Recht in de ruimte
De houtvlotters van Canada
bedwingen bomen en stromen
ONTVANGEN BOEKEN I
ONTVANGEN BOEKEN
Ma an ra keften
werpen vele
juridische
problemen op
Erbi]
ZATERDAG 10 OKTOBER 1959
PAGINA DRIE
Ik ben een mens door José Martin Des-
calzo. Uit het Spaans vertaald door M. J.
L. van Nierop. Uitgeverij Lannoo, Tielt,
Den Haag.
Nachtelijke Cavalcade, twaalf ongewone
vertellingen, verzameld door B. Jessurun
Lobo en vertaald door Lydia Belinfante.
Salamander-Pocket. Em. Querido's Uit
geversmij., Amsterdam.
De Show-Boat door Edna Ferber. Ver-
tald door C. Weremeus Buning-Ensink.
Salamander-Pocket. Em. Querido, Amster
dam.
Mijn kamer in Moskou door Sally Bel-
frage. Vertaling Bernard Berends. Uit
geverij G. W. Breughel, Den Haag.
Ludmilla door Paul Gallico. Vertaling
M. G. Binnendijk-Paauw. Wereldbiblio
theek, Amsterdam/Antwerpen.
De Stille Week door Jerzy Andrzejewski
(uit het Pools vertaald door S. van Praag).
Wereldbibliotheek, Amsterdam/Antwerpen.
Wie doet me wat door Richard Powell
(vertaald door Margot Bakker). Uitgeverij
J. van Tuyl n.v., Zaltbommel-Antwerpen.
Robin Hood door Roger Lancelyn Green
(Nederlands van O. de Marz Oyens-Schilt).
Prismaboek. Het Spectrum, Utrecht/Ant
werpen.
September door Frédérique Hébrard. Uit
het Frans vertaald door W. Geerlink. Uit
geverij W. P. van Stockum en Zoon, Den
Haag.
Verhalen van Toergenew. Nederlands
van N. Obolonsky en J. N. Hagg. Prisma-
boek. Het Spectrum, Utrecht/Antwerpen.
Tanguy, een kind in de nacht door
Michel del Castillo. Uit het Frans ver
taald door K. Luberti. Prismaboek. Het
Spectrum, Amsterdam/Antwerpen.
Het leven alleendoor Gerda Weiss-
mann. Uit het Amerikaans vertaald door
J. M. H. van Heycop ten Ham-Frowein.
Prismaboek. Het Spectrum, Utrecht/Ant
werpen.
Zuid-Amerikaanse verhalen verzameld
door dr. H. L. A. van Wijk, vertaald door
dra. Maya Hoogveld. Prismaboek. Het
Spectrum, Utrecht/Antwerpen.
Boeketje Spaghetti door Natala de la
Fère. Italiaanse schetsen, vertaald door
Will Geerlink. Uitgeverij W. P. van
Stockum, Den Haag.
De arme speelman door Franz Grillpar-
zer, vertaald door dr. V. van Vriesland.
Wereld-Bibliotheek-Vereniging, Amster
dam/Antwerpen.
Borreluurtje door P. G. Wodehouse, ver
taald door Henriëtte van der Kop. Prisma
boek. Het Spectrum, Utrecht/Antwerpen
De bruid is niet bleu door Odette Joyeux.
Uit het Frans vertaald door F. A. Brun-
klaus. Mimosa-reeks. N.V. Leiter-Nypels.
Maastricht.
(Vervolg zie laatste kolom)
,,'n Beste baan, dat vlotten! Ik
verdien zo'n kleine honderdtwintig
gulden per dag. Dat haal je nooit in
de stad!"
ten, dat de rivier zijn taak als transport
band zo zuinig en zo doeltreffend moge
lijk vervult.
GEWAPEND MET hun stokken bewe
gen zij zich van boom tot boom, van glib
berige stam naar glibberige stam. Zij zijn
water-acrobaten in de ware zin des
woords! Letterlijk en figuurlijk kerels van
stavast! Natuurlijk moeten zij oersterk
zijn en zeer vaardig. Hun loon is hoog en
bedraagt 100 tot 120 per dag. Het is
een lust, de houtvlotterij gade te slaan.
