GOLDEN FICTION De wedloop tussen Panafrika en Eurafrika is begonnen r Gezellige mensen stoken ^^Praatótoel j Van dag tot dag Achter oprecht gevoeld eenheidsstreven staat de rivaliteit tussen de Afrikaanse leiders WEST-AFRIKA VI Een startschot in Accra Een heBdere 'jonge* RYHBEHDE'S jonge Iftit iif bfrlf&pn fijh Een teken Prinses Armgard vierde haar verjaardag Geslaagde lening R'dam- Rijn Pijpleiding V.A.R. sluit overeenkomst met de Shell Uitgifte door Obam van aandelen van nom. 100 Weerspiegeling van goede smaak: in de g-u-l-l-e doos Negerkoningen Op de VRIJDAG 19 DECEMBER 1958 3 Aan de vooravond van Kerstmis zal in het historische centrum van Leiden een klokje, dat dateert uit het jaar 1520, zijn ijle en bescheiden klanken laten horen en daarmee alle klokken van Leiden en om geving tot leven roepen: tien minuten lang zullen de bronzen stemmen gezamenlijk tot bezinning manen en het Kerstfeest inlui den. Als zij zwijgen, zal de beiaardier van het stadscarillon hun klanken overnemen en de gang van duizenden begeleiden, die zich naar het stadhuisplein begeven om gezamenlijk het aanbreken van Kerstmis te gedenken en te bezingen. Waarom wij deze plaatselijke gebeurte nis uitdrukkelijk vermelden? Wijl er een teken in kan worden gezien, dat men zich door een initiatief gaarne laat leiden tot een waardiger en waardevoller Kerstvie ring. Men kan deze bereidheid om gehoor te geven aan een zinvolle oproep beschou wen als een reactie op het betreurenswaar dige feit, dat het Kerstfeest in onze he dendaagse samenleving steeds meer zijn eigenlijke zin verliest en gedrongen wordt in de hoek der traditionele openbare ver makelijkheden. Belangrijk is, dat de Leid- se Kerstviering ondernomen wordt door een groep mensen van uiteenlopende reli gieuze binding: katholieken en protestan ten werken hierbij broederlijk samen met buitenkerkelijken en zij verenigen aldus aan de vooravond van Kerstmis een grote menigte uit verdeelde groeperingen onder één en hetzelfde besef: het besef dat Kerst mis wordt gedragen door de integrerende gedachte van de vrede. De symboliek van de Leidse Kerstvie ring is niet gering en zeker waard, nader te worden overdacht. Zij tekent een na vrant en verblijdend beeld van de ware betekenis der vredesgedachte: niet de een vormigheid, niet de collectiviteit, niet de massaficering en de gelijkschakeling zijn de pijlers van een vredige samenleving, doch een diepgevoelde eerbied voor elkan ders overtuiging en een humane aanvaar ding van de persoonlijke vrijheid van de evenmens welke geen van beide een eensgezind accoord behoeven te verhinde ren en zelfs kunnen leiden tot een een heid van gedachten op het punt, waar men elkander boven de geschillen ontmoet. Als reactie op moderne vervlakking en als teken van verlangen naar de mens waardiger inhoud van een feest, dat dreigt te worden uitgehold tot een waardeloze kalendertraditie, is het duizendvoudige antwoord op de Leidse oproep een gebaar van bemoedigend karakter. Het duidt voor al ook op de nood van de z.g. „buiten kerkelijken", wier eenzaamheid vaak wordt uitgelegd als een gebrek aan geestelijke kracht, doch in feite veel vaker een ge volg is van een te grote geestelijke kracht, die nergens meer aansluiting vindt. Advertentie Gisteren vierde prinses Armgard, moe ier van prins Bernhard, op „huize War- melo" bij Diepenheim haar 75ste verjaar dag. Als gasten van de jarige Prinses, die thans reeds ruim zes en een half jaar in ons land woont, waren onder meer aan wezig alle leden van het koninklijk gezin. Prins Aschwin was verhinderd de ver jaardag van zijn moeder mee te vieren, daar hij voor werkzaamheden voor het Metropolitan Museum of Art te New York momenteel in Bangkok vertoeft. Des avonds zaten ruim dertig gasten, waar onder de leden van het koninklijk gezin en verder