meer, die de waarheid der kleurverandering heeft gezien.
Na weinige jaren had een verzoening plaats tusschen Jan
van Heemstede en Aelbrecht van Beijeren. Eerstgenoemde
werd zelfs opnieuw door den hertog begiftigd met aanzien
lijke voorrechten en giften. Volgens verschillende schrijvers
werd het slot weer opgebouwd, doch in 1405 opnieuw
verwoest. Van genoemden weder-opbouw vond ik een ver
moedelijke aanwijzing in een acte van 12 December 1401,
waarin de hertog zijn toestemming geeft aan Jan van Heem
stede „dat hi over palen mach die Spaerne tot tween steden,
daer hem dat best genueghen sal besiden sinre hofsteden,
om syn huys mede te stareken," verbiedende den heemraden
of iemand anders, hem daarin hinderlijk te zijn j). Dit is de
eenige aanwijzing welke ik in het archief der heerlijkheid vond.
Aelbrecht van Beijeren overleed 12 December 1404 en
werd opgevolgd door zijn oudsten zoon Willem VI. Deze
was de partij der Hoekschen toegedaan. Dit verwekte bij de
Gabeljauwschen groot misnoegen, hetgeen oversloeg tot
ernstige opschudding, vooral te Haarlem, waarbij vele voor
aanstaande Haarlemmers het leven lieten. Eveneens werd
een aanval gedaan op het huis te Heemstede, dat weder tot
den grond werd vernield. Deze verwoesting viel voor op
St. Pietersdag 1405 (1 Augustus) 2). Vermoedelijk werd het
kasteel weder opgebouwd, zooals mogelijk valt op te maken
uit het feit, dat Jan van Heemstede op Meidag 1409 van
Willem VI schadevergoeding ontving voor de door hem
geleden schade. Deze begiftigde hem met de ambachts
heerlijkheden van het dorp en het ambacht Schoorl met alle
toebehooren als een rechte leen, te „verheergewaerden met
een roode sperwer." Ook weten wij, dat Jan van Heemstede,
zoon van den zooeven genoemden Jan, op 15 Juni 1412
verleid werd met al de heerlijkheden, landen, woningen, enz.
van zijn overleden vader, alsmede, dat hij in 1414 aan zijn
echtgenoote Dirkloef van Hetterscheide een douarie en
(1) Archief der heerlijkheid Heemstede. Vergelijk P. N. van Door-
ninck, Inventaris van het Archief van de Heerlijkheid Heemstede, bladz. 3,
no. 7.
(2) Allan II biz. 233 noemt het jaar 1404 en verwijst hierbij naar
Wagenaar, Vaderlandsche Historie en de Hollandsche Divisie Kroniek.
Echter Aelbrecht Van Beijeren overleed op 12 December 1404, zoodat
de verwoesting eerst in 1405 kon plaats vinden, gezien het voorspel
daarvan.
