Fragmenten uit het geiijknamige boek van H.K.H. Prinses Wilheimina 1 Met zeer veel tam-tam Jubileumaanbiedingen 5 TWEEDE DEEL: MOEDER Zestien miljoen nodig voor nieuwe hervormde kerken Examens „Ook muntbiljetten van 2,50 moeten verdwijnen" Het witte huuske Reeds tien mille bijeen voor kinderen Rothuis Verloren partituren waren vlug weer terecht Bedrijfszelfbeschermings- organisaties verenigen zich Particuliere stichting wil astma-centra oprichten DONDERDAG 12 FERRUART 19 5 9 HET IS MOEILIJK iets nieuws te schrijven over haar, waar er al zoveel en zo voortreffelijk over haar is geschreven. Ik heb de gedenkboeken over haar en die, waarin zij een belangrijke rol speelt, doorgebladerd en kwam daarbij onder de indruk van het veelzijdige beeld, dat ik er aantrof. Deze beschrijvingen beginnen vanzelfsprekend meestal met het ogenblik van haar huwelijk met vader; soms vermelden zij ook iets uit de maanden, die daaraan voorafgingen, welke zij besteedde om diepgaande en praktische kennis op te doen omtrent haar nieuwe volk en- vaderland en om de Nederlandse taal te leren. Zij deed dit onder leiding van de heer Beynen. Moeder onderhield tot aan zijn dood vriendschapsbanden met hem. Beynen herinner ik mij goed uit mijn prille jaren. Ik vind in deze beschrijvingen van moeder er geen die verder teruggrijpt en ook ik weet niet veel van haar leven voordien. Slechts af en toe sprak zij hierover. Haar ouder lijk huis was bepaald verlicht te noemen. Vooral, als men rekening houdt met het feit, dat de kleine hoven in Duits land toen een halve eeuw of meer ten achter waren bij de gewone maatschappij. Dit thuis was zijn tijd een slag voor. Grootvader moet zeer belezen geweest zijn en grootmoeder zou zeker, met al haar gaven, op haar plaats geweest zijn te midden van een grote omgeving, zou zeker daar een taak hebben kunnen vervullen, die energie en veelzijdigheid van haar zou hebben gevraagd. Zij vervulde haar plichten tegenover haar volk in Waldeck met toewijding en imaginatie. Ja, zij was de ziel van alles zolang haar gezondheid dit toeliet. Grote zorg besteedde zij aan de opvoeding en het onder wijs van haar kinderen, dat huisonderwijs was. Door omstandigheden reisden mijn grootouders veel. Steeds gingen dan de leraar en de gouvernante mee. Herhaaldelijk had het vertrek veel van een verhuizing, omdat de reis maanden zou duren en naar verschillende landen zou gaan. Men stelle zich voor, hoeveel kansen tot ont wikkeling deze kinderen kregen; zo vaak op reis en ouders, die steeds een open huis hielden en contact zochten en vonden met interessante men sen. Natuurlijk hebben de kinderen niet één leraar en gouvernante gehad; verschillende leraren werkten mee aan hun opvoeding. Buiten hun gewone onderwijs volgden zij ook cursussen; verder lazen zij zelfstandig graag en veel. Alle kinderen droegen het stempel van deze opvoeding en hebben later daarvan de vruchten geplukt. Met welke van hen men ook samen was, altijd trad dit knap onderlegd zijn en hun aangeboren cultuur aan de dag. De begaafdheden van de dochters zijn zeer verschillend geweest; de een blonk uit in kennis en zin voor wetenschap en studie, de andere weer paarde een helder verstand aan zin voor doelmatigheid en een op de praktijk gerichte fantasie. Reeds jong deden de dochters wat wij nu maatschappelijk werk zouden noemen. Ook werkten zij praktisch in het huishouden mee. Moeder had als jong meisje veel plezier in tekenen en schilderen en kreeg daar ook les in. Enige oude schets boeken van haar bezit ik nog. Zij had veel belangstelling voor kunst en heeft tot op hoge leeftijd getekend met de naald, waarmee zij haar gevoel voor lijn tot uitdrukking bracht. Zij tekende vooral veel bloemen. Dat zij jong voor haar jaren ontwikkeld was, bewijst een brief die ik bezit van toen zij ongeveer tien jaar was. Dit is een brief met zakelijke inhoud, geschreven in op dracht van mijn grootmoeder. Vanuit