Dr. Drees stelt zich niet meer kandidaat voor een Kamerzetel r Het Belgisch-Nederlands cultureel verdrag Tapijt Narcissusgereed MINISTER VAN STAAT 0p de' Hit if bfrlfiiFn tijb Van dag tot dag e Tito debarkeerde in Tandjong Priok §TEEDS VERSE AANVOER Hij zal nog wel deelnemen aan de verkiezingsactie van de P.v.d.A. <~Pracitótoel 3 Bevrijdt u Ballon zou Zuid-Amerika reeds naderen ACTIFRAL 10 PHILIPS-ROXANE r, Hoofddirecteur der Posterijen DINSDAG 23 DECEMBER 1958 Nederland heeft een „nieuw" (zij het danook voor negentig percent oud) kabinet, en men kan dus zeggen dat de kabinets crisis voorbij is. Maar dat daarmee ook de politieke crisis voorbij zou zijn, zal nie mand durven beweren. De Partij van de Arbeid heeft zich los gemaakt van de regering en zal haar poli tieke verlangens nu dus alleen in de volle openbaarheid van het parlement en niet tevens in de beslotenheid van de minister raad verdedigen. In de ministerraad moest het streven uiteraard, gezien de brede ba sis van het kabinet, altijd gericht zijn op het bereiken van een compromis. In het parlement en dan vooral in een periode die voorafgaat aan Kamerontbinding en nieuwe verkiezingen zal er eerder naar worden gestreefd, juist de tegenstellingen tussen de wensen van de P.v.d.A. en het regeringsbeleid zo schel mogelijk te be lichten. De politieke crisis zal daardoor, zoals voor de hand ligt, eerder verscherpt dan overwonnen worden. Hierbij doet zich het merkwaardige feit voor, dat de P.v.d.A. zich klaarblijkelijk wèl heeft voorgenomen, tijdens de nog res terende arbeidsperiode van de huidige Tweede Kamer felle oppositie te voeren en ook haar verkiezingscampagne vooral het karakter van een strijd tegen de „rechtse" partijen te geven, maar dat zij als ze ooit weer aan het regeringsbeleid wil deel nemen toch weer met één of meer van die partijen zal moeten samenwerken. En precies zo is het voor die andere partijen, en wel in het bijzonder voor de K.V.P., die als de verkiezingen tenminste geen politieke aardverschuiving van Ameri kaanse proporties te zien zullen geven desnoods een coalitie met de Protestants- Christelijke partijen en de V.V.D. zou kun nen vormen, maar toch de P.v.d.A. heel ongaarne in het volgende kabinet zou missen. In Den Haag werd gisteren al gezegd, dat prof. Beel zich bij het voeren van zijn beleid vooral zal laten leiden door de over weging, dat met betrekking tot de kabi netsformatie in maart a.s. „alle mogelijk heden open moeten blijven". En de (r.-k.) Volkskrant van vanochtend zegt ronduit, dat de breuk met de P.v.d.A. „slechts node is aanvaard" en dat prof. Beel zeker geen situatie wil scheppen „waardoor het, na de verkiezingen, nog moeilijker zou worden om de breuk te helen". Het helen van die breuk is voor de K.V.P. namelijk van zeer groot belang omdat zij, door te regeren met de socialisten in de oppositie, wel eens een deel van haar aantrekkelijkheid voor katholieke arbeiders aan de P.v.d.A. zou kunnen verliezen. Wij moeten bij deze situatie onwille keurig denken aan het middeleeuwse versje van de twee koningskinderen, die elkaar zo lief hadden maar niet bij elkaar konden komen, „want het water was veel te diep". Weliswaar is de soort van liefde, die de K.V.P. en de P.v.d.A. voor elkaar voelen, niet van de door Plato beschreven aard men zou haar in de stijl der moderne psychologen eerder „haatliefde" kunnen noemen maar dat ook zij zich naar el kaar toe gedreven voelen valt niet te ont kennen. Alleen.... het water is veel te diep. En door wat er de volgende twee-en- een-halve maand zal worden gezegd en ge daan zal het vermoedelijk nog wel dieper worden. Of