Premier Debré ontvouwde het
Franse regeringsprogramma
Commandant heeft de situatie
niet steeds juist beoordeeld
HET WEER
Prinses Margriet maandag zestien jaar
Assemblee hoorde staande een
oproep van De Gaulle aan
Duits voorstel inzake de
kwestie-Cyprus
«W'MORRIS' 'éefore you êuij!
Uitspraak van de
Marineraad
„Winterflora" geopend
44e JAARGANG NUMMER 62
Daggeld verhoogd van
l/2 op 2 percent
Weinig verandering
STRANDING VAN „DE ZEVEN PROVINCIËN'
Ook sluiting van scholen in
de staat Georgia?
Alle wittebroodsoorten
een cent goedkoper
HAZENBERG'S
PATISSERIE DEKKERS
Het woord is aan
VRIJDAG 16 JANUARI 1959
Kantoor: Lange Nieuwstraat 427, IJmuiden.
Geopend van 9-12.30 en 2-5 uur. Zat. 9-1 uur.
Telef. adm. 5437, chef bezorging na 5 u. 7519.
Telef. redactie 5389, na kantooruren 5080.
Haarlem: hoofdred. en alle afd. Telef. 15295.
IJmuider Courant
DAGBLAD VOOR VELSEN -IJ MUIDEN, SANTPOORT, DRIEHUIS, BEVERWIJK EN OMGEVING
Verschijnt dagelijks beh. zon- en feestdagen.
Abonnement p. week 59 c., p. kwartaal 7.65,
franco p. post 8.15. Losse nummers 12 c.
Giro-rekening IJmuider Courant no. 129288.
Advertentietarieven op aanvraag verkrijgbaar.
Maandag viert Prinses Margriet haar zestiende verjaardag. Een nieuwe,
door H. C. Meyboom vervaardigde foto van de Prinses.
dactiechef te IJmuiden: J. Kosak Uitgave: Grafische Bedrijven Damiate N.V., Grote Houtstraat 93, Haarlem Direc
PARIJS, (UPI). Premier Michel Debré heeft de Franse nationale
vergadering donderdagavond het regeringsprogram voorgelegd dat het
„nieuwe Frankrijk" moet doen ontstaan, waarvoor de vierde republiek
plaats moest maken. Het is een Frankrijk, dat, innerlijk sterk door een
economie zonder de „kunstgrepen" van de Vierde Republiek, met een
krachtige regering, gesteund door het gezag van De Gaulle, met een parle
ment, dat partijverschillen vergeet voor het landsbelang, en in het bezit van
atoombommen, als volkomen gelijkberechtigde een beslissende stem heeft
in de wereldpolitiek.
Vóór de regeringsverklaring las de voorzitter van de nationale vergade
ring, Chaban-Delmas, een boodschap voor van president De Gaulle, waarin
deze aandrong op eensgezindheid in het parlement en het opzij zetten van
versplinterende partij-ambities. De boodschap, die staande werd aange
hoord, vestigde er de aandacht op, dat de pacificatie en hervorming in Alge
rije voorwaarden zijn voor een politieke oplossing, die slechts uit het alge
meen kiesrecht zal kunnen voortvloeien.
„Wij hebben vele plichten ten aanzien
van Europa en het Westen", aldus Debré,
„maar tegenover deze plichten staan ermee
corresponderende rechten, waarmee onze
bondgenoten en partners rekening hebben
te houden". Als één van de verplichtingen
die Frankrijk in het kader van het Atlan
tisch bondgenootschap op zich genomen
heeft noemde de premier „de plicht atoom-
mogendheid te worden, een noodzaak voor
Frankrijk en voor Europa".
Europa
Met betrekking tot Europa zei Debré, dat
het nationalisme een factor is, die niet
ontkend kan worden, „maar over alle
scheidingen heen is nodig de wil een te
zijn". Hij zegde Frankrijks steun toe aan
Euromarkt, Euratoom en E.G.K.S. De
Euromarkt noemde hij onontbeerlijk voor
de Franse economie en ook zal Frankrijk
zich niet verzetten tegen een uitbreiding
van de vrijhandel, mits daarbij garanties
gegeven worden in de geest van de garan
ties die de Euromarktlanden reeds op zich
genomen hebben.
