Oudestijloptreden drijft op enthousiasme bandleider
Middeleeuwse sproken
suggestief gebracht
Peines de coeur d’une chatte anglaise” in Rotterdam
I
Burgemeester
blijft weg
op expositie
Hoog uitvoeringsniveau
kenmerkt C-concert
I
Zeldzame schoonheid bij Grupo Tse
2
mi
Z
I
Studio Laren in Shaffy
Newyorkse veiling van
Nederlandse meesters
Muurschildering door
Chilenen hersteld
Ensemble Intercontemporain onder Boulez
Behoorlijk optreden van new wave-groep
Verstandelijke aanpak
typeert Talking Heads
■i
or
9
KUNST
19 7 8
JANUARI
1 6
MAANDAG
-
GEMMA COEBERGH
JOHN OOMKES
IlNN
34591
7
Uitstraling brengt Barber succes
CHRIS BARBER
ooi;
JOHAN VAN KEMPEN
juders
9 9
KO VAN LEEUWEN
jnen
nser-
nrich
insten
m van
ppelij-
De Chilenen hebben samen met leden
van het Chili-comité, het advocaten
collectief en wijkbewoners donderdag
middag een gesprek met burgemeester
H. Vonhoff gehad.
Twee gemeenteraadsleden (PvdA)
hebben intussen vragen gesteld aan het
college van B. en W. Zij willen onder
meer weten bij wie de bevoegdheid ligt
te beslissen over de plaats van deze
muurschildering en wat de resultaten
zijn van het onderzoek van de politie
naar de beschadigingen.
Zoals bekend is de muurschildering
kortgeleden een maal met witte en een
maal met gele verf beklad, Bovendien
hebben onbekenden blauwe verf erop
gespoten uit een spuitbus.
r een
t een
erva-
sonen
»r eet
iejaar
n ver
het niet moest zoeken in een authentieke
spelbetrachting. Zijn kracht ligt duidelijk
op het amusementsvlak, maar Barber
heeft zoveel kwaliteit in huis dat zijn mu
ziek altijd muzikaal verantwoord blijft
klinken. Hij is de perfecte entertainer die
met een minzaam gebaar en een onderhou
dend praatje de lachers op zijn hand weet
te krijgen. Het gaat van „ouwe jongens
krentemik” en dat is ook naar de maatsta
ven de juiste sfeer waarin oude stijl zo
uitstekend weet te gedijen.
Barber, zaterdagavond opnieuw om
ringd door oude getrouwen als trompettis-
te Pat Halcox, gitarist John Slaughter en
klarinettist-saxofonist John Crocker weet
voorts heel goed dat hij zich ook met jong
bloed moet omringen wil hij een nieuw
publiek kunnen aanboren. Al eerder werd
Pete York, ooit drummer bij de Spencer
Davis Group aangetrokken en nog onlangs
werd de band drastisch „opgekrikt” met
het veelzijdige talent van saxofonist Sam
my Rimington en bassist Vic Pitt, lange
tijd een van Kenny Ball’s Jazzmen.
Rimington, die met zijn kwartet in Haar
lem en omgeving een goede bekende is,
zorgt voor een inbreng van formaat. De
soms wat smalle basis waarop de duetten
van Barber en Halcox plaatshadden, is
hiermee in een enkele keer fors verbreed.
Naast Halcox weet Rimington zijn band
leider inspirerend tegenspel te geven, wat
er weer toeleidt dat de aldus opgepepte
Barber de sterren van de hemel gaat
spelen.
Het succes dat Barber en zijn band zo
Een verfijnde voorstelling
van een zeldzame schoon
heid, spijtig genoeg maar
voor één keer in Nederland
te zien geweest.