en zo ja, hoe deze twee ko ningskinderen te lange leste tóch bij el kaar zullen komen, zal danook wel het onderwerp gaan vormen van een reeks spannende tafrelen. Op 18, 19 en 20 december is in Gouda de drieëndertigste vergadering gehouden van de gemengde technische commissie voor de uitvoering van het Belgisch-Ne derlands cultureel verdrag. Dit deelt men ons mede van de zijde van het ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschap pen. De vergadering werd voorgezeten door mr. H. J. Renink, directeur-generaal voor de kunsten en de buitenlandse cultu rele betrekkingen. De Belgische delegatie stond onder leiding van de heer J. Kuy- pers, gevolmachtigd minister, belast met de culturele betrekkingen. Op uitnodiging van de burgemeester van Gouda, dr. mr. K. F. O. James, heeft de commissie ver gaderd in het stadhuis aldaar. Op het gebied van de uitwisseling van tentoonstellingen werd besloten tot het or ganiseren van een tentoonstelling van wer ken van de Belgische kunstenaar Jozef Contré in drie Nederlandse steden. De tentoonstellingscollectie zal worden sa mengesteld door de heer J. van Lerber- ge, adviseur bij de dienst van kunstpro- paganda van het ministerie van Openbaar Onderwijs in Brussel. Van Nederlandse zijde zal een tentoon stelling van moderne Nederlandse schil derkunst naar België worden gezonden. Een tentoonstelling van Vlaamse miniatu ren zal in de komende zomer in Brugge, Parijs en Amsterdam te zien zijn. Het grootste deel van de miniaturen zal af komstig zijn uit Brussel, voorts zullen er inzendingen zijn uit verzamelingen van Amsterdam, Wenen en andere grote Europese verzamelingen. Een documen taire tentoonstelling van werken van Ja mes Ensor zal ter beschikking komen voor een rondreis door Nederland. Een Neder landse en een Franse versie van de Ne derlandse documentaire tentoonstelling „Wie was Rembrandt" maken op het ogenblik een tournee door België. Uitvoerig heeft de commissie aandacht geschonken aan hetgeen in de Raadge vende Interparlementaire Beneluxraad is besproken tijdens de vergadering op 28 en 29 november in Den Haag, die gewijd was aan de culturele betrekkingen tussen de Beneluxlanden. Met name heeft de commissie gesproken over de uitbreiding van de taak van de commissie op het ge bied van volksontwikkeling en volkscul tuur alsmede op het gebied van het cul turele grensverkeer. Op het gebied van het beroepstoneel staat Advertentie van rheumatiek, spit, ischias, hoofd- en zenuwpijnen. Neemt daarvoor Togal, het middel bij uitnemendheid, dat baat waar andere falen. Togal zuivert de nieren en is onschadelijk voor hart en maag. Bij apoth. en drogisten 0.95, 2.40 en 8.88. DJAKARTA (Reuter) President Tito van Joegoslavië is dinsdagochtend met zijn jacht Galeb de haven van Tandjong Priok binnengevaren. Hij brengt officiëel bezoek van tien dagen aan Indonesië. Ra dio-Djakarta meldt, dat duizenden hem op de kade een welkom toeriepen. Bij het verlaten van het jacht werd maarschalk Tito begroet door president Sukarno, die in een welkomstrede zeide, dat de Joegoslavische president door zijn sociaal idealisme zich tot een wereldbur ger had gemaakt. Hij noemde Tito een groot strijder voor de vrijheid van zijn land en volk, en verklaarde verheugd te zijn over het bezoek van de Joegoslavi- vische president en diens echtgenote. Tito sprak op zijn beurt zijn blijdschap uit over zijn bezoek, dat gelegenheid zal bieden tot gedachtenwisseling op verschil lend gebied. De voornaamste doelstel lingen van Joegoslavië en Indonesië zijn gelijk: strijden voor het welzijn van het volk en het handhaven van een neutrali