W ereldtele visie via kunstmanen Nieuwe kinderhoeken Leerlingen van Joodse middelbare scholen werken en maken zich bemind bij Arabieren Erbij PAGINA DRIE VIJFTIG JAAR GELEDEN: Olieslagers vlóóg ZATERDAG 13 AUGUSTUS 1960 cies weten. „Misschien ga ik later door in het Arabisch, misschien is er een kans om met een academische titel in de oriën taalse wetenschappen 'n baan aan Buiten landse Zaken te krijgen". Belangrijker dan de carrière bleek de gevoelde noodzaak om niet als vreemde tegenover de Arabi sche beschaving te staan. WAAROVER SPREKEN de Joods-Israe- lische kinderen met hun gastheren en de kinderen van Nazareth? In ieder geval niet over politiek. Dat is taboe. Hun on derwijzers hebben verzocht dit onderwerp te mijden en zijzelf geloven, dat het ge durende deze eerste Joods-Arabische ont moeting verstandiger is om dat tere, voor velen pijnlijke onderwerp niet aan te roe ren. Toch zijn die kinderen aan de poli tieke problemen niet voorbijgagaan. Tot diep in de nacht heelt men onderling ge debatteerd over bij voorbeeld het militai re gouvernement in de Arabische gebie den, waar iedere Arabier in Israel zich aan stoot en dagelijks ergert.Trouwens, in hun contacten met de Arabische jeugd zijn er genoeg interessante onderwerpen. Vooral tegenover de meisjes luchtten de Arabische jongens de klacht dat de „mo- har", de prijs voor een bruid, schrikba rend hoog in Nazareth en omgeving geste gen is. Ja, de emancipatie van de Ara bische vrouw gaat wel snel, maar zij houdt geen gelijke,tred met die der Jood se bevolkingsgroep. De Joodse meisjes zijn dan ook, om geen aanstoot te geven, keurig in jurken met mouwtjes en nim mer in lange broek bij hun gastheren ver- TOEN WIJ HET groepje Joodse scholie ren in Nazareth bezochten, hadden zij 's middags „ouderdag". „Wij hebben hen zoveel nieuws te vertellen. Dat gaat niet per brief. Zoveel prachtige indrukken, zo veel domme misverstanden zijn hier ver dwenen, we hebben zoveel vriendschappen gesloten. We zullen vanmiddag heel wat te bomen hebben met onze ouders," ver telde Elias ons. Mirjam Gerzon om vanaf een zekere hoogte met vliegmachines uitzendingen een gro tere perimeter te geven. Deze me thode werd ook in de Verenigde Staten beproefd, maar zoiets als een wereld-tele visie heeft men er nog niet mee kunnen verwezenlijken. Zelfs met vliegtuigen, die op de grootst mogelijke hoogte vliegen, kan men nog niet de hele aardbol bestrijken. Nee, men moet al de stratosfeer ingaan en nog hoger komen, in de exosfeer, waar de satellieten rondcirkelen. Pas wanneer het lukt om op deze hoogte relais-tussen- zenders en -ontvangers te plaatsen, kan een wereldtelevisie-programma verwezen lijkt worden. Intussen heeft men de ontdekking ge daan, dat onze maan de radio-golven uit stekend reflecteert. Signalen uitgezonden in Amerika, zijn in Nederland goed ont vangen; met een tijdverschil, dat met de beroemde lichtsnelheid op de seconde af, klopt. De maan is 384.000 kilometer van de aarde verwijderd en de seinen bereikten de ontvanger in weinig meer dan 2 secon den! Maar de maan staat nooit stil; hij is ook wel tè ver! MAAR ZOU MEN NIET een kunstmaan kunnen lanceren, die dan op voldoende af stand om de aarde cirkelt? Dat plan lukte. De Douglas-fabrieken in de Verenigde Staten hebben een dergelijke „televisie"- maan geconstrueerd. En de horizon zou in de toekomst geen hinderpaal meer gaan vormen voor de internationale televisie. De neus van een Thor-raket kan een pak ketje bevatten dat eruit ziet als een ge vouwen regenjas .van metaalglanzend plas- tie. Eenmaal in de ruimte, vliegt het ge heimzinnige pakje uit de neuskegel en be gint meteen geweldig uit te dijen! De zil verig schemerende bol ontvouwt zich op een 200 km hoogte! De zon draagt er ook toe bij om het gas