arbeid over te nemen en moge er een nageslacht komen vol eerbied en liefde
voor het oude Haarlem en zijn merkwaardige geschiedenis!
In het slot sprak de Heer Loosjes van het Gedenkboek, dat
met kunst en vliegwerk, om in de moderne terminologie te blijven,
nog juist op tijd gereed kwam om allen aanwezigen te kunnen
worden aangeboden. Eigen lof geeft geen pas, maar dat het boekje
er smakelijk uitziet, zijn werk heeft gedaan en door velen wordt
gewaardeerd, mag toch wel worden vastgesteld. Over de vijftig
nieuwe leden wonnen wij, zeker een niet geringe winst; toch
mag het verwonderen, dat nog altijd bijna een honderd leden
verzuimden van dit kostelijke en kostelooze gedenkschrift een
exemplaar in de Frankestraat 42 te doen afhalen. Mogen de
achterblijvers alsnog van hun belangstelling getuigen; het voor
hen bestemde exemplaar ligt nog steeds gereed, ook al zou de bon
in het ongereede zijn geraakt. Ge zult er U zeker niet over berouwen,
want er staat menige bijdrage in, die de lezing overwaard is.
Hiermede is het meest gedenkwaardige vermeld, maar om volledig
te zijn, blijft toch nog wat allerhande over, dat ook in vorige verslagen
werd beschreven.
Op 19 September 1925 trok een zeer groot gezelschap naar
Amsterdam om een bezoek te brengen aan de historische tentoon
stelling die over het Rijks- en Stedelijk Museum was verdeeld.
Dr. J. F. M. Sterck die zich reeds zoo vaak aan ons verplichtte,
had weder de leiding, die hij deelde met de Heeren Dr. G. de
Boer, Dr. G. van Dillen en Zwierzina.
Het zou te dwaas zijn over de tentoonstelling zelf iets te zeggen
zij sprak voor zich zelf, door den grooten roep, welke van haar
uitging en bovendien gaven de couranten zulke uitvoerige artikelen,
over al het fraaie en merkwaardige, wat tentoongesteld was,
dat wij er hier het zwijgen toe kunnen doen, doch niet zonder
onzen besten dank te hebben uitgesproken aan hen, die ons
hun onmisbare voorlichting schonken.