teitspolitiek in wereldzaken. Na de begroeting reden de beide presi denten naar het staatspaleis, waar Tito gedurende zijn bezoek zal logeren. Onder weg werden zij toegejuicht door talloze Indonesiërs, die langs de kant het voorbij rijden van de twee presidenten gadesloe gen. In de Haarlemse werkplaats tot herstel van antiek textiel is dezer dagen het voor Nijmegen bestemde tapijt „Narcissus" gereedgekomen. Het herstel van dit tapijt is niet gemakkelijk geweest: er zijn meer dan 34.000 werkuren aan besteed. In som mige details had het tapijt zó geleden dat zelfs de tekening niet meer duidelijk was. De „Narcissus" behoort tot een serie „De Metamorphosen van Ovidius", waarvan in Engeland ook een exemplaar aanwezig was. Met behulp hiervan kon men de ont brekende details achterhalen. Het tapijt beeldt een verhaal uit Ovidius' „Metamor phosen" uit: aan Narcissus is bij zijn ge boorte een lang leven voorspeld, mits hij zichzelf niet zal kennen. Links op de voor grond ziet men Narcissus, als hij de liefde versmaadt van de nymf Echo, die door een wraakneming van Juno niet kan spre ken, maar wier stem als een echo weer klinkt In het midden staat Narcissus af gebeeld, die ineengedoken aan een bron, zijn schoon gelaat weerspiegeld ziet en SANTA CRUZ (UPI) De afgelopen ze ven dagen heeft men in Santa Cruz, Tene- rife, geen nieuws vernomen van „The small world", de ballon, die met drie man nen en een vrouw woensdag 12 december voor een tocht over de Atlantische Oceaan vertrok. Men neemt aan dat de ballon niet uit de koers is geraakt en zich thans op ongeveer 500 km. van de kust van Zuid- Amerika bevindt. NAT TRAVERS OVERLEDEN LONDEN (UPI) De Engelse komiek Nat Travers, koning van de plat-Londense humor, is maandag op de leeftijd van drieëntachtig jaar overleden. Sinds zijn achtste jaar is hij opgetreden in alle mo gelijke volkstheaters. Vorig jaar speelde hij nog eens een sketch, die hij in 1900 op voerde met de toen tien jaar oude Charlie Chaplin. zich niet meer aan dat beeld onttrekken kan. Wegkwijnend aan de bron wordt hij door de góden veranderd in een bloem, die nog steeds zijn naam draagt. Het ta pijt zal op de dag vóór Kerstmis in het Frans Halsmuseum worden geëxposeerd. Op 5 januari zal het naar zijn definitieve bestemming, het Nijmeegse stadhuis, wor den vervoerd. een uitwisseling van drie voorstellingen op het programma voor 1959-1960. Ook de uitwisseling van amateurtoneelvoorstel lingen zal worden bevorderd. De commis sie heeft tevens aandacht geschonken aan de resoluties van de achtste algemene con ferentie der Nederlandse letteren, welke op 7 en 8 november in Den Haag bijeen is geweest. De mogelijkheden tot verwezen lijking van de daarin tot uitdrukking ge brachte wensen zullen nader onderzocht worden. Op het gebied van de muziek zal de uit wisseling van musici als onderdeel van de middagconcerten in Brussel en de mu seumconcerten te Amsterdam plaats heb ben. De Nederlands-Belgische componis- tendagen, welke in 1958 in Bilthoven zijn gehouden, zullen volgend jaar weer in Bel gië georganiseerd worden. In Gent zal door de universiteit een „Ne derlandse universitaire week" worden ge houden, tijdens welke een aantal Neder landse geleerden gastcolleges zullen ge ven. Een overeenkomstige „Belgische uni versitaire week" zal plaats hebben aan de universiteit van Nijmegen. Het aantal beurzen dat wederzijds op nieuw beschikbaar gesteld zal worden zal gehandhaafd blijven. Daarnaast zullen voor zover de beschikbare middelen dat toelaten beurzen beschikbaar gesteld wor den voor het bijwonen van zomercursus sen. De subsidies aan groepsreizen van studenten