Amsterdam bood koning Boudewijn een uniek geschenk aan Op en om het Binnenhof Doen en laten in de warmte Atlas met afbeeldingen van hoofdstad uit 1775 de BLIJF KOEL! Fa. A- EVERTS ^,ETCBS' DONDERDAG 9 JULI 19 5 9 Bezoek aan Rotterdam Zesde zomer concert van N.Ph.O. Gistermiddag heeft het gemeentebe stuur van Amsterdam in het voormalige zestiende-eeuwse „Logement voor Prin sen en Groote Heeren", het tegenwoor dige Amsterdamse stadhuis rond het Prinsenhof, de Belgische koning een hartelijk welkom bereid. In de feestelijk met bloemen en groen versierde raad zaal sprak burgemeester Van Hall een welkomstwoord. Hij zei, dat het voor de hoofdstad een blijde dag was, nu zij met haar vorstin en de prins de vorst van een zózeer be vriende natie in naar midden mocht ont vangen. De burgemeester herinnerde aan de tijd waarin de zuidelijke en de noordelijke Nederlanden ieder hun eigen richting be paalden. Voor Amsterdam brak daarna een tijd aan van grote bloei. De nieuw ontstane welvaart werd niet alleen tot stand gebracht door de reeds van oudsher in Amsterdam gevestigde families, doch zij werd ook en wel in zeer belangrijke mate geleid en gestimuleerd door de komst van vele ondernemende en begaaf de refugiés uit de zuidelijke Nederlan den. Hij dacht hierbij aan Plancius, Bar- laeus, Lemaire, Verhulst en De Geer. Waar het Amsterdam in het verleden zo goed is gegaan dank zij de krachten die haar vanuit het zuiden toevloeiden, is de stad in deze moderne tijd zij het in een ander verband verlangend haar beste krachten te wijden aan een blijvend con tact van Belgen en Nederlanders", aldus de burgemeester. HU bod de koning als aandenken een atlas van Amsterdam aan, een uniek exemplaar van de „Atlas van Fouquct", die omstreeks 1775 is gepubliceerd door de Amsterdamse uitgever en prenten- handelaar iPeter Fouquet jr. Dit boek werk bevat ruim 80 prenten van het Am sterdam uit die tijd. Het is gebonden in wit leer en voorzien van een kalligrafi sche opdracht aan de Belgische vorst. Koning Boudewijn dankte burgemeester Van Hall, nadat hij de atlas tezamen met de Koningin en de Prins met zichtbare interesse had bekeken. Daarna werden de wethouders en de raadsleden aan de vorstelijke gasten voor gesteld. Rondvaart Met een rondvaartboot voer het gezel schap vervolgens naar het Rijksmuseum. Overal langs de route stond het publiek te kijken, niet echter op de bijna 25 brug gen in de route. Niemand werd op die bruggen toegelaten op het moment dat de boot er onderdoor voer. De politie kent zijn pappenheimers: men kan met de Am sterdamse jeugd niet voorzichtig genoeg zijn Bij de hoofdingang ;van het Rijksmuseum werden de hoge gasten ontvangen door minister Cals en de hoofddirecteur van het Rijksmuseum, jhr. dr. D. C. Röell. De rondgang, die drie kwartier duurde, ein digde in de Nachtwachtzaal. Kort na vijf uur vertrokken de koninklijke gasten per auto naar het paleis op de Dam. Galadiner. Om kwart voor acht schaarden het ko ninklijk gezelschap, vele regeringsfunc tionarissen en de hoofden van diplomatie ke missies, totaal 156 personen, zich aan het galadiner in de Burgerzaal van het paleis. De tafels waren versierd met, fraaie boeketten lathyrus uit de tuin van paleis Soestdijk. Koningin Juliana en koning Boudewijn namen plaats in het midden van de hoofdtafel. Prins Bernhard zat rechts van de koning met aan zijn andere zijde prinses Irene. Links van de Konin gin zaten de Belgische minister-presi dent Eyskens en prinses Beatrix. Koning Boudewijn en prins Bernhard waren in groot ceremonieel tenue. De Koninklijke Militaire Kapel bracht in de aangrenzende zaal lichte