De premier liet er geen twijfel over be
staan, dat zijn regering het lot van Alge-
BONN (AFP) Volgens welingelichte
kringen te Bonn heeft de Westduitse
regering voorgesteld, dat de Turkse min
derheid op Cyprus naar een Grieks eiland
in de Egeïsche zee wordt overge
bracht. Dit laatste eiland, waarvan de be
woners naar Cyprus zouden gaan, zou dan
Turks worden.
De Griekse en de Turkse regering heb
ben de goede diensten van de Bondsrepu
bliek aanvaard. Volgens genoemde krin
gen dient dit Duitse voorstel als basis voor
de besprekingen tussen de ministers van
buitenlandse zaken van Griekenland en
Turkije, die midden-december in Parijs
begonnen en sindsdien werden voortgezet.
Het voorstel van de Bondsrepubliek is
gedaan naar analogie van de uitwisseling
in 1923 tussen Griekenland en Turkije van
bevolkingsgroepen in Thracië en Klein-
Azië.
(Reuter) Inmiddels is aartsbisschop
Makarios, de verbannen leider der Griekse
Cyprioten, van een bezoek aan de V.S.
teruggekeerd. Hij verklaarde bij aankomst,
dat de bevolking van Cyprus bereid is met
Groot-Brittannië te spreken over een
vreedzame en rechtvaardige oplossing van
het vraagstuk Cyprus. „Wij sluiten de
deelneming van andere landen, binnen of
buiten de NAVO, aan deze besprekingen
niet uit".
Nadat het daggeld op 18 november 1958
was verlaagd van 1 tot l1/» percent, is
het vandaag van l'/s op 2 percent gebracht.
Een en ander houdt verband met plotse
linge krapte op de geldmarkt, waarvan de
directe oorzaken niet gemakkelijk te vin
den zyn.
De verhoging van het daggeld wekt in
geldkringen in deze omstandigheden geen
verwondering, maar wel het feit, dat dit
geschiedt met een half percent tegelijk. De
veranderingen in de laatste maanden, zo
wel naar boven als naar beneden, vonden
steeds met een kwart percent plaats.
A dvertentie
BARTELJORISSTR. HAARLEM TEL. 13439
NOORSE TRUIEN - SOKKEN
Verwachting tot morgenavond:
Opklaringen met hier en daar
een sneeuwbui. Hier en daar
mist. Lichte vorst tot tempera
turen om het vriespunt, maar
vannacht en morgenochtend in
het binnenland plaatselijk mati
ge vorst. Weinig wind.
Volledige weerrapporten op pagina twee.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWAALF PAGINA's
De Marineraad deed heden uitspraak
over het aan de grond lopen van de krui
ser „Zeven Provinciën" op het westelijk
havenhoofd van de nieuwe marinehaven te
Den Helder op 26 augustus. De raad was
van oordeel, dat het ongeval niet is te wij
ten aan onachtzaamheid of verzuim van
de commandant, doch aan een onjuiste be
oordeling door de commandant tijdens het
uitvoeren van de aanloopmanoeuvre van
de haven.
De raad stelt voorop, dat de aanwezig
heid van de baggermolens voor en in de
haveningang, welke een ernstige belem
mering vormden voor het vrij in- en uit
varen van grotere marineschepen, de com
mandant in belangrijke mate beïnvloed
heeft bij het uitvoeren van zijn manoeu
vre. De raad kan zich echter op enige pun
ten niet verenigen met de beoordeling door
de commandant van de door hem te ne
men maatregelen.
Aangezien bij de commandant nog geen
zekerheid bestond, dat het schip, varende
met één schroef in ondiep water, volledig
manoeuvreerbaar zou zijn, is de raad van
oordeel dat de commandant zich had die
nen te houden aan het voorschrift betref
fende het voeren van twee zwarte ballen,
hetgeen hem bij het naderen van de Texel
se boot van voordeel had kunnen zijn.
Met het besluit van de commandant om
de kruiser, slechts voortgestuwd door de
bakboordschroef in de haven te brengen,
kan de raad zich verenigen, echter niet
met het daarmede in verband staande be
sluit om, zo dit nodig mocht blijken, als
nog de stuurboordmachine bij te zetten.
Het gevaar was naar het oordeel van de
raad dan niet denkbeeldig, dat in een
dergelijk geval de lekkage van de stoom-
leiding zich zodanig zou ontwikkelen, dat
in het geheel niet meer zou kunnen wor
den gemanoeuvreerd.
Het zou volgens de raad ook wenselijk
ATLANTA (Reuter) Gouverneur
Ernest Vandiver van Georgia heeft don
derdag by het parlement van deze Ame
rikaanse staat een wetsontwerp ingediend,
dat hem in staat stelt de scholen te sluiten
indien deze bevel krijgen rassenintegratie
toe te passen.