AMSTERDAM. Twee opmerkingen
gaan ditmaal vooraf aan de feitelijke be
spreking van het concert dat het New
yorkse new wave-kwartet Talking Heads
zaterdagavond aan het slot van hun korte
Nederlandse toemee gaf in een uitver
kocht Paradiso. Noodzakelijk, omdat de
nieuwe stromingen in de rock veel onbe
grip en een uitgesproken conservatieve
publiciteit ontmoeten. Ruim twee jaar na
de eerste berichten rond Engelse punk
bands en new wave-groepen uit het oosten
van de Verenigde Staten hebben velen
zich daardoor nog geen werkelijk beeld
kunnen vormen van hun betekenis. En dat
terwijl zich tussen de groepen een eerste
scheiding der geesten steeds duidelijker
aftekent.
Een zoon van Alfred Cohen staat nu aan
het hoofd van de „Bonneterie”-zaken in
Amsterdam en Den Haag. Verwacht wordt
dat hij belangrijkste begunstigde zal zijn.
NEW YORK (AP). In New York is
een verzameling schilderijen van oude
Nederlandse meesters ontdekt, die tijdens
de tweede Wereldoorlog door Nazi-leider
Adolf Hitler van een joodse familie in
Nederland was afgeperst als losgeld om
het land te mogen verlaten.
In januari 1942 perste Hitler de familie
Cohen in totaal zeven schilderijen af om ze
op te nemen in zijn privé-collectie. Een van
de werken, Jan Steen’s „Boerenbruiloft”
werd in 1946 door de Nederlandse regering
uit een zoutmijn bij de Oostenrijkse stad
Salzburg geborgen. Hitler had het werk
daar laten verstoppen toen hij besefte dat
zijn Derde Rijk op het punt van instorten
stond. Verwacht wordt dat de „Boeren
bruiloft” een bedrag van meer dan twee
ton zal opleveren.
De familie Cohen was, en is nog steeds,
eigenaar van het modehuis „La Maison de
la Bonneterie”. Toen zij de schilderijen
aan Hitler hadden overgedragen mochten
de Cohens Nederland verlaten. Via Frank
rijk,* Spanje, Portugal en Cuba bereikte
het gezin de Verenigde Staten.
elefo-
neels-
Grote
'0 tSt.
len tot
i
HAARLEM. Het is met Chris Barber’s Jazzband zoals met het kevermodel van
Volkswagen: de formule is vanaf het begin een succes geweest en behoeft slechts een
enkele keer per jaar te worden bijgesteld om het vereiste resultaat te krijgen. Er zijn
meer orkesten waar dat voor opgaat: in eigen land vindt Barber Ken Colyer en Kenny
Ball als concurrenten, bij ons is het de Dutch Swing College Band die niet kapot kan
gaan. Steeds is het de uitstraling van de bandleider die er voor zorgt dat ieder optreden
al bijvoorbaat plezierig is. Ook zaterdagavond was dat weer het geval toen Barber een
wild bejubeld optreden in het Haarlemse Concertgebouw gaf voor een in ruime mate
opgekomen publiek dat zelden naar Haarlemse maatstaven gerekend voordien voor een
zeer verwachtingsvolle sfeer had gezorgd. En dat natuurlijk niet ten onrechte want
Chris Barber heeft in dezelfde concertzaal al eerder muzikale uitspattingen bewerkstel
ligd.
De schilderijen zullen vrijdag by Sothe
by’s in New York worden geveild. Ver
wacht wordt dat zij eén bedrag van enkele
honderdduizenden guldens zullen opleve
ren voor de erfgenamen van Alfred Co
hen, die geen idee hadden van de waarde
van de collectie.
Het valt niet te ontkennen dat de media
wat betreft hun berichtgeving in deze bo
ter op hun hoofd hebben. „Wat cultuur?,
wat filosofie?” smalen ze vaak om het
hardst. Een argument als „het is allemaal
poen, waar het om draait” moet de horden
die zich niets aantrekken van zulke niet
terzake doende kritiek terugbrengen tot
vermeende nuchterheid. Dat is-het zelfde
als tegen iemand die van een ijsje staat te
genieten, zeggen dat het ijs niet lekker is,
omdat de ijsfabriek winst maakt.