muziek ten gehore. Toespraken Aan het galadiner hebben koningin Ju liana en koning Boudewijn toespraken ge houden. De Koningin zei: Koningin Juliana richtte zich met de volgende toespraak tot koning Boudewijn: ..België is welkom in Nederland. Dit is u gebleken overal waar u vandaag is ge weest, het is u zelfs van de daken toege roepen. liet zal zo zijn alle dagen van uw bezoek. Mogen de indrukken ervan altijd in uw herinnering blijven voortleven. Wij verheugen ons over uw aanwezigheid met de oprechte vreugde van de goede buren en bondgenoten, die wij voor België wil len zijn en blijven. Onze beide volken werden in het jongste verleden aaneengesmeed in het vuur dat de ooi-log over ons deed komen, in de ge meenschappelijke krachtsinspanning en het gemeenschappelijk ondergane leed. Vaak hebben wij elkander de helpende hand mogen bieden in de veelbewogen omstandigheden die deze eeuw kenmerk ten. Uit de smeltkroes van dc tweede wereld oorlog is de Benelux ontstaan. Drie lan den zijn daarin te zamen sterk omdat hun lot is vervlochten door in gelijkwaardig heid samen te gaan. Zij gaan elk hun eigen weg, maar zij gaan gemeenschap pelijk in dezelfde richting voorwaarts. Over de eeuwen heen en ondanks een ver uiteenlopende historische ontwikke ling en zelfs onenigheid blijkt aldus de lotsverbondenheid der lage landen in deze tijd weer duidelijk. Het zijn zuster-naties, waarbij wij onze zuiderbuur, met haar hoge middeleeuwse cultuur, gaarne als de oudste willen erkennen. Wij bewonderen de vele en grote gaven, die het Belgische volk en vele Belgen ons tonen en die zij op ieder gebied, zo dikwijls met fantasie en met energie, tot uiting weten te bren gen. Bovendien zijn wij twee volken, die zich beiden eeuwen lang het „Eendracht maat Macht" als devies voor ogen heb- i-en gehouden en die dit dus ook in groter verband moeten kunnen toepassen. Ik herinner mij goed het officiële be zoek van uw vader aan mijn moeder in 1938, dus kort vóór de oorlog. Ik herin ner mij ook hoe uw vader in deze zelfde zaal sprak over het samengaan der klei- ie landen en over het gewicht, dat zij te in de schaal kunnen leggen o.a. met deze woorden: „De toenadering van kleine staten verruimt de sfeer van hun actie en van hun gezag". Deze toen nog koene gedachte trof mij sterk en bleef mij bij, ook al scheen zij gelogenstraft door de machtsverschuiving, die met de oor log als een lawine zelfs ons volksbestaan wel had willen uitwissen. Zij bleek even wel toch waar te zijn, toen de Benelux ontstond en die zich steeds duidelijker begon af te tekenen en levensvatbaarheid ging vertonen. De Benelux gaf bovendien nog de impuls tot grotere groeperingen. Als een drie-, vier-, ja véél-trapsraket heeft die gewerkt. De Kolen- en Staalge meenschap ontstond en daarmee werd de supranationale idee voor 't eerst verwe zenlijkt. De Europese Economische Ge meenschap en Euratom kregen hun be slag in het allerjongste verleden, als be langrijke nieuwe impuls. Wij vergeten evenwel niet dat Europa nog groter is dan deze zes en dat ons ideaal blijft in innige gemeenschap met dit. ons gehele wereld deel te léven. De ontwikkeling tot. de uit eindelijke éénwording van Europa ligt in het verlengde van deze gedachte. In vroeger eeuwen was in onze Europe se ogen alleen Europa van belang de inter-Europese tegenstellingen leken ons wereldconflicten hetgeen de eerste we reldoorlog nog scheen te bewijzen. Sindsdien hebben wij geleerd, dat het perspectief wijder is. Wij leven in een Noord-Atlantische saamhorigheid, en Wij zijn leden van de Verenigde Naties. Wij vergeten daarbij niet, dat deze gehele wereld een ondeelbaar