haar ouderlijk huis leerde zij het praktische leven van alle dag werkelijk kennen, aan welke kennis zij later veel gehad heeft. Dit had ze voor op mij, die, omdat ik op grond van toen onwrikbare conventie in een kooi moest opgroeien, als jongere niet de gelegenheid had in aanraking te komen met het „gewone leven". Arolsen, het slot en zijn omgeving, hebben een eigen bekoring en Waldeck met zijn velden en uitgestrekte bossen, zijn ravijnen, bergen en glooiingen en zijn op wekkend klimaat eveneens. Het landschap is geheel an ders dan dat van Het Loo, maar van beide geldt, dat het een plekje is waaraan men zich hecht. Moeder begon haar optreden in Nederland met twee gelukkige initiatieven. De raad aanvaardend van de heer Schimmelpenninck liet zij zich alleen jongeren voorstellen, die een taak vervulden. Hierdoor werkte zij zuiverend in op de uitgaande kringen van die dagen. Het kwam daar veelvuldig voor, dat jonge mensen zich in geen enkel opzicht nuttig maakten voor de maatschappij. De tweede positieve daad was, dat zij vanaf de dag van haar komst in Nederland met landgenoten Nederlands sprak en alleen Nederlands. Door dit voorbeeld dwong zij de uitgaande wereld in Den Haag de gewoonte prijs te geven om zich steeds van een vreemde taal te bedienen. Dank zij haar werd in korte tijd het Nederlands gangbare taal in uitgaande kringen. leven. Onderwijl leerde ze mij vaak een gezang of een psalm. Later moest ik deze door de week leren en 's zondags kunnen opzeggen. Ik herinner mij nog, dat ik toen leerde: „Op bergen en in dalen, ja overal is God". Zij leerde mij 's avonds mijn kindergebedje en gaf mij later bijbels onderwijs. Zij was het, die mij het eerst in aanraking bracht met het geloof. Moeder had een diep geloof, dat haar kracht gaf en haar nimmer begaf in al het moeilijke waarvoor zij kwam te staan. Zij kon hierover moeilijk spreken; het was haar daarvoor te heilig. Zij las veel haar Bijbel en ging trouw naar de kerk en naar het Avondmaal; beide hebben veel voor haar betekend. Zij was met haar huwelijk van heler harte Nederlands Hervormd geworden. Zij stond open voor het goede, voor het schone, het be reikte door wetenschap en kunst en wist dit naar waarde te schatten. Met haar groot, helder verstand viel het haar niet moeilijk het gebeuren op ieder gebied te volgen. Zij las veel. Ik zie moeder voor mij als een beeld van nederigheid en plichtsbesef, als iemand, die niets van zichzelf dacht en bij wie alles erop gericht was te dienen. Zij heeft heel haar leven door gewerkt, was altijd bezig en toonde daarbij, dat zij veel zedelijke moed bezat. Van kindsbeen af heb ik dagelijks deze eigenschappen kunnen waarnemen en van haar voorbeeld heb ik veel ge leerd. Toen ik iets ouder was, dreef zij altijd de spot met hoogmoed, ijdelheid en het zich verhovaardigen of op iets laten voorstaan. Er is geen gesel zó striemend als de spot, vooral bij jongeren. Duidelijk herinner ik mij onze gesprekken over de hoge eisen die zedelijke moed stelt, over het offer en de zelfverloochening die deze vraagt. Zij behoort tot de gelukkigen, die resultaten in grote stijl en een doel van grote allure bereikt hebben. Zij heeft door haar zielkundig juist aanvoelen van ons volk haar streven geheel zien slagen om een toe nadering te be werken tussen volk en kroon, en weer een reële wisselwerking tussen beide tot stand te brengen. Daarnaast was het haar gegeven de welvaart en de voorspoed van Nederland te helpen bevorderen. In vele opzichten was het Nederlandse volk gelukkig onder haar regentschap. Men herinnere zich ook haar grote belang stelling voor Oost- en West-Indië, waar juist toen zoveel moest geschieden in het belang van de volken zelf, wilden zij de vruchten plukken van veiligheid en rust en van een zeker welvaartspeil. Met haar ruime blik overzag zij de problemen, die uit dit beleid voortsproten. Voor het tijdperk van haar regentschap verwijs ik