Zolang Abba bovendien berichten in de
zelfde media kritiekloos afgedrukt krijgt,
waarin de groep verzucht dat ze moeilijk
heden ondervindt bij het beleggen van
haar miljoenenwinsten, laat het zich niet
moeilijk raden waar de echte zakenlieden
schuilgaan. Dat is dan nog een in het oog
lopend verschiLmet de zo afgekraakte
punkbands. Die zal je tenminste niet horen
beweren dat hun succes te danken is aan
hun keurig imago.
Het behoeft verder geen betoog dat on
begrip voortvloeit uit angst en onwetend
heid. Een geluk bij een ongeluk is het feit
dat de media (lees: de maatschappij) nog
geen bezit hebben genomen van de ver
guisde nieuwlichters. Iets dat overigens
net zoals in het verleden met Elvis, The
Bèatles en David Bowie zeker gaat gebeu
ren („Eigenlijk maken die jongens best
prettige muziek”, hoor je dan opeens
weer), het is alleen een kwestie van tijd. Nu
blijven de nieuyye groepen voorlopig zui-
UTRECHT (ANP). De Chileense
kunstenaarsgroep „Al Frente” heeft de
omstreden en al een aantal keren be
kladde muurschildering op de schut
ting van het hoofdbureau van de
Utechtse politie, weer opgeschilderd
tot zoals zij oorspronkelijk was. De
kunstenaars kregen daarbij steun van
mensen van het Chili-comité Utrecht,
het gemeenteraadslid B. Schreuders
(CPN) en wijkbewoners. De Chilenen
zijn in Nederland om maandag in Lei
den en dinsdag in Dordrecht een muur
schildering te maken.
In Engeland is Barber nog een van de
weinigen die het succes van de ou-
destijVdixieland weten te handhaven. De
populariteit van deze muziek in de jaren
’50 werd door de opkomst van de pop
praktisch geheel weggevaagd en de niet a1
te moderne jazz in Engeland bezat ook te
weinig veerkracht om nadien nog overeind
te komen.
Barber heeft het goed begrepen dat hij
AMSTERDAM. Het in 1976 door
Pierre Boulez opgerichte Ensemble Inter-,
Contemporain, is een vaste formatie die
Regisseur Alfredo Rodri-
guez-Arias heeft samen
met choreografe Marilü
Marini voor deze dieren
een vorm van bewegen ge
vonden die voor elk van
hen karakteristiek is. Het
gaat in deze produktie om
mensen die dieren spelen
die zich op hun beurt als
mensen gedragen. Dat is
met feilloos raffinement
gelukt en daarbij toont Tse
ook nog een rijk gevoel
voor amusante satire.
overigens stikdonkere zuilenzaal van het
Shaffytheater. Nu is een dergelijk pro
gramma meer iets wat je ondergaat dan
iets wat je gedetailleerd kunt navertellen.
Dat navertellen moet dan ook meer glo
baal gebeuren: dat er een aantal verhalen
werden verteld door Donald de Marcas
op diens sterke en indringende wijze
dat er estampida’s klonken één op Pool-
se bergviool en lyra teutonica, de andere
solo op de kleine harp dat er liefdes
liedjes bij waren, ook zuiver instrumenta
le, zoals het prachtige „De toutes floures”
van Guillaume de Machaut uit het Codex
Faenza, gespeeld op luit en grote basfluit.
Er waren verhalen van Ulenspieghel, ds
vos Reinaarde, verhalen uit de Esopet,
over de vogels en de roeken, er was een
ballade van de drie raven (omsloten met
onheilsmuziek, het Pange Melos lacrimo-
sum uit de 12e eeuw) en zo is er eigenlijk te
veel om op te sommen.