binnen het omhulsel nog meer expansiekracht te doen verkrijgen. Daarboven is geen luchtweerstand en de kleine hoeveelheid gas is dan ook voldoen de om de plastic-ballon op een diameter van 40 meter op te blazen. De laatste trap van de Thor-raket blijft bij de ballon en duwt haar in de cirkelbaan om de aarde. Bij een proef bleek, dat de metalen mole culen die in de plasticmassa van het om hulsel zijn gebed, inderdaad de televisie- golven uitstekend terugkaatsten. EEN RELAIS-BALLON is dus voldoen de om een programma over een heel con tinent uit te zenden. Toch verdwijnt de relais-maan altijd weer achter de horizon. Hij wordt door de aarde „verduisterd". Wanneer men echter vier tot zes van deze televisie-manen in de baan om de aarde zet, is het probleem van de wereldtelevi sie opgelost: dan zal er altijd ergens één boven de horizon zijn. De manen zullen elkaar de golven toegooien, zodat de uit gezonden programma's met een maxi male vertraging van globaal 1/10 seconde kunnen worden ontvangen. En dan is de wereld-televisie een feit! Zes kunstmanen zouden voldoende zijn voor een we reldomspannend t. v.-net als hier ge schetst is. OP 10 AUGUSTUS was het vijftig jaar geleden dat Jan Olieslagers, de onvergete lijke Belgische aviateur, voor het eerst de Nederlanders toonde in Groningen dat de mens zich met een vliegmachien in de lucht kon verheffen. Jam Olieslagers hield tot 14 augustus in Groningen waar hij reeds als motorrijder vermaardheid had zijn demonstraties, waarna hij van 24 tot 29 augustus in Utrecht demonstreerde, van 29 augustus tot 2 september in Zwolle en van 10 tot en met 14 september kon men hem in Nieuwer Amstel zien, tijdens de Eerste Amsterdamse vliegweek. Rotterdam volgde (van 19 tot en met 25 september) met de eerste Rotterdamse vliegweek op Woudestein. Van 28 septem ber tot en met 2 oktober was Olieslagers in Enschede. Tenslotte eindigde hij zijn door de heer Strengholt geregelde tournee in Nijmegen, waar hij van 5 tot en met 9 oktober vliegdemonstraties gaf. OLIESLAGERS had bij deze demonstra ties niet altijd de windstilte, die voor de luchtreizen met zijn slechts 210 kg we gende ééndekkertje een absolute nood zakelijkheid was, maar zijn prestaties waren uiteindelijk wel dusdanig, dat men hem serenades bracht, met kransen om hing en op de schouders tilde. Men moest dikwijls lang wachten tot hij ging vliegen in Amsterdam enkele dagen! maar als hij het eenmaal deed, deed „Antwerpse Jan" het goed Een jaar later-, op Koninginnedag, zou Anthonie Fokker zijn eerste vlucht boven Nederland maken en wel om de Grote Kerk in Haarlem. Ook zijn succes was enorm. Een krant schreef: Gisteravond laat is het gebeurd! Is het gebeurt, dat in de avondlucht, die zich welf de over den grijzen Sint Bavo op de Groote Markt te Haarlem, plotseling een eenzame man kwam aanvaren, een man uit 't noor den, gekomen op den rug van een blank- vleugeligen luchtvogel. Heeft het wind- wakende haantje, dat er gloeiendgoud stond in de gulden stralen van de onder gaande zon, niet een oogenblik zijn winden vergeten om een slag rond te draaien van pure verbazing? En is de oude grijsaard, die eeuwen al te droomen staat boven uit het dakengewirrel en 't nog lagere mensen- geroes beneden, niet plots wakker geschrikt en heeft hij niet, al is 't een oogenblik maar, zijn diamantklokjes gebengeld van ver rassing, toen daar over zijn hoofd heen, wel driehonderd meter er bovenuit, die vreem de vlinder omzoemde?" Dat gebeurde vijftig jaar geleden.... Terwille van zijn vele be wonderaars liet Jan Olie slagers zich in dit fraaie vliegerpak met pofbroek en st "-«ril kieken. Er zjjn duizenden exemplaren van dit statieportret van de luchtvaartpionier verkocht. Daaronder: zjjn frêle eer ste „kist" in de lucht en bjj een