Hindrikje Alber- dina van de heer F. Hamstra, die in het dorp Egypte onder Buitenpost woont, onder de uit de richting Leeuwarden komende trein geraakt. Op weg naar het Diacones- senhuis te Leeuwarden is het slachtoffer tje aan de zware verwondingen overleden. De 75-jarige G. W. van Mossel uit Ernst is, toen hij per rijwiel plotseling de Hoofd weg overstak, aangereden door een auto met oplegger. De man was vrijwel op slag dood. In het Diaconessenhuis te Almelo is de heer J. Broekhuis, oud-wethouder van Vriezenveen. aan de gevolgen van een auto-ongeluk overleden. De heer Broek huis reed maandag met een personenauto tegen een links van de weg geparkeerde vrachtauto. Advertentie Bij pijn, griep ol „landerig gevoel zorgt een enkel labiel dat U weer mei plezier U* werk kun! doen I heeft) en de Papageno van Jos Burcksen, benevens de Nonostatös van Chris Ta verne. Intussen heeft men Chris Scheffer de rol van Tamino gegeven, die er de warme lyrische stem voor heeft en er overtuigend in gegroeid is. Tezelfdertijd werd aan Guus Hoekman de Sarastro opgedragen, een rol die hem op het lijf geschreven is en wiens „In dieSen heil'gen Hallen" een onbetwist hoogtepunt verzekert. Het expe riment van Krips met de drie genieën, die hij door knapen liet vertolken, werd reeds door Krannhals tenietgedaan en dat is zo gebleven: ook nu vormt het damestrio in travestie een met de „drie dames" vrij sterk concurrerend ensemble. Een uitermate riskant geval is het steeds een volwaardige vertolkster voor de hachelijke partij van de Koningin van de Nacht te vinden. De Nederlandse Opera heeft er wel eens leergeld voor betaald, maar ik herinner mij een voortreffelijke interpretatie van deze geduchte rol door Colette Lorand nog levendig. Ook nu heeft men een „Koningin van de Nacht" uit het buitenland menen te moeten halen. Friedl Teller, van de Opera van Munster, die verleden jaar, als gast bij „Het Forum" te Haarlem een zeer briljante vertolking van Madame Butterfly bracht, is voor een aantal opvoeringen van „De Toverfluit" door de Nederlandse Opera geëngageerd. Het interesseerde ons zeer deze voortref felijke „Butterfly" in dit zo totaal anders geaarde genre der klassieke coloratuur te horen. Maar het bleek bij de opvoering van dinsdagavond, dat Friedl Tellers vocaal-technische vaardigheid evenredig is aan haar dramatische begaafdheid en dat haar fraai volklinkend timbre egaal ont wikkeld is tot in de hoogste regionen van de vocaliteit. De gevaarlijke f-driege- ?t.reept kwam in puntig staccato glashel der en raak tot zijn recht. Dat was van deze reprise van „De To verfluit" de grote verrassing. Maar dan was er ook nog het optreden van Maria van Dongen, die als nieuwelinge in het gezelschap de Pamina te vertolken kreeg. En het resultaat daarvan werd een tweede verrassing, althans in de tweede akte, toen zij goed ingezongen was en in de dramatische getinte aria „Ach, ich fühls" alle kans kreeg haar stem op de haar het gunstigst liggende wijze te ge bruiken. Vooral in de hoogte heeft deze stem een prachtig timbre. Het koor was als steeds voorbeeldig. Alles bij elkaar mag deze reprise van „De Toverfluit" er wezen. Jos. de Klerk Burgemeesters. Aan de heer M. W. J. Coenders is op zijn verzoek eervol «nt- slag verleend als burgemeester der ge meente Sittard, en aan dr. J. W. Note- boom, eveneens op zijn verzoek, als bur- geemeestér dér gemeente Voorburg. PARIJS (IJPI) De besprekingen over Cyprus in de permanente raad van de NAVO te Parijs zijn gisteren op verzoek van de Griekse afgevaardigde Michel Mellas, tot vrijdag opgeschort. Mellas, ambassadeur bij de NAVO, is naar Athene gevlogen voor overleg met zijn regering, weinige uren nadat het Britse plan voor Cyprus van kracht is geworden. Dit plan voorziet er in dat Griekenland en Turkije vertegenwoordigers benoemen die de Britse gouverneur Sir Hugh Foot moeten bijstaan in het bestuur. Turkije heeft met dit plan ingestemd, doch Grie kenland heeft geweigerd een gedelegeerde aan te wijzen. De NAVO-raad heeft de afgelopen dagen geprobeerd de opvattin gen van Britten en Grieken tot elkaar te brengen om een openlijke breuk in de At lantische alliantie te vermijden. Gisteren zei de Brit Sir Frank Roberts echter dat zijn regering haar plan met in gang van middernacht zou invoeren, zoals eerder bepaald was. Men acht het moge lijk dat de Griekse regering zal verzoeken het gesprek in Parijs op te schorten. Zelfs wordt de mogelijkheid geopperd dat de Griekse regering misschien zal weigeren het overleg in de NAVO voort te zetten. ATHENE (Reuter) Koning Paul van Griekenland heeft besloten zijn vakantie in Oostenrijk af te breken en naar Athene terug te keren. De vorst nam dit besluit nadat hij telefonisch met premier Kara- manlis over de jongste ontwikkelingen in de kwestie-Cyprus had gesproken. WASHINGTON, (Reuter) Minister Luns heeft dinsdag een onderhoud van veertig minuten met zijn Amerikaanse ambtgenoot Dulles gehad. Na afloop wilde