In de donderdag gehouden vergadering
van de Rayonale Bakkerij-Commissie te
Haarlem is besloten om de prijs voor alle
soorten wittebrood met één cent te ver
lagen. Dit geldt voor het gehele rayon
Haarlem, waaronder ook IJmuiden ressor
teert.
De prijsverlaging gaat maandag in.
zijn geweest, dat de commandant van zijn
voornemen op één schroef binnen te lopen
aan de havenautoriteiten kennis had ge
geven. De raad verschilt met de comman
dant verder van oordeel over de door deze
gevolgde aanloopmanoeuvre.
Hoewel de omstreeks het tijdstip der
stranding lopende ebstroom noch volgens
de stroomkaarten, noch volgens de zeil-
aanwijzingen met zekerheid was te ver
wachten, was het veiliger geweest, dat de
commandant de mogelijkheid van een der
gelijke stroom in zijn overwegingen had
betrokken.
Het is de raad voorts opgevallen, dat bij
het geven en doorgeven der roerorders een
misverstand is opgetreden over de door
de commandant bedoelde roeruitslag.
Naar het oordeel van de raad is het mo
gelijk, dat hierdoor de draai naar stuur
boord korter is geworden dan door de
commandant was bedoeld.
Met de na het vastlopen van de kruiser
genomen maatregelen kan de raad zich
geheel verenigen. Deze geven blijk van
voortvarendheid van de commandant en
van nauwgezette plichtsbetrachting van de
officieren en schepelingen.
rije nauw wil verbinden aan dat van
Frankrijk, want „zonder Frankrijk zou er
in Algerije slechts armoede, haat en ras-
senstrijd zijn, terwijl er nu dankzij onder
wijs, beroepsscholing en emancipatie der
vrouwen een nieuw en verjongd land ont
staat.".
Voor zijn Algerijnse politiek verwacht
Frankrijk steun van zijn bondgenoten, bij
voorbeeld tegen „hatelijke aanvallen" in
de UNO, want „wij kunnen niet in Europa
verbonden zijn tegenover een zekere drei
ging en in het gebied van de Middellandse
Zee verdeeld tegenover dezelfde dreiging".
Debré wees erop, dat De Gaulle's „vre
desaanbod aan de dapperen" van oktober
nog steeds geldt, maar hij wees alle ge
ruchten dat Frankrijk nu in Algerije een
wapenstilstand zou beginnen in de hoop
dat de rebellen hetzelfde doen, als dwaas
van de hand.
De binnenlandse politiek van de nieuwe
regering zal getuigen van durf en tegelijk
een vaste lijn vertonen. De regering zal
pogingen doen de belangstelling van de
arbeiders voor hun fabrieken te vergroten
door hen te betrekken in het beleid en de
vakbonden zullen ingeschakeld worden in
het beraad over 's lands economie.
De prijzen moeten eerlijk zijn, aldus de
premier. Er moet een eind komen aan de
„kunstgrepen en subsidies" van de Vierde
Republiek. De regering zal trachten ze
laag te houden door het opvoeren van de
produktie, centralisering van de markten
en modernisering der produktiemethodes.
De restauratie van Frankrijk, aldus Debré,
zal een actie op lange termijn vergen en
de volledige inzet van een nagenoeg eens
gezinde natie.
Facade
Onze correspondent in Parijs schrijft
over deze zitting van de Nationale Ver
gadering:
Na de debatten, die zich in een onge
woon kalme atmosfeer voltrekken, zal er
vandaag over het regeringsprogramma
worden gestemd. De uitslag zal nauwelijks
directe invloed op het voortbestaan en
zelfs het beleid van het kabinet kunnen
hebben en op een massale meerderheid
mag de r.ieuwe regering ongetwijfeld
rekenen. Gisteravond werd verwacht, dat
van de ruim vijfhonderd leden alleen de
vijftig socialisten en tien communisten
plus nog enkele individuele opposanten
zich bij de stemming tegen de regering
zouden keren.
Vanmorgen heeft de tulpenkoningin in
het Haarlemse Krelagehvis de bloemen
tentoonstelling „Winterflora" geopend.
In de afgelopen dagen is er hard. aan
de inrichting van deze fraaie expositie
gewerkt. De foto geeft een overzicht
van de Winterflora op het moment, dat
er de laatste hand aan wordt gelegd.
