thans weder door het Gemeentebestuur welwillend voor de kunstbeschouwingen ter beschikking was ge steld. Werden weleer deze avonden reeds door een talrijke schaar bezocht, in een zoo groote deelneming als in den afgeloopen winter mochten zij zich nog nimmer verheugen. Over zes avonden moest het gezelschap verdeeld worden, dat een serie teekeningen te zien kreeg van buitenverblijven en gezichten langs den Duinzoom en een reeks van fraaie prenten voor stellende conterfijtsels van bekende personen uit Haarlem's geschiedenis en eenige teekeningen door Haarlemsche kunstenaars vervaardigd. Ook thans weder mochten wij ons in de aan wezigheid van onzen beschermheer verheugen. Er wachtten ons nog meerdere genotvolle avonden en in chronologische volgorde thans eerst een korte herinnering aan de voordracht, die de heer van Noppen, architect alhier, op Vrijdag 19 November hield. Hij had tot onderwerp gekozen „Beschouwingen over Egyptische kunst", een onderwerp, dat zeker niet direct verband houdt met het doel onzer ver- eeniging, gelijk de spreker ook onmiddellijk in zijne inleiding toegaf, doch ook wij schrijven kunst in ons devies, al is het geen Egyptische, en de heer van Noppen wenschte een bijdrage te leveren tot liefde voor de kunst in het algemeen. Een kunst zeker merkwaardig genoeg om in haar grootschheid ook voor „Haerlem" belang te hebben. Dat velen onzer er

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1909 | | pagina 14