worden aangenomen, dat veel meer Haarlemmers als
lid zouden willen toetreden, indien zij onze Vereeni-
ging kenden en van hare werkzaamheden werden op
de hoogte gesteld, indien zij wisten hoe wij er voor
ijveren het fraaie karakter van onze stad, waar eenigs-
zins mogelijk te bewaren, hoe belangwekkend de
oudheidkundige wandelingen binnen onze veste zijn
ook voor hen die meenen onze stad reeds zoo goed te
kennen, welk een genot het verschaft den stedelijken
atlas te kunnen bezichtigen in die passende omgeving
der „Schneevoogtkamer", hoe excursies buiten de
stad door vergelijking ons kunnen doen beseffen, wat
al schilderachtigs en belangrijks Haarlem zelf nog
bezit, hoe leerriik en interessant voordrachten zijn als
in den afgeloopen winter gehouden, over onderwerpen,
waarin ieder oprecht Haarlemmer belang moet stellen,
kortom indien hun de stad hunner inwoning ter harte
ging. Mogen daarom de hier volgende mededeelingen
een spoorslag voor velen zijn om lid van de Ver-
eeniging „Haerlem" te worden.
Door de welwillendheid van het Stedelijk Bestuur
en de vriendelijkheid van den Heer Gonnet werden
ook dit jaar, gelijk den vorigen winter, kunstbeschou
wingen uit den stedelijken atlas gehouden, die door
een groot aantal leden met hunne dames werden
bezocht. Ja, zelfs was die deelname zoo groot, dat
de samenkomsten in de Schneevoogtkamer over vele
avonden moesten verdeeld worden. Werden er in