intieme vrienden en kennissen, aan een feestdiner aan. Naar het ANP verneemt is op de uitgifte van 30 miljoen 51/4 percent 17VHarige obligaties ten laste van de n.v. Rotterdam- Rijn Pijpleiding Maatschappij dusdanig in geschreven, dat de toewijzing slechts zeer gering kan zijn. De minister voor Economische Zaken van de Verenigde Arabische Republiek heeft bekendgemaakt, dat hij een overeenkomst heeft gepara feerd, waarbij alle vraagstukken, die tussen de V.A.R., de Shell Company en de Anglo Egyptian Oil Company hangende zijn, geregeld worden. Hij voegde hieraan toe, dat dit zou bij dragen tot de regeling van andere han gende financiële kwesties tussen En geland en Egypte. Sedert november 1956 zijn de eigendom men van de Shell Company in Egypte on der beheer gesteld. De voornaamste maat schappij der Shell Company was de Anglo Egyptian Oil Fields Ltd., waarvan de Ko ninklijke Nederlandsche Petroleummaat- schappij 31 percent der aandelen bezit. De installaties, de vijf olievelden en de raffi naderij te Suez hebben vermoedelijk een waarde van minstens 35 miljoen pond steling. De verkoopmaatschappij, Shell Company of Egypt, is een dochtermaat schappij van de Koninklijke Shell Groep met vaste activa van ruim 5 miljoen pond sterling. President Nasser heeft maandag de president-directeur van de Koninklijke Nederlandsche Petroleum Maatschappij en managing-director van de Shell Petroleum Company, jhr. mr. J. H. Loudon, ont vangen. De Anglo-Egyptian Oilfields Ltd. heeft nieuwe concessies voor het zoekan naar olie in Egypte gekregen. Aandeelhouders A van de Onderlinge Beleggings- en Administratie Maatschappij „Obam" n.v. te Amsterdam stellen aan een buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders der vennootschap te hou den op 29 december te 's-Gravenhage voor over te gaan tot enige wijzigingen van de statuten. Ondermeer wordt voorgesteld het maatschappelijk kapitaal te verhogen van 3.007.500 tot f 10.007.590 en daarbij tevens de mogelijkheid te scheppen tot de uitgifte van aandelen met een nominale waarde van 100, Deze aandelen van 100,zullen ge rechtigd zijn lot het uitbrengen van een stem, aandelen van 1000,tien stemmen. Het nieuwe maatschappelijk kapitaal zal als volgt zijn verdeeld: 75 aandelen A van 100; 7.000 aandelen B van 1000 en 30.000 aandelen B van 100, waarvan thans ge plaatst en volgestort zijn alle aandelen A en 2356 aandelen B van 1000, welke laatstgenoemde ter beurze van Amster dam officieel verhandeld en genoteerd worden. Verder wordt nog voorgesteld een wijziging aan te brengen in de manier van aanwijzing van een gedelegeerd commis saris en in diens verplichting om de alge mene vergadering van aandeelhouders te leiden. Advertentie 50 STUKS f 2.50 (Van onze reisredacteur CONAKRY (Guinea) Het gehoor van zwarte mannen, in Europees pak of statige wijde „boubou", samengepakt in de tropische oven van de bioscoopzaal, luisterde met onverdeelde aandacht naar de stem die zei: „Ieder, die te laat op kantoor komt, gaat de gevangenis inieder, die knoeit, krijgt dwangarbeid iedere dief zullen wij de hand laten afslaan.... de luiaards moeten van de straat, binnen een jaar wordt verplichte arbeid ingesteld.zij, die zeggen dat ons beleid het land naar een échec voert, gaan aan de galg!" Wie sprak deze woorden? Een gezaghebber van een koloniaal schrikbewind? Geenszins. Deze verklaring, waarvoor iedere koloniale mogendheid in de UNO uitgefloten zou zijn, werd afgelegd door de premier van de zojuist onafhankelijk geworden Westafrikaanse republiek Guinea, Sékou Touré. Wordt dit de vrijheid, waarvoor Guinea, in het referendum „nee" stemmend, afzag van Frankrijk's miljoenen steun? De toehoorders, zonder twijfel mannen, die wel eens te laat op kantoor komen, of naar Afrikaanse trant een dag lang op de stoep palaveren, applaudis