geheel is in be ginsel en steeds meer in de praktijk. Wie echter aardrijkskundig gesproken eenzelfde buurt vormen, mogen zich ge waarschuwd achten, om zich samen tot die buurtgemeenschap te ontwikkelen, die dient tot groter welzijn van al zijn deel genoten. Dit „verruimt de sfeer van hun actie en van hun gezag". De som der we derzijdse lusten, verminderd met die dei- wederzijdse lasten, is toch nog altijd aan merkelijk meer dan een simpele optel ling en zo worden de ontwikkelingsmoge lijkheden voor de leden van zulk een ge meenschap onevenredig vergroot. Zij het ook dat zij daarenboven nog elders door sterke banden verbonden mogen zijn of blijven. Noodgedwongen en moeizaam went Europa aan deze gedachte, die oorspron kelijk te danken is aan de vooruitziende blik van enige grote wijze figuren en aan de stoere volharding van het oprecht idea lisme van velen die trachten het nog te trage gemoed van de Europese kolos in beweging te zetten. Majesteit, het is voor mijn man en mij persoonlijk een vreugde, u hier als onze gast te verwelkomen. Het Nederlandse volk ziet in u een sympathieke vertegen woordiger van het Belgische. Ik moge dit hartelijk gemeende welkom tot uiting brengen door te uwer ere mijn glas op te heffen en tevens te drinken op het welzijn van uw familie en van heel het Belgische volk en op de lotsverbondenheid en vriendschap van onze beide naties". In zijn antwoord zei koning Boudewijn: „Het heeft Uwe Majesteit behaagd mij te verwelkomen met woorden die mij recht naar het hart zijn gegaan. Daarbij heeft uw volk mij onthaald op een zo vriendelijke wijze als alleen van goede buren en bondgenoten kan worden ver wacht. Ik ben gelukkig Uwe Majesteit de. verzekering te kunnen geven dat de ge voelens der Belgen voor hun broeders uit Nederland even hartelijk zijn. Bovendien hebben zij een culturele sa menhorigheid te danken aan een voor Vlamingen en Nederlanders thans meer dan ooit bereikte eenheid van omgangs taal, waarboven een bemoedigende een heid der Nederlandse literatuur is uitge groeid. Dit verlengt en volmaakt de van ouds, langs Rijn, Maas en Schelde ver wisselde luister van onze beide schilders scholen. Men kan zich voor twee buurvolkeren nauwere banden bezwaarlijk voorstellen. Bij de natuurlijke wedijver die daardoor is ontstaan, hebben wij steeds de deugden mogen bewonderen die het kenmerk uwer landgenoten zijn: de vastberaden heid, het doorzettingsvermogen, de vlijt en een onvergankelijke liefde voor de vrijheid. Deze hoedanigheden werden eens te meer in het daglicht gesteld door Uwe Majes teit en haar regering, bij het ontwerpen van het. Deltaplan. Met een helder inzicht in de toekomst heeft de Waterstaat, met zijn knappe in genieursstaf het aangedurfd één der stout moedigste verwezenlijkingen van onze tijd te ondernemen. De gemeenschap van belangen, die aan de grond ligt van ons beider lotsbestem ming, openbaarde zich op een merkwaar dige wijze toen in 1939 koningin Wilhel- mina en mijn vader een uiterste poging deden om de tweede wereldoorlog af te wenden. Helaas, het edelmoedig gebaar van beide staatshoofden was vergeefs. Maar het heeft ons nog dichter tot elkaar gebracht in de strijd die Nederland en België, vijf jaar lang, voor het behoud en de herovering van hun onafhankelijkheid voerden. Tegenover de geweldige coalities die in de wereld tot stand kwamen, moeten zij zich verenigen willen zij niet tenonder gaan. Deze, louter defensieve verstand houding, kan hen niemand euvel duiden: haar vredelievend karakter is immers de weerspiegeling van onze volksverzuchtin gen en van onze aangeboren behoeften aan veiligheid. Wij