68
H
Remonstrante a Delft, mons. de Génestet", een vriend
van Huet, en over niet-reglementaire handelingen van den
pasteur, o. a. het verzetten van de Avondsmaalviering op
Zondag, zooals regel was, naar den Goeden Vrijdag.
Anna begreep, hoe in-verdrietig haar man was, en den
24 September '61 aan zijn vriend Naber, sinds kort rector
aan het Gymnasium Willem III te Batavia, kon schrijven,
,,dat zijn voornemen is, bij eerstkomende vacature wederom
te solliciteeren, om gedurende eenige jaren naar Indië te
gaan. Kan het op een loyale wijze geschieden, dan wensch
ik vurig eenmaal in mijn leven ontslagen te worden van
den band, die mij aan de fransche kerken bindt. Na tien
jaren te zijn vastgeketend geweest aan dit doode ligchaam,
gevoel ik mij ontheven van de verplichtingen, die ik als
eerlijk man jegens het Corps Wallon te vervullen had
Ik verlang naar Indië te gaan, om, na bij voorbeeld 10 jaren
verblijfs in Indië naar Holland terug gekeerd, mij aldaar
te wijden aan zoodanigen arbeid als mijne hand vinden zal
om te doen. Zóó vermijd ik althans één noodlot (het ergste,
wat ik mij denken kan): dat van te sterven als emeritus
predikant der Waalsche Gemeente te Haarlem of elders".
(B. 29, 30). Zulke wanhopige gedachten brachten Anna
in hoogst benauwende spanning. Zij was radeloos, wat
te beginnen, toen Huet's „proposition d'adopter l'usage
partiel de la langue nationale (était) rejetée a la majorité
de 16 voix contre 6". (Notulen, Waalsche Kerk, 11 Jan.
'62); eene poging „d'attirer par la au temple un public
nouveau, de qui la présence régulière püt en quelque sorte
compenser le retraite d'un certain nombre d'anciens mem
bres". (Not. 14 Jan. '62); radeloos, toen dit voorstel faalde
en haar man besloot, zijn ontslag aan te vragen, zonder iets
in de plaats te hebben van het prijs te geven tractement.
Een aanbieding van vriend Kneppelhout (A. I, 107), om
een of meer jongens in huis te nemen, had hij als ,,een
kostschoolhoudersbaantje, goed voor den ouden dag", af
gewezen. In de Séance extraordinaire du Consistoire (zie
meergenoemde Notulen) 1 ,,tous les membres presents,
excepté Mons. B. Huet" van 14 Jan. '62 las de président
C. D. Huet bedoelde aanvrage (gedateerd 13 Jan. '62)
voor: ,,ayant obtenu dans ces derniers temps la plus entière
certitude, que mon ministère a cessé de répondre aux vceux