van Foreest. Van Duvenvoorde, welbekend uit de Haar- lemsche geschiedenis, is in 1573 na de inneming der stad in de gevangenis gestorven, terwijl het slot omstreeks dien tijd door de krijgsverrichtingen is verwoest. Na den dood van zijn dochter Maria, echtgenoote van Jhr Jurriaan van Lennep, is Oosterwijk door koop op Seys overgegaan. Van dezen heeft Nicolaas Pauw op jeugdigen leeftijd het goed geërfd. Toen hij het in de jaren twintig verkreeg was het ongeveer 29 morgen groot. Hij was toen reeds heer van Benne- broek, een titel waarmede hij in het vervolg steeds bij voor keur is aangeduid, doch daarnevens sierde hij zich thans met dien van heer van Oosterwijk. Ook zijn vader heeft toen dezen titel gevoerd naast de vele, die hij reeds droeg: Heemstede, Bennebroek, Nieuwerkerk, Zuid-Schalkwijk, Hoogersmilde, Rietwijk en Rietwijkeroord. Geheel in tegenstelling tot den grootvader Reinier Pauw is deze in dat opzicht een kind van zijn tijd geweest. Het regentenpatriciaat stak een deel van zijn in den handel ver worven vermogen in grondbezit en liet zich de daaraan ont leende namen even gaarne welgevallen als de adellijke titels, welke sommigen van hen van vreemde vorsten ontvingen. De jonge heer van Bennebroek en Oosterwijk was uit zijn moeders besterf verder eigenaar geworden van „een hofstede en huijsinghe, boomgaerd, plantagiën, enz.", gelegen te Be verwijk aan het noordeinde van de Breestraat. Deze heeren hofstede was bijna 9 morgen groot en werd toen in de wan deling genaamd „de Groote Boomgaert". Nadien is zij echter steeds genoemd „De Schans". Na den val van Haarlem in 1573 hadden zich daar beurtelings Spaansche en Staatsche troepen verschanst. De plattegrond van Beverwijk, welken Daniël van Breen in 1649-1650 heeft geteekend, vertoont zeer duidelijk de situatie van „De Schans" in het toenmalige stedelichaam.a) De Breestraat eindigde destijds bij de Peperstraat. In haar verlengde ten noorden van deze zijstraat vond men een laan of dreef, welke als entrée bij het goed behoorde. Aan de oost zijde daarvan lag de hofstede. Zij strekte zich uit tot dicht bij den meeroever. Op dezelfde plaats en op precies hetzelfde groote rechthoekige perceel had voor 1577 het regulieren- (1) Zie rechts onderaan op de afbeelding.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1941 | | pagina 82