de Nederlandse minister niet meedelen, waarover het gesprek was gegaan. „Wij hebben een lang en zeer openhartig ge sprek gehad. Het is voor het ogenblik nog niet afgerond", aldus mr. Luns. In ant woord op vragen zei hij, dat het niet uitge sloten was dat hij minister Dulles nog eens zou spreken. Intussen kon hij niet het on derwerp van het gesprek meedelen. Minister Luns brengt een kort bezoek aan Washington voor besprekingen met functionarissen van de Amerikaanse mi nisterie1? van Buitenlandse Zaken en De fensie. Woensdag zal hij een persconferentie houden, alvorens naar New York terug te keren. Dinsdag had mr. Luns behalve met mi nister Dulles ook een onderhoud met Chrisian Herter, de onderminister van Buitenlandse Zaken, en met Cj Burke El- brick. de assistent-minister van Buitenland se Zaken belast met Europese kwesties. De Zuid-Molukse vertegenwoordiging in Nederland heeft in verband met het terug zenden naar Indonesië van 37 verstekelin gen, samen met het hoofdbestuur van de stichting „Door de Eeuwen Trouw" tele grammen gezonden aan de minister-pre sident en de minister van Justitie, waarin tegen de terugzending geprotesteerd wordt. „Op grond van betrouwbare inlich tingen staat vast, dat het leven van deze verstekelingen ernstig zal worden be dreigd", zo wordt gezegd. ALGIERS (UPI) Generaal Massu, voorzitter van het Comité voor het open baar welzijn te Algiers, heeft generaal De Gaulle in een telegram verzocht zich tijdens zijn aanstaande toernee door Alge rije duidelijk uit te spreken voor integra tie van Algerije met Frankrijk. „Het volk van Algerije en de Sahara heeft voor de wereld verklaard dat het Frans wenst te blijven", f^ldus Massu in zijn telegram, dat kennelijk de bedoeling heeft De Gaulle te dwingen tot een duidelijke uitspraak. De Gaulle wacht zeker een luidruchtige ontvangst, wanneer hij donderdagavond in Algiers aankomt, ai zullen er ook enige wanklanken zijn omdat het „Feest van de integratie", waaraan generaal Raoul Sa- lan en de bevelhebber der parachutisten Massu zouden deenemen. op last van ho gerhand niet mocht doorgaan. De Gaulle zal morgenochtend vroeg naar KONAKRY, (Reuter) De premier van Guinea heeft op een persconferentie ver klaard, dat Guinea onafhankelijkheid wenst en alle daarvan gevolgen aan vaardt. Guinea wil echter ook de banden handhaven, hetzij rechtstreeks met Frankrijk of met de Franse gemeenschap, waarin de nieuwe Franse grondwet voor ziet. Guinea zou' willen profiteren van de oprichting van een verbond van vrije vol ken. De Franse republiek of de Franse ge meenschap kan overeenkomsten aan gaan met staten, „die met haar een asso ciatie willen aangaan ter ontwikkeling van hun beschaving". Waarnemers zijn van oordeel, dat de bedoeling van het artikel is, een band tussen Frankrijk en de onaf hankelijke staten van Marokko en Tunesië mogelijk te maken. Premier Touré zei nog, dat Guinea een delegatie naar Frankrijk zal zenden als het er zeker van is, dat deze delegatie ook ontvangen wordt. Guinea zou in de eerste plaats bij Frankrijk om bijstand aanklop pen. Als het echter wordt „teleurgesteld" zal het zich tot anderen wenden. PARIJS, (UPI) Volgens een Franse regeringswoordvoerder heeft slechts een minderheid van de bevolking van Frans- Guinea meegedaan aan het referendum. In commentaar op de uitslag in Guinea zei de woordvoerder, dat slechts 42 percent van de geregistreerde kiezers aan het re ferendum heeft deelgenomen. „Hieruit blijkt, dat het besluit de Fran se gemeenschap te verlaten, genomen werd door een minderheid van 's lands be volking", aldus de woordvoerder. „Frank rijk zal echter het besluit van het Guinese volk erkennen". Hij voegde er aan toe, dat de Franse regering geen druk zal uitoefe nen op de Franse zakenlieden zich uit Gui nea terug te trekken. Een groot deel van handel en industrie in Guinea is in han den van Fransen. Naar verluidt is Frank rijk besprekingen begonnen met andere westelijke landen over de vraag hoe te voorkomen dat de Sovjet-Unie uit de nieu we situatie in Guinea munt zal slaan. Advertentie kauw MC lekker gezond a fcfe. fris Oran vliegen en 's avonds doorgaan naar Algiers. Vrijdag vliegt hij naar Constan- tine, waar hij zijn met spanning ver wachte redevoering zal uitspreken. Het bezoek aan Bastia op Corsica is op zaterdag vastgesteld, vanwaar De Gaulle 's avonds naar Marseille gaat. Zondag, voor zijn terugkeer naar Parijs, zal De Gaulle nog een bezoek brengen aan Ly on, de stad, waar Soustelle grote invloed heeft. Van de 4.335.009 ingeschreven Moham medaanse en Franse stemgerechtigden na men er 3.445.060 (79.4 percent san de volksstemming deel en brachten 3.416.088 geldige stemmen uit. Er waren 3.299.908 „ja"-stemmen en slechts -115.791 „nee"- stemmen, volgens de definitieve vaststel ling der resultaten. Van de Mohammedaanse en Franse stemgerechtigden in Algerije heeft 96.5 percent „ja" gestemd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1958 | | pagina 9