seerden nochtans als razenden. Gevangenis?.Uitstekend Hand eraf?. Voortreffelijk Dwangarbeid?. Natuurlijk De galg?. Kan niet beterHet geluk droop van hun transpirerende gezichten. En waarom? Sékou Touré had hen gezegd, dat Guinea's onafhankelijkheid een eerste stap is op de weg naar een vrij Afrika, een werelddeel, dat eindelijk ontwaakt, zijn ketenen slaakt en zich verenigen gaat. Hij had gewaagd van de droom van 180 miljoen zwarte mannen, die elkaar de hand reiken, een droom die geen luiheid of verraad duldt. Hij had het woord gesproken dat van Kaapstad tot Nairobi, van Dar es Salaam tot Dakar, de massa's in beweging kan brengen: Afrika^ Afrika vrijAfrika één Reikhalzend naar dié droom heeft Sékou Touré zijn land „nee" laten stemmen, de comfortabel met autonomie en economische steurt gepolsterde zetel in de Franse ge meenschap geruild voor de harde en on beschutte stoel van de onafhankelijkheid. Daarvoor heeft hij de moeizaam opgebouw de eenheid van Frans-Afrika's machtigste politieke partij, het „Rassemblement Démo- cratique Africain", gebroken, dat onder leiding van Houphouet-Boigny voor het „ja", voor samenwerking met Europa, koos. „Wat kan", zo zei Sékou Touré „als ik Afrika zie, mij het R.D.A. schelen?" Sékou Touré meent dat iedere binding van Afri kaanse gebieden met Groot-Brittannië, België, Portugal of Frankrijk, de Afrikaan se eenheid in de weg staat, de kunstmatige verdeling in stand houdt van het congres van Berlijn, waarop de westelijke mogend heden in 1884 en 1885 de Afrikaanse ver- jaarstaart in parten sneden. Wat zijn Tan ganyika of Senegal, Dahomey of Kameroen anders dan door administratieve grenzen gescheiden gebieden? „Wat betekent Gui nea? Ben ik Guineaan? Welnee. Zoals iedere zwarte behoor ik tot twee gemeen schappen, tot een stam ik ben Malinké en tot Afrika", zegt Sékou Touré. En daarin kan men hem lastig ongelijk geven. Al hebben die koloniale grenzen tot op zekere hoogte administratieve en econo mische eenheden geschapen, werkeljjk n a- tionale eenheden zijn daar in Zwart- Afrika nooit uit voortgekomen. De grootste gemeenschap, die Afrika kent, blijft de stam, waaraan het individu vrijwel on voorwaardelijke loyaliteit verschuldigd is. De Afrikaan leeft in, voor, door en zelfs voort in zijn stam. En iedere andere stam is zijn potentiële tegenstander of vijand. De grootste verdienste van het koloniale bestuur in Afrika is zonder enige twijfel geweest, dat het een eind heeft gemaakt aan de nimmer aflatende, ver woestende stamoorlogen, die gebieden heb ben ontvolkt, hele stammen uitmoordden, of van rijke aarde in doodsangst naar arme dreven, waar zij steeds uit de geëro deerde grond een armzalig bestaan bijeen schrapen. De opgelegde Europese taal heeft verdere bruggen geslagen tussen de Afri kanen, hetgeen hard nodig was, want tus sen Dakar en Abidjan worden bijvoorbeeld zeshonderd verschillende dialecten gespro ken. Maar de latente spanning, de vreemdheid tussen de stammen blijft bestaan, bedreigt onmiddellijk de eenheid binnen de eertijds koloniale gebieden, die nu tot autonome staten worden. Niemand beter dan Sékou Touré weet, dat ook in Guinea de dag kan komen, waarop Soussou's en Foulah's el kaar weer met dezelfde opgewektheid de hersens inslaan als eertijds. En ook in an dere gebieden doen zich, zelfs in de steden, op gezette tijden nog bloedige botsingen tussen leden van verschillende stammen voor. Deze spanning, die in het vrijwordend Afrika het eeuwige gevaar in zich bergt van een volkomen „balkanisatie", van een versplintering op „tribalistische" basis, is een van de voornaamste redenen, die de meeste Afrikaanse leiders tot de Al-Afri kaanse gedachte brengt. Het is geen toeval, dat juist deze leiders doorgaans modernis ten zijn, die ook van binnenuit proberen het „tribalisme" te verzwakken, de „chefferie" naar huis te sturen, hun gebieden her- collectiviseren met politieke partij-organi saties en vakbonden, met tradities breken en op vrouwen-emancipatie aansturen. En zoals in Europa de Europese gedach te, over het hoofd van het nationalisme, zijn aantrekkingskracht doet gelden op streekgemeenschappen, zo merken deze Afrikaanse leiders, dat het woord „Afrika" aanslaat, waar „Guinea" of „Kenya" het nauwelijks doet. Het gevoel wat Senghor van de „nègritude" noemde, het gezamen lijk zwart zijn, gezamenlijk onderdrukt zijn, de herinnering aan de slavernij, de Advertentie koLen misschien wat optimistische gedachte, dat de zwarte kolos van een verenigd Afrika met één grote «tap zijn achterstand zal kunnen inhalen, de wens om eindelijk on gestoord, pnejer elkaar, thuis te zijn, .dat alles roept het magische woord „Afrika" op. Dat is wat de slagzin van het Congres der Afrikaanse volken, dat dezer dagen in Accra werd gehouden, „handen af van Afrika", betekenis geeft in de ogen van de Afrikaan in alle windstreken van dit con tinent. Wat voor de bevolking geldt, geldt voor de leiders als N'kroemah, Touré en de voorzitter van het Congres, Tom Mboya uit Kenya, die ik drie jaar geleden in Nairobi uitnodigde om met mjj te lunchen in een hotel, waar nog nooit een Afrikaan als gast binnengetreden was. Waarop dan ook alle Britse gasten als één man de eetzaal ver lieten, betgeen, achteraf gezien, niet ver standig van hen was. Voor leiders ais deze, vooral voor Touré en N'kroemah, staat er meer op het spel. Ik twijfel geen ogenblik aan hun oprechte wens om de Verenigde Staten van Afrika te stichten. Maar ik twijfel evenmin aan hun hoogst persoon lijke begeerte om de leider van dat ver enigd Afrika te worden, want waar Afrika het continent is van de stammen, daar is het ook dat van de chefs, van de sterke mannen. N'Kroemah zwiepte dezer dagen zonder bedenking het grootste deel van zijn par lementaire oppositie de gevangenis in en is, gezien de kostbare standbeelden, die hij voor zich laat oprichten, niet geheel wars van persoonsverering. Touré is een ijzer harde leidersfiguur, die maar moeilijk kan vergeten dat hij langs de vrouwelijke lijn (en dat is in Afrika de geldende) afstamt van de grote negerkoning Samoiy, een krachtig man, die er overigens 1500 echt genoten op na hield. Reeds bij het akkoord omtrent de voorgenomen unie tussen Gha na en Guinea, die de kern van de Afri kaanse eenheid zou moeten worden, ont brandde de strijd tussen deze twee mannen, die door ironische Europese administra teurs niet helemaal zonder redenen als „negerkoningen" worden aangeduid. N'kroemah had namelijk een concept akkoord klaar voor de unie, waarin Guinea zonder meer bij Ghana zou worden inge lijfd. Hij wilde zijn positie versterken, voordat in 1960 Nigeria (32 miljoen in woners tegenover Ghana's 4,2 miljoen) on afhankelijk wordt. Want ook daar wacht een sterke man, dr. Azikhwe, kortweg „Zik" genoemd. Afrikaanse eenheid dus, maar onder lei ding van de grote N'kroemah, dacht Gha na's premier. Omtrent Sékou Touré's be reidheid zich weg te cijferen, had N'kroe mah overigens beter eerst enige inlichtin gen kunnen inwinnen bij Touré's voor malige politieke patroon, Houphouet-Boig ny. Touré bracht het akkoord terug tot een intentie-verklaring met een hele serie in- gebreide voorbehouden. Want hij heeft de gok van de directe onafhankelijkheid met gewaagd om zich te laten inlijven, maar, integendeel, om op den duur andere ge bieden uit Frans-Afrika naar zich toe te lokken en zo meer ijzêrs in het vuur te krijgen. Dit was één voorproefje van de bittere strijd tussen persoonlijke rivalen, die zich binnen het Afrikaanse eenheidsstreven af speelt, een strjjd, die nog bitterder zal worden, wanneer in de komende jaren andere Westafrikaanse landen