- 97 -
Kunstbeschouwingen te zijnen huize werden door
zijn vrienden gaarne bijgewoond. Wanneer de kenner
der Haarlemsche schilderschool, A. van der Willigen
(1766-1841) daarbij tegenwoordig was, zal deze de
aanwezigen voortreffelijk hebben kunnen voorlichten.
Johannes Müller (1786-1853) de vermaarde Amster-
damsche uitgever, die in levendig verkeer stond met ge
leerden en staatslieden, behoorde tot Schneevoogt's
vriendenkring en was een geregeld bezoeker van zijn
gastvrije woning.
Ook de muziek had de belangstelling der familie. Dit
kan althans worden afgeleid uit een in een (niet nader
aangeduid) blad geplaatst artikel van den zoon Carl,
waarin hij aandrong op ,,een weinig meer stilte" op
concerten ,,van lieve voorname dames, die geene ooren
voor de muzijk schijnen te hebben en valsche bon ton
voor echte bon ton aan de menigte tot ergernis van
kunstminnenden zouden willen opdringen". En de
brief uit den Haag (23 Maart 1830) waaraan deze
bijzonderheid ontleend is, voegt er aan toe: ,,Als dit nu
tot eenige aardigheden of grappige combustien onder de
lieve sexe te Haarlem mogt aanleiding geven, zou ik zoo
gaarne daarmede bekend gemaakt worden, waartoe
my casu quo recommandere".
Na den val van Napoleon was de algemeene, jaren
lange, verarming ingetreden, die ook de prijzen der
bollen had doen dalen en het karakter van den handel
grondig gewijzigd had. Oude firma's verdwenen, nieuwe
kwamen op, die zich met geringer winst tevreden
stelden, daar de firmanten lager eischen aan het leven
stelden. In 1835 gaf een expediteursfirma te Londen aan
de firma Voorhelm Schneevoogt te kennen, dat de
bloembollenhandel voor de wederverkoopers aldaar
„niet gelijk voorheen" was „uit hoofde van de menigte