willen in vrede leven. Daarom zijn wij vast besloten de soeve reiniteit van onze landen, de vrijheden en idealen die de grondslag zijn van onze be schaving, tot het uiterste te verdedigen. Met geen ander oogmerk zijn wij bij de N.A.V.O. aangesloten. Wij weten dat ook op economisch terrein een onderlinge verstandhouding broodno dig is. Uwe Majesteit heeft de woorden aangehaald die mijn vader reeds in 1938 tot koningin Wilhelmina richtte en die he den nog van toepassing zijn. Deze gedach te is de grondslag van Benelux, waarvan het nut en de noqdzakelijkheid, nu reeds, onbetwistbaar zijn gebleken. Vanzelfsprekend zijn deze akkoorden voor aanpassing en verbetering vat baar. Ik ben ervan overtuigd dat onze re geringen de formules zullen vinden die, soepel en doelmatig, onze gemeenscnap- pelijke belangen zullen dienen zowel op het gebied der economie als op dat dei- waterwegen. De pi rncipes van gelijkheid en rechtvaardigheid, zonder welke een waarachtige en weldoende samenwerking niet denkbaar is, zullen hen hierin leiden. Benelux is dus de kern van onze econo mische betrekkingen geworden. Dank zij de gemeenschappelijke markt'zijn zij voor een nog ruimere ontplooiing aangewezen. Met Uwe Majesteit hoop ik dat onze markten zich voorspoedig' mogen ontwik kelen, tegelijk met de Europese gedach te. die de kans op vrede en welvaart ver groot. Ik verheug mij over de vriendschappe lijke betrekkingen die onze beide huizen erop nahouden. Moge de toekomst deze banden nog verstevigen. Zij mogen een symbool voor harmonieuze samenwerking tussen onze landen wezen. Ik dank Uwe Majesteit, en door haar 't Nederlandse volk, voor het onvergetelijk onthaal dat mij hier te beurt valt en ik drink op het geluk en op de welvaart van Uwe Majesteit, van de Prins der Neder landen, van de koninklijke familie en van de ganse natie". Het bezoek van koning Boudewijn aan I gin Juliana en Prins Bernhard pauze- het Rijksmuseum. De koning, Konin- I ren even by de Schuttersmaaltijd van Van der Helst. Vanmorgen heeft de N.T.S. een recht streekse reportage gegeven van het bezoek van koning Boudewijn aan Rotterdam. Leo Pagano, de commentator, gaf er blijk van heel wat van Neerlsnds eerste havenstad af te weten. De kijkers kregen dank zij bewegelijk camerawerk niet alleen een voortreffelijke indruk van de drukte die met de aankomst van de Belgische koning gepaard ging, maar tevens een goed beeld van de steeds weer boeiende bedrijvigheid op en om de Nieuwe Waterweg. Een aantal goede close-ups bracht de puf-hitte waar onder het gezelschap gebukt ging in beeld. Deze korte reportage werd besloten met een opname van de afvaart van de „Eras mus", waar het hoge gezelschap de lunch zou gebruiken en waarmee een tocht naar de Deltawerken zou worden ondernomen. Het zesde zomerconcert van het Noord- hollands Philhai-monisch Oi'kest heeft plaats op donderdag 16 juli. Het concez-t, dat onder leiding staat van Marinus Adam, wordt geopend met de Sinfonia in Bes van oh. Chz\ Bach. De bekende Nedez'landse pianist Gez-ard Hengeveld is solist in het vijfde pianoconcez-t van Beethoven. Na de pauze volgt een uitvoering van de vierde symfonie van Tsjaikofsky. HET STAATSBEZOEK VAN de Koning der Belgen geeft aanleiding in herinne ring te brengen, hoezeer ook op het Bin nenhof reeds terstond bij de herleving van de Kamers na afloop van de tweede we reldoorlog, op vez-blijdende wijze op de voorgz-ond kwam te staan de, vergeleken bij weleer, aanmerkelijk verbeterde ver standhouding tussen België en Nederland. Op 22 november 1945 toch de Tweede Kamer was juist aan het werk gegaan deed de voorzitter