Dynamiet komt er soms zelfs aan te pas,
namelijk als de stammen zo „vasthou
dend" zijn, dat de vlotters met hun stok
ken het houtconglomeraat niet meer uit
elkaar kunnen krijgen. Men past echter
dynamiet slechts in uiterste noodzaak toe
omdat de kans op beschadiging van kost
bare stammen bij gebruik van springstof
te groot is.
OTTAWA DANKT zijn ontstaan aan
boomstammen. Canada dankt tegenwoor
dig een groot deel van zijn welvaart even
eens aan boomstammen en dus aan de
stoere mannen, die ze kappen in de wil
dernis en transporteren langs de ongebrei
delde stromen. En niet Canada alleen, ook
de overige wereld dankt veel aan die man
nen. Immers, vijftig percent van het we-
reldverbruik aan krantenpapier wordt
door Canada geleverd. De Canadese bos
sen beslaan een oppervlakte zo groot als
de helft van Canada's totale landopper
vlakte. Zij zijn Canada's natuurlijke rijk
dom en verschaffen tesamen met de hout
verwerkende industrieën aan meer dan
een miljoen Canadezen werk en brood.
Zij zijn de bron. waarvan alom ter we-
reid lezers van kranten, tijdschriften en
boeken profiteren.
ALS MEN MET de kappers of de vlot
ters (maar dan op de oevers!) in gesprek
komt worden er geen cijfers genoemd.
Dan hoort men ruwe, doch goedmoedige
scherts. Dan staat men als „bleekgezicht"
of „stadsjongen" bloot aan plagerij, die
meteen gecompenseerd wordt met een
ferme slag op de schouder of een o-zo-
stevige handdruk. Dan hoort men verha
len over het hout en over de wouden. En
dan krijgt men ook vaak goede raad. Die
bossen, boy hoort men dan zijn heel
mooi, maar mocht je er ooit in willen
gaan zwerven, zorg dan voor een goede
gids, een oude jager of een Indiaan, die
de weg weet en de taal der wildernis ver
staat. Want zou je alleen gaan, zelfs al
had je een goed geweer en een prima uit
rusting bij je, well, zou je alleen gaan, dan
zou je merken, hoe wreed die bossen kun
nen zijn. Er bestond dan een goede kans,
.bleekgezicht", dat ze je zouden opslok
ken en dat je voor altijd zou verdwijnen.
DE AANDACHT VAN DE BREDE MASSA DER AARD
BEWONERS IS OP HET OGENBLIK NOG VOORAL GE
VESTIGD OP DE TECHNISCHE MOGELIJKHEDEN,
VOORUITGANG EN PROBLEMEN DER RUIMTEVAART.
HIERAAN IS HET WAARSCHIJNLIJK TOE TE SCHRIJ
VEN, DAT DE UITLATING VAN RUSLAND'S EERSTE
MINISTER NA HET GELUKTE SCHOT OP DE MAAN „WIJ
EISEN DE MAAN NIET VOOR ONS OP", ZO WEINIG
REACTIES WEKTE. OOK DE ENIGSZINS BITTERE UIT
SPRAAK VAN DE DUITS-AMERIKAANSE RUIMTE
VAARTDESKUNDIGE VON BRAUN, DAT DE EERSTE
AMERIKANEN DIE OP DE MAAN ZOUDEN LANDEN,
EEN GOEDE KANS ZOUDEN HEBBEN OM OPGEWACHT
TE WORDEN DOOR RUSSISCHE DOUANE-BEAMBTEN,
GING VRIJWEL VERLOREN IN HET GROTE NIEUWS
VAN DE BESPREKINGEN DER AMERIKAANSE EN RUS
SISCHE STAATSLIEDEN. TOCH SNEDEN ZOWEL DE
RUSSISCHE ALS VON BRAUN'S UITSPRAAK EEN PRO
BLEEM AAN, DAT WELDRA VAN DE ALLERGROOTSTE
BETEKENIS ZAL WORDEN, JA, REEDS NU IS.
Vervolg van kolom 1)
Cultuur en wetenschap
De Romeinse Beschaving door dr. Edith
Hamilton (Nederlandse bewerking van J.
F. Nijkerk), Phoenix-Pocket, uitgevers
maatschappij W. de Haan/n.v. Standaard
boekhandel.