Misschien dat er in de definitieve vorm
geving van het programma wel één kwar
tier van de vijf die het duurt af zou kun
nen. Maar al met al bieden Marijke Fergu
son, Donald de Marcas, Dieuwke Berke-
laar, Coosje Wijzenbeek en Hans Wesse
ling een unieke kans aan ieder die de
suggestieve kracht van deze middeleeuwse
balladen en sproken van dichtbij wil on
dergaan.
ver in de leer en op zoek naar eigen uit
drukkingsvormen.
Een van de origineelste groepen die het
afgelopen jaar in het daglicht traden, is de
Newyorkse groep Talking Heads. In mei
speelde zij nog anoniem in het voorpro
gramma van The Ramones, amper zes
maanden later is het een wereldsensatie.
Toentertijd en op hun debuutalbum „77”
straalden zij een saamhorigheid, dwang
matige ritmiek en onderkoelde, ja ingevro
ren warmte uit die hen onderscheiden van
de rest. De tekstuele kracht verborgen
sociale kritiek en een eigenzinnige filosofie
wat de liefde betreft is daarbij een
belangrijke factor.
Die trekjes bleken zaterdagavond nog
verder aangescherpt, al speelde de akoes
tiek de groep voortdurend parten. In een
klare en doorzichtige stijl opererend weet
de groep een beroep te doen op de intelli-
De voorstelling over het
hartzeer van dit Engelse
poesje wordt op ouderwet
se (in de goede zin van het
woord) toneelmanier ge
presenteerd. Bewust zijn er
nu voetlichten, prachtig be
schilderde achterdoeken
(van Emilio Carcano) als
decor en zelfs een plat, ge
schilderd open voorhang.
De Utrechtse politie heeft, in tegen
stelling tot anderhalve week geleden,
toen Utrechters een restauratiepoging
van het kunstwerk ondernamen, niet
ingegrepen, wel ontlokte het schilderen
een agent de uitspraak „Hupsakee,
weer een kleurtje er over heen. Het zal
zo wel een dikke muur worden”.
noten in cartoons als dierfi
guren te kijk zette. Grupo
Tse, onder leiding van Af-
redo Rodriguez-Arias,
heeft er alles aan gedaan
om de dieren zo authentiek
mogelijk op het toneel te
plaatsen. Dat is met groot
raffinement gelukt en dit
betekent dan ook het on
weerstaanbare en bekoor
lijke van deze produktie.
Het verhaal van De Bal
zac is eigenlijk een sprook
je voor grote mensen.
Hoofdpersoontje is de En
gelse kat Beauty la Blan
che, een wit poesje dat van
het platteland naar Londen
wordt gebracht. Een oude
vrijster (een kraai, ge
speeld door Rodriguez-Ari
as zelf) onderricht haar in
levensstijl en goede manie
ren. Beauty moet als eerste
opdracht leren niet meer
zomaar op de grond te plas
sen in de kamer, ze mag
niet meer krabben waar
het jeukt en zo meer. Nadat
haar heropvoeding prak
tisch voltooid is, kan ze
worden uitgehuwelijkt aan
een schatrijke oude impo
tente man, en Beauty’s le
ven dreigt zich in saaiheid
te voltrekken. Dan komt de
straatarme Franse kater
moeiteloos weten te oogsten, heeft ook zijn
schaduwzijde. Dat werd zaterdagavond
vooral na de pauze duidelijk toen de band
zich een aantal onzorgvuldigheden permit
teerde. Doorgaans zal een minder gere
nommeerd orkest daarbij flink afgaan,
maar Barber weet in dit soort gevallen
handig in te grijpen.
Het gedeelte voor de pauze bleek qua
opbouw ook veel aantrekkelijker: een ech
te Barberiaanse visie op de geschiedenis
van de jazz aan de hand van een paar
schitterende Ellington-arrangementen.
Via New Orleans, een enkel big city jazz
stuk, een charleston tune als Doing the
crazy Walk en het zeer „zangerig” klinken
de Immigration blues ging het op een
finale af in een tempo dat na de pauze
nooit meer bereikt zou worden.