mededeling van een bij hem ingekomen telegram van zijn Belgi sche collega. Deze, de heer Van Cauwe- laert, een oud vz-iend van Nederland zond gelukwensen bij gelegenheid van de her opening van de Staten-Generaal. Hij uitte tevens de beste wensen voor Nedez-land's herstel „van de rampspoed welke het on- 'der de gruwel van de oorlog en de vez-- drukking van een ge wetenloze vijand vijf jaar lang had moeten dz-agen." Het slot van het. telegram luidde: „Moge de vriend schap en solidariteit tussen Nederland en België, versterkt door het gemeenschap pelijk lijden en verzet, voor beide landen in de dagen van vrede een bron wezen van toenemende voorspoed, geestelijke vooruitgang en vertrouwen in een vreed zame en veilige toekomst. „Blijkens het in de Handelingen geboekstaafde volgden hierop tekenen van instemming. Dat was heel begrijpelijk. De Kamer toch besefte ten volle het vez-heugende in dit telegz-a- fisch gebaar van de Belgische Kamer der volksvertegenwoordigers. Het getuigde immers van een nieuwe geest, te weten van die, welke goede samenwerking tus sen de beide buui-landen voorstaat: Wel aan, daartoe is het meer en meer geko men. Zeker, hier en daar hapert er nog wel eens iets aan die samenwerking, maar in het algemeen genomen valt zij onge twijfeld goed te noemen. Bij verschillende gelegenheden hebben trouwens ook de Tweede en de Eez-ste Kamer getoond, dat zij het nodige willen bijdragen tot ver sterking van de banden van uiteenlopende aard tussen België en Nederland. Minister De Quay op dreef De Kamer van Vijfenzeventig heeft in de afgelopen week slechts één dag verga derd. Dat kon niet andei-s, aangezien het bezoek van Koning Boudewijn tal van mi- B nl^yl 1 ilHi 9 e nisters verhinderde en hetzelfde gold in sommige opzichten onder meer ook voor de beide Kamervoorzitter-s de overige dagen in 's lands vergaderzaal aanwezig te zijn. Dooz-dat minister Luns in den vz-eemde vertoefde, moest de minister-president tij delijk voor hem invallen. Nu, hij deed dit met succes, toen hij in de Tweede Kamer de communistische afgevaardigde de heer Bakker van antwoord had te dienen op diens interpellatie over het feit, dat een op 6 mei jl. met de Verenigde Staten ge sloten uitvoeringsovereenkomst van het verdrag van 1950 tot wederzijdse hulpver lening inzake verdediging, niet aan de goedkeuring der Staten-Generaal onder woz-pen is. Staatsz-echtelijk was de nu ge volgde gang van zaken geheel en al in or de. Duidelijk toonde minister De Quay aan, dat het hier geenszins een zelfstan dig verdrag betrof, gelijk de interpellant beweerde, doch een uitvoeringsovez-een komst en dan nog wel een, waartoe de regering al bij het hoofdverdrag van 1950 gemachtigd was geworden haar te sluiten zonder dat de Kamers er nog eens aan te pas zouden hoeven komen. Ook de stel ling van de heer Bakker, dat de uitvoe ringsovereenkomst afwijkingen van de grondwet zou inhouden, weshalve zelfs een goedkeuring met. 2/3 meerderheid ver eist zou zijn, wist minister De Quay met geslaagde argumenten te weerleggen. Met uitzondering van de communisten en van de beide pacifistische socialisten bleek de gehele Kamer aan de zijde van de minis ter te staan. Zodoende vez-wierf de com munistische -motie. waarin alsnog een goedkeuringswet werd verlangd, slechts vijf stemmen. Niet onpikant was, dat al leen dank zij de pacifistische socialisten het onontbeerlijke aantal van vijf handte keningen bereikbaar was om de motie als voldoende ondersteund in behandeling te kunnen nemen. Van oppositie tot regeringspartij Een niet onvermakelijke gedachtenwis- seling vond er dinsdag plaats, toen het wetsontwerp tot