De Bakermat van onze Cultuur door
Leonard Cottrell (Nederlandse bewerking
van Ingrid Nijkerk), Phoenix-Pocket, Uit
geversmij. W. de Haan/n.v. Standaardboek
handel.
De prehistorie der Europese Samen
leving door V. Gordon Childe (Nederlands
van Titia Jelgersma), Prismaboek, Het
Spectrum, Utrecht/Antwerpen.
Waar lag het Paradijs? door Richard
Henning (vertaald door Margot Bakker),
Meulenhoff-Pocket, Meulenhoff, Amster
dam.
Athene, stad der Acropolis door Willem
Enzinck, Servire's Luxe Pockets, uitgeverij
Servire, Den Haag.
De Klassieke Kunst door Heinrich
Wolfflin (Nederlands van E. van der Veer-
Bertels), Aula-Boek, Het Spectrum,
U trecht/Antwerpen.
Prisma Woordenboek der Klassieke Oud
heid door dr. P. J. Reimer, Prisma-Boek,
Het Spectrum, Utrecht/Antwerpen.
Wat gelooft de mensheid door dr. C. J.
Bleeker. Ooievaar-pocket, Bert Bakker/
Daamen n.v./Den Haag.
Grote filosofieën en de huidige mens,
zes voordrachten door dr. Kwee Swan Liat,
dr. G. H. van Senden, G. H. Streurman,
prof. dr. L. Flam, H. G. Goverts en prof.
dr. C. A. Mennicke. Wereldboog-pocket,
Wereldbibliotheek Amsterdam/Antwerpen.
Voorzover mogelijk zal aan de
hieronder genoemde boeken een
bespreking worden gewijd in
„Het Boekenhoekje".
Het leven van Kierkegaard door Walter
Lowrie (Nederlands van A. C. de Wolf),
Prismaboek, Het Spectrum, Utrecht/Ant
werpen.
Sprekend Verleden, wegwijzer voor de
verzamelaar van oude kunst en antiek
door Th. H. Lunsingh Scheurleer. Schelte-
ma en Holkema n.v., Amsterdam.
Wat is Antiek? II door Petra Clarijs.
Uitgeversmaatschappij C. A. J. van Dis-
hoeck, Bussum.
Gids voor Nederlandse Architectuur (in
Nederlands en Engels), samengesteld door
ir. J. H. van den Broek met medewerking
van ir. R. Meischke en ir. J. Boot. Uitgave
voor de Nederlandse sectie van de Union
Internationale des Architectes door W. L.
en J. Brusse's Uitgeversmij. n.v., Rotter
dam.
Wij in het heelal, een heelal in ons door
Kees Boeke. Twee tochten: door macro-
cosmos en microcosmos. J. M. Meulenhoff,
Amsterdam/J. Muusses, Purmerend.
Onze tuin- en kamerplanten
DE RUIMTEVAART doet haar in
trede in de geschiedenis omstuwd door
juridische vraagtekens. Zij stelt aan de
mensheid de eis, een nieuwe „rechts-
branche". te weten een ruimte-recht, op
te stellen. Sommige van die vraagtekens
zijn al actueel. Enige voorbeelden ter
verduidelijking: Tot hoever gaat de
souvereiniteit van een staat „naar
boven'? Zijn satellieten, die nooit meer
op aarde zullen terugkeren, „koloniën"
van het land, dat ze lanceerde? Of zijn
het „onafhankelijke objecten"? Of mis
schien „soevereine staatjes"? En wie is
de „eigenaar" van een raket, die over
verschillende landsgrenzen vliegt? Wie
is aansprakelijk voor eventuele schade?
Is er enige instantie, die gerechtigd, ja,
misschien zelfs verplicht is om een
vliegend projectiel te vernietigen, ah het
gevaar zou opleveren voor de mensheid
in haar geheel?
