aan noodlijdende medeburgersspontaan en ongevraagd verrichtte hij ontzaglijk veel werk in tijden van ramp spoed en ellende. Toen de oorlog uitbrak en duizenden vluchtelingen bescherming zochten in Nederland en o.m. ook te Haarlem, was Breda Kleynenberg een diergenen, die intensief medewerkten om hun nood te lenigen. In die dagen van het bitterste leed zal het wel geweest zijn, dat zijn diepste menschelijkheid werd gekrenkt door het mensch-onteerend oorlogsbedrijf. Toen onder het Nederlandsche volk een beweging ontstond tegen den oorlog was Breda Kleynenberg een der eersten die er aan meedeed. In dien tijd werd hij gekozen tot bestuurslid van den Nederlandschen Anti-Oorlogsraad. Als liberaal hielp hij het volksonderwijs op krachtige wijze bevorderen: tijdens de periode van zijn raads lidmaatschap en ook daarna had hij zitting in de Plaatselijke Commissie van Toezicht op het Middel baar Onderwijs. De belangen van Haarlem en van de Haarlemsche gemeenschap heeft hij altijd onbaatzuchtig en met groote toewijding gediend. Als weinigen kende hij Haarlem in haar groei, haar ontwikkeling, haar behoeften; hij begreep haar toekomstmogelijkheden; hij kende, door persoonlijk contact, een onnoemelijk aantal vooraanstaande stadgenooten uit alle rangen en standen der maatschappij. Daarom waren zijn herinneringen aan personen, gebeurtenissen en toe standen uit het verleden zoo interessant; de meeste heeft hij vastgelegd in zijn Zaterdagsche artikelen in de Oprechte Haarlemsche Courant.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1935 | | pagina 47