Men kreeg uit de verklaring van Debré
soms de indruk zoals de socialistische
woordvoerder Leenhart later zou op
merken dat Debré inzake Algerije wat
minder ver wilde gaan dan De Gaulle. In
tegenstelling met het staatshoofd sprak hij
niet van een eigen Algerijnse persoonlijk
heid, maar van de ontwikkeling van Al
gerije in het raam der Franse soevereini
teit.
Het Algerijnse probleem heeft ook deze
eerste zitting van het nieuwe parlement
in overwegende mate beheerst. De ze
nuwen van de Algerijnse vertegenwoordi
gers en van de ultrarechtse groepen zijn
nog altijd hevig overstuur vanwege de ver
denking dat De Gaulle het achter hun
ruggen om op een akkoord met de rebellen
zou kunnen gooien. In dat verband werd
in de wandelgangen de zinsnede uit De
Gaulle's boodschap druk bediscussieerd,
waarin hij nadrukkelijk naar het algemeen
kiesrecht verwijst. Men vroeg zich met
enige ongerustheid af, of De Gaulle zijn
oplossing van het Algerijnse vraagstuk
eventueel mettertijd aan een nieuw
referendum zou willen onderwerpen. Het
is nu wel duidelijk, dat de zienswijzen van
De Gaulle en de grote meerdei-heid van de
Assemblee met betrekking tot de toekomst
van Algerije nog al ver uiteenlopen, al
worden die verschillen voor het forum van
het parlement dan ook zo veel mogelijk
verdoezeld.
Men heeft zo gisteren misschien een eer
ste voorproefje genoten van het politiek
systeem, zoals dat nu in Frankrijk onder
de vijfde republiek vermoedelijk zal gaan
functioneren. De parlementaire en demo
cratische vormen worden nog in acht ge
nomen, al deelt in feite de president der
republiek dan ook de lakens uit. De rechtse
oppositie tegen de liberale gedragslijn, die
De Gaulle in Algerije volgen wil, mani
festeert zich niettemin, maar achter een
facade van gaullistische eensgezindheid.
Advertentie
maakt het u gezellig thuis
met GEBAK uit
1e klas banketbakkerij
ZATERDAG NIEUWE SOORTEN GEBAK
Roomsoesjes65 ct p. 100 gr.
Chocolade met noten
95 ct p. 100 gr.
Pencé's ƒ1.p. stuk
Feest-Petitfours 22 ct. p. stuk
CENTRUM GALERIJ - TEL. 6479
Advertentie
onzbMOCCONA'S a 30ct
zijn onovertreffelijk - uitsluitend roomboter.
CENTRUM GALERIJ - TELEFOON 5302
Advertentie
KOMPLETE UITRUSTINGEN
voor alle Maatschappijen van de
KOOPVAARDIJ
TERLENKA UNIFORMEN
UNIFORM-SPECIALISTEN
Zijlstraat 71 Haarlem
George Eliot:
Sommige mensen gedragen zich als een
haan die denkt dat de zon opkomt om
hem te horen kraaien.
De nieuwe Franse premier, Michel De
bré, heeft nu hij zich geconfronteerd
ziet met de actuele vraagstukken, verbon
den aan het voeren van een praktisch re
geringsbeleid kennelijk gebroken metzijn
„anti-Europees" verleden. Hij heeft blijk
baar ingezien, dat de zes West-Europese
landen, die de drievoudige Gemeenschap
vormen, op een niet meer te stuiten wijze
bezig 2ijn naar elkaar toe te groeien, en
dan dit feit niet ongedaan kan worden ge
maakt door het te ontkennen. In zijn eer
ste regeringsverklaring heeft Debré uit
drukkelijk de steun van de nieuwe Franse
regeerders aan de betrokken organen van
de Economische Gemeenschap, Euratoom
en de Kolen- en Staal-Gemeenschap toege
zegd en de eerstgenoemde organisatie heeft
hij zelfs ronduit „onontbeerlijk" genoemd.
Wij kunnen er ons slechts over verheu
gen, dat Debré, die op de Europese parle
mentaire vergaderingen in Straatsburg
vaak de indruk heeft gewekt, heel de
Europese integratie als een uitvinding van
de duivel te beschouwen, nu van die opi
nie is teruggekomen en de noodzaak van de
samengroei der zes landen ook voor
Frankrijk zelf volmondig heeft erkend.
