derachtig landschap, waarvan de bekoring bedorven
wordt door wanstaltige, brutale reclameborden. Laten
wij hartelijk hopen, dat er spoedig een doeltreffend
middel tot beteugeling moge gevonden worden.
Lest best, nog het jaarlijksche uitstapje, dat ditmaal Utrecht
gold. Deze leerrijke excursies blijken steeds wel in den smaak
te vallen, althans voor den tocht op 9 September hadden
zich weder een dertigtal Heeren en Dames aangemeld, die
zich 's morgens om 8x/a uur in het station vereenigden. Onze
Directeur van Gemeentewerken, die in Utrecht goed bekend
was, nam aldaar de leiding op zich, en aan de hand van
het door hem samengestelde programma werd, al wandelende
door de stad, eerst een bezoek gebracht aan den Domtoren.
Er zou van de onderdanen nog veel gevergd worden, zoodat
met veler instemming van een bestijging werd afgezien. In-
tusschen had men volop gelegenheid om het bouwwerk van
Jan van Henegouwen, bijgenaamd Jan van der Doem, in oogen-
schouw te nemen. In 1382 werd de 119 Meter hooge toren
voltooid. Langs de fraaie onderpui uit het midden der 16e
eeuw van het perceel Nieuwstraat 2 werd de Universiteit
bereikt.
Het gebouw zelf is van jongen datum, maar het in 1877/79
door Dr. Cuypers gerestaureerde groot auditorium, dagteekent
toch nog van eeuwen her. Weleer was het de kapittelzaal
der Domkerk, waar in 1579 de Unie van Utrecht werd
geteekend. In het midden staat het fijne marmeren beeldje
van Hare Majesteit door Bart van Hove vervaardigd. Aan
oude zaken herbergt het gebouw niet veel, doch loonend is
zeker de bezichtiging der Senaatskamer, met de conterfijt-
sels van vele bekende Nederlanders. Allereerst het fraaie
portret van Voetius, vaak ten onrechte door het clair-obscur