wijziging van de wet op de lijkbezoz-ging aan de orde was. Hoe zulk een op zichzelf nu niet bepaald amu sant onderwerp nog stof tot vermaak kon opleveren kan men zich misschien toch wel voorstellen, zo men bedenkt, dat hier- bij de socialisten een. van hun standpunt uit bezien, schone kans kregen de libera len te laten voelen, dat zij zich in een moeilijk parket bevonden. In 1955 was ten langen leste een regeling in het leven ge roepen, waardoor onder bepaalde voor waarden lijkverbranding wettelijk toe laatbaar is. De liberalen, die toen in de oppositie waren, verweten de socialisten, dat deze als z-egeringspartij het princi piële offer hadden gebi-acht genoegen te nemen met wetsbepalingen, die geens- Om u uit te leggen, hoe het lichaam zijn eigen toevoer van hitte z-egelt en behoudt zou ik het lichaam willen vergelijken met een haaz-d. een radiator en een thermostaat. Net zoals een haard brandstof verbruikt, verbrandt het lichaam voedsel en zet. het dan om in energie ezz warmte. Deze hitte houdt ons lichaam op tempei-atuur. Hoopt zich te veel zelfverwek te wai-mte op, dan krijgt u het gloeiend heet en voelt u zich niet lekker. De massa warmte die door het voedsel ontstaat hangt af van de hoeveelheid voedsel en de calorieën daar in. Om een opeenhoping van hitte te voorkomen, heeft het lichaam een radiator nodig en deze functie neemt, de huid dan over-. Deze speelt, de hoofdrol bij de afvoer van de te grote hoeveelheid warmte en ver schaft u koelte. Verder heeft u een thez-mostaat om de graad van de hitte, die opgewekt wordt en weer vez-loren gaat te regelen. Deze thermostaat bevindt zich in het middelste deel van de hersens en regelt de lichaamstemperatuur, die ca. 36.5 graad bedraagt. Deze thez-mostaat controleert de produktie van hormonen en bepaalt daaz-door de warmte- graad. waaz-bij het voedsel in waz-mte omgezet wordt. De thermostaat regelt ook de bloeatoevoer naar de huid, de bloedtoevoer die naar gelang van de hitte die het lichaam verliest, verminderd of ver meerderd woz-dt. Is de huid niet in staat alleen door uit straling vlug genoeg de hitte af te geven, dan draait de thermostaat de uiterst werk zame droogmachine aan. Wij bezitten talrijke ingebouwde dz-oogmachines. We kennen ze als zweetklieren. Beginnen deze klieren te wez-ken, dan bedekken ze onze huid met vocht. Vez-dampt dit vocht dan is de afkoeling tot stand geko men. Vlugge afkoeling van de moet u handenarbeid 's mor gens vroeg of 's avonds afma ken. Een koele omgeving stelt het lichaam in staat zijn over- bodige hitte vlug aan de bui tenlucht of de naastbijzijnde voorwez-pen af te staan ezz be waart u er voor onaangenaam warm te woz-den. b. Verz-icht lichte werkzaam heden gedurende de heetste uz-en van de dag. Hebt u er tijd voor, zzeeziz dan op deze uren een kz-ant of een boek ter hand (Van onze medische, medewerker) huid verhoogt de bekwaam heid van de huid om het lichaam te verdossen van al te gz-ote hitte. Beschouwt u al deze gege vens dan zult u de wegen en de middelen vinden oizz u wel bewust koel te houden. Hier volgen enige aanwijzingen voor de meest practische en invloedrijke middelen: a. verricht zwaar werk (gz-asmaaien, spitten, sjouwen, schoonmaken) liefst op de koelste uren van de dag. Om dat de lichaamswarmte door werk belangrijk toeneeemt, of doe een nziddagslaapje. Als u z-ust of slaapt ontwikkelt het. lichaanz de minste warmte en daarozzz kunt u bij het rus ten veel meer warmte verdra gen. c. Drink veel water om te vervangen wat u aan vocht af gescheiden hebt. De zweetklie ren kunnen daardoor ongehin- dez-d wez-ken en de huid door uitwaseming koel