Dat gedeelte was bestemd voor de „gol
den oldies”, de hits van vroeger die door
Barber van een tijdloos snitje zijn voor
zien: I want to be happy, Fine and dandy,
On the sunny side of the street, One of
those days leidend naar een enkele toegift
van Ice Cream dat weinig meer van zijn
oorspronkelijke glans bezit.
De band moest het toen al stellen zonder
Slaughter die volgens zeggen van Barber
kampte met de naweeën van de zeeziekte
die hij tijdens de stormachtige oversteek
naar het vasteland had gekregen. De in
breng van zowel Vic Pitt (imponerend op
staande bas) als John McCallym was ech
ter meer dan voldoende.
Hoewel de Barber-band met Jackie Fla-
velle in de ritme-sectie een wat hechtere
indruk maakte, is deze huidige bezetting
toch weer zeer mans genoeg om voor een
hoogst plezierige avond te zorgen. Barber
moet maar snel terugkomen.
CEES STRAUS
gente vermogens van het publiek. Direct
contact en fysieke uitstraling worden tot
een minimum beperkt en de songs worden
vrijwel bewegingloos afgeleverd.
Er. kan dientengevolge van een ander
uitgangspunt worden 'gesproken dan
waarmee de punkbands opgeld doen. De
energie en vooral de warmte staat bij
Talking Heads de naam zegt het eigen
lijk al eens niet voorop. De verstandelij
ke aanpak overheerst. Tientallen aanwezi
gen reageren daar net zo verbaasd op als
de punkfan die Heads-leider en zanger-
gitarist David Byme opeens verwijt (sym
boolfiguur) Johnny Rotten te verraden.
„Right” zegt Byme dan schouderophalend
en zet het volgende nummer in.
De anderen, de stevig bassende gitarist
Martina Weymouth, haar man, drummer
Chris Frantz en gitarist-organist Jerry
Harrison, richten zich in hun spel hele
maal op Byrne, wiens stemgeluid een
haast stalen indruk maakt. Zijn soli en
improvisaties trekken het concert waar
in vele nieuwe nummers (Psycho Killer,
The Book I read en Compassion zijn er de
hoogtepunten van) naar een zeer behoor
lijk, maar helaas zo nu en dan slechts
matig niveau. Talking Heads bewandelt in
ieder geval een volstrekt eigen weg.
tekort schoot qua expressiviteit zich
wél helemaal kon geven, waren de Chan
sons Madécasses, uit 1925, van Ravel.
Al zijn er voor dit werk geschikter zan
gers aan te wijzen, Shirley-Quirk leverde
van deze weinig uitgevoerde maar daarom
niet minder geniale liederen, suggestief
begeleid door drie leden (fluit, cello, piano)
van het Ensemble InterContemporain, een
indrukwekkende vertolking. Evenals
„Verklarte Nacht” betekenden de „Chan
sons madécasses”, vooral door de compo
sitorische kwaliteit ervan, een hoogtepunt
op dit steeds door een zeldzaam hoog uit
voeringsniveau gekenmerkt C-concert.
ander z£c uitsluitend bezighoudt met nieuwere
muziek, met inbegrip van alweer „klassiek
geworden werk van de grondleggers van
1 de moderne toonkunst.
Zo was het dan ook mogelijk dat het C-
serieconcert dat zondagmiddag in het Am-
j voor sterdams Concertgebouw door 19 van de
renseii 29 leden van dit ensemble werd verzorgd,
ten in- opende met Schonbergs strijksextet „Ver
weten- klarte Nacht”, waarin de componist nog
de over-romantische taal van zijn (laat-
negentiende eeuwse) tijdgenoten spreekt.
Dat de zes strijkers van Boulez’ ensemble
AMSTERDAM. „Balladen en spro
ken” heet het spel dat door Studio Laren
zondagmiddag in het Shaffy-theater aan
de Keizersgracht werd opgevoerd. Marijke
Ferguson (die wel als de ziel van de groep
Studio Laren kan worden beschouwd) ver-
telde dat het gaat om een programma in
ontwikkeling, dat op deze zondagmiddag
voor de tweede keer „ging” en waarvan de
meer consistente vorm al doende gevon
den zal moeten worden.