start. In het midden van de nauwe hob belige en schilderachtige winkel straatjes van de Arabische stad Nazareth, schenen de Arabische verkopers en hun klanten, Arabie ren, toeristen en Joden, nimmer haast te hebben het mensen-ge- woel en de gezellige koopdrukte te verlaten. Die straatjes zijn trou wens opmerkelijk schoon, ook al wandelen tussen het publiek de ezeltjes en hun eigenaars met de zelfde nieuwsgierigheid rond langs de gesluierde vrouwen en langs de winkeltjes, waar de koopwaar bij gebrek aan etalageruimte over de lengte en breedte van het trottoir uitgestald ligt. In een van die nis sen, waar textiel wordt verkocht, hebben wij met Elias, een 17-jarige scholier uit Tel-Aviv en zijn leraar, de eigenaar van het bazaartje, ge sproken. „Nee, verkopen kan hij niet", lacht de eigenaar. „Maar Ara bisch spreekt hij al heel aardig. De eerste dag dacht ik, nee, dat wordt gebarentaal, maar nu gaat het wer kelijk al vlot". „Gaat u ook straks om de hoek eventjes binnen in de levensmiddelenzaak, want daar staat Avivah achter de toonbank en die schijnt nogal wat kopers aan te trekken". Onze tuin- en kamerplanten De Joodse scholier Elias uit Tel-Aviv met zijn gastheer en eigenaar van een stoffen- bazaar in Nazareth. ELIAS EN AVIVAH (het Hebreeuwse woord voor lente), behoren tot een groep van eenenzeventig leerlingen van middel bare scholen in Tel-Aviv, Haifa en Jeru zalem, die de „humanistische" opleiding van het Israëlische gymnasium kozen en in die afdeling de oriëntaalse leervakken prefereerden. Ieder jaar stijgt de belang stelling voor de oriëntaalse afdeling op de Joodse middelbare scholen en reeds drie jaren gaat er in de zomervakantie een groepje leerlingen, drie weken lang praktijk opdoen in een Arabische omge ving. Het initiatief en de financiering van dit project gaan uit van de Arabische afdeling van het ministerie van de premier. De deelnemers betalen de symbolische som van 29 Israëlische ponden (ongeveer zestig gulden) en daarvoor ontvangen zij huisvesting, eten plus een even afwisselend als interessant studieprogramma. Het Israëlische „gymnasium" kan men met een h.b.s.-opleiding vergelijken. De zogenaamde wetenschappelijke afdeling komt overeen met h.b.s.-b en de huma nistische richting met. die van h.b.s.-a. Het aantal leerlingen, vooral jongens, die het Arabisch als hoofdvak kiezen, stijgt ieder jaar aanzienlijk. Het verschil tussen de Arabische spreek- en schrijftaal is bijzon der groot. Vandaar, dat die eenenzeventig scholieren, die dit jaar in Nazareth geko men zijn om wat praktijk op te doen, in het begin moeite hadden een gesprek in het Arabisch te voeren. 's OCHTENDS WERKEN de kinderen in de winkeltjes, op de kantoren en een Ara bische drukkerij. In het gemeentehuis za gen wij een blonde en blauw-ogige Ruth ijverig over een Arabisch manuscript ge bogen. „Veel kon ze ons in het begin niet helpen", vertrouwde de secretaresse ons toe. „Maar in de weg zat ze ons ook niet en dat is al heel wat. Nu dicteert ze aan de typiste de brieven in de machine en wij hebben er allemaal erg veel schik in". Dat is de indruk, die wij overal kre gen: de jongens en meisjes hebben een goodwill in Nazareth, die verheugend en zelfs voor de instructeurs volkomen onver wacht en snel gegroeid is. Dahlia's kxtnnen nu volop gesneden wor den; doe dat liever niet midden overdag, vroeg in de morgen of laat in de avond, doch in ieder geval als de bloemen hele maal droog zijn. Zet ze ook niet direct in een nauwe vaas, maar liever eerst een nacht in een emmer water en de volgende morgen kunnen ze dan in de voor hen be stemde vazen, kannen of pullen geschikt worden. Als men de houdbaarheid van de snijbloemen en in het bijzonder van de dahlia's loil verlengen zal men chrysal in het water moeten