houden. Woz-dt gedurende enige tijd al te veel zweet afgescheiden, dan moet u het lichaam zout bezorgen. Het ext.ra zoutrant- soen zal u bewaren voor het gevoel van slapte, dat u op warme dagen ovez-valt. d. Draag ruimzittende en lichte kleding, opdat de lucht heel dicht bij het lichaazzz kan kozrzen. Opengewerkte stoffen zijn het beste. Dat dz-aagt veel bij tot een succesvol verdam- pingspz-oces ezz nzaakt de huid koel. De kleur van de kleding is eveneens van belang. Helle kleuren zijn koeler ozzzdat ze de zonnestralen weez-kaatsen. e. Laat de kazzzer op een warme dag eens luchten door ramen en deuren tegen elkaar open te zetten. f. Neem op heel warme da gen twee of driemaal een lauwwarme douche. Lauw warm water brengt het hete bloed aan de oppei-vlakte en voert de overtollige waz-mte af. In strijd met. de gebi-uike- lijke opvattizzg koelt een ijs koude douche het lichaazn niet zo sterk af als een lauwwarme. U kunt de douche met. een korte besproeiing zzzet koud water beëindigen, maar het water mag zziet te koud zijzz. g. U zult zich veel prettiger voelen wanneer u voor de zo mer er voor zorgt, uw teveel aan gewicht kwijt te raken. Vet isoleert en zzzaakt. het een lichaazzz moeilijker om af te koelen. Is uw gewicht ïzor- maal of beter nog te laag dan kunt u de zomerhitte beter vez-dragen. Wilt u het dus graag koel hebben, denkt u dan aan de slanke lijn. h. Het is beter oizz in de zo mer weinig voedsel te eten dat eiwit en vet bevat. Voedsel met eiwit doet de temperatuur stijgezz, waardoor het lichaaizz zijn brandstof verbrandt. Let dus op het voedsel, dat u in uw lichaam opneemt'. i. Vertrouw niet op de goede izzvloed van verkoelende dran ken die ijskoud zijn. Zij geven geen verkoeling. Als een ijskoude substantie water izzbegz-epen het lichaam binnendringt, dan werkt deze een voorbijgaande schok uit op maag en inge wanden. Als gevolg daaz-van strooizzt het bloed naar de or ganen waar het zijn warmte juist niet kwijt kan. Ijskoude dz-anken stoz-en dus het warmteverlies; bovendien zit er zzzeestal veel suiker in, waaz-door het lichaazzz nieuwe brandstof ontvangt Het lichaanz vez-bz-andt deze suiker gauw en wekt nieuwe waz-mte op. Zo wordt uw onaangenazzze gevoel op hete dagen eerder ez-ger dan beter. j. Zorg ervoor in een goede stemizzing te zijn. Uw manier van denken staat, izz nauwe sa- zzzezzhaizg' nzet wat u voelt. Vrolijke gedachten verminde- z-en uw onaazzgenaamheden. U zult ontdekken dat u veel min der last van de hitte hebt als u er niet de hele dag over praat. Hoe meer u zich over de hitte opwindt des te zwaarder wordt ze om te verdragen. zizzs aan de burgers volle vz-ijheid verle nen zich te laten cremeren. Begraven bleef z-egel en crematie wez-d slechts als uitzondering toegestaan en dit dan met behulp van diverse beperkende voor schriften. Het thans behandelde wetsont werp beoogde in somzzzige opzichten een wat soepelere regelizzg in het leven te roe pen. Maar het geeft toch niet die vrijheid, waaz-voor de libez-alen zich destijds ezz ook nog laatstelijk in de vez-kiezingsstrijd waz-izz hebben gemaakt. Zijnez-zijds schiep de heer Scheps (P.v.d.A.) er behagen in zowel professor Oud als diens partijge noot in het kabinet, minister Toxopeus, onder de neus te duwen, dat zij nu op hun beurt iets bleven slikken, dat hun eigenlijk niet lag. Op zichzelf had de mi nister schoon gelijk, toen hij erop wees, dat hij, die trouwens het ontwerp in kwestie, nog afkomstig van het kabinet- Dz-ees, bij zijn optreden had aangetrof fen, niet alles wat hem niet geheel zint op grond van zijn beginselen, uit te ver dedigen wetsontwerpen kan vez-wij