onder leiding van hoogleraren zullen worden voortgezet. Het is geble ken, dat de belangstelling voor deze rei zen in beide landen toeneemt. Wat betreft de gelijkwaardigheid van di ploma's kan vermeld worden dat in Bel gië een Koninklijk Besluit in voorberei ding is, waarbij een aantal Nederlandse universitaire getuigschriften op het ge bied der letteren en wijsbegeerten als ge lijkwaardig met de overeenkomstige Bel gische erkend zal worden. In Nederland wordt de gelijkwaardigheid van zodanige Belgische getuigschriften reeds erkend. Bezien zal worden in welke mate het Ne derlandse Koninklijk Besluit, waarbij de toelating tot universitaire examens gere geld wordt van degenen die in het bezit zijn van een Belgisch gehomologeerd hu- manioragetuigschrift van Latijn-weten schappen. Op het gebied van de spelling der Ne derlandse taal wordt momenteel overleg gepleegd tussen beide landen voor de re geling van de spelling der bastaardwoor den. Op het gebied van de technische ter minologie zal zeer binnenkort een woor denboek verschijnen, dat is samengesteld door de centrale taalcommissie voor tech niek, onder voorzitterschap van prof. dr. Krul. Bij de samenstelling van het woor denboek is voortdurend overleg gepleegd met de bevoegde Belgische instanties. Het boek wordt uitgegeven met steun van de beide regeringen. Aan de uitwisseling van Kweekschoolleerlingen zal veel aandacht worden geschonken. Een uitwisseling tus sen twee scholen uit ieder land staat op het programma. Advertentie Met de benoeming van dr. Drees tot mi nister van Staat heeft de Kroon het staatshoofd handelende op advies en on der verantwoordelijkheid van de minister president en diens ambtgenoten een al leszins verdiende onderscheiding verstrekt aan een figuur, die sinds een lange reeks van jaren zich op voorbeeldige wijze aan 's lands belang heeft gewijd. Het minis terschap van Staat is, wel beschouwd, de T Dr. W. Drees zal nog deelnemen ,aan de verkiezingsactie van de Party van de Ar beid, maar stelt zich niet kandidaat by de komende Kamerverkiezingen. De P.v.d.A. zal naar een andere lijsttrekker moeten omzien. Dr. Drees ambieert geen openbaar ambt meer. „Ik had me al op mijn zeven tigste, twee jaar geleden, willen terugtrek ken. Maar in 1956 heeft men mij overge haald nog één keer een kabinet te vormen. Nu, op mijn 72ste, wil ik er toch echt mee ophouden," vertelde dr. Drees ons, toen wy hem gistermiddag opzochten, enkele uren nadat de Koningin zijn ontslag had aan vaard. Dertieneneenhalf jaar achtereen heeft dr. Drees zyn invloed doen gelden op het landsbeleid, ruim drie jaar als minister van Sociale Zaken en ruim tien jaar als minister-president. Als kampioen van de „brede basis" wist hy een samen werking tot stand te brengen, die het bui tenland deed spreken van „Het Nederland se wonder", het verrassend snelle herstel na de tweede wereldoorlog. Schokkende gebeurtenissen en zware tegenslagen zijn ons land in de tien jaar van dr. Drees' premierschap niet bespaard. Maar noch het Indonesische drama, noch de watersnoodramp vermochten het na oorlogse herstel te fnuiken. Hoe groot de problemen ook waren, hoe zwaar de ver antwoordelijkheid ook drukte op de leider van het kabinet, dr. Drees liet zich niet van zijn stuk brengen, hield het hoofd koel, bleef vasthouden aan de breedst mogelijke samenwerking en boezemde vertrouwen in door zijn volkomen integriteit, zijn eenvoud en zijn rust. Terugblik Voor de laatste keer stond gistermiddag een dienstauto van het departement van Algemene Zaken voor de woning van dr. Drees aan de Beeklaan in Den Haag. De chauffeur bracht mappen