Deze en vele andere vragen kunnen
slechts op bevredigende wijze worden be
antwoord. als de mens tijdig een „ruim
te-recht" opstelt. Een „ruimte-recht" is
thans even noodzakelijk als vroeger een
internationaal recht (noodzakelijk gewor
den door de „grote ontdekkingen") en een
luchtrecht ('noodzakelijk geworden door de
„verovering van het luchtruim"). Terwijl
anderen druk in de weer zijn met de op
lossing van technische, ballistische, bio
logische, medische en andere met de
ruimtevaart samenhangende problemen,
zitten de juristen niet stil. Dit bleek ons
duidelijk tijdens een gesprek met profes
sor dr. F. W. von Rauchhaupt, een jurist
van grote naam, die sedert 1922 interna
tionaal recht heeft gedoceerd aan de uni
versiteit van Heidelberg.
De thans bijna tachtigjarige hoogleraar
stond ons te woord in het Haagse Vredes
paleis. Hij stamt uit een oud Thürings ge
slacht (oorspronkelijk Von Nessa gehe
ten), dat tijdens de Kruistochten de bij
naam „Rauchhaupt" kreeg en deze bij
naam later koos als geslachtsnaam. Hij
is, als ridder in de Johannieter Orde. een
man van overtuigd Christelijke beginse
len, die hij naar hij zegt ook in het
recht wil verankerd zien. Professor von
Rauchhaupt bleek een geestig en onder
houdend causeur te zijn. Zijn toon werd
echter ernstig toen het gesprek zich be
gon te bewegen op het gebied van het ruim
terecht.
DE HUIDIGE SITUATIE (aldus de hoog
leraar) komt tot op zekere hoogte over
een met die omstreeks het jaar 1492. Toen
kwamen nieuwe werelddelen binnen de
gezichtskring en het bereik van de Euro
pese mens. Thans zijn het „ruimte-delen"
die binnen ons bereik komen. Wat waren
de gevolgen van de tocht van Columbus
op het terrein van het internationale recht?
Precedenten waren er niet of nauwelijks.
Men was dus genoodzaakt, „nieuw recht"
uit te denken en te formuleren. Let wel,
„nieuw recht", dat aan de gewijzigde si
tuatie beantwoordde. In Spanje was dat de
taak van de hoogleraren in de theologie en
het kanonieke recht. Er ontwikkelden zich
twee scholen, die van de Dominikanen on
der leiding van Francisco de Vitoria (1492-
1546) en die van de Jezuieten met de be
roemde jurist Francisco Suarez (1548-
1617). De man, die hun werk in zekere zin
voortzette, was de beroemde jurist, wiens
standbeeld wegens de Delftse Taptoe ver
plaatst werd, de Nederlander Hugo de
Groot internationaal meer bekend als
Grotius wiens werk „Over het recht van
oorlog en vrede" tot de rechtsgeleerde
klassieken behoort.
De tiende verjaardag van de „Interna
tionale Grotius Stichting" (die afdelin
gen heeft in twintig landen) werd in Mün-
chen gevierd. Het is tekenend, dat bij die
gelegenheid een paar lezingen werden ge
houden over ruimterecht! De spre
kers waren de voorzitter Andrew G. Ha
ley en Prins Welf von Hannover. De Rus
sische hoogleraar Korovin had uit Mos
kou een op schrift gesteld referaat inge
zonden over dat onderwerp.
OP HET OGENBLIK, aldus professor
von Rauchhaupt, bestaat er nog geen
enkele bepaling van ruimterecht. Wij zijn
dus net zo ver als de Europeanen in 1492
waren. Toen moest men nieuw recht schep
pen op de grondslagen van ethische prin
cipes, juridisch gezond verstand, prakti
sche redenering en de hoop op God's ze
gen. De juristen van onze tijd zullen om
te' komen tot een „ruimterecht" in be
ginsel net zo moeten doen. Inderdaad zijn
zij er reeds in enige landen mee bezig
aan de hand van het in hun vaderland gel
dende nationale recht.
Als gevolg van de in razend tempo voort
schrijdende techniek zijn er echter misver
standen ontstaan en heeft men nog niet
voldoende internationale overeenstem
ming kunnen bereiken. De hoop is even
wel gewettigd, dat zodanige overeenstem
ming bereikt zal worden.
