97
Gideon komt met September of October aan huis bij één
der professoren, die docent is aan het Lycee, waar hij de
lessen zal moeten volgen". Als Anna de volgende maand
voor korten tijd naar Holland komt, treft ze het slecht,
daar Sophie na een enkele ontmoeting de stad uit moet.
Gelukkiger is ze bi) de Bosbooms in den Haag, die „aller
hartelijkst en opgeruimd waren". Met November 76
„wat hebben we in 't laatste half jaar veel, heen en^ weer
gesjouwdl" verhuist de familie naar St. Cloud, „in
Parijs was het te woelig, te druk' Op dit allerliefst plekje,
in een klein huisje met eigen huishouden, rustig en wel
(„O, grappig, wat zou uw lieve broeder mij geplaagd heb
ben! Helaas!"), waar Gideon iederen Zondag komt,
terwijl Moeder hem 's weeks op het Louvre ontmoet,
hoopte Anna spoedig Sophie te zien. Tevergeefs. Ter wille
van Gideon, die niet langer dan het eerste jaar intern bleef
op het Lycée, keerde de familie in October 17 terug
naar Parijs en betrokken ze met z n drieën in November een
klein, gemeubeld appartement, 5 verdiepingen hoog, waar
voor Sophie geen logeerkamer beschikbaar was. ^Vat
Anna zeer speet, „want (22 M.ei 77. H.S.) in de laatste
weken toch hebben wij zoo geheel met Uw broeder en
dus ook met U geleefd. Het was ons soms, of onze onver
getelijke vriend te midden van ons was. Gi) moet weten,
Huet heeft een boekje zamen gesteld, gewijd aan zijne
persoonlijke herinneringen aan Potgieter. In al zijn eenvoud
is 't een touchant souvenir geworden, waaruit uws broeders
beeld levendig in al zijn grootheid en goedheid te voorschijn
treedt". Over het portret van haren broeder, dat Huet in
Indië heeft laten maken en plaatste voor „de Persoonlijke
Herinneringen aan Potgieter" (Haarlem 1877) was Sophie
niet tevreden; evenmin voldeed Huet haar in andere op
zichten, hoe Anna ook met begrijpelijken trots mocht
spreken over haar man, die van Renan en laine („wien hij
een bezoek heeft gebragt") „volmagt krijgt voor al de Parij-
sche bibliotheken; en die par bleu weer populair wordt
(H. S.). In den winter van 77/8 werkt Huet „vreeselijk inge
spannen" aan zijn Parijs en Omstreken waarvoor we nog
al eens naar theaters zijn geweest". Anna houdt zich op „den
hoogen duiventil", waar ze door rheumatiek en hartzwakte
geplaagd, Sophie, die Mei '77 met haar Betsy naar een