met persoonlijke papieren van dr. Drees. De pas tot minister van Staat benoemde oud-premier zat mid den in de drukte van de afwikkeling van zijn ambt. Toch was hij onmiddellijk bereid ons even te ontvangen. En met dezelfde pret tige rust en vriendelijkheid, die hem altijd heeft gekenmerkt, beantwoordde de afge treden premier onze vragen. Waar hij nu het liefst op terug zag? Dr. Drees noemde direct zijn ambtsperiode als minister van Sociale Zaken in het kabinet Schermerhorn-Drees (19451946) en het daarop volgende kabinet-Beel (19461948). „Een minder spectaculaire functie dan het premierschap, maar aantrekkelijk omdat je initiatieven kon nemen en meer recht streeks vruchtdragend werk kon doen." Als minister van Sociale Zaken kon de heer Drees zich geheel geven aan het herstel van de ongestoorde arbeid en de bevorde ring van samenwerking tussen werkgevers en werknemers. Hij zorgde voor de Nood wet Ouderdomsvoorziening (voorloopster van de A.O.W.) en nam het initiatief voor de werkloosheidsverzekering. Als minister-president werd de coördina tie van de werkzaamheden der verschillen de departementen de voornaamste taak van dr. Drees. Samenwerking in het landsbelang was daarbij zijn leidend beginsel. Samenwerking In het kabinet is er altijd een goede samenwerking geweest, verzekerde hij ons. We konden het altijd eens worden over dé zaken. Er is altijd veel gemopperd over „het gehate compromis" maar hoe kan men het ooit en dat geldt niet alleen voor de regering eens worden zonder compromissen?" Ook over de wetsontwerpen, die hebben geleid tot het uiteenvallen van de „brede basis", bestond eensgezindheid in het kabi net. Dr. Drees herhaalde nog eens wat hij hieromtrent in de Kamer heeft verklaard: Zowel over de onbeperkte verlenging van de prijsbeheersing voor landbouwgronden als over de verlenging met twee jaar van de tijdelijke belastingverhogingen was in de ministerraad overeenstemming bereikt. Eenstemmigheid bestond alleen niet over de politieke consequenties van amendering der belastingontwerpen. Wat hij dacht van de oplossing der kabi netscrisis? Hierover wilde dr. Drees zich liever niet uitlaten, alvorens het nieuwe kabinet zich aan het parlement heeft voor gesteld. Het woord is nu in de eerste plaats aan de Tweede Kamer. Nog eenmaal zal de man, die in zo grote mate zijn stempel heeft gedrukt op het na oorlogse beleid, zich in het politieke strijd gewoel storten om de Partij van de Arbeid, zij het dan niet als lijsttrekker, te steunen in de verkiezingsslag. Daarna zal hij zich terugtrekken uit de dagelijkse politiek. hoogste onderscheiding, die hier te lande bestaat. Het is geen functie, alleen een ere-titel. Zo is het althans heden ten da ge en dit nu al meer dan een eeuw lang. Aanvankelijk was dit niet het geval. Voor het eerst kwam het in het Koninkrijk tot benoeming van twee staatsministers (hetgeen hetzelfde als ministers van staat was) in 1815. Toen zagen zich de graven van Hogendorp en de Thiennes, welke laat ste een vooraanstaande figuur uit de Zui delijke Nederlanden was, hiertoe benoemd bij K.B. van 16 september no. 223. Beide maakten mét de portefeuilles-dragende ministers deel uit van de Kabinetsraad, die door de Koning zelf werd voorgezeten. Een goed jaar later nam Van Hogendorp, die vice-president van de Raad van State was, ontslag uit dat ambt. Intussen hield het K.B. dat zijn ontslagverlening bevat te in, dat hij de titel en rang van Staats- Minister behield en voorts een bepaling, waardoor de Koning hem eventueel tot deelneming aan bijeenkomsten van de Ka binetsraad kon doen roepen. In deze kor te samenvatting van de