Met dit programma wil Studio Laren in
ieder geval het land door, wat betekent dat
het zich op allerlei lokaties en in de meest
Uiteenlopende ruimten thuis zal moeten
voelen. Om niet afhankelijk te zijn van die
veelheid aan zalen (met hun eigen aankle
ding, kleurschema en sfeer) heeft Studio
Laren met behulp van drie uiterst simpele
decorstukken een runder- en mensen
hoofd, ieder op een standaard, en een
groot doek waarop enkele kraaien, een
galg, de volle maan en een aantal bomen
zijn eigen sfeer altijd bij zich.
Door middel van (de toch zeer 20e-eeuw-
se) belichtingstechniek trekt het ensemble
in iedere zaal zijn eigen magische kring om
daarin de middeleeuwse verhalen, liede
ren en instrumentale muziekstukken uit
hun programma optimaal tot leven te laten
komen.
En dat lukte dan ook wonderwel in de
De Newyorkse Talking Heads gaven zaterdagavond in Paradiso een afstandelijk,
maar behoorlijk concert. Leider David Byme beheerste het gebeuren volkomen. (Foto
Lex van Rossen).
Het wat moraliserend
verhaal heeft niet zoveel
om het lijf. De voorstelling
die Grupo Tse laat zien zo
veel te meer. Er wordt met
grote zorg geakteerd door
de spelers die allemaal die
ren uitbeelden. Daarvoor
ontwierp Rotislav Dobou-
jinsky schitterende natuur
getrouwe dierkoppen. En
zo lopen er meer dan le
vensgrote poezen, konij
nen, een vos, een ooievaar,
een muis, een praalzieke
pauw en honden voorzien
van prachtige kostuums
door Claudie Gastine. Alle
met even verrassend ka
rakteristieke koppen,
waarvan de mondgedeei-
ten tijdens het spreken be
wegen. Het zijn werkelijk
dieren geworden die zich
als mensen gedragen
niet andersom en
daardoor bezit deze pro
duktie zo’n grote kracht en
wonderbaarlijke schoon
heid.
Brisquet en Beauty wordt
verliefd. De nieuwe roman
ce is van korte duur, Bris
quet wordt vermoord.
Beauty moet naar Parijs
vluchten en stelt daar haar
levensverhaal te boek.
Het Engelse poesje Beauty en kaar ten dode opgeschre
ven minnaar Brisquet. (foto Claude Lé-Ann).
ASSEN (ANP). Zaterdagavond is in
het culturele centrum De Kolk in Assen
de expositie van de groep Nieuw Rotter
dams Peil geopend. Niet zoals verwacht
door burgemeester mr. J. W. Masman, die
op het laatste ogenblik had afgezegd om
dat er werk werd gëexposeerd over de
Rote Armee Fraktion. Burgemeester Mas
man heeft er moeite mee dat een officiële
opening door hem zou kunnen duiden op
een zekere betrokkenheid met het terro
risme.
De expositie werd nu geopend met het
voorlezen van de bezwaren van de burge
meester door de directeur van De Kolk, de
heer G. van de Kuil. Daarna wilde de
groep Nieuw Rotterdams Peil een contra-
verklaring afleggen wat door de heer Van
de Kuil werd geweigerd. Volgens hem was
hij daartoe niet bereid omdat hem daarom
vijf minuten voor de opening was ge
vraagd.
