34 directeur in Nederland hem!" heeft Orelio iemand, die het weten kon - eens tot van Gasteren gezegd. Die slag om met de menschen om te gaan, dat was de groote levenskunst van van GasteRen, welke hem in zijn betrekking zoo zeer te pas is gekomen. Toen de heer van Gasteren door ziekte gedwongen werd op vier en zeventig jarigen leeftijd zijn ambt neer te leggen, stond hij juist op het punt zijn zilveren jubileum als schouwburgdirecteur te vieren. Een kwart eeuw dus heeft hij te Haarlem aan het hoofd van een schouwburg gestaan, 18 jaar als directeur van den schouwburg aan den Jansweg in welken tijd hij ook nog heel lang pachter was van het Brongebouw en 6 jaar van den schouwburg op het Wilsonsplein. In deze laatste functie heb ik als secretaris van de commissie van beheer in zeer nauw contact met hem mogen samenwerken en toen dagelijks kunnen zien met welk een ijver en liefde hij de directeursbe trekking vervulde. Een ambtenaar is hij al was hij dan ook „hoofd van een afdeehng nooit geworden. Voor hem was ons stadstheater niet een „gemeente-instelling", neen, het was een stuk van hem zelf, het was het huis, dat hij lief had. Hij was innig verheugd, wanneer hij een „Schlager als „Boefje" of „Vadertje Langbeen" mocht annonceeren. Maar als daarentegen een gezel schap of een vereeniging zijn schouwburg passeerde en naar den concurrent ging, dan voelde van Gasteren dat als een persoonlijk leed hem aangedaan. Hij stond voor zijn zaak precies, alsof het zijn particulier bezit gold en het was daarom vooral, dat wij hem een voor treffelijk directeur konden noemen. Stond de heer van Gasteren als schouwburg directeur bijna een kwarteeuw in het centrum van het

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1932 | | pagina 54