Dit verheugt ons te meer, omdat die er
kenning op dit tijdstip is gekomen, name
lijk op het ogenblik waarop Debré de ver
antwoordelijkheid voor het regeringsbeleid
heeft aanvaard en de samenwerking in
Europees verband dus een onderdeel van
zijn feitelijke taak wordt. In schrille tegen
stelling tot hetgeen vroeger zo dikwijls is
beweerd namelijk dat de integratie-ge
dachte een utopie was, waaraan alleen
werd geloofd door mensen die de politieke
werkelijkheid niet kenden of niet begrepen
is hier nu het feit dat een vroeger al
tijd even fel criticus van de Europese ge
meenschapsgedachte de onmisbaarheid van
de Gemeenschap erkent op het moment
waarop hij in grote mate mede-verant
woordelijk wordt voor die politieke werke
lijkheid.
Des te merkwaardiger is het, dat bijna
tegelijkertijd een der directeuren van de
Nederlandse Bank, prof. S. Posthuma, een
geheel ander geluid heeft laten horen. Hij
heeft zich uitermate bezorgd getoond over
de mogelijke gevolgen van de integratie
van „Klein Europa", politiek zowel als
economisch gezien. Hij heeft, volgens de
persverslagen, verklaard dat iedere inte
gratie in het kader van de Europese Eco
nomische Gemeenschap ook een stuk des
integratie betekent „omdat de zes landen
zich gezamenlijk richten tegen de buiten
wereld".
Dat is een hoogst ernstige en boven
dien te enen male ongegronde beschul
diging, waarvan moeilijk te begrijpen is
waarop prof. Posthuma haar baseert In de
verdragen van de drie Gemeenschappen
wordt in elk afzonderlijk geval nadrukke
lijk verklaard, dat het om „open" Gemeen
schappen gaat, waarbij andere landen zich,
als zij het wensen, kunnen aansluiten op
dezelfde voorwaarden die voor de oor
spronkelijke partners gelden. Indien er al
sprake zou kunnen zijn van een „zich
richten tegen", zoals prof Posthuma be
toogt, dan kan men eerder zeggen dat de
buitenwereld en dan in het bijzonder
Groot-Brittannië zich richt tegen de Ge
meenschap, omdat deze niet aan alle Britse
verlangens voldoet, dan dat de E.E.G. zich
tegen de buitenwereld richt. En waaróm
zou iedere integratie in het kader van de
E.E.G. ook een stuk desintegratie moeten
betekenen? Heeft de Westelijke samen
leving er onder geleden, dat de voormalige
Britse koloniën in Amerika zich, toen ze
zich onafhankelijk hadden gemaakt, aan
een hebben gesloten tot de federatie der
Verenigde Staten? En zou de Westelijke
samenleving er misschien op vooruit gaan,
als die federatie ooit uiteen zou vallen tot
49 kleine Amerikaanse staatjes? Prof.
Posthuma zal dat stellig niet willen bewe
ren. Maar evenmin kan hij ontkennen, dat
één sterk en hecht-aaneengesloten (zij het
voorlopig dan nog „Klein") Europa waar
devoller is voor de Westelijke samenleving
dan een politiek en economisch gebalkani-
seerd West-Europa.
Prof. Posthuma heeft groot gelijk als hij
zegt dat het zeer de vraag is of de E.E.G.
ooit tot stand zou zijn gekomen zonde de
Russische dreiging. Maar precies hetzelfde
geldt, en in nog grotere mate, voor de tot
standkoming van de Atlantische samen
werking, waarvan hij zoals trouwens
ook wijzelf zulk een groot voorstander
is. En misschien is dat juist wel de enige
reden die we kunnen hebben om voor die
Russische dreiging enige dankbaarheid te
voelen.
Hoe dat ook zij, de geleidelijke ontwik
keling van de West-Europese eenwording
is een onontkoombaar feit, een „onontbeer
lijk" stuk politieke werkelijkheid gewor
den. Debré's houding bewijst dat, al be
seffen wij heel goed dat Frankrijk in de
toekomst zijn partners nog wel menig
moeilijk ogenblik zal bezorgen. Ook Ne
derland heeft die politieke werkelijkheid
te aanvaarden. Dat wij overigens, al delen
wij de bezwaren van prof. Posthuma niet,
erkennen dat ons land op zijn qui-vive
moet zijn voor de door hem terecht gesig
naleerde consequenties daarvan voor het
Nederlandse bedrijfsleven, spreekt vanzelf.
Simon Koster