16de eeuw eigenaar was van het oude Raadhuis. Hij was een geacht
en vermogend burger van Haarlem, rechtsgeleerde en ook boek
drukker, lid van de Vroedschap en van 1561 bij afwisseling tot
1569 Burgemeester van Haarlem en na dat jaar herhaalde malen
schepen, het laatst in 1590. Van hem bestaat een fraaie gravure
van Goltzius, waarvan wij dezer dagen een exemplaar ten geschenke
ontvingen van ons medelid, den Heer J. H. Kersten, wien wij
daarvoor zeer dankbaar zijn, en welke gravure wij na omlijsting in
ons gebouw zullen ophangen. Van Zuren liet ter vervanging van
het in zijn tijd zeker niet meer aanzienlijke perceel voor zich ter
plaatse een andere woning bouwen, welke, wat het uitwendige aan
gaat sedert de stichting niet veel veranderd is. Die woning bleef
in den volksmond steeds nog het Oude Raadhuis, waartoe niet
weinig heeft bijgedragen het bekende versje dat nog in den gevel
prijkt
Dit opschrift was misschien door van Zuren reeds in het Oude
Raadhuis gevonden en in den nieuwen gevel overgenomen, of anders
nieuw door hem daarin geplaatst. Van Zuren overleed waarschijnlijk
omstreeks 1590 en zijne dochter Emerentia werd eigenares van het
gebouwdeze huwde met Arnoud of Arnoldus van Beresteyn, een lid
van het bekende Haarlemsche geslacht van Beresteyn, waarvan vele
leden in de Groote Kerk zijn begraven, zooals ook uit de op
schriften of wapens op de grafzerken blijkt, en die tot de voor
vaderen behoorde van het tegenwoordige Kamerlid Jhr. Mr. Dr.
E. A. van Beresteyn. Van genoemden Arnoud bestaat een portret,
geteekend door Goltzius, dat berust in de verzameling van Teylers
stichting en waarvan door welwillende beschikking van Heeren
Directeuren een photographie ten bate van onze verzameling zal
worden gemaakt.
Het gebouw ging achtereenvolgens aan verschillende eigenaars
over en kwam in 1739 in bezit van het Aalmoezeniers- en Werkhuis.
I 2
Wanneer de Graaf hier op het Sand
Syn Princen woninck had geplant
Zoo was dit loflick oud gesticht
Tot Haerlems Raedhuis ingericht.