- 57 Mevrouw Van Looy was een hoogstaande vrouw, zeide ik. Zij was een sterke, intègre persoonlijkheid, die open stond voor de Schoonheid en die zeer veel in vloed heeft gehad op het leven van haar man. Ik aarzel te zeggen, dat zij ook invloed heeft gehad op het werk van haar man, of het moest zijn indirect. Zij kritiseerde het werk niet, doch zij begunstigde de omstandigheden waaronder het ontstond. En zij hield den weg voor hem vrij, waar zij kon. Hoe veel moeilijkheden en overbodig heden heeft zij voor hem uit den weg geruimd Nadat Van Looy gestorven was, en de bouw van het museum was voltooid, bracht zij haar taak over op zijn letterkundig werk. De twee deelen: „Tot het lezen in Jacobus van Looy, door zijn vrouw" ontstonden, waar van vooral het tweede belangrijk is, om de zeer fijn zinnige toelichting tot den „Zebedeus". En zij begon haar lezingen van en over het werk van den Meester in het „Huis van Looy". Hier kom ik terug op haar na tuurlijke gave om te onderwijzen, waarvan haar zuster sprak. Mevrouw Van Looy bezat de gave de schoon heid van een werk volledig in haar voordracht tot den ontvankelijke te doen spreken; en in enkele lichtende eigen woorden, die nimmer iets ontluisterden, vermocht zij den hoorder te helpen bij het goed verstaan. Men weet, dat het „Huis van Looy" met al het kostelijke aan kunstwerken, dat het bevat en zijn eigen spheer, de spheer van het echtpaar, aan de stad Haarlem vermaakt werd. Lrans Mijnssen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1940 | | pagina 89