naar de gedenkboeken, die dit uitvoerig hebben beschreven. Zij was een sterke persoonlijkheid met grote wilskracht. Daarbij kwam zij elkeen met haar aangeboren vriendelijk heid en „goodwill" tegemoet en was zij steeds bereid in de goede bedoelingen van anderen te geloven. Zij was ook daarin reëel en evenwichtig. Zij had zo'n warm hart voor haar medemensen. Er bestond bij haar een volkomen natuurlijk evenwicht tussen hart en verstand. Zij ge noot het persoonlijk vertrouwen van zeer velen. Zij wist zich in te denken in het leven en de behoeften van anderen, in het bijzonder van misdeelden en zieken. Zij zag als het ware vóór zich, hoe hun leven het meest doelmatig in gericht en ingèdeeld zou kunnen worden, en had daardoor zelf een zeldzaam talent voor zieken verplegen en zieken begrijpen, Zij bezat een bijzondere gave om in eigen omgeving alles gezellig en praktisch te schikken en in te delen; al wat ze deed was weldoordacht en doelmatig. Mijn speelkamer was daarvan een voorbeeld, ze schikte of herschikte daarin alles geheel naar het gebruik dat ik ervan maakte. Dit talent kwam velen ten goede bij de raad die zij gaf, als deze gevraagd werd. Zij zorgde er voor steeds op de hoogte te zijn van de poli tieke en andere vraagstukken, die vader moest behandelen dan wel bezighielden en zo kon hij deze te allen tijde met vrucht met haar bespreken. Ik was toen te klein om te beseffen, hoe veelomvattend en moeilijk de taak moet zijn geweest, die op haar schouders rustte als echtgenote Men kan zich het ogenblik niet voor de geest halen, waarop de herinneringen aan de ouders beginnen. Zo vergaat het mij ook. Moeder, die het druk had met de plichten die op haar rustten als de vrouw van mijn vader, vond toch altijd nog wel een ogenblik om bij haar kleine kind binnen te lopen en met mij te spelen en om mij 's avonds er onder te stoppen. Zij vond ook telkens een gelegenheid om met mij naar buiten te gaan en op Het Loo ging ze vaak met mij rijden in haar panier. Moeder reed met de paarden, die vader haar gegeven had. Ze had twee schimmels, dit waren twee arabieren, een span roodschimmels, vossen van Tarbes en zwarte Zeven burgers met witte blessen en witte kousen, waarvan Virak heel oud werd en de lieveling van iedereen was. Soms mocht ik, op haar knie zittend, Virak en zijn metgezel mennen, althans de teugels vasthouden. Deze rijtoeren hadden plaats op de rustige en stille wegen van Het Loo. Buitendien ging moeder vaak met mij wandelen. Spoedig kreeg ik een vast uurtje, waarin zij mij leerde gebruik te maken van naald en draad, met andere woorden een handwerkles. Dat was altijd een gelukkig uur; zij zat dan in een gezellige armstoel aan het raam met mij vlak naast haar en vertelde een mooi verhaal, terwijl mijn vingers zich oefenden op het stramien. De kamers van moeder op het Noordeinde lagen in een vleugel, die alleen uitzag op de achterkant van de daken van de Molenstraat. Tussen haar ramen en die dakprofielen was een hoge muur, die een binnentuintje van het paleis begrensde. In dit tuintje stonden oude hoge bomen, waarin ontelbaar veel duiven 's winters beschutting zochten voor de stormen. Hte bovenste gedeelte van de muur was op de hoogte van onze ogen, daar keken wij dus altijd tegenaan. Zo was onze blik geheel ingesloten en van de rest van de wereld zagen wij niets. Dat was wat voor moeder, die in Arolsen vanuit haar hoge mansarde-raam zo'n heerlijk verre en ruime blik op lucht en bergen ge wend was. Er kwam nimmer een woord van gemis over haar lippen. Maar binnen was het zó gezellig, dat ik die uren nooit zal vergeten. Iedere dag trekt Prinses Beatrix in Sankt Anton er op v.it om te skiën. Een zonnige foto van de Prinses, ge nomen op het moment dat zij klaar staat voor weer een nieuwe tocht. De Generale Synode der Nederlands Hervormde Kerk heeft op voorstel van de generale financiële raad der Hervormde Kerk besloten tot het houden