De oplossing, aldus professor von Rauch
haupt, zal haar uitgangspunt moeten ne
men in het volkenrecht, ja, in het God
delijke recht. Uiteraard zullen de opstellers
van het ruimterecht zich moeten laten lei
den door juridische logica. Dat ruimterecht
wordt dan een uitbreiding van het be
staande internationale recht, een uitbrei
ding of, als u die term prefereert, een ver
lengstuk. Om maar één ding te noemen:
De term „oneindig" zal moeten worden
ingevoerd in het op aarde opgestelde ruim
terecht.
WAT DE praktische dingen betreft, ver
volgde de Heidelbergse hoogleraar, alvo
rens te kunnen komen tot een „ruimte
grondwet" die de basis moet zijn van alle
„ruimte-wetten", is het noodzakelijk eerst
internationale orde te scheppen in de ter
minologie en te geraken tot algemeen er
kende formuleringen. Daar heeft men on
langs een begin mee gemaakt. Een com
missie van vijf geleerden is thans bezig,
een bruikbare terminologie op te stellen.
Is het gewenst, de opstelling van een
„ruimte-recht" te doen geschieden in het
kader van de UNO? Professor von Rauch
haupt is van oordeel, dat het gemakkelij
ker zal zijn om de onmisbare medewer
king der Slavische volken te verkrijgen,
als men de opstelling van het ruimterecht
laat geschieden in het kader van het in
het Vredespaleis zetelende Internationale
Het vervroegen van paperwhites is een
prettig werkje en het behoeft beslist niet te
mislukken. Als men de bollen maar bij een
solide firma bestelt en nu zo spoedig moge
lijk. Direct na ontvangst moeten de bollen
dan in de voor hen bestemde potten of
schalen gepoot worden; ze groeien prima
op grind en water en u hebt er dus niet
eens grond voor nodig.
Op de bodem komt een laagje fijn gewas
sen grind en daarop zet u de bollen, zó dat
ze elkaar een beetje steunen. Vervolgens
de schaal aanvullen met grind en water.
Deze narcissen hebben geen speciale don
ker e-kastbehandeling nodig, maar kunnen
direct in het volle licht gezet worden; een
zeer matig verwarmde kamer is echter
wel gewenst; te hoog mag de temperatuur
niet zijn. Het is zeer belangrijk dat steeds
water gegeven ivordt; vooral als de bollen
eenmaal wortels gevormd hebben, dient
het grind steeds goed vochtig gehouden te
loorden. Verlies dat dus niet uit het oog,
want anders zullen ze zeker verongelukken
en dat zou jammer zijn; daar zijn ze te
kostbaar voor.
G. Kromdijk
Gerechtshof. Daar zijn de vijftien rech
ters van verschillende nationaliteit volko
men gelijkwaardig. De medewerking van
de Slavische, ja, van alle volken is onont
beerlijk (vervolgde professor von Rauch
haupt), want het essentieel nieuwe van de
„ruimte-constitutie" zal zijn, dat zij nood
zakelijkerwijs internationale samenwer
king als een van haar grondslagen moet
hebben. Zonder zodanige samenwerking is
zij bij voorbaat tot falen gedoemd.
Tot zover deze bejaarde hoogleraar, die
de hem zeer na aan het hart liggende chris
telijke idealen met steun van zijn inter
nationale vrienden en door middel van het
recht hoopt in praktijk gebracht te zien bui
ten de dampkring der aarde, waar het do
mein van het luchtrecht ophoudt en het
oneindig grote gebied van het ruimte
recht zal beginnen.
AMSTERDAM, Nederlands hoofdstad, is gebouwd, op palen. Ottawa,
Canada's hoofdstad, op boomstammen. In 1827 Canada was toen nog een
Engelse kolonie besloten de Engelsen een kanaal te graven tussen de Rideau
Rivier en het Ontario Meer. liet kanaal begon bij Bytown, een houtkappers-
nederzetting. Toen het kanaal gereed was, steeg zowel de bloei als de betekenis
van Bytown snel. De nederzetting kreeg daardoor een ander karakter en ook
andre inwoners. In 1854 nam Bytown de naam Ottawa aan. Het werd een
grote stad. Het gevolg? De houtkappers trokken zich terug naar het binnenland.