geschiedenis van het Ministerschap van Staat is het onge twijfeld op zijn plaats melding te maken van de omschrijving van die „functie" door Koning Willem I in een „eigenhandig schriftuurtje" van 8 maart 1818. „Deze ti tel is te bepalen voor ministers, welke geen departementen hebben, doch als in actieve dienst beschouwd worden. Zij hou den zich op in een der residentiën (dat waren toen Den Haag en Brussel) en wo nen de Kabinetsraad bij, alwaar zij kun nen zitting hebben als gelijk in rang zijn de met de overige met portefeuille belas te ministers. Zij worden naar omstandigheden ge bruikt tot temporaire commissies, zo bin nen -als buitenlands, adviseren de Koning daartoe bijzonder geroepen zijnde, en wor- benoemd tot presidenten van commissies van gewicht, evenals dezelve gezamen lijk een consultatieve commissie formeren wanneer meerdere zich ophouden in de zelfde residentie. Hun tractement wordt bepaald op 10.000 fl., doch wanneer zij uit anderen hoofde tractementen genieten, komt zulks in competitie in welk geval de te maken bepaling hiernaar bij iedere be noeming zal gewijzigd worden". Tot zover bedoeld „schriftuurtje". In herinnering zij gebracht, dat in het tijdperk, waarom het hier gaat, de minis teriële verantwoordelijkheid nog geheel en al ontbrak en het zwaartepunt volkomen bij de Koning lag. Hij zat de bijeenkom sten met de ministers, die louter zijn per soonlijke raadslieden-dienaars waren, voor in wat heette de Kabinetsraad. In 1823 geraakte dit college vrijwel geheel in onbruik. In dat jaar ontstond de minister raad, waarin de ministers van staat (met uitzondering van het tijdperk 1842-1850, toen de mogelijkheid bestond hen daaraan eventueel te laten deelnemen) geen zitting kregen. Van 1850 af is het buiten kijf, dat minister van staat niet meer, zoals eer tijds, een ambt is. Er is danook van bezol diging geen sprake meer. Vrij dikwijls kwam het aanvankelijk nog voor, dat oud-ministers de titel minis ter van staat kregen. Allengs echter ge beurde dit minder veelvuldig. En zeker kan men zeggen, dat nu reeds meer dan zestig jaar lang verlening van deze hoogste ere titel tot de zeldzaamheden behoort. Een heel enkele keer komt het wel eens voor, dat tijdens een kabinetscrisis of in een formatieperiode het staatshoofd een of meer Ministers van Staat raadpleegt. Dat geschiedt dan echter bovenal op grond van hun rijke ervaring op staatkundig ter rein en vermoedelijk geldt dan tevens de overweging, dat zij zelf gemeenlijk bui ten de dagelijkse politieke strijd staan. Het is m.i. gelukkig, dat benoemingen tot Minister van Staat tot de grote zeldzaam heden behoren. Daardoor heeft verlening van die ere-titel een des te grotere waarde verworven en betekent zij een bijzondere hulde aan een hoogst „excellente" staats burger. Dr. E. van Raalte (Behalve dr- W. Drees zijn minister van Staat: mr. E. N. van Kleffens, mr- J. R. H. van Schaik, prof. mr. P. S. Gerbrandy, jhr. mr. A. W. L. Tjarda van Starkenborgh Stachouwer en prof. dr. L. J. M. Beel). De kerstversiering Er was eens een klein meisje, dat enkele dagen voor Kerstmis met haar moeder kerstinkopen ging doen. Ze gingen niet ver, niet de drukke stad in, omdat het meisje nog te klein was om in de korte namiddag zo vlug en zoveel te doen zonder moe te worden. Ze gingen naar een winkeltje aan het einde van de laan, daar waar de stad voorgoed ophield en zich plotseling ver loor in de kale, winterse landen. Het meisje hield de moeder bij de hand vast en stapte kordaat naast haar, op weg naar de toegezegde overvloedigheid van versierselen. Tegen het einde van de herfst, even voor het invallen