van een actie voor de bouw van 160 kerken. Hier voor zal een bedrag van zestien miljoen gulden nodig zijn, om gemeenten te sub sidiëren die de bouw zelf onmogelijk kun nen financieren. Van elk kerklid zal een gift ineens worden gevraagd, bestaande uit een half percent van het inkomen. De synode heeft eenstemmig dit plan aan vaard en het besluit met applaus be krachtigd. Utrecht. Doctoraalexamen tandheelkunde: W. Bernasco, Oosterbeek. Kandidaatsexamen tand heelkunde: K. Booy, Amsterdam; J. C. Janssen, Amsterdam. Doctoraalexamen fysische geografie: niej. J. V. van Ree, Utrecht. Amsterdam. Gemeente Universiteit. Bevorderd tot arts: mevr. H. E. Smorenberg-Schoorl en de heren P. M. Snapper, H. A. Deur, A. L. Bloch, A. M. J. Moers. R. J. M. Croughs. allen te Am sterdam; S. W. ter Horst, Zand voort. Artsexamen le gedeelte: D. Voute en H. Moll, beiden te Am sterdam. Heiden. Kandidaatsexamen L wis- en natuur kunde: G. C. J. van Hagen. Idem H: P. Kamer ling. Idem A: E. J. M. van Royen, allen te Leiden. Rapporteurs Eerste Kamer De commissie van rapporteurs uit de Eerste Kamer heeft haar eindrapport uit gebracht over de begroting van het Staats- muntbedrijf voor 1959. Enige leden dron gen er ook thahs weder op aan zo spoedig mogelijk alle muntbiljetten te vervangen door metalen munten. Zij zouden het op grond van hygiënische overwegingen on juist achten, indien naast zilveren rijks daalders in de toekomst ook muntbiljetten ter waarde van 2.50 zouden blijven cir culeren. I-Iet actiecomité van de spoormannen uit Nijmegen en omgeving deelt mee, dat de inzameling voor de twee verlamde kinderen Rothuis te Ophuisden eind januari reeds een bedrag van 10.000. had opgebracht. Hiervan is ongeveer 7.000.— bijeengebracht door het perso neel van 160 NS-stations, werkplaatsen en locdepots. Het resterende bedrag kwam van gevers uit het gehele land en zelfs uit België en Duitsland Behalve geld werd ook materiaal aangeboden voor de bouw van het zonnehuisje. Ook werden aanbiedingen ontvangen voor stoffering en ver fraaiing er van. Zo zond een kweker uit Hillegom drieduizend bloembollen die rond het huisje ge plant kunnen worden. Een architect uit Vlaar- dingen bood aan, het ontwerp voor het huisje te maken. Begin maart hoopt men met de bouw te kunnen beginnen. Op 13 februari zal een tweede inzameling onder het NS-personeel van nog 150 stations worden gehouden. Bovendien zullen nog de ambtena ren van het hoofdkan toor in Utrecht en van acht districtsbureaus een bijdrage geven. Men hoopt daardoor de 10.000.ver te kun nen overschrijden. 's Zondags verheugde ik mij op het uurtje, dat zij op dezelfde plaats mij de mooie verhalen uit de Bijbel ver telde. Voor haar stond dan een tafel met platen, die zij ge bruikte om deze verhalen nog sterker voor mij te laten Bij de foto's: Links: Moeder vond toch altijd nog wel heen af heb ik haar edele eigenschappen kunnen en Koningin. Zij heeft die meesterlijk volbracht, dank zij de gaven waarmee God haar toegerust had. Wanneer in de tegenwoordige tijd in een gelukkig huwelijk er een groot leeftijdsverschil tussen man en vrouw bestaat, heb ik vaak gemerkt, dat de jongste de eigen levenssfeer in het huwelijk tot gelding brengt. Zo was het niet bij mijn ouders. Mijn moeder paste zich geheel aan aan de levenssfeer van mijn vader, die zijn leeftijd mee bracht. De lezer versta, welk een vrijwillig offer zij ook hierin heeft gebracht. Voorwaar, zij heeft haar gehele leven volhard om nooit iets voor zichzelf te vragen. Als Regentes was haar parate kennis aangaande de Nederlandse vraagstukken van groot nut voor haar. Zij nam mij al spoedig na vaders overlijden in haar grote- mensenvertrouwen en sprak mij wel eens over haar moei lijkheden en zorgen als Regentes. Zo kreeg ik reeds jong een beeld van het optreden van allerlei personen, indrukken die toen sterker waren dan ze later zouden zijn geweest. Het zal niemand verwonderen