oplossen. Per liter water heeft men er één pakje voor nodig. Dahlia's zitten in deze tijd van het jaar ook nogal eens onder de luis; jammer en vervelend en daar is wel iets tegen te doen. Er zijn vele goede middelen die ge bruikt kunnen worden. Dahlia's hebben ook veel last van oorwormen; dat kan men voor komen door de planten te besproeien met Poliflor-zomer; maak een oplossing van twee percent en dan dient men dat later nog eens te herhalen. Er kunnen bij de stokken ook kleine bloempotjes omgekeerd opgehangen worden; die stopt men vol droge houtwol; de oorwormen schuilen er tegen de avond in weg en vroeg in de mor gen kan men de inhoud in een emmer water leegschudden. G. Kwmdijk VAN 8 TOT 12 UUR 's ochtends ont vangen de kinderen hun praktische lessen, 's Middags na de gezamenlijke lunch volgt een korte rustperiode. Maar van rusten komt niet veel. Want alhoewel de meesten uit de gegoede kringen komen, zijn .zoals in ieder Israëlisch werk- of zomerkamp, de condities nogal primitief. De kinderen wonen in houten barakken, waar het des middags te warm is om een middagdutje te doen. Ze hebben er geen elektriciteit en geen klerenkast. In ieder kamertje staan drie of vier veldbedden. De kleren hangen over een bij de ingang gespannen touwtje. Na hun woonruimte schoongeveegd te heb ben moet ieder aan een dagboek werken, waarin ze in het Arabisch hun indrukken van elke dag moeten weergeven. Om 4 uur beginnen de lesuren of de lezingen, alle in het Arabisch. Er zijn hiervoor Is raëlische professoren, staatsbeamten en Arabische notabelen overgekomen.'sAvonds gaat men meestal op excursie, of, beter gezegd, op bezoek naar de dorpen in de omtrek. Een volle werkdag dus. En dit in de zomervakantie! Interessant is dat de ouders van het merendeel dezer scholieren niet uit oriën taalse landen maar uit Duitsland, Polen of Roemenië afkomstig zijn. Helaas is de middelbare schoolopleiding alhier nog een luxe, die niet vele ouders uit Arabische landen hun kinderen kunnen geven. En bo vendien is er de tendens bij de meeste kinderen uit deze immigranten-kringen om hun „Arabisch" verleden te vergeten. DE KINDEREN waren allen onder de indruk en opgetogen van hun contacten met de Arabische bevolking. „De meeste van ons hebben gemerkt, dat wij heel veel van hen leren kunnen. En dat is een ontdekking. Hun gastvrijheid en omgangs vormen, hun taalgebruik, dat alles heeft diepe indruk op ons gemaakt", aldus ver telde Avivah ons. Wanneer men hen vraagt waarom ze juist deze afdeling op school gekozen hebben, dan is het antwoord eens luidend:, Wij wonen in het hartje van eeuwenoude cultuur. Wij kunnen elkaar nooit begrijpen als we eikaars taal niet spreken en het verschil in omgangsvor men niet leren kennen. Als men vraagt wat ze later met hun Arabische kennis gaan doen, dan krijgt men de indruk, dat deze zeventienjarigen dit nog niet pre- JAMMER van al het geld, al die raketten en satellieten. Hoe vaak hoort men niet deze zucht? En toch komen er bij de ex perimenten behalve het ivetenschappelij- ke doel en het vraag stuk van de landsver dediging altijd weer praktische toepassin gen te voorschijn. Eén ervan is de wereld televisie! Over enkele jaren zal men even gemakkelijk stations van de verschillende landen op alle conti nenten op 't televisie scherm krijgen als men nu alle zenders via de radio kan be luisteren. Men zal dus de televisieprogram ma's Amerikaanse, Japanse, Chinese of Russische kunnen ontvangen door slechts op de golf lengte of de frequen tie van de gewenste zender af te stemmen. De aarde is bolvormig en laat geen elek- tro-magnetische golven door; de hoogste televisiemasten zijn nog klein in verhou ding tot de aarde en hebben een ontvang- perimeter van nauwelijks 100 kilometer. Op een plaats, waar men bijvoorbeeld met zijn toestel geen ontvangst van de dichtst bijzijnde zender meer kan krijgen, zou men in een helikopter op 500 kilometer hoogte goed kunnen „zien". Wie echter kan zich een helikopter permitteren om daarmee een interessant televisieprogram ma te kunnen volgen? Men heeft daarom methoden gezocht Zo ziet, volgens onze tekenaar, een t.v.