van de winter, zijn er van die wonderlijk zachte dagen, die be- driegelijk aan een lente doen geloven. De wind is strelend en lauw en ruikt naar aarde. Aan de kale boomtakken zijn dikke, glanzende knoppen zichtbaar- De hemel is hoog en lichtblauw met rijen kleine, witte wolken. En de zonsondergangen boven het land zijn rose. Het land ligt in het laatste uur van de korte dag onder een rose hemel, die langzaam verdonkert tot lila, tot zwarte schemer. Die slokt uiteindelijk de laatste rose streep boven de kim op om één ogen blik de stad, het land in het weerkaatste licht van de verdwenen dag te laten en dan alles toe te dekken met zijn egale don kerte. Op zo'n namiddag, de vooravond van de winter, de laatste namiddag van de herfst, liepen de moeder en haar kleine meisje naar de winkel met kerstversierselen. In de etalage was het licht al aan en de dozen met gekleurde ballen, kransen en kaarsen stonden van beneden naar boven tentoon gesteld. Van het plafond af hingen slingers van zilveren en rode kralen en het kleine meisje zei: „Ooo". Er waren, aan een zilveren draad, zwe vende engelen met witte en hemelsblauwe vleugels en het meisje zuchtte verrukt. Er waren ballen, grote en kleine, in aller lei kleuren, groen, rood, blauw, goud en ballen als de regenboog, die paars, rose en geel lieten vloeien over hun oppervlak. De moeder zocht uit in gedachten. „Een zilveren bal en wat ijspegels. Twee kleurige klokjes en een kleine bal. En een piek met bellen". Het kleine meisje had zich intussen om gedraaid en stond, met haar rug naar de etalage, over het land te kijken. Achter een bruine boerderij in de verte omgeven door bruine bomen en bruin struikgewas daalde snel de zon. Er boven hingen in de rose zonsondergang stil en laag wat rose wolken. De moeder zei tegen het kleine meisje: Je mag zelf een versiersel uitzoeken voor de kerstboom. Welke wil je?" „Ik wil die", zei het meisje. En ze wees voor zich uit naar zo'n rose wolk- Maps Valk Advertentie Hoe warm het was en hoe verrukkelijk gezond.. Maar nu gaan over Holland de donkere seizoenen. Moeder, geef Uw gezin en Uzelf wat de zon nu niet geeft. Geef vitaminen. Vitaminen van Philips-Roxane! HET HELE GEZIN ACTIEF EN VITAAL! De 10 belangrijkste vita minen. Niet te veel, niet te weinig. Precies wat U nodig liebt. Eén dragee per dag is voldoende. Flacon met 100 dragees f 2.88. Gezins verpakking - 150 dragees - de helft méér en toch slechts f 3.75. noem de naam - voor alle zekerheid De directeur van het postdistrict Rotter dam, de heer L. Th. Hoolboom, is bij Ko ninklijk Besluit met ingang van 1 januari benoemd tot hoofddirecteur bij het staats bedrijf der P.T.T. Hij wordt belast met de leiding van de hoofddirectie posterijen. Uit de Opregte Dingsdagse Haerlemsche Courant van 19 December 1758 SR. JOUCAILLE, woonende te Gendt op de Koorn-Markt, Zoon van den gewezenen Chirurryn- Major in Dienst van de Hoog. Mog. Heeren Staaten Generaal kan niet nalaaten van zyne physicque On dervindingen in het licht te brengen, bestaande in het genezen der Pokjes, 't zy oud of jong, zodanig dat zy daar nooyt manquement aan de Oogen of eenige geschondenheyd van zullen behouden, geneezende ook het Roodjouk, zuyverende het aangezicht van Puysten en andere Humeuren, hetzelve desguiseerende; tracht ook te helpen quaa- de Borst en Long-Ziekten, waaruit alle teeringen resulteren. Die van zyne Onder vindingen verdere Explicatie begeeren, kunnen zich aan den voorz. adresseeren; hopende een ygelyk (zelfs ter presentie van de Medicyns) Satisfactie te geven.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1958 | | pagina 3