als ik schrijf, dat deze in drukken niet onverdeeld gunstig waren en niet nagelaten hebben op mijn gedachtenleven en gedachtenwereld in te werken. Met het vertrouwen van moeder was ik heel gelukkig. Maar wel was het op deze leeftijd soms moeilijk alles wat ik hoorde te verwerken. Na mijn meerderjarig worden, hetgeen haar aftreden als Regentes meebracht, heeft deze sterke figuur grote zelf beheersing getoond bij haar, in staatkundig opzicht, op de achtergrond treden. Zij was toen pas veertig jaar, dus in de volle kracht van het leven. Met blijmoedigheid heeft zij toen de positie ingenomen, die als weduwe van de Ko- een ogenblik om met mij te spelen". Midden: „Van kinds- waarnemen'. Rechts: Koningin-Regentes Emma. ning en moeder van de Koningin de hare was. De plichten, die uit deze positie voortvloeiden, heeft zij tot haar dood zeer getrouw vervuld. Door een zc vast en onbeweeglijk punt te zijn te midden van het leven van ons volk was zij een steun voor allen en alles, voor mijn man en mij en indirect ook voor ons staatsbestel. Geef u behalve van die stabiliteit rekenschap van haar grote eigenschappen en begaafdheden en gij hebt het beeld van de latere jaren van haar zijn onder ons volk. Lang voor mijn huwelijk stond haar plan vast om aan ons haar thuis Het Loo, dat haar zo dierbaar was, te laten als ook het Noordeinde, waaraan zij eveneens zoveel her inneringen had, en als haar erfdeel het landgoed Soestdijk te nemen. Dit werd haar zomerverblijf. Het Voorhout, dat destijds toebehoorde aan mijn tante van Saksen, de zuster van mijn vader, had zij aangekocht voor winterverblijf. Hoezeer zij zich ook vooraf ingedacht had wat mijn hu welijk voor haar zou betekenen, toch kostte haar de schei ding van mij veel overgave en moeite. Hier ben ik ver vooruitgelopen op de chronologische volgorde en over moeder schrijvend ben ik zelf hier en daar ten tonele verschenen. Nu wil ik dan beginnen van mijn eerste kinderjaren te vertellen. Deze herinneringen lezend zal de lezer zeker merken hoezeer mijn leven met dat van moeder was samengevlochten, tot ik de vleugels ten volle uitsloeg na mijn huwelijk. De ouders van de twee verlamde meisjes Annie en Ali ontvangen uit het gehele land brieven en geschenken en bij de posterijen is het adres al zo bekend, dat brie ven, waar alleen maar „Het witte huuske te Opheusden" op staat, op het goede adres worden bezorgd. Op 28 februari zullen de inzamelingen worden beëindigd. Burgemeester van Delft op reis. De burge meester van Delft, de heer D. de Leer, maakt thans, wederom op uit nodiging van de „Mo rele Herbewapening", een wereldreis. Eerst brengt hij een bezoek aan de V.S., daarna gaat hij naar Japan en ten slotte keert hij via In dia, waar hij ook enige dagen zal vertoeven, naar Nederland terug. De reis van de heer De Loor duurt ongeveer drie weken. Voor de „Morele Herbewape ning" maakte hij al eer der grote reizen door Amerika en Azië. Op initiatief van de vereniging tot be vordering der belangen van astmatici (V.B.B.A.) is in december opgericht de „nationale stichting voor astma-behande lingscentra" ter bundeling van de krach ten van de vijf verenigingen tot astma- bestrijding. Het voornaamste doel is centra te stich ten voor de volwassen astmatici in de drie grote steden, en in een aantal steden die streekcentra zijn (voor de bestrijding van astma bij kinderen wordt reeds lang al veel gedaan). De stichting hoopt in coör dinatie met de andere verenigingen haar doel te verwezenlijken, waarbij zij ver wacht, later ook financiële steun van de overheid en de ziekenfondsen te ontvan gen. Dit heeft de voorzitster der stichting, jkvr. M. van Riemsdijk op een perscon ferentie medegedeeld. In Nederland zijn ongeveer 100.000 ast- magevallen bekend. Driehonderd patiën ten zijn volkomen invalide. Het werkelij ke aantal lijders aan deze volksziekte is echter belangrijk hoger omdat de astma- ticus zich „schuil" houdt