Nigeria, Togo, Kameroen hun leiders in de ring zullen brengen. Alle vernieuwingswil ten spijt, sterft het oude Afrika niet zo ge makkelijk. Bek af „Hè, gaan we nou nog effe naar de speelgoedafdeling, Pap?" zeurde het knaap je en hij schudde aan het lichaam van zijn vader, alsof het een appelboom was. De man, die een gedoofde sigaar als een vlaggetje vasthield, was kennelijk doodmoeJuist hapte hij naar adem om een zwak protest te uiten, toen zijn doch tertje met een fluwelen stemmetje zéi: „Hè ja, én naar de gekleurde kerstballen!" Tobberig zei hij: „Maar we komen er toch net vandaan!?" De menigte duwde de vader met zijn drie kinderen in de richting van de meubelafdeling. „Gaan jullie dan nog maar even", zuchtte hij tegen zijn oudste dochtertje van 14, „maar over een kwartiertje zijn jullie hier terug, bij deze stoel". En zijn blik rustte verlangend op een olifantgrijs bankstel wat snakte hij er naar, om zijn vermoeide ledematen erop uit te strekken! Het knaap je trok zijn beide zusjes tegen stroom in mee. „Juffrouw Balkenbrij-Juffrouw Balken- brij", zei een lome, hese stem door de microfoon, „zéuven, acht, nul, zéuven zéuven, acht, nul, zéuven...." De man sloop op het bankstel af, keek quasi geïnteresseerd naar het prijskaartje dat aan de tafel bevestigd was, loerde om zich heen en toen hij geen verkoper ont waarde, liet hij zich voorzichtig in de kus sens wegzinken. Hè, dat zat prima, de prijs was dan ook niet voor de poes, mijmerde hij en een wolkenveld van slaap en tevre denheid kwam over hem. Met een ge woontegebaar schopte hij zijn schoenen uit en luisterde met reeds half gesloten ogen naar het geroezemoes en de hese, iet wat nasale stem: „Juffrouw Schillemans Juffrouw Schillemans vijf, een, drie, zéuven vijf, een drie, zéuven". Zou er wel ooit iemand naar luisteren, vroeg hij zich af of zou die hese stem het alleen maar uit verveling zeggen? Hij dommelde weg. Plotseling werd hij tot de werkelijkheid teruggeroepen door een droog kubhje: „Heeft meneer interesse voor dit bankstel?" De man schrok op, sprong overeind als of er een veer in hem zat en stotterde: „Nee, tja, dat is te zeggen, ik probeerde het even; we kopen nóóit iets, zonder het eerst geprobeerd te hebben ik zal maandag met mijn vrouw terug komen". De verkoper trok zijn wenkbrauwen op, terwijl de man zijn schoenen weer aan trok. Konden ze een mens dan nooit eens met rust laten? Toen hij een belendende stapel tapijten in het oog kreeg, wipte hij daar schielijk naar over de verleiding was té groot en liet zich er met een lichte kreun op neer. Eventjes maar, dacht hij en strekte zich er behagelijk op uit. Ditmaal viel hij in een zéér diepe slaap. Hij werd wakker doordat iemand bezig was zijn voorhoofd te betten en toen hij zijn ogen opsloeg, zag hij drie angstige kindergezichten, een oploop van mensen en een jongeman, die hem met een glas ivater naderde. Even later stond hij met zijn kinderen op de roltrap naar beneden. „Een originele reclamestunt", hoorde hij een dame zeggen. „Juffrouw Goudappel Juffrouw Goud- tppel", zeurde de stem hem nog na Marianne van Raait Advertentie White Label f 8.3S Jonge Schiedammer f 7.50 per literfles Uit de Opregte Donderdagse Haerlemsche Courant van 14 December 1758 ALZO zeker Mans-Persoon op den 4 De cember 1758 t' Amsterdam uyt een Burger-Huys is weggegaan, aanhebbende een Blaauwe Rok en Kami zool met Kopere Vergulde Knoopen, zwarte Koussen, vierkante Zilvere Gespen op de Schoenen en aan de Broek, een witte Das om de Hals, grijze gesneden Paruyk op het Hoofd, het Lin nen gemerkt I.V.K.; die dezelve Persoon te regt brengt, het zy levendig of dood, of eenige onderrigt weet te geeven by Willen Pruysenaar in de Hartestraat, zal 2 Du- caten tot een Vereering hebben.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1958 | | pagina 3