familie verloren. Hij heeft ook nooit vermocht, zijn leven op finantieel en economisch gebied aan de werkelijke omstandigheden aan te passen. In 1689, als een man van 62 jaar, moest hij zich failliet laten verklaren. Het is mogelijk, dat deze slagen van het noodlot den man, die in de kunst toch al niet meer over zijn volle kracht beschikte, tenslotte geheel hebben gebroken. Uit het voorlaatste decennium van de 17e eeuw kennen we maar één enkel portret, namelijk dat uit het jaar 1689 1). Het is het portret van Grietje Stock, koopvrouw in zeep te Haarlem, aan de Zaan. Het ongewone van dit portret is, dat deze keer de achtergrond in onderdeelen is gescheiden door een zuilengalerei, die identiek is aan de zuilenhal van het Haarlemsche stadhuis. Uit de laatste 10 jaren van Jan de Bray's leven bezitten we een geheele reeks van portretten van het jaar 1696. Hij had blijkbaar de opdracht gekregen, alle leden der familie de Lange in Zaandam te conterfeiten2). Om te beginnen willen we de beeltenis van Corn. Adr. de Lange, den scheepskommandant, bezien. We ontmoeten hier weer het ons al zoo bekende portrettype, namelijk een kniestuk van een zittend figuur. Zijn linker arm steunt losjes op zijn heup, in de hand houdt hij zijn handschoenen. De rechterhand is in rhetorisch gebaar naar den beschouwer uitgestrekt, de arm ligt op een tafel. Deze tafel is vol beladen met alle mogelijke soorten van boeken, muziek, eenige verrekijkers, een inktpot en een passer. Tenslotte ontdekken we nog een aardbol, een toespeling op zijn beroep als kapitein. De kleedij is opvallend elegant. Hij draagt een lange, tot over zijn knieën neerhangende, getailleerde jas uit veelkleurige zij, die met een dichte rij knoopen van voren kan worden gesloten. Daar overheen draagt hij nog een zwart satijnen mantel van gelijke snit, die zonder kraag afsluit. Om deze mantels is een witte doek gebonden bijwijze van jabot, die over de borst neervalt. De uitgebeelde kijkt den beschouwer recht in de oogen, Te Amsterdam, Goudstikker, Mei 1933, afb. in de cat. v. d. veiling Ch. Sedelmeyer, Parijs, 25-28-5-1907, No. 19. 2) Te Amsterdam, veiling Fred. Muller, van de 7.6 1903, No. 50 en 51 afb. in den betreffenden catalogus.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1937 | | pagina 81