en zijn kwaal om allerlei redenen zoveel mogelijk mas keert. In Amsterdam lijdt 1,651 percent der bevolking aan astma-bronchiale. Per jaar sterven 600 astmatici aan hun kwaal, een hoger sterftecijfer dan nu voor de t.b.c. De meeste astmagevallen, 60 percent, treden op tussen 20-40 jaar, de meest pro- duktieve leeftijd in het arbeidsproces. Astma, sinds de oorlog verdrievou digd komt bij mannen meer voor dan bij vrouwen. Inzamelingsactie De centra zullen niet het karakter van een verpleeginrichting krijgen. Ze zijn meer bedoeld voor de lopende patiënt die nog te genezen is en weer valide gemaakt moet worden. Na behandeling in de cen tra blijven de astmatici nog geruime tijd onder controle van psychiatrisch-sociale werksters. De stichting heeft daarbij ook aan inschakeling van de verschillende kruisverenigingen gedacht. De stichting wil, aldus de voorzitster, aan de centra een team van specialisten verbinden voor de individuele behande ling van de patiënt. Er is zeer veel geld nodig. Over enige tijd zal een nationale financiële actie worden georganiseerd door de heer A. M. Bergers uit Rotter dam. In Amsterdam wil de stichting het eerste centrum vestigen waarvoor vier ton nodig is. Het adres der stichting is: post box 1050 Amsterdam. Kort nadat woensdag via de radio be kend was gemaakt dat uit een vracht auto op de route LeeuwardenApeldoorn een pak onmisbare partituren van de Hoofdstadoperette was verloren, kreeg de leiding van het gezelschap bericht dat de muziek van „Drei Herzen im Dreiviertel- takt" was gevonden. Een chauffeur van een vrachtwagen had een pak bij Meppel op de weg zien liggen. Hij gaf het af in een café in de buurt. Daar had men toe vallig de noodkreet uit de luidspreker ge hoord. Onmiddellijk werd van Apeldoorn uit een auto naar Meppel gestuurd om de inderdaad gevonden partituur op te halen, zodat de voorstelling van het gezelschap woensdagavond in Apeldoorn doorgang kon vinden. Advertentie worden u z.gen. met cadeaux aangeboden. Voor hetzelfde geld koopt u bij ons een veel beter horloge waar u plezier van beleeft. U weet dan bij wie u koopt en wat u koopt. Onze collectie omvat de meest vooraanstaande merken o.a.: OMEGA - ETERNA - ZENTRA UNION INDUS - REMOVA CAZAL - JUNGHANS U vindt bij ons alleen de nieuwste modellen U weet het Grote Houtstraat 49 heeft het Telef. 20049 In Den Haag is opgericht een „Raad van Bedrijfszelfbeschermingsorganisa- ties" als overkoepelend orgaan van de bestaande organisaties voor bedrijfszelf bescherming. Gezien het feit, dat in ge heel Nederland deze organisaties, zowel kwalitatief als kwantitatief een belangrij ke pijler vormen van de burgerlijke ver dediging, hoopt de raad als het ware een klankbord te worden tussen enerzijds de overheid en anderzijds de B.Z.B.-organi saties. Een soortgelijke organisatie (The Society of industrial civil defence officers) doet in Engeland reeds sedert 1952 nuttig werk. Het ligt in de bedoeling jaarlijks een congres te houden. De heer ir. V. P. Koster, rijksinspec teur voor de bedrijfs(zelf)bescherming, woonde de oprichtingsvergadering bij. Het secretariaat van de raad is geves tigd: Plesmanweg 1 te 's-Gravenhage. Voorzitter is de heer S. E. Dike van de Bataafse Petroleum Mij., terwijl verder als leden zitting namen vertegenwoordi gers van de N.S., de K.L.M., de „Hem- brug", Philips, AKU, de Staatsmijnen en diverse andere bedrijven, in totaal twaalf die alle reeds over een goed georgani seerde en geoutileerde eigen organisatie voor bedrijfszelfbescherming beschikken. Het aantal bedrijven en instellingen in Nederland, dat zou kunnen toetreden, be draagt ongeveer 7800 zo deelde men ons mede. De raad spruit voort uit parti culier initiatief. Een vertegenwoordiger van de overheid is er niet in opgenomen. Wel was er op de oprichtingsvergadering een waarnemer van overheidszijde.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1959 | | pagina 9