Hout wordt nu eenmaal niet gehakt in of bij een grote stad, maar in de rauwe,
ongerepte wouden. Maar toch: Ottawa was oorspronkelijk een houtkappers
kolonie in Canada's onmetelijke bossen en werd gebouwd (figuurlijk) op boom
stammen. Ook heden ten dage wordt er hout gekapt, zeer veel hout zelfs, in
Canada, leder jaar trekken tegen de winter een kwart, miljoen Canadezen de
bossen in voor de kap. Die bossen beslaan een oppervlakte van een paar miljoen
vierkante kilometer. In de wintermaanden hoort men van de heuvelhellingen
bijlslagen en de zagen. De houtkappers, ruwe klanten, vellen boom na boom.
Smak na smak dreunt door het woud, als de bomen ter aarde storten. Rappe
handen staan dan gereed om tak en twijg te verwijderen. Takken en twijgen
hebben daar, in de wuivende Canadese wouden, geen waarde. Het gaat om de
stammen. Het gaat om hout. hoe dikker de stammen hoe beter.
Vertaalde romans, novellen
en verhalen
't Geluk hangt als een druiventros door
C. en M. Scharten-Antink. Negenentwin
tigste druk.
Van de uitgeverij J. M. Meulenhoff ont
vingen wij de volgende Meulenhoff-
Pockets, een serie waaraan medewerken
de uitgeverijen De Bezige Bij, H. P. Leo
pold, Nijgh en Van Ditmar en A. A. M.
Stols:
Terugkeer naar Atlantis door Hubert
Lampo (tweede druk).
De diamant door Harry Mulisch (tweede
druk).
Een liefde in Kennemerland door Marie
C. van Zeggelen (tiende druk).
Vrouwen van Mabille door Marinus van
Praag.
Ciske de Rat door Piet Bakker. Elsevier-
Pocket (vierentwintigste druk). Uitgeverij
Elsevier, Amsterdam-Brussel.
Voor het laatst Lady Barker door Hans
Keuls. Mimosa-reeks. N.V. Leiter-Nypels,
Maastricht.
Het verstopte huuske door C. M. van
Hille-Gaerthé. (Elfde druk). N.V. Uitgeverij
Nijgh en Van Ditmar, Den Haag.
Kerels van stavast! Dat. zijn de
houtvlotters in de dubbele betekenis:
letterlijk en figuurlijk.
Een sorteerstation waar de stammen
worden „gesorteerd op eigenaars".*
De houthakkers merken de gevelde
stammen zodat vergissingen vrijwel
uitgesloten zijn.
lllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilllllllllllllllllllllllllllllllll
EEN DIKKE IJSKORST bedekt rivie
ren, beken en meren. De gekapte stam
men worden per slede-trein, getrokken
door een tractor of vrachtauto, naar de
oevers gebracht. Daar wordt het hout
neergelegd en daar blijft het tot de voor-
jaarsdooi inzet. Dan doen de stromen hun
plicht. Bruisend en kolkend brengen zij
het hout naar de plaats zaagmolen of
papierfabriek waar het verwerkt wordt.
Als de dooi is ingevallen komt de winter-
oogst aan hout op transport. Schijnbaar
bandeloos en zonder controle denderen de
stammen stroomafwaarts. De houtvlotters
zorgen er voor dat er zo weinig mogelijk
stammen verloren gaan. Zij moeten voor
komen, dat er opstoppingen ontstaan. Hun
taak is levensgevaarlijk. De stammen en
de stromen beide moeten zij in bedwang
houden. Zij zijn de „houtchauffeurs-te-wa-
ter". Hun stuurknuppels zijn lange, van
haken voorziene stokken. Zij moeten de
kracht van het woest kolkende water niet
alleen kennen, maar hem tevens zó rich-
Nederlandse romans en novellen
rnjmr.
Van Em. Querido's Uitgeversmij. te Am
sterdam ontvingen wij de volgende Sala
mander-Pockets
Philip en de anderen door Cees Noote-
boom (derde druk). De rijmende dood
door Alfred Kossmann. Een onderzoek in
hoeverre de doodsgedachten van een aan
tal schrijvers bevestigd werden door hun
eigen dood. Het boek is een bundeling van
in De Gids verschenen opstellen.
De vergeten medeminnaar door Rico
Bulthuis. Een herdruk van het in 1947
verschenen boek Het Andere Verleden.
De Grote Zaal door Jacoba van Velde.
Vierde druk.