71
worden: maer ey lieve, hoe ist selve van ons waer-
genomen, hebben wij ons selfs ende ons naesten profijt
ghesocht? Geensints, maer hebben ter contrarie selfs
de middelen bij ons van onse ouders ge-erft verwaer-
loost, ja ghemaeckt dat andere door onse halsstarriche-
den ende oneenicheden groote schade gheleden hebben".
Vele van dergelijke vermaningen waren door „UE.
geaffectioneerden Dienaer en Vrunt in briefvorm
rondgezonden, sedert hij in 1624 voor het eerst ,,de
penne in de handt ghenomen had" om gilde- en prijs
regelingen te concipieeren. Hij eindigt een bloemrijk
gestyleerd verzoekschrift aan den Heer van Heemstede,
Adriaen Paeuw, aldus: „Nae wenschinge alles goets,
blijve altijt UE. Excellentie verplichten ootmoedigen
dienaer, die UE. ampt van Godt ontfangen heeft,
om te beschermen de goede ende te straffen de quade,
in wier protextie ick UE. bevele, die UE. ghelieve
te sparen in langduyrige gesondtheyt ende voorspoedighe
regieringhe."
Slechts krachtige samenwerking onder de bleekers
had de positie tegenover de oppermachtige, want
kapitaalkrachtige, kooplieden kunnen verbeteren en het
ontbrak juist aan die samenwerking. PlETER VAN HuLLE
schrijft dan ook onder een zijner zendbrieven:
„Eendracht maeckt macht
Heel sterck en krachtigh
ende ter contrarie
Twist en tweedracht
onsterck en onmachtigh."
De verdiensten waren zeer gering, een lijnwaad-
bleeker kon slechts sober ghenoech doorkomen, jae
noch in ghevaer blijvende van al bleyckende, zijn