de beslissing zou worden gesteld ook nog andere
doeken van Frans Hals te doen restaureeren, boven
dien in dagblad en tijdschrift vele artikelen het be
houd onzer kostbare schilderijen en in verband daar
mede de restauratie behandelden, was het te ver
wachten, dat wij op veler tegenwoordigheid konden
rekenen. De tuinzaal was dan ook dien avond geheel
bezet. Eerst gaf de directeur een overzicht van het
restaureeren in het algemeen, wat men verstond
onder regenereeren, verdoeken, schoonmaken, het
afhalen van de schildering van hout of muur, waarbij
de techniek ter sprake kwam, met welke stoffen de
dikke vernislaag of het vuil werden verwijderd. Hij
stelde de vraag, waarom het publiek in het algemeen
zoo angstvallig tot restauratie overging, waarom de
schilderijen-doktoren met een zeker wantrouwen wer
den bejegend. Als reden daarvoor, gaf hij de ge
heimzinnigheid, waarmede de restaurateuren vaak te
werk gingen, waarbij de goe-gemeente volkomen
onkundig werd gelaten van de bewerking. Wat ge
beurde er met de schilderijen, welke chemicaliën
werden gebruikt, werd er niet dikwijls door onervaren
hand bijgeschilderd? Kortom men beschouwde het
als een hocus pocus. De Heer Gratama achtte dit
alles uit den booze en meende terecht, dat de ach
terdocht zou verdwijnen, wanneer, natuurlijk in de
eerste plaats de arbeid door een ervaren hand werd
verricht, maar tevens alle sluiers werden opgeheven.
II