-kunstmaan eruit. YYYYYYYYYYYYYYYYYYYYYYYYYYYYYYYY YYYYYYYYY Y Y YY Y Y" Dr. L. van Egeraat - De duivelskunste naar van Vinei. J. D. Degreef - VAN DYNAMIETKO- Paf Smythe JACQUELINE KRIJGT NING TOT VREDESAPOSTEL en GOED EEN LESJE. Vertaald door E. de Vries. SPOOR. Illustraties J. E. McConnell. Helden-serie. (Helmond-Helmond). Pat Smythe, een bekend Olympisch spring- kampioene vertelt zelf van het leven op „Miserden House", haar huis buiten in de heuvels in Engeland, waar zij haar paar den en ponies traint en waar zij altijd kinderen te logeren heeft. Die kinderen zijn Jimmy en Jane, een achterneefje en -nichtje, Brigitte, zomaar een Frans meisje en tenslotte Jacqueline, een verwend en hooghartig wicht, dat nog al enige deining veroorzaakt in en om huis. Zij is ook dol op paardrijden, maar denkt dat zij een volleerd amazone is. Met veel vallen en opstaan, mei-kt zij tenslotte dat er kin deren zijn, die echt vèèl beter kunnen rijden en die bovendien wat veel be langrijker is nog heel aardig zijn ook. Door deze ontdekking veranderen haar leven, de wereld om haar heen en zijzelf helemaal, en zij wordt met de andere kin deren goede vrindjes. Een gezellig boek, vooral voor kinderen die dol op paarden zijn. Uitgeverij V. A. Kramers, Den Haag. P. L. Travers MARIA POPPINS en DE HALSKETTING VAN MARIA POPPINS. Illustraties Mary Shepard. Vertaald door A. C. Tholema. Twee uitstekend geschreven boeken over Maria Poppins, de volmaakte kinderjuf frouw. Het verhaal is vol fantasieën en kolder uit het eigen „wonderland" van Maria Poppins. Zij komt dan ook op een dag „gedragen door een oosterstorm met haar onafscheidelijke paraplu en tas bij de familie Bank aanwaaien. De kinderen zien dat zij zonder enige moeite langs de trapleuning naar boven glijdt". En op een goede of kwade dag, als de wind om is, waait zij weer even vrolijk weg en zien de kinderen haar weer, compleet met pa raplu en tas, over het tuinhekje zweven en in de kerseboom opstijgen!! In het twee de deel daalt zij dan ineens weer bij hun neer in het park. En als de kinderen dan vragen hoelang ze nu blijft, is zij eerst een beetje in verlegenheid, maar zegt dan prompt: „Tot de halsketting breekt". Waarop Michiel, één van de kinderen tegen zijn zusje fluistert: „Ik heb hem bekeken, het is een hele sterke!" Twee gezellige, vrolijke vakantieboeken. „EEN FLES VOL AUGURKEN" Han- ny S. R. Meijler. Muziek: Paul van Wely. Omslag en illustraties van Sjoerd Bijlsma. Een bijzonder goed verzorgd boekje voor jonge kinderen met verhaaltjes, gedichtjes, versjes met muziek erbij, ailes vrolijk en fleurig geïllustreerd. Leuk om uit voor te lezen, om de gedichtjes te leren en de versjes te zingen. Uitgeverij Helmond, Helmond. René Philippe - SYLVIA GAAT TROU WEN (Vertaald door C.E.T. Stings-Last en SYLVIA EN DE SPANJAARDEN (ver taald door Margot Baker). J. M. Meulenhoff-Amsterdam. Maraboe-pockets. Dniël Defoe - ROBINSON CRUSOE. Vertaald door Sandor Kis. Voor 1214 j. Hugo Kocher - HET GEHEIMZINNIGE SCHOT en SPEURTOCHT IN DE GRAN CHACO. Vertaald door J. Molenput. Voor 1417 jaar. Irene Byers - BLOEMEN VOOR MELIS- SA. Vertaald door J. Meyknecht-Grossouw. Voor meisjes van 1417 jaar. Betty van Sandvoort-Myra, HET ZIGEUNERMEISJE. Meisjes 12—15 jaar. Uitgeverij Helmond, Helmond, Jeugdpocket. YYYYYYYYYYYYYYYYYYYYYYYYYYYY Uitgeverij van Breda, Hulshorst.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1960 | | pagina 15