en gevels is in den loop der jaren verloren gegaan en het stemt ons treurig, dat zelfs thans nog, nu immers overal in den lande stemmen tot behoud en restauratie van het oude schoon opgaan, aanslagen op deze merkwaardigheden worden gepleegd, ja zelfs met succes. We hebben hier het oog op de IVLagdalena- kapel. Het Gemeentebestuur heeft zich een aantal jaren wel weinig gelegen laten liggen aan deze kapel, die een der oudste hier ter stede was, ondanks de belangstelling welke o. a. Rijks-Monumentenzorg te den Haag er voor had. De slooping van het Militaire Hospitaal om ter plaatse het nieuwe gebouw voor den Gemeentelijken Geneeskundigen Dienst te stichten en toen deze bouw elders zou geschieden, de verkoop van het geheele complex, zonder dat voldoende waar borgen voor het behoud werden verlangd, deden ons reeds de vrees om het hart slaan. De ergerlijke ver- waarloozing van de kapel in een omgeving, die gaande weg meer en meer veranderd en bedorven werd, was tenslotte zoowel voor Monumentenzorg als voor de plaatselijke schoonheidscommissie aanleiding om geen prijs meer te stellen op het behoud. Toen konden de sloopers hun werk eerst goed beginnen, geen steen herinnert meer aan dit historische monument. Had de overheid dit door nauwlettender toezicht niet kunnen voorkomen Nu moeten we betreuren dat een dergelijk fraai bouwsel niet bewaard kon blijven. Een Monumentenverordening zou gelijk elders reeds geschiedde voor Haarlem, als oude stad, met zijn vele historische gebouwen en plekjes 1 hier goed werk hebben kunnen verrichten. Een aanslag werd ook gepleegd op onze Bakenesser- gracht. De dempers sloten zich aaneen en vonden een woordvoerder in den Gemeenteraad. Reeds eenige

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1937 | | pagina 17