- 39
Zoo goed een ieder zijn eigen handschrift schrijft, zoo
schildert ieder schilder zijn eigen penseelstreek.
Deze penseelstreken zijn dan ook uiterst gevoelig wanneer
ze door een bekwaam schilder zijn neergezet. De lijnen blijven
zuiver van vorm en vervloeien van dik naar dunner in samen
hang met het modellé.
Zoo uiterst gevoelig is dit „contoureeren" dat, toen ik de
negen Haarlemsche wapenruitjes van nabij bekeek, ik tot de
veronderstelling kwam dat ze wel alle negen door eenzelfden
glasschilder waren geschilderd, maar niet gelijktijdig. Op de
vier ruitjes van 1644 is de glasschilder op enkele plaatsen een
penseelstreek op een andere plaats begonnen en heeft een
ondergeschikt détail, nauwelijks merkbaar, even ronder of
even spitser gemaakt als op de vijf ruitjes van 1646. Waren
ze in 1646 alle negen tegelijk geschilderd, dan zouden deze
kleine verschillen zich niet, of in elk geval niet in samenhang
met de jaartallen vertoonen.
Is het niet merkwaardig dat dit bevestigd wordt door het
archiefonderzoek over het Comanshofje, zooals dit om
schreven is in het artikel hierover? Geen wonder, dat waar
détails van een glasschildering ons zooveel kunnen vertellen,
tevens mogelijkheden opdagen om het onderzoek verder uit
te strekken en de, bijna altijd ongesigneerde glasschilderingen
met elkaar te vergelijken en de herkomst, het atelier of den
glasschilder vast te stellen. In dit bijzondere geval blijven we
daarmede dicht bij huis. Het is wel zoo goed als zeker dat de
Comansgildebroeders de ruitjes in Haarlem lieten maken en
in het midden der 17e eeuw was Pieter Holsteyn een gevierd
Haarlemsch glasschrijver. Van 1634 tot 1658 heeft Holsteyn
voor rekening van de Haarlemsche vroedschap minstens
dertig kerkramen geschilderd en ook het stadsbestuur van
Alkmaar gaf hem opdrachten.
Enkele van deze ramen hebben den tand des tijds getrot
seerd en geven ons een denkbeeld van Holsteyn's vaardige
hand. (Schermerhorn, Egmond aan den Hoef, de Rijp en
Bloemendaal)Vooral de tien ramen van de Herv. Kerk in
Bloemendaal (1636-1637) verdienen in ons verband nadere
aandacht en daarvan in het bijzonder het raam met familie
wapens, hetwelk zich sedert 1869 in de groote zaal van het
Haarlemsche Raadhuis bevindt. Hierop komen helmen en
helmdoeken voor welke vergeleken kunnen worden met de