De contra-verklaring werd daarop aan
de pers uitgereikt. Ze was ondertekend
door Han P. Kuipers, Theo de Bree, Lex
Schilperoort en Tom Waakop Reijers. Er
in staat dat de organisatoren officiéél niets
ROTTERDAM. De
voornamelijk uit Argen
tijnse vluchtelingen sa
mengestelde toneelgroep
Grupo Tse, gevestigd en
werkend in Parijs, staat
vooral bekend om z’n ui
terst esthetische wijze van
toneelmaken. Dat heeft het
gezelschap indertijd bij
voorbeeld laten zien in de
Noorderkerk in Amster
dam met de produktie
„l’Histoire du Théatre”.
Zondag is Grupo Tse weer
even in ons land geweest
voor helaas slechts één
voorstelling van het stuk
„Peines de coeur d’une
chatte anglaise”. Een aller-
charmantste toneeluitvoe
ring die al succesvolle se
ries beleefde in Frankrijk
en die ongekend fraai is
van aankleding en bewe
ging. Een juweeltje van
een toneelavond werd het
daarom in de Rotterdamse
schouwburg.
Peines de coeur d’une
chatte anglaise is geschre
ven door Genviève Serreau
naar een simpele novelle
van Honoré dé Balzac.
Daarnaast is het stuk voor
al geïnspireerd op de
diertekeningen van J. J.
Grandville, die zijn tijdge-
1 inge- <je
zes strijkers van Boulez’ ensemble
rorden het presteerden om hiervan een uitvoering
te geven van het niveau dat het (in dit
genre gespecialiseerde) Wührer Streich-
sextett onlangs met dezelfde compositie in
de Kleine Zaal het horen, zegt wel iets van
s de (enorm hoge) kwaliteit en veelzijdigheid
van deze eigenlijk allereerst op „avant-
garde” gerichte musici.
Onder leiding van Pierre Boulez, die
i effectief en heel direct, zonder enige poes-
pas dirigeert, werd dan met eenzelfde inzet
i en artistieke intensiteit moderner werk
verdedigd. Bij al deze composities werd
solistische medewerking verkregen van de
bariton John Shirley-Quirk, die vooral in
Cinque Canti van Dallapiccola getuigenis
aflegde van diens vermogen om feilloos de
ingewikkeldste intervalsopeningen zuiver
te intoneren.
Al zal Dallapiccola’s muziek ontoegan
kelijker zijn voor het gemiddelde gehoor,
vanwege de toepassing van seriële tech
nieken, toch waren de hier uitgevoerde
Cinque Canti (uit 1956 met fijnzinnig maar
effectief gebruik van de acht begeleidende
instrumentale stemmen, interessanter en
uitdrukkingsvoller dan de eveneens op de
ze matinee onder de aandacht gebrachte
Deux Poèmes de Verlaine, voor bariton en
klein orkest, van Stravinski. De klanken
taai mag dan bij Stravinski eenvoudiger
zijn, in dit opus 9 (1910, bewerkt 1953)
wordt die uitdrukkingswijze dan helaas
tot een vrij weinigzeggend muzikaal ge
beuren.
Tussen Schonbergs Verklarte Nacht, als
eerste werk (uiteraard zonder dirigent, op
dit eindelijk weer eens zéér goed bezochte
C-concert en de tot besluit onder Boulez’
leiding gebrachte Serenade opus 24 van
dezelfde componist, bestaat slechts con
trast, al kan de overvloedige lengte als
gemeenschappelijke factor aangewezen
worden.
Boeiend spanningsverloop in het psychi
sche roerselen verbeeldende eerste werk
I uit 1899, moet daarbij plaats maken voor
een fnuikend tekort aan afwisseling in het
tweede, dat 1923 als ontstaansjaar heeft.
j Het door Schönberg ingevoerde reeksen
systeem blijkt in het geval van diens eigen
componeren een vaak al te strak corset,
waarin de toch romantisch geaarde ex-
pressie verdrukt wordt en als het ware
onderhuids blijft.
De kleine baritonsolo die John Shirley-
Quirk in Schonbergs Serenade te zingen
I had, heeft voor het totaal ervan ook al
weinig betekenis. Maar waarin deze Engel
se zanger die in de voordracht nergens