deren, aangezien hij immers deel uitmaakt van een ploeg, waaz-in de meez-derheid ande re dan liberale beginselen voorstaat. De juistheid dier stelling viel niet te ontken nen. Intussen was het voor de liberalen een goede les, dat zij, wanneer zij in de oppositie zijn, de regering en de regerings- partijen niet dienen te verwijten, wat zij zelf van oppositie tot regeringspartij ge worden, op hun beuz-t doen: te weten, zich in een aantal opzichten voegen naar hun coalitiegenoten. Daarvoor hadden zij vroeger niet voldoende oog en dit kregen zij ,np op.geestige, wijze op hun boterham. De sociaal-economische nota Wie iri de wandelgangen van de Kamer het oor te luisteren legt, kan daar heel wat horen over de strijd, die zich de vol gende week op het Binnenhof zal afspelen. Vooral het feit, dat blijkens de door de regering aangekondigde plannen, de huur verhoging aan de orde zou komen, voor dat eerst de lonen zijn bijgetz-okken, d.w.z. voordat zekere achterstand met betrek king tot het loonpeil zou zijn ingehaald, doet heel wat wenkbrauwen fronsen. Met name zit men hiertegen bij de K.V.P. nog al aan te kijken. Men geeft zich daar on der anderen rekenschap van de bezwaz-en, welke de z-egez-ingsnota bij de Katholieke Arbeidez's Beweging heeft ontmoet als ook bij het Christelijke Nationaal Vakver bond om van het N.V.V. nu maar te zwij gen. Niet uit het oog moet men voorts ver liezen, dat de aanvoerder van de Tweede- Kamerfractie, professor Romme, bij het debat over de regeringsvez-klaring ken baar heeft gemaakt, dat optrekking der lonen aan de huurverhoging vooraf zou moeten gaan. Zal de gedachtenwisseling' op het Bin nenhof het kabinet-de Quay er toe bren gen, bv. door sommige tei-mijnen wat te wijzigen, een beetje water in de wijn te doen? Het is niet makkelijk hierop een stellig antwoord te geven. Vez-gis ik mij niet, dan vindt er tussen de K.V.P.-frac- tie en de ministers ,nog wel enig binnen kamers overleg plaats. Intussen eist op zichzelf een krachtig regeringsbeleid, dat het kabinet in het algemeen voet bij stuk houdt. Het kan er trouwens van op aan, dat zelfs indien al sommige tot een van de re- gez-ingspai-tijen behorende Kamez-leden er toe zouden overgaan te stemmen voor een eventueel tegen de regeringsplannen gerichte motie, niettemin nog altijd een behooi-lijke meerderheid steun aan het kabinet zou geven. Enig ernstig gevaar voor een paidementaii-e nedez-laag kan ik dan ook moeilijk bespeuren. Inmiddels wist een van de vooz*aanstaande figuren van de K.V.P.-fractie me te vertellen dat het er naar uitziet, dat nog voor 1 janua ri voor ongeveer 4/5 van de arbeiders een loonsvei-hoging, als gevolg van wijzi gingen in de collectieve arbeidscontrac ten zou ingaan. Als men dan bovendien nog vermag te bereiken, dat er voor de hier bedoelde 1/5 van de werknemers een bevredigende oplossing inzake hun lonen gevonden woz-dt, zal er zich voor professor Romme en zijn aanhangers vol gende week geen moeilijkheid van beteke nis meer voordoen. Dr. E. van Raalte Advertentie Hofdijkstraat 32 - Haarlem - Tel. 12181 lordensstraat 53 - Haarlem - Tel. 12730 ERKENDE GAS - WATERFITTERS Boete voor belediging. Het Haagse gerechtshof heeit overeenkomstig het von nis van de politiei-eehter een boete van 40.opgelegd aan een caféhouder uit Boskoop, die op zijn café een bord had aangebracht met de tekst: „Wegens ver- ki-achting van de Drankwet door B. en W. van Boskoop zijn wij gesloten". De café houder had het bord aangebz-acht omdat hem een verlof-A was